null Beeld

Dwarskijker over 'Op weg met Jan' en 'Control Pedro'Verlangend naar een schuilplaats bezijden de wegwerpmaatschappij

Hoewel goed Nederlands stilaan een verloren zaak is in Vlaanderen, vroeg ik me toch af of ik wel naar de openbare omroep aan het kijken was, en waarom

Rudy Vandendaele

undefined

null Beeld


Op weg met Jan

Eén – 1 mei – 947.856 kijkers

Laatst verloor ik me in ‘Zes maanden in de Siberische wouden’, een boek waarin de Franse beroepsreiziger, schrijver en filosoof Sylvain Tesson verslag doet van zijn solitaire verblijf in een blokhut aan het Bajkalmeer. De jongste tijd is mijn verlangen naar een verte om in te staren en een schuilplaats bezijden de wegwerpmaatschappij, opvallend toegenomen. Reuzebenieuwd waar het heen moet met mij. Dat de eerste aflevering van ‘Op weg met Jan’ zich in de weidsheid van Mongolië zou afspelen, kwam mij, als liefhebber van nauwelijks door de mens verstoorde vertes, goed uit.

Dit programma is een Vlaamse variant van ‘World’s Most Dangerous Roads’, dat in de Nederlandse versie ‘De gevaarlijkste wegen van de wereld’ heet. Het draait gewoonlijk om telkens weer twee andere bekendheden die in een ver buitenland om de beurt een auto met vierwielaandrijving besturen. Zij leggen goed verzekerd en bijgestuurd door een gids in een volgwagen een deels ongebaand traject af dat om zijn recordaantal dodelijke verkeersongelukken bekendstaat, of anders om zijn spectaculaire grondverzakkingen, onverhoeds overstekende nijlpaardenkuddes en bloedlinke haarspeldbochten met bijbehorende ravijnen. En dan zou ik nog het aanhoudend lawinegevaar en structureel gebrek aan eerstehulpposten vergeten. Die twee bekendheden proberen elkaar onderweg te verdragen. En intussen kunnen de kijkers in hun zithoek plaatsvervangend kicken op gevaar. Of, mochten ze eikels zijn, de dienstdoende chauffeur naar hartenlust uitfoeteren.

‘Op weg met Jan’ is enigszins anders. In elke aflevering van dit programma– de titel laat er geen twijfel over bestaan – moet een bekendheid kilometerslang met de acteur Jan Van Looveren zien op te schieten. In Ulaanbaatar, de hoofdstad van Mongolië, laadde Van Looveren zijn collega Carry Goossens in, waarna de lange autorit naar het meest noordelijke dorp van Mongolië, vlakbij de Russische grens, een aanvang kon nemen. Weldra trok de overweldigende natuur volkomen terecht alle aandacht, maar dat belette Carry Goossens niet om in alle ernst een boom over zijn aangeboren komisch talent op te zetten. Hij had naar verluidt de lach aan zijn kont hangen, en daar hadden tal van tevreden klanten hem al persoonlijk voor bedankt in theaterfoyers. In de commentaartekst noemde Van Looveren Mongolië om te beginnen ‘iets heel speciaals’ alsof hij wist dat men mij voor een rake typering altijd wakker mag maken. Terwijl het voorbijschietende landschap steeds meer panoramische aandacht verdiende, riep Goossens: ‘Dat uitzicht!’ en ‘Authentieker kan niet!’ Wij kregen vervolgens vooral zijn karakterkop te zien, afgewisseld met de fieselemie van Van Looveren. Carry Goossens deed ineens zijn ietwat ongemakkelijke verhouding met wijlen zijn ouders uit de doeken: een gedempte monoloog die op vochtige ogen en een brok in de keel uitliep. Nu, ’t is vast niet prettig als je vader na je eindexamenvoorstelling aan de toneelschool zegt: ‘Als je de rest van je leven de onnozelaar wil uithangen, dan moet jij dat weten.’ Die vader had volgens Carry Goossens óók de lach aan zijn kont hangen. Ik kwam in ieder geval meer over Carry Goossens en zijn naaste familie te weten dan over Mongolië. Zijn autobiografische ontboezeming leek mij overigens afgesproken met de programmamakers, ook al omdat ik Jan Van Looveren niet meteen zou casten als man bij wie mensen spontaan hun gemoed luchten, laat staan als iemand die zijn gesprekspartners subtiel tot confidenties kan aanzetten. ‘Mis je ’t vrouwtje?’ wou hij op de man af van Carry Goossens weten. ‘’t Vrouwtje’: je moet Heleen Debruyne nu ook weer niet uitlokken. ‘Hoe graaf is dees!’ riep hij ook nog. Hoewel goed Nederlands stilaan een verloren zaak is in Vlaanderen, vroeg ik me toch af of ik wel naar de openbare omroep aan het kijken was, en waarom. De mannetjesputter Van Looveren lijkt mij meer het soort vent dat, in een camouflagepak gestoken, geloofwaardig een dol rendier in een houdgreep kan nemen, uiteraard uit zelfverdediging. Toen hij en Carry Goossens 150 kilometer lang over een bevroren meer aan het rijden waren, bracht hij achter het stuur een net iets te dapper grijnsje voort, terwijl Carry Goossens ’m volkomen terecht zat te knijpen voor verraderlijke plekken waar de ijslaag dunner was en onheilspellend kraakte.

Het tweetal bracht de nacht bij de plaatselijke bevolking door, waar ze al ouwehoerend ons uitzicht op die autochtonen en hun zeden en gewoontes belemmerden. Als je aan Mongoolse nomaden vraagt of hun typisch ronde tent, die we joert noemen, een tipi is, dan heb je je in het geheel niet voorbereid op een reis naar Mongolië. Mogelijk heeft diepgravend kijkersonderzoek uitgewezen dat je juist daardoor geknipt bent om de jan uit te hangen in ‘Op weg met Jan’.

undefined

null Beeld

undefined

'Control Pedro' is een vermakelijk en jongensachtig programma, dat ook erg geschikt is voor meisjes die van zulke jongens houden'


Control Pedro

VIER – 4 mei – 241.816 kijkers

Het televisietijdperk, dat aardig met mijn leven samenvalt, is net als mijn vlakke loopbaan in snel tempo aan het aflopen. In die slotfase is ‘Control Pedro’ ontstaan, een snaaks panelprogramma waarin ’t Oude Medium ongegeneerd profijt trekt van het uitdijende heelal dat we onder kenners het internet noemen. Aangezien ik me de intrede van The Beatles, een brede opklaring, nog levendig kan herinneren, ben ik verre van een digital native, maar ik ben maar wat blij dat ik het www nog bij mijn volle verstand mag meemaken. Dat betekent onder andere dat onderhavig verstand er onder het doelloos surfen vaak bij stilstaat, en díé reactieketen van verrassingen in een bodemloos rariteitenkabinet zal ook wel dé beweegreden van ‘Control Pedro’ zijn.

Panelprogramma’s sla ik over het algemeen niet hoog aan, als ik ze al niet oversla: behalve vulsel zijn ze vooral occasionele werkverschaffing voor de immer schnabbelende hap die z’n kakelzucht vanzelf voor humor houdt: bekendheden die het altijd veel minder drukdrukdruk hebben dan ze in diepte-interviews staande houden. Maar het geval wil dat het wisselende panel van ‘Control Pedro’ me tot nog toe geweldig meeviel, en de presentator ook: behalve sympathiek lijkt Pedro Elias me ook een veeleer zachtaardige persoonlijkheid, maar dan wel met een angel: een bijkomstigheid die het verschil maakt.

Een gulden regel zegt: hou je familie in godsnaam buiten je beroepsleven, maar regels noden nu eenmaal tot overtreding. Vandaar dat Pedro Elias zijn bejaarde vader, die om misverstanden te bevorderen óók Pedro Elias heet, als mascotte opvoert. Deze Catalaan had met z’n aristocratische voorkomen een personage in één van de latere films van Luis Buñuel kunnen zijn. Luis Buñuel: googelen maar! En ‘aristocratisch voorkomen’ ook! Zo nu en dan informeert zijn zoon Pedro in het Spaans naar het welbevinden van zijn vader, en de panelleden mogen die markante man, die geen Nederlands spreekt, ook even begroeten in het Spaans: ‘dos cervezas’, zeggen ze dan. De Spaanse bezetting ligt ons nog vers in het geheugen. Googelen maar! De oude heer Elias lijkt voor de rest alles goed te vinden, zolang hij het maar niet verstaat.

Het internet draait zoals ongeveer alles om seks, en daardoor is de geërecteerde penis de laatste tijd een graag geziene gast in ‘Control Pedro’. De panelleden moesten aan de hand van een instructiefilmpje enkele badhanddoeken in de vorm van een stijve tampeloeres – googelen maar! – vouwen. Een foto van de vrucht van hun arbeid werd vervolgens aan beeldherkenning onderworpen op een site die de pik wel herkende maar op tuttige toon weigerde bij z’n naam te noemen. Panellid Martin Heylen ging even joggen op aanwijzingen van een app en bleek achteraf een parcours in de vorm van een stijve te hebben afgelegd. Martin, die net als de rock-’n-roll halfweg de jaren 50 is geboren, is inmiddels oud genoeg om in een panel voor dienstdoende bejaarde door te gaan, wat in de ogen van jongere panelleden ongeveer hetzelfde is als: onverbeterlijke wellusteling. Nu ja, dat die jongere panelleden overdrijven, moet nog bewezen worden. Martin kreeg een zogeheten tittygram, een ideetje van Russische makelij: we zagen een overtuigende cupmaat in eeuwige deining, waarop de tekst ‘Da’s lang geleden, hè, Martin?’ stond. De Russen lijken voorop te lopen inzake het internet: ze hebben de uitslag van de Amerikaanse presidentsverkiezingen bepaald, in datagijzeling hebben ze hun weerga niet, en – alsof dat nog niet genoeg is – hebben ze potjandorie ook het tittygram bedacht! En wat doen wíj intussen?

Het mooiste moment van deze aflevering was Tomas De Soete, tot dan toe het meest ingetogen panellid, die ineens tranen lachte bij het zien van een filmpje waarin een vermoedelijke aanhanger van Gilles de la Tourette met een kookpot kwam aangestormd en met geheven hoofd tegen een luchter aanknalde, terwijl hij de hele tijd ongewild op muzikale en ritmische wijze het woord ‘fuck’ uitstiet. Een geluid dat je erg goed kon samplen, bovendien.

‘Control Pedro’ is een vermakelijk en jongensachtig programma, dat ook erg geschikt is voor meisjes die van zulke jongens houden. Ik heb nooit van andere meisjes gehouden. Rudy Vandendaele

Reageren op een artikel, uw mening ventileren of een verhelderend inzicht delen met de wereld

Ga naar Open Venster

Op alle artikelen, foto's en video's op humo.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar redactie@humo.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234