Eeuwig spits Jan Mulder: 'De videoref'
Tenzij de videoref masochist is, is zo'n behandeling onacceptabel.
Ergens in de berichtgeving over Yves Marchand viel het honorarium van een videoref: 80 euro. Het bedrag vraagt om enige toelichting.
De videoref kijkt in een busje naast het stadion naar tien monitoren met de wedstrijd erop. Ziet de videoref een overtreding die niet door de veldscheidsrechter is geconstateerd, dan treedt hij met een oortje in contact met die scheidsrechter, hij beveelt hem naar het scherm aan de zijlijn te lopen om naar de herhaling te kijken en vraagt hem of hij het eens is met zijn mening: ‘Dit is een penalty.’
Marchand, die voor 80 euro de hele dag in dat busje zit, had tijdens Zulte Waregem - Club Brugge een ontoelaatbare tackle van Mechele op Olayinka niet opgemerkt, evenmin als zijn twee assistenten – beiden trouwens goed voor 40 euro per wedstrijd. (Zou de belastingdienst over die 40 euro later, met een speciale brief getikt door een fatsoenlijk bezoldigde medewerker op de afdeling Adressenbestanden, nog inkomstensbelasting heffen, of krijgen de assistenten hun geld in een envelop in de hand gedrukt? Zwart! De inspectie moet deze zaak onderzoeken.)
undefined
‘Ik geef toe dat ik fout zat en wil me gerust bij Zulte Waregem verontschuldigen,’ bekende Marchand enkele dagen na de fout. Het Laatste Nieuws: ‘Meer kon en mocht hij niet kwijt.’
Dat laatste gebeurt op bevel van Johan Verbist, bevreesd voor pratende videorefs. De heer Verbist is scheidsrechtersbaas en plant nu een overlegmoment met alle videorefs. Voor het plaatsvindt, zou ik videoref Yves Marchand dringend willen aanraden in de toekomst geen verontschuldigingen meer aan te bieden, maar daarentegen per direct van de bond te eisen zijn gage te verhogen en de assistenten nooit meer voor een loon van 40 euro bruto de hele middag in een busje gevangen te houden. Op mijn instigatie voegt Marchand er als klein drukmiddel aan toe: ‘Geeft u aan deze eis niet onmiddellijk gehoor, dan zullen wij, videorefs en assistentenleger, nog iets anders tonen dan het verdonkeremanen van een penalty. De voetbalwedstrijden zullen grappiger dan ooit worden, dat beloven wij u, scheidsrechtersbaas.’
80 euro. Hoe zou Johan Verbist, in nauwe samenwerking met een door de bond in het leven geroepen commissie van deskundigen, tot dat bedrag zijn gekomen? Begon een lid van de commissie met ‘Geef ze 100’? Heeft iemand voorgesteld er 125 van te maken? Zei weer een ander toen ‘Veel en veel te veel’? En dat ze na een urenlange discussie op 80 euro bruto uitkwamen?
Er bestaan dus mensen die zondags voor 80 euro graag in een busje bij de vuilcontainers onder de tribunes van een betonnen stadion plaatsnemen. En die, bij pech en nadat ze de deuren hebben vergrendeld omdat woedende fans van de benadeelde club het busje willen bestormen met de bedoeling de videoref eens aan zijn verstand te brengen waarmee hij bezig is, de volgende dag met het schaamrood op de kaken de hoon van de natie incasseren en pijlsnel hun excuses aanbieden.
Je loopt ook nog de kans op een dag videoref te zijn van een wedstrijd met daarin Neymar, een deelnemer aan de voetbalsport die in jouw anderhalf uur van 80 euro bruto om en nabij de 700.000 euro netto opstrijkt. Mentale kracht is dan geboden. De ongelijkheid is zo gigantisch, dat hier gerust gesproken kan worden van geestelijke kastijding. Tenzij de videoref masochist is, is zo’n behandeling onacceptabel.
In het vooruitzicht van 80 euro zou ik er met voorbedachten rade een potje van maken, de wedstrijd langdurig stilleggen voor bekken trekkende middenvelders en uitingen van politieke of godsdienstige aard. Voor die opvatting van mijn taak volgt wel onmiddellijk ontslag, zodat ik naar 80 euro zakgeld kan fluiten, maar van de vernedering om zondagochtend tegen mijn vrouw te moeten zeggen dat mijn busje met 80 euro vandaag in Eupen staat, zijn we dan gelukkig ook af.