Het leven zoals het is voor privéstewardess Ellen Opdenakker: 'Eigenlijk lééf ik voor mijn baas. Ik ben de hele tijd met hem bezig'
Of ze even op dat muurtje kan klimmen, wil de fotograaf weten. Meteen balanceert Ellen Opdenakker anderhalve meter boven het trottoir, in een tweedelig mantelpak en op halsbrekend hoge naaldhakken. Orders volgen is haar tweede natuur. Dat komt van pas, als privéstewardess op de jet van een multimiljonair. ‘Mijn leven is één lastminuteticket,’ hoorden we haar verkondigen in de eerste aflevering van de nieuwe Eén-reeks ‘Topservice’, over professionals in dienst van de allerrijksten.
' Ik ben van niks vies: een toilet schoonmaken vind ik even oké als een kristallen luster poetsen'
Met dat lastminuteticket vliegt Ellen de wereld rond. Staat morgen op de planning: Madrid.
Ellen opdenakker «Mensen onderschatten hoe hard ik moet werken. Ik ben de klok rond, zeven dagen op zeven stand-by, en ben maximaal tien dagen per maand thuis. Soms doe ik een week lang twee vluchten per dag, kriskras door Azië. Dan moet mijn baas ergens een contract tekenen en, hup, we zijn weer weg. Soms kom ik mijn hotel niet eens uit. Dan is het een kwestie van zo goed mogelijk proberen te recupereren tussen twee vluchten. Maar mijn job heeft ook voordelen: ik heb tijdens de werkuren mijn duikdiploma gehaald op de Seychellen. Wie kan dat zeggen?»
undefined
HUMO Al dat harde werk doe je voor één man.
Opdenakker «Ja. Ik sta in dienst van mijn baas, zijn familie en zijn bedrijf, dat holdings heeft over de hele wereld. Ik werk al vijftien jaar als privéstewardess, waarvan acht voor deze baas.
»Eigenlijk lééf ik voor mijn baas. Ik ben de hele tijd met hem bezig. Stap ik ergens een winkel met lokale specialiteiten binnen, dan denk ik: ‘Dit vindt hij misschien lekker.’ Hij is gek op Belgische Chokotoffs, Belgisch bier en speculoos. Die neem ik altijd mee als ik even hier ben. Op zo’n moment ben ik meer dan alleen zijn stewardess.
»Aan boord van de privéjet zorg ik voor het eten, dat is mijn hoofdtaak. Soms wordt dat bereid door een kok; andere keren ga ik naar de supermarkt en maak ik het zelf klaar aan boord. Maar ik vervul ook andere huishoudelijke taken: ik maak de bedden, doe de afwas, hou het vliegtuig netjes.»
HUMO In ‘Topservice’ was je in de weer in de minikeuken van de jet.
Opdenakker «Voor jou lijkt die keuken misschien mini, maar voor een privéjet is die galley enorm. Ik heb een diepvries, een ijskast, een espressomachine, een heteluchtoven... Ik heb zelfs twee grote vensters. Geen enkele stewardess heeft natuurlijk licht in haar galley. En ernaast heb ik mijn eigen kamertje, met mijn luie stoel, mijn pantoffels, mijn papieren.»
HUMO Ondanks de luxueuze setting, ben je niet te beroerd om de toiletbril af te kuisen. Ook dát zagen we je doen.
opdenakker «Ik ben van niks vies: een toilet schoonmaken vind ik even oké als een kristallen luster poetsen. Andere stewardessen laten daarvoor een kuisploeg aanrukken, maar dat vind ik te veel gedoe. Ik mag er niet aan denken dat ze mijn Hermès-servies in de afwasmachine stoppen.
»Eén keer heb ik de pot minestronesoep in mijn galley laten vallen. Iedereen – de piloot, de personal assistant van mijn baas – heeft toen geholpen om de boel op te ruimen. Niet prettig, maar het is niet zo dat mijn baas dan op me begint te schelden. Als ik citroenen vergeet te kopen voor een vlucht, dan zucht hij hooguit een keer. Na acht jaar weet hij wel dat ik hemel en aarde zal bewegen om de dingen die hij me vraagt, voor mekaar te krijgen. Helemaal in het begin vroeg hij me Kleenex-zakdoekjes met zijde erin te kopen. Nergens in Tokio kon ik die doekjes vinden, dus ik ging met een klein hartje weer aan boord: ‘Sir, I’m so sorry, but I couldn’t find them anywhere.’ ‘Niet erg,’ zei hij, ‘vraag het de volgende keer gewoon aan mijn personal assistant. Hij weet wel waar je die kunt vinden.’ Ik stond perplex: waarom had hij dat niet meteen aan z’n assistent gevraagd? Maar hij wilde zien hoe ver ik voor hem zou gaan.»
HUMO Vér, kunnen we gerust stellen. ‘Mijn dag is pas geslaagd als iedereen gelukkig is,’ zeg je. ‘Ik kom op de laatste plaats.’
opdenakker «Zo moet dat, als je topservice wil leveren. Mijn job is: ten dienste van iemand anders staan.
»Die dienstbaarheid zat al van kleins af in mij. Als kind deed ik de boodschappen voor mijn zieke grootmoeder en hielp ik de zusters op school. Mijn vader was antiquair en mijn moeder had een winkel met juwelen en accessoires. Mijn broer en ik gingen mee naar de beurzen. Hard werken was bij ons de normaalste zaak van de wereld.»
HUMO Droomde je er als klein meisje van stewardess te worden?
opdenakker «Nooit. Mijn droom was: trouwen met een ambassadeur, kinderen krijgen en reizen. Directeur worden van een internationale hotelketen en van het ene hotel naar het andere trekken, leek me ook wel wat. Maar het is anders gelopen. Na de middelbare school ging ik voor directieassistente studeren in Brussel – in het Frans, want een nieuwe taal leek me handig. ‘Je zal een weekendbaantje moeten zoeken,’ zei mijn vader. In de krant zag ik een advertentie: stewardessen gezocht op freelancebasis. Ik mocht direct beginnen. Ik vloog op vrijdagavond, kwam zaterdag terug en deed nog een ochtendvlucht op zondag. Na zo’n weekend had ik mijn centjes op zak om de week op kot door te brengen. Uitgaan deed ik ook wel, maar alleen op dinsdag, woensdag en donderdag.
undefined
»Ik had al snel de smaak te pakken, dus na mijn studie ben ik blijven vliegen. Eerst bij Sabena, maar dat ging failliet. Toen hoorde ik van een piloot dat ze mensen zochten bij Netjets. Ik had nog nooit één voet in een privéjet gezet. Ik dacht vooral: ‘Kan ik wel rechtstaan in zo’n klein vliegtuig?’ (lacht)»
De Monaco-norm
HUMO Over welke kwaliteiten moet een privéstewardess beschikken?
opdenakker «Je moet discreet zijn, je plaats kennen, respect hebben. Goed opgevoed zijn, met andere woorden. En je moet vooral bereid zijn the extra mile te gaan, zelfs al ben je moe of ziek.
»Dat ik al acht jaar voor dezelfde baas werk, is behoorlijk uitzonderlijk. Voor de kleinste fout gooien ze je buiten. Ik heb eerst voor een sjeik uit Bahrein gewerkt en dan voor een Rus uit Moskou. Met die Rus heb ik maar een paar vluchten gedaan. Niet dat ik een fout had gemaakt, ik was gewoon op het verkeerde moment op de verkeerde plaats: ik had dienst toen hij met een andere vrouw dan zijn echtgenote een vlucht nam en hij was bang dat ik mijn mond zou voorbijpraten. Niet dat ik dat ooit zou doen: een privéstewardess tekent sowieso een geheimhoudingsverklaring. Maar voilà, dat was het einde van mijn carrière bij die Rus. Ik ben er niet rouwig om: ik heb veel geluk met mijn huidige baas, een heel lieve man.»
HUMO Op tv zagen we alleen zijn Nike-schoenen en een broekspijp.
opdenakker «Ik heb serieus moeten aandringen voor hij een camera aan boord toeliet. Uiteindelijk mocht één meisje van het productiehuis mee, maar zijn identiteit moest absoluut geheim blijven. Zelfs mijn ouders kennen zijn familienaam niet. Dat maakt ook niet uit: hij is een onbekende zakenman. Ik heb hem zelf moeten googelen, toen ik voor hem begon.
»Mijn baas is rijk geboren. Dat is anders dan iemand die zich heeft opgewerkt. Je voelt het verschil: nieuwe rijken kunnen negen op de tien keer niet met beide benen op de grond blijven. Neemt mijn baas zulke gasten mee voor een vlucht, dan denken die meteen dat de privéjet van hén is.»
HUMO Krijgt een privé-stewardess een riant loon?
opdenakker «Elke privéstewardess moet zelf onderhandelen over haar loon. Er is geen uniformiteit. Ik verdien sowieso meer dan een stewardess op lijnvluchten, maar daar staat tegenover dat ik geen bescherming geniet. De eerste jaren dat ik in dienst was, had ik ook géén vakantie. Nu wel, maar het gebeurt dat mijn baas me er pas drie dagen op voorhand over inlicht. Probeer dan nog maar eens een leuke, betaalbare bestemming te vinden. Ik zou zo graag eens willen zeggen: ‘In juni heb ik een weekje Saint-Tropez geboekt.’ Dat is me de voorbije acht jaar nooit gelukt.»
undefined
'Ik heb tijdens de werkuren mijn duikdiploma gehaald op de Seychellen. Wie kan dat zeggen?'
HUMO Zo lief vind ik je baas eigenlijk niet.
opdenakker «Tja, zo gaat het nu eenmaal in deze sector. Maar ik ben nu 44 en krijg meer en meer zin om eindelijk eens voor mezelf te gaan leven. Ik merk ook dat ik fysiek meer last krijg van de jetlags. Ik wil wat vaker thuis zijn.»
HUMO Thuis is voor jou Monaco.
opdenakker «Ik ben daar veertien jaar geleden gaan wonen. Waarom? De zon, de zee, het strand, de vrienden. Mensen denken bij Monaco vooral aan grote luxe, maar die luxe is soms maar flinterdun. Een Ferrari kan net zo goed gehuurd of geleased zijn.»
HUMO Met wat voor auto rij je zelf?
opdenakker «Een BMW décapotable. Een simpel autootje, naar Monaco-normen.
»Echt klassevol zou ik Monaco niet noemen – je hebt er geen prachtig oud centrum zoals in Madrid, het staat er vol grote blokken – maar ik voel me er thuis en het is er fijn wonen. Behalve tijdens de Grand Prix: dan vluchten we met z’n allen de stad uit.»
sir baas
HUMO Als stewardess word je beoordeeld op je uiterlijk. Ben je soms bang dat je straks vervangen wordt door een jonger exemplaar?
opdenakker «Nee. Ons uiterlijk speelt wel een rol, maar de jonge meisjes hebben niet de ervaring die ik heb. Ik ken een stewardess van 65, wier baas van geen ander wil weten. Na al die jaren raak je vergroeid met de familie. Ik heb het jongste kind van mijn baas leren kennen toen het amper tien dagen oud was. Nu komt het in mijn armen gevlogen als ze een vlucht nemen. Die mensen slapen en eten op dat vliegtuig. Ik weet wanneer ze een goeie dag hebben en wanneer niet. Mijn baas hoeft maar naar mij te kijken en ik weet al wat hij wil. En omgekeerd kennen zij mij ook. Een ex van me maakte het een keer uit, net toen ik in Canada op een vlucht moest stappen. Via WhatsApp, nota bene. Natuurlijk zag mijn baas mijn betraande ogen. Ik zei nog dat ik een verkoudheid had, maar daar trapte hij niet in. Hij leefde heel erg met me mee: ‘Toon me die sms’en eens. Laat je niet kennen, hè!’
»Ik weet dat het raar klinkt, maar ik zie mijn baas en zijn familie graag. Veel mensen sakkeren alleen maar op hun baas. Ik niet. Ik ben aan hem gehecht. Al is er natuurlijk een grens. Ik kan grapjes met hem maken, maar ik heb hem nog nooit bij zijn voornaam aangesproken. Voor mij blijft het altijd ‘sir’. Ook over politiek, cultuur of religie praten we niet. Alleen bij de aanslagen in Brussel gaf hij wel wat commentaar, maar daar ga ik dan niet op in. Zonder die grens loopt het verkeerd in deze job. Je mag nooit te familiair worden.»
undefined
undefined
'Huwelijksfeesten, de geboorte van mijn nichtje, de 65ste verjaardag van mijn papa: ik heb het allemaal gemist.'
HUMO De feestjes van je eigen familie moet je missen.
opdenakker «In het begin cijferde ik mezelf gewoon weg. Huwelijksfeesten, de geboorte van mijn nichtje, de 65ste verjaardag van mijn papa: ik heb het allemaal gemist. Nu, na acht jaar, durf ik wel op mijn strepen te staan en te zeggen: ‘Naar het verjaardagsfeestje van mijn mama wil ik absoluut gaan.’ Mijn ouders zijn allebei ziek, dus nu wil ik er gewoon zijn.
»Ook in een vijfsterrenhotel kun je je eenzaam voelen. Uiteindelijk zit ik daar wel alleen, met twee piloten die ook hun eigen leven hebben. Maar dan bekijk ik wat foto’s of skype ik met mijn familie.»
HUMO Als je zo vaak van huis bent, zit er dan nog iemand op je te wachten als je thuiskomt?
opdenakker «Als ik thuis ben, moet ik mijn vrienden een seintje geven: ‘Ik ben er weer! Vergeet me niet!’ Ik heb één vriendin die er altijd voor me is. Soms ben ik jaloers op haar. Zij heeft vier kinderen, terwijl ik mijn kinderwens heb opgeofferd voor mijn job. Ik heb wel een relatie. Nee, niet met een piloot. Da’s nogal een apart ras, piloten. Ze kunnen alleen maar over vliegtuigen praten (lacht).
»Ik heb gemerkt dat mijn dienstbaarheid, die me zo van pas komt in mijn job, in mijn nadeel werkt in relaties. Ik heb niet alleen de neiging me de benen van het lijf te lopen voor mijn baas, maar ook voor mijn vriendjes. Op den duur ben ik dan meer een moeder dan een minnares, en nemen zíj de benen. Ik zoek nog altijd naar de juiste balans. En naar tijd: ik voel dat ik meer tijd zal moeten maken als ik deze relatie wil laten slagen. Ik heb mijn baas al een paar keer gevraagd of ik een assistente mag nemen, die voor me kan inspringen als het nodig is. De voorbije jaren heeft hij dat telkens geweigerd. Niet om het geld, maar omdat die nieuwe weer helemaal van nul moet beginnen en hem moet leren kennen. Nu lijkt het er voor het eerst op dat die assistente er weleens zou kunnen komen.
»Mijn job helemaal opgeven, dat zou ik enkel en alleen doen voor een kind. Want ondanks alle opofferingen, ben ik ook verslaafd aan het telkens weer vertrekken. Ik kan makkelijk drie dagen in Monaco zijn, drie dagen in Antwerpen, en dan drie dagen in Madrid. Maar zet me tien dagen op dezelfde plek en ik word zot. De wereld is van mij. Ik heb overal mijn adresjes en ik voel me overal thuis. Zo heb ik het graag.»