Het jaar van Jeroen Olyslaegers en Koen Peeters: 'Succes is als een stoel: je gaat erin zitten en leunt achterover. Je verdikt er zelfs van'
Ze hebben lang aan de weg getimmerd voor ze gelauwerd werden. Jeroen Olyslaegers was aan zijn vijfde roman toe, collega-schrijver Koen Peeters zelfs al aan zijn dertiende. Maar kijk: in 2017 was het dan toch raak. Olyslaegers won de Fintro Literatuurprijs met ‘Wil’, Peeters kaapte de ECI Literatuurprijs weg met ‘De mensengenezer’. ‘We schrijven omdat we móéten. Zelfs zonder prijs zouden we voortdoen.’
HUMO Hoe verandert het winnen van zo’n prijs een schrijversleven?
Koen Peeters «De ECI is zowat de grootste prijs die je hier kunt winnen. Niet alleen qua centen, maar ook omdat je plots in een hogere liga lijkt mee te spelen. Vroeger belde ik mijn uitgever om de drie jaar met de melding dat ik iets klaar had. En dan zei hij: ‘Wat leuk, kom het even binnenbrengen.’ Nu is er een vergadering gepland met als agendapunt mijn toekomstplannen en de timing daarvoor. Het is allemaal wat proactiever en groter geworden.»
HUMO Waarom was het deze keer wel bingo, denk je?
Jeroen Olyslaegers «De Tweede Wereldoorlog, hier in Antwerpen in de vorm van razzia’s, blijft bij veel mensen nog altijd een ultiem ‘Wat als?’-vraagstuk. Hoe zou ik mezelf gedragen in die situatie? Hoe hou je jezelf staande in een samenleving die een moreel moeras is geworden?
»Daarnaast ben ik overgestapt naar een klassiekere vorm van verhalen vertellen. Nu was het: ‘Ga zitten, ik ga u een verhaal vertellen.’ En dat blijkt nog steeds het meest aan te spreken. Raar, hè? Dat je twintig jaar moet schrijven voor je vaststelt dat gewoon vertellen nog het best van al bij je past.»
Peeters «De jury had een eigenzinnige shortlist gemaakt, en ik stond op een paar lijstjes als de gedoodverfde winnaar, al had dat ook de doodgeverfde winnaar kunnen worden (lacht). Ik vreesde het ergste. Waarom het dan toch gebeurt, na al dat ploeteren? Ach, intrinsiek willen we gewoon schrijven, omdat we móéten. Zelfs zonder prijs zouden we voortdoen.»
HUMO Hoe komt het dat het zo lang duurde?
Olyslaegers «Omdat ik universitair geschoold ben, vrees ik. Dat academische en dat theoretische moest er eerst uit. Ik geloof nu wél in de pure vertelkracht. Dat zie je ook bij Stefan Hertmans, die na een leven vol postmoderne essays met ‘Oorlog en terpentijn’ een prachtig verhaal heeft verteld, op basis van de schriftjes van zijn grootvader, die dat dwingende verhaal in hem hebben losgemaakt. Bij mij kwam het door een oud proces-verbaal uit de oorlogsjaren te lezen en het verhaal van die politieman te willen achterhalen.»
Peeters «Ik heb altijd over de zaken geschreven waarover ik wilde schrijven, maar in dit boek zit meer herkenbaarheid. Het gaat over het gesloten West-Vlaamse boerenmilieu, en iedere Vlaming heeft in zijn stamboom toch minstens één boer. Of een nonkel pater die in Congo zat. Het gaat ook over je familie en streek durven achterlaten, je ambities najagen en vervolgens vaststellen dat je teruggekomen bent bij je bron. Net als ‘Wil’ haakt mijn boek in op de grote verhalen van dit land: WO I en II, de kolonisatie. Dat zit in het collectieve geheugen, en onze twee boeken vertellen daar meer over.»
HUMO Opvallend: het boek oogst lof bij de erfgenamen van zowel de ‘witten’ als de ‘zwarten’, de verzetslieden én de collaborateurs.
Olyslaegers «Dat heeft te maken met het basisthema: hoe moet de kleine man zich verhouden tegenover de overheid? Je hoeft niet links of rechts te zijn om te kunnen begrijpen in welke grijze situaties die politiemensen terechtkomen, het morele drijfzand waar ze in zitten.
»Ik kom uit een Vlaams-nationalistisch nest, zelf ben ik eerder groen-links, dus ik had wel wat controverse verwacht. Tot mijn opluchting is die uitgebleven, misschien omdat we een iets volwassener houding tegenover die periode beginnen aan te nemen. We willen vandaag eerder begrijpen dan veroordelen.»
HUMO Verandert het succes je?
Peeters «Ik ben altijd meer onderzoeker geweest dan dat ik mijn fantasie de vrije loop liet. Ik wil tot in de details weten hoe iets in elkaar zit vóór ik erover kan schrijven. Louis Paul Boon zei ook dat hij geen fantasie had. Dat herken ik, ik moet naar oude mannen en hun verhalen kunnen luisteren en die opschrijven. Als je een beetje bekend wordt, is dat makkelijker en krijg je er meer tijd voor.»
Olyslaegers «Vroeger moest ik af en toe vechten om niet verbitterd te raken, nu zegt iedereen mij dat ik de hele tijd loop te stralen (lacht). Je moet ervan genieten. Vooral omdat ik het gevoel heb dat ik geen commerciële knieval heb moeten maken om mijn lezers te bereiken.»
HUMO De poen, want het zijn allebei ook redelijk forse geldprijzen, is dat leuk meegenomen of is het meer?
Olyslaegers «Het is meer. Ik kan nu doorwerken aan het volgende boek, terwijl ik vroeger om de haverklap opdrachten moest aanvaarden om wat geld binnen te krijgen. Nu kan ik rustiger plannen en focussen. En dat doe ik met een beetje meer zelfvertrouwen.»
Peeters «Ik word vanaf januari voltijds schrijver, en ik stop met de job die ik bij de bank had. Dat is een mooie droom die eindelijk uitkomt. Vroeger zei ik weleens dat ik graag mijn job bij de bank had, zodat ik niet verplicht was om ieder jaar een boek uit te brengen dat voldoende geld opbracht. Maar dit is beter. Echt voltijds schrijver kunnen zijn en niet op ieder verloren moment papiertjes volschrijven: ik kijk ernaar uit.»
HUMO Zijn er ook nadelen?
Olyslaegers «Succes is als een stoel: je gaat erin zitten en je leunt achterover. Ik weet niet of dat goed is. Je moet toch altijd een beetje bang zijn voor het project waaraan je begint. Je moet in beweging blijven. Ik doe dat nu ook letterlijk, door iedere dag een lange wandeling te maken, van mijn stoel weg te gaan. Al is dat, toegegeven, ook omdat ik een paar kilo’s kwijt moet. Dat is ook succes: het verdikt je.»
Peeters «Ik heb voorlopig nog geen nadelen ondervonden. Ik ging al elke maand twee dagen met mijn vriend Koen Broucke, de schilder, naar Oostende om alles te weten te komen over Ensor en het Oostende van vroeger. Daar hebben we nu meer tijd voor dan ooit, tijd die ik eindelijk ook kan kopen.»
HUMO Wat doet de prijs met het boek zelf?
Olyslaegers «Het maakt een groot verschil in aandacht en verkoop. Een boek krijgt er een langer leven door. Mijn vorige boeken mochten een kleine twee maanden in de boekhandel liggen: ‘Wil’ heeft de zomer overleefd dankzij de prijs, en zal nu ook de feestdagen doorkomen. Dat is alles samen al anderhalf jaar. Ik ben een veel minder gefrustreerde mens (lacht).»
Peeters «Herdrukken zijn een goede indicatie: we zitten nu aan de vierde, en er zijn ongeveer 15.000 exemplaren verkocht. Dat is nog niet zoals Griet Op de Beeck, maar mij is het nooit eerder overkomen.»
HUMO Is je relatie met je lezers veranderd?
Olyslaegers «Ja, ik zie er nu veel meer (lacht).»
Peeters «Zelfs mijn personages krijgen positieve reacties. Het boek vertelt over mijn relatie met professor Renaat Devisch, die ook echt bestaat, en hij zei mij dat ook hij fijne reacties krijgt, van mensen die samen met hem jezuïet zijn geweest in Congo. Die gaan zelfs aan hun geheugen twijfelen: ‘Ik dacht dat het zo gebeurd was, maar het staat anders in het boek, dus ik zal me wel vergissen.’ (lacht) De kracht van fictie.»
Olyslaegers «Het is soms ontroerend, hoe een mens je vastpakt in de supermarkt en je bedankt omdat je verwoord blijkt te hebben waar hij al decennia mee rondliep. Vorig weekend heb ik met vijftig lezers een wandeling gemaakt langs de locaties van ‘Wil’, en daarna zijn we een pint gaan pakken. Die wereldoorlog blijft onwaarschijnlijk diep zitten. Mensen komen nu ook af met de verhalen van hun ouders en grootouders, waar ‘ook een fantastisch boek in zit’. En soms hebben ze gelijk, maar dan zal iemand anders het toch moeten schrijven.»
HUMO Want jij bent inmiddels bezig met…?
Olyslaegers «Een boek dat zich afspeelt in het Antwerpen van de 16de eeuw, met Dulle Griet in één van de hoofdrollen. Het moet er in 2019 zijn.»