Extreme sporters: Johan Desmet, elektronica handelaar

Hij woont in de buurt van Atlanta in de Amerikaanse staat Georgia, maar op het polsbandje dat hij draagt staat: ‘Nie neute, nie pleuje’. Dat levensmotto verklapt de Gentse roots van Johan Desmet (49), bijgenaamd Taz. Een kleine tien jaar geleden verhuisde hij samen met zijn vrouw naar de US of A om er aan de slag te gaan bij Flanders Scientific, een bedrijf dat zijn broer had opgericht, gespecialiseerd in monitors voor de film- en tv-industrie.

Lees ook de andere getuigenissen »

Johan Desmet «Op dat moment woog ik 105 kilo. Zoals zo veel Vlamingen at ik graag en veel, en deed ik weinig aan sport. Maar het aanpassen viel me moeilijk. Daarom zocht ik een uitlaatklep. Ik ging naar de gym, waar ik veel kilo’s verloor. Later ging ik ook lopen. Eerst 5 kilometer, dan 10, dan een halve en daarna een hele marathon. Daarna ging ik aan ultrurunning doen, met wedstrijden van 100 mijl of 160 kilometer. Ik probeerde een Iron Man Triathlon en ontdekte dat er ook ultratriatlons bestaan, waarbij de afstanden nog langer zijn dan die van een Iron Man. Dat lag me enorm, ontdekte ik.»

HUMO Bestaan er verschillende soorten ultratriatlons?

Desmet «Ja. Bij een Iron Man Triathlon moet je 3,86 kilometer zwemmen, 180,2 kilometer fietsen en 42,19 kilometer lopen. Bij de ultratriatlons heb je dubbele, drievoudige, vijfvoudige en soms zelfs tien- of dertigvoudige triatlons. Ik heb ondertussen vier keer deelgenomen aan een dubbele en twee keer aan een drievoudige. In Florida en in Oregon kun je deelnemen aan een dubbele en in Virginia aan een triple. Daar organiseren ze ook om de twee jaar een vijfvoudige. Na de zomer wil ik voor de eerste keer zo’n vijfvoudige doen.»

HUMO U gaat dan 19 kilometer zwemmen, 900 kilometer fietsen en 210 kilometer lopen?

Desmet «Ja. Mijn laatste drievoudige heb ik in 44 uur afgelegd, ik hoop de vijfvoudige net binnen de 100 uur te doen. De drievoudige deed ik zonder te slapen of te rusten, maar tijdens de vijfvoudige denk ik rustpauzes van twee uur in te lassen. Als ik langer slaap is het moeilijk om opnieuw wakker te worden.»

HUMO Zijn dat ook mooie wedstrijden?

Desmet «Ja, je sport altijd in prachtige nationale parken. Maar je legt de afstanden wel in rondes af. op een gesloten circuit, zodat je niet van de weg gereden kunt worden door een vrachtwagen. Er zijn altijd mensen in de buurt, mocht het fout gaan. Ik vind het ook fijner om regelmatig iemand tegen te komen.»

HUMO U deed twee drievoudige triatlons. Hoe voelt dat: 12 kilometer zwemmen, daarna 540 kilometer fietsen en daarna nog 126 kilometer lopen?

Desmet «De vermoeidheid zit meer verspreid over je lichaam. Daardoor zie je meer mentaal dan fysiek af. Je krijgt vooral problemen door je spijsvertering en het slaaptekort. Vandaar dat ook velen beginnen te hallucineren.»

HUMO Zag u ook al elfjes en eenhoorns?

Desmet «Ja (lacht). Ik heb tijdens elke wedstrijd hallucinaties, maar ik begin nu ook te beseffen wanneer ik ze heb en daardoor kan ik ze ook beter plaatsen. Ik heb ooit problemen gehad met mijn voeding en in de gele lijnen op de baan zag ik koekjes. Ik zei tegen mijn vrouw: ‘Wie heeft er zich nu beziggehouden met al die koekjes zo mooi op een rij op de grond te leggen?’ Ik zie soms ook de speeltjes van mijn hond aan de kant van de weg liggen. Tijdens het loopgedeelte van de drievoudige triatlon zag ik iemand die tegen een paar bomen zijn overwinningsspeech stond te geven. Hij bedankte zijn moeder en zijn vrouw. Vijftien minuten later passeerde ik daar weer en hij was nog altijd bezig. Ultrarunners zullen je zeggen dat ze bijvoorbeeld inheemse kinderen zien in de bossen waar ze doorlopen, terwijl die er niet echt zijn. Dat komt omdat je hersenen shortcuts maken. Als ze vermoeid zijn, dan tonen ze je objecten waarmee je vertrouwd bent.»

undefined

HUMO Sport u dagelijks?

Desmet «Ja. Tijdens een normale week sport ik ongeveer twintig uur. Ik ga gewoonlijk rond negen uur slapen en ik sta om vier uur ’s morgens op. Dan fiets ik tweeënhalf uur op de hometrainer en kijk ik naar documentaires op Netflix. Of ik ga zwemmen. Tijdens de lunch ga ik een uurtje lopen. Op vrijdagnacht loop ik vaak de nacht door. Ik vertrek dan rond negen uur ’s avonds en loop tot ’s morgens vroeg. Op die manier ben ik niet mijn hele weekend kwijt. De trainingen vergen veel tijd, maar ik wil niet dat ze mijn sociale leven overschaduwen. En het is hier niet onverstandig om ’s nachts te lopen, want overdag is het vaak 35 graden of meer.»

HUMO Hebt u kinderen?

Desmet «Neen, anders was het allicht veel moeilijker om zo veel te sporten. Mijn hond is wel een groot kind dat veel aandacht nodig heeft, maar ze loopt regelmatig 70 kilometer met me mee.»

HUMO Wat eet u?

Desmet «Een vegetarische versie van een paleodieet. Dat laat je eten als een holbewoner, maar ik eet geen vlees. Dat vervang ik door zuivel van biologische melk en eieren. Ik eet veel quinoa, wilde rijst, avocado’s, groene asperges, spinazie, noten... Suikers probeer ik te vermijden. Tijdens kortere afstanden kun je suikers verbranden, daarom dat veel marathonlopers van die gels gebruiken, maar voor mijn sport is het interessanter om vet te verbranden. Alleen zo hou je tijdens zulke lange wedstrijden je spijsvertering onder controle. Met 10 procent lichaamsvet heb je een enorme reserve aan energie.»

HUMO Voelt u zich gezond?

Desmet «Ik weeg nu 73 kilo. Ik kan weleens vermoeid zijn door de vele trainingsuren, maar ik zie zelden een dokter. En ik voel me in elk geval veel beter dan toen ik 105 woog.»

HUMO Beseft u dat het geen normale manier van leven is?

Desmet «Wat is een normale levensstijl? Is het normaal om op je 50ste 25 procent lichaamsvet te hebben? Toen ik geen sport deed, was mijn uitlaatklep geregeld goed gaan eten en drinken. Daar is niets mis mee, het is gewoon anders. Ik vind niet dat ik een freak ben omdat ik héél véél aan sport doe.»

HUMO Kan een glas wijn voor u?

Desmet «Absoluut. Ik geloof dat je je lichaam af en toe een beetje vergif moet geven om het in orde te houden. Ik drink heel graag Guinness en af en toe drink ik weleens een paar pints, maar ik doe dat niet elke dag.

Tijdens vakanties sport ik weleens een weekje niet. Ik zie het niet als iets wat ik móét doen, wel als iets wat ik gráág doe. Anders zou ik het nooit zo lang volhouden.»

undefined