Grunberg en -dal: 'Een vrouw van begin dertig'
Recentelijk dronk ik met een vrouw van begin 30 een cocktail.
Ze zei: ‘Het is vermoedelijk niet feministisch, maar als mijn vriend een carrière heeft, dan denk ik al snel: dan ben ik ervan verlost. Eén carrière is genoeg.’ ‘Nee,’ zei ik, ‘dat is inderdaad niet feministisch.’ Ze nam een slok en voegde eraan toe: ‘Ik denk dat vrouwen graag verdwijnen in de status van mannen. De vraag is: moet je het bevechten of moet je eraan toegeven?’ ‘Bevechten,’ zei ik, maar was het een eerlijk antwoord? Even was het stil, toen zei ze: ‘Laatst kwam op een feestje een man op me af. Hij vroeg: ‘Heb je een vriend?’ ‘Nee,’ zei ik. ‘Maar een woning heb je toch wel?’ wilde hij weten.’ ‘En wat heb je gedaan?’ informeerde ik. ‘Ik heb hem mee naar huis genomen,’ zei ze. ‘Ik waardeerde zijn directheid. En hij leek me nogal eenzaam.’