Het lieve leven en hoe het te lijden: Zaki
Als je een mooi voorbeeld zoekt van een goed geconserveerde krasse knar, staat Jacques ‘Zaki’ Dewaele (69) met stip op één. De legendarische dj heeft nog al z’n haar en – op het eerste gezicht toch – al z’n tanden. En de grijns die hij bij onze ontmoeting produceert, is die van een kwajongen van 17.
Dat Zaki en passant twee wereldiconen van de actuele jeugdcultuur heeft neergezet, te weten zijn zonen Stephen en David Dewaele, voor de partygangers onder ons ook bekend als 2ManyDJs, Soulwax, The Flying/Fucking/Sucking Dewaele Brothers, Samantha Fu en wat nog allemaal, is mooi meegenomen. Fasten your seatbelt voor enkele behartenswaardige levenslessen!
HUMO Je bent de zoon van een pasteibakker.
Zaki «Mijn vader was niet zomaar een pasteibakker, hij zocht naar kwaliteit en creativiteit. Hij wilde de beste pateekes maken, hij wilde de mooiste etalage van de buurt. Ooit heeft hij het Belfort van Gent in chocola nagebouwd, een enorm kunstwerk waarmee hij prijzen heeft gewonnen. Mijn verste herinnering: ik zit in het werkhuis, op de arduinen steen waarop het deeg wordt uitgerold. Ernaast is mijn vader in de weer met de slagroomspuit, vruchtentaarten aan het versieren. En, het allerbelangrijkste, al doende zingt hij. Dat is mij m’n leven lang bijgebleven: je moet dingen doen waarbij je kunt zingen. Arbeidsvreugde. Mijn vader hield van zijn job, en dat heb ik zelf ook altijd nagestreefd.»
HUMO Herinner je je de jaren vlak na de oorlog nog? De schaarste?
Zaki «Schaarste heb ik nooit gekend, integendeel: ik werd vreselijk verwend. In de bakkerij was alles daartoe ruimschoots voorhanden (lacht). Als nakomertje was ik omgeven door vrouwen: mijn twee oudere zussen, mijn tante Adrienne, die ongetrouwd bleef, en onze winkeljuffrouw, die ook kinderloos was. Op drie jaar kreeg ik verdorie een levercrisis, omdat die vrouwen mij bijna permanent lekkers toestopten. Ik ben mijn hele verdere leven een snoeper gebleven, een suikerslaaf.
»Mijn vader koesterde hoge verwachtingen voor mij: ik zou dokter worden, of ingenieur, of advocaat. Maar op school bakte ik er niet zo veel van. In mijn laatste jaar op Sint-Amands haalde ik nog welgeteld 30 procent. Ik wilde naar Sint-Lucas, naar de kunstschool! Mijn vader dacht dat ik zot geworden was, zijn droom viel in duigen.»
HUMO Van wie heb je je taalvaardigheid?
Zaki «Van mijn vader. Hij was een sterke, dominante persoonlijkheid en kon het goed zeggen. Hij las veel, hij hield van opera, hij discussieerde graag. We hadden veel conflicten, maar op het einde van zijn leven was hij mijn beste vriend. Jammer genoeg heb ik hem vroeg verloren: ik was 18 toen hij stierf. Hij had al enige tijd last van z’n hart en is tijdens het bridgen onwel geworden. Een kwartier later was hij dood. Iedereen vindt dat ik fysiek sterk op mijn vader lijk. Mijn moeder was eerder de stille kracht in huis. Hard werken en in de schaduw van mijn vader staan. Ze had acht zwangerschappen achter de rug, dat hakt er stevig in.
»Op het einde van zijn leven is mijn vader nog met een heuse confiserie begonnen: het vervaardigen van suikergoed en chocola. Sinterklaas en Pasen waren de hoogdagen. Maar zakelijk ging het niet zo goed. Vader werd op de koop toe ziek, en uiteindelijk is de zaak failliet gegaan. Na de dood van mijn vader kreeg het gezin het moeilijk. Op het einde was er nauwelijks nog geld. Net geen armoede, maar het scheelde niet veel.»
HUMO Vanaf je 17de vrijde je met Frida. Zij is nog altijd je vrouw: jullie zijn dus meer dan vijftig jaar samen.
Zaki «Frida en ik, dat is iets zeer vreemds. We hebben elkaar leren kennen in een soort jeugdclub waar half Sint-Lucas ’s middags z’n boterhammen kwam opeten. Een vriend van mij had zijn oog laten vallen op een mooi zwartharig meisje en deed alsof hij al iets met haar had. Ik ben toen ’ns gaan kijken in het weekend, toen er in die club gedanst werd. Ik vroeg haar voor een rock. Ik vroeg haar voor een slow. Het klikte. Frida woonde in Zwijnaarde en moest met de tram naar huis. Ik liep met haar mee en midden op straat hield ik haar staande. Ik weet niet waar ik het lef vandaan haalde, maar ik zei: ‘Jij moet met mij trouwen.’ Ze begon te lachen: ‘Ik ken je nauwelijks, Zaki.’ Maar ik hield vol: ‘Jij trouwt met mij. Jij bent het, en niemand anders.’ Ik had het gevoel: bij dit meisje ben ik thuis. Achteraf bekeken weet ik nog altijd niet wat mij toen heeft bezield. Ik weet alleen dat we nog altijd samen zijn.»
HUMO Wat is het geheim van jullie huwelijk?
Zaki «We passen gewoon heel goed bij elkaar. We houden meestal van dezelfde dingen, hebben dezelfde muzikale smaak. We zoeken allebei naar kwaliteit in het leven. Frida is niet alleen mooi, ze is ook zeer intelligent.»
HUMO Wat heeft ze jou geleerd?
Zaki «Niets. En omgekeerd heb ik haar ook niks geleerd. O ja: ze heeft mij leren koken. En ze kookt zelf fantastisch. We hebben elkaar nooit iets verboden of misgund, hebben elkaar altijd vrij gelaten. Ik zou het niet hebben kunnen verdragen dat Frida bij mij bleef om een andere reden dan dat ze mij graag zag. En zij denkt er wellicht ook zo over.»
HUMO Je gelooft in de liefde?
Zaki «Natuurlijk geloof ik in de liefde, op alle vlakken. Ook van onze twee jongens heb ik altijd zeer veel gehouden. En liefde teruggekregen. Zo belangrijk. Zo intens. Bij de liefde valt de rest in duigen, me dunkt. Akkoord, er waren stormen, wij zitten heus niet als softies naast elkaar op de bank. Er wordt gediscussieerd, er wordt op tafel geklopt, maar de essentie blijft oké. Basically hebben Frida en ik elkaar nooit de rug toegekeerd.»
HUMO Hoe liep je erbij als jonge gast? Een echte rocker?
Zaki «Dat zou ik veel te beperkend hebben gevonden. De sixties en seventies zag ik vooral als één grote verkleedpartij. De ene dag liep je in een broek met olifantenpijpen, de volgende in een leren jasje. Samen met mijn broers luisterde ik op de jongenskamer naar Radio Luxembourg, your station of the stars, op een kristalontvanger. Zo leerden wij Fats Domino kennen, en Elvis, natuurlijk, en de eerste nummers van The Beatles. Het Beatles-concert in de Parijse Olympia, live: onvergetelijk. Er was iets nieuws aan de gang, de wereld veranderde. Mensen van mijn leeftijd praten met zulke nostalgie over die beginjaren, alsof er daarna niets belangrijks meer is gebeurd. Wij gingen de zaak veranderen, we gingen een nieuwe maatschappij bouwen. Er heerste een revolutionair elan, met de rock en pop als achtergrondmuziek. Op de maten van ‘Street Fighting Man’ van de Stones sloopten wij heilige huisjes. Die muziek was een stuwende kracht, ze dreef ons almaar verder. We trapten de deur in van het hok waarin we al die tijd opgesloten hadden gezeten, en stormden met z’n allen naar buiten, de vrijheid tegemoet. Maar dán… Dat was dus een probleem (lacht). Wat te doen met die vrijheid?»
undefined
Het fenomeen dj
HUMO Hoe ben je bij de BRT beland?
Zaki «Ik las in de krant dat de staatszender op zoek was naar ‘het fenomeen diskjockey’. Er hoorde ook een wedstrijdje bij. Twee maanden later ging de telefoon: ik had gewonnen en mocht het officieel in de ether komen proberen. Zo is het gelopen. Het succes was er meteen en mondde uit in een carrière. Lange tijd dacht ik: ‘Dit doe ik maar voor een korte tijd. Later wil ik op een ernstige manier mijn brood verdienen.’ Maar dat is niet gelukt (lacht).
»Ik draaide alles. Tussen de Amerikaanse rockers door programmeerde ik Zjef Vanuytsel of Kris De Bruyne. Ik ging gewoon af op mijn eigen smaak. Ik heb altijd voeling gehad met wat ik draaide. Urenlang zat ik thuis te kiezen en te selecteren.»
HUMO Ik zit nu een halfuur naar jou te luisteren en ik voel dat er, net als in die eerste radiojaren, nog altijd een enthousiaste, dynamiserende drive van je uitgaat. Optimisme ook.
Zaki «Dat klopt. ’t Is een rare combinatie van positieve krachten. Ik ben chronisch nieuwsgierig en dat uit zich in mijn manier van praten. ’t Is een zegen en een vloek tegelijk. Ik kan zeer enthousiast zijn over de wereld.»
HUMO Is dat niet naïef?
Zaki «Dat denk ik net níét. Het is geen pose, ik heb het in mijn bloed. In de jaren 60, met mijn programma ‘Jamazaki’, werd ik overweldigd door alles wat nieuw was. En dat kleurde mijn stem, dat wilde ik doorgeven.»
HUMO In die periode was je geen vriend van Humo. Hoe kwam dat?
Zaki «Ik heb het zelf nooit begrepen. Was ik te commercieel? Ik dacht het niet. Ik heb enkele aanvaringen gehad met het toenmalige huis Dupuis, dat klopt. Er was een moment dat Guy Mortier mij niet meer voor vol aanzag. Dat had, denk ik, te maken met wat ik op tv deed: ik werd de assistent van Nonkel Bob, en dat leek Guy niet te zinnen. Had ik het ideaal van de pure rock verloochend? Wat zeker meespeelde: in die jaren had ik een aversie van de arrogantie van de pers. Het was de pers die je naar haar pijpen wilde laten dansen. En dat vertikte ik. Ook Guido Van Liefferinge (de toenmalige directeur-hoofdredacteur van Dag Allemaal, red.) is een tijdlang boos op me geweest. Mijn schuld, wellicht: ik ben een ongelooflijke individualist en ik verdraag het uiterst moeilijk dat iemand mij de les spelt. Maar als ik op tv kwam, deed ik dat altijd als een goede gastheer, vriendelijk en beleefd. En nooit betweterig of arrogant.»
HUMO Later kwam De Mike & Zaki Show, waarmee je, samen met je kompaan Mike Verdrengh, de Vlaamse parochiezalen afdweilde.
Zaki «Ik werkte eerst voor Rudy Sinia, bij Radio Oost-Vlaanderen. Later verkaste ik naar Omroep Brabant, onder Jan Schoukens. Daar ontmoette ik Mike – en het klikte. Het was in de tijd van de piratenzenders, met voorop Radio Caroline en Veronica. De Nederlanders van Veronica hadden een drive-inshow en wilden daarmee ook Vlaanderen koloniseren. Maar Mike en ik dachten: wat zij doen, kunnen wij ook, en beter.»
HUMO Via Verdrengh werd je één van de voortrekkers van VTM.
Zaki (knikt) «De toenmalige BRT was helemaal vastgeroest. Een beetje concurrentie was meer dan welkom, dachten wij toen. Ik zeg altijd: ‘Zonder VTM géén Woestijnvis.’ Samen met Guido Depraetere en Dirk Verhofstadt hebben wij zwaar aan de VTM-kar getrokken. Ik deed voor VTM de quiz ‘Cijfers en letters’. Dat was een idee dat Depraetere eerder al vele malen aan de BRT had voorgesteld, maar die vonden iedere-dag-op-hetzelfde-uur-een-quiz onzin. En kijk ’ns wat er op de VRT al jaren met succes loopt…»
HUMO ‘Blokken’!
Zaki «Voilà. Zo zie je maar hoe het kan verkeren.»
Losse jongen
HUMO In de jaren 90 ben je er volledig onderdoor gegaan. Overwerkt? De grote depressie?
Zaki «Het was opgestapelde vermoeidheid, ik was helemaal leeg. Ik trok naar de dokter en die beweerde dat er wat scheelde met mijn spieren. Hij schreef mij een aantal sessies elektrotherapie voor, waarbij je spieren met elektrische stroom worden gestimuleerd. Een vreemd gevoel, hoor. Later kwamen de dokters erachter dat er niet zozeer iets aan mijn spieren mankeerde, maar aan mijn zenuwen. Ik zag al spookbeelden opduiken van vroegtijdige dementie, dat ik dacht: ‘Nu is het gedaan met mij.’ (lacht) De artsen hebben mij toen behandeld met hoge doses vitamines. En plotseling was de vermoeidheid over. Het was dus helemaal geen grote depressie. Ik geef het je op een blaadje: om mij depressief te krijgen zullen ze met veel volk moeten zijn (lacht). Levensles: geloof in de heilzame kracht van vitamines. Sedertdien slik ik trouw mijn dagelijkse dosis.»
HUMO Je hebt nadien nog meer moeilijke periodes gehad, vooral dan op financieel vlak.
Zaki «Dat komt omdat ik zakelijk een nul ben: geld interesseert mij veel te weinig. Op dat vlak ben ik een oude hippie. Bezit schrikt mij af. De dingen die jij denkt te bezitten, bezitten uiteindelijk jou. Mijn gevoel voor vrijheid maakt mij wantrouwig tegenover het materiële. Lange tijd heb ik geen eigen huis gehad, precies daardoor. En zwarte sneeuw? Toch wel. Eind jaren 90 zat ik simpelweg zonder werk. Ook weer mijn eigen dikke schuld: ik weigerde mij ergens vast te klikken. Als een omgeving mij niet meer zinde, zoals indertijd bij de BRT, stapte ik op. Iedereen riep: ‘Ben je nu helemaal zot geworden, Zaki? Zo’n gouden job geef je toch niet op?’ Maar ik deed het toch. Ik heb in mijn leven meerdere deuren achter mij dichtgeslagen. En er nooit spijt van gehad. In alle eerlijkheid: om zo te leven heb je een stevige partner nodig, één die je steunt, door dik en door dun. En dat deed Frida. Ik ben altijd een losse jongen geweest. Niks aan te doen. Aan iets als pensioenopbouw heb ik nooit gedacht.»
HUMO Zal dat je, nu je fin de carrière bent, niet zuur opbreken?
Zaki «Dat is dan maar zo. Daar zal ik mee moeten leren leven. Ik zal platen moeten blijven draaien tot mijn laatste snik, zeker? (lacht)»
HUMO Kun je, op jouw leeftijd, nog om met de drukte en het lawaai dat bij het dj’en hoort?
Zaki «Pas op: ik sta als dj aan de andere kant van de barrière, weg van de luidsprekers, waar het niet zo druk is en de muziek niet zo luid klinkt. Toen ik er een tijd geleden opnieuw mee begon, vroeg ik mij af: ‘Hoe lang ga ik dit nog uithouden?’ Akkoord, het recuperatievermogen daalt. Maar voor de rest valt het best mee. De volgende ochtend doe je het rustig aan, maar de nacht zelf heb ik het nog nooit moeilijk gehad.»
HUMO Ben je opnieuw gaan dj’en wegens het succes van David en Stephen?
Zaki «Had er niks mee te maken. Toen mijn jongens wat beroemder werden, kregen ze vaak het voorstel: waarom niet ’ns draaien met jullie vader? Maar daar voelden zowel ik als zij helemaal niets voor. Geen goed idee, het publiek zou gaan vergelijken, ongezond. Zeer toevallig heb ik wél een set van anderhalf uur gedraaid op een feestje van één van hun vrienden. Na afloop dacht ik: ‘Shit, ik was helemaal vergeten hoe graag ik dit deed.’ Echt wel geestig. Er kwamen nieuwe aanvragen, ik zei ja, en voor ik het wist was ik weer professioneel bezig.»
HUMO Is de set van je zonen voor een deel gebaseerd op de vaderlijke collectie, die naar het schijnt gigantisch is?
Zaki «Ze zijn met die collectie opgegroeid, natuurlijk. En ze zaten voortdurend in mijn platen te rommelen. Maar ik heb hen zeker niet muzikaal opgevoed. Nooit gezegd: ‘Nu ga ik jullie ’ns alles vertellen over de vroege Small Faces.’ Ik wilde mij vooral niet met hun smaak bemoeien. Stephen en David zouden meteen hebben gezegd: ‘Pa, dáár is de deur.’ Ik kan me onmogelijk voorstellen dat mijn vader mij op m’n 20ste over Mario Lanza, Tino Rossi of Charles Trenet geleerd zou hebben. Goeie muziek moet je zelf ontdekken, vind ik.»
HUMO Vandaag zijn Stephen en David een wereldact. Je bent ongetwijfeld trots op dat succes. Maar ben je nooit jaloers?
Zaki «Dit vind ik zo’n ongelooflijke rotvraag. Hoe kun je nu als vader jaloers zijn op je eigen kinderen? Dat kan ik echt niet begrijpen. Iedere vader wil toch dat z’n zonen het verder schoppen dan hijzelf, nee? En verder: ik zou voor geen geld met hen willen ruilen. Zij hebben een zéér hard leven, geloof me. Vliegtuig in, vliegtuig uit, hotel in, hotel uit, en dat weken aan één stuk. Niets voor mij. Ik ben nogal honkvast, ik wil rustig thuiszitten, ’s avonds.»
HUMO Je hebt ongetwijfeld hun dvd ‘Part of the Weekend Never Dies’ gezien: het leven on the road van 2ManyDJs. Straffe kost. Een zeer eerlijk, maar tegelijk onthutsend document.
Zaki «Natuurlijk heb ik dat gezien. Enkele scènes zijn inderdaad onthutsend. En ja, ik ken ook de andere kant. Soms ga ik Stephen en David afhalen in Zaventem, en dan zie ik twee lijken op mij afkomen. Totaal uitgeput. Die gasten werken veel te hard. Niet goed. Altijd onderweg, altijd maar optreden: geen leven.»
Zweven
HUMO Wat herken je in Stephen en David?
Zaki «In de eerste plaats het plezier, de arbeidsvreugde. Had hun grootvader, heb ik, hebben zij. Dat is het wezenskenmerk van de Dewaele-stam (lacht). Stel je voor: er staat 120.000 man op en neer te wippen op de muziek die jij draait. Fantastisch, toch?»
HUMO Ben je nooit bang dat ze aan dit leven ten onder zullen gaan? Er is een scène in ‘Part of the Weekend Never Dies’ waarin je kunt zien hoe Stephen, de oudste, ver heen is – de ogen weggedraaid.
Zaki (na enige stilte) «Ik maak mij daar soms zorgen over, ja. Het is… onverantwoord slopend. Gelukkig houden ze het rustig qua drugs, anders zou ik helemaal verontrust zijn. Het zijn geen heiligen – wat hebben wij zelf niet uitgespookt in onze jonge jaren? – maar ze gaan ongelooflijk wijs met al die roem en aandacht om. En ze zijn met z’n tweeën: de ene spijkert de andere wel bij als dat nodig is.»
HUMO Bij grote sterren zie je soms dat de rol, het imago het overneemt van de man zelf.
Zaki «Dan zou ik ’ns stevig met hen gaan klappen. Dat is misschien het enige moment waarop ik zou ingrijpen: als ze zouden gaan zweven, als ze naast hun schoenen zouden gaan lopen. Maar dat gebeurt gelukkig niet.»
HUMO Hoe heb je ze opgevoed? Wat heb je hun geleerd?
Zaki «Niks, denk ik. Ik ben nog altijd van oordeel: hoe minder je je kinderen opvoedt, hoe beter. Ja, de basics, die geef je natuurlijk mee: eerlijkheid, respect, je best doen, de simpele rules of life. Maar verder? Ik zou het niet weten.»
HUMO In een interview waren David en Stephen vol lof over hun ouders: ‘Wij hebben onze intelligentie van hen meegekregen. Zij brachten ons in contact met alles. Wij zijn cultureel opgevoed en plukken daar nu de vruchten van.’
Zaki (zichtbaar ontroerd) «Dju… Mooi om te horen. Maar het heeft niets met actief opvoeden te maken. Frida en ik waren gewoon onszelf. De kracht van het goede voorbeeld, misschien? Je bent wie je bent. En heb je daar dan verdienste aan? Ik herinner mij nog dat ik indertijd problemen had met de vaderrol: ik had het ontzettend moeilijk met straffen. Ik wilde boven alles de beste kameraad van mijn zonen zijn.»
HUMO Wanneer begreep je voor het eerst dat er uit Stephen en David iets bijzonders aan het groeien was?
Zaki «Ik ben er niet eens zo zeker van dat mijn kinderen bijzonder zijn. Ze werken hard en ze hebben hun talent goed onder controle. Maar zijn ze daarom anders dan de anderen?»
HUMO Ze zijn simpelweg rotgetalenteerd. Multigetalenteerd, ook. Ik herinner mij indertijd ‘Rock Rapport’, op VTM: dat was zeer vernieuwende, grensverleggende televisie. En zij deden dat zomaar even tussendoor.
Zaki «En ik mocht dat produceren (lacht). Ik had het er onlangs nog met Stephen over: ‘‘Rock Rapport’, dat was echt top. Waarom pik je die draad niet nog ’ns op?’ Maar het antwoord was, zoals zo vaak: ‘Te weinig tijd, pa.’»
HUMO Je zonen moeten ondertussen ontzettend rijk zijn.
Zaki «Daar zou ik mij vooral niet te veel bij voorstellen. Het gaat om grote sommen, ja, maar er zit een booker in het spel, een manager, onwaarschijnlijk grote onkosten… Laat ik zeggen dat ze er goed van kunnen leven.»
My Generation
HUMO Over naar je boek: ‘Ondeugend ouder worden’. Je begint met een citaat van Somerset Maugham: ‘Het is een illusie dat de jeugd gelukkig is. Jongeren zitten vol onoprechte, hun meestal aangeprate, idealen. Telkens wanneer ze met de realiteit in contact komen, worden ze gekneusd en gewond.’ Een harde, maar naar mijn aanvoelen ook terechte vaststelling.
Zaki «Ik vind de vergoddelijking van het jeugdige ideaal onnozel. Reclame, media en kunsten doen volop mee aan het in stand houden van de mythe, maar in werkelijkheid kampen jongeren in grote mate met uitzichtloosheid, wat hen ongelukkig maakt. Ik zou voor geen geld nu 18 willen zijn en al die pijn, existentiële angsten en teleurstellingen weer door moeten. De extatische overwaardering van de jeugd is niet eens zo oud: ze is ontstaan na de Tweede Wereldoorlog.
»Aan de andere kant wordt van oudere mensen een clichébeeld opgehangen dat absoluut niet strookt met de werkelijkheid. Ouderen zijn suf, gebrekkig, oninteressant, ziek, behoeftig. (Met grote nadruk) Onzin! Loop met mij door het centrum van Antwerpen. Hoeveel rollators gaan we zien? Géén. Komaan zeg, set the record straight, dit verhaal klopt niet. Mijn generatie, die van de babyboomers, gaat zo stilletjes aan met pensioen. Maar zijn dat oude, afgeschreven wrakken? Helemaal niet. Het zijn meestal fitte, welstellende, gelukkige mensen die er goed uitzien, aan sport doen en van het leven genieten. Zie jij uitzichtloosheid en tragiek? Ik niet. De babyboomers zullen gemiddeld 90 jaar oud worden, met massa’s 100-jarigen erbovenop. Op je 50ste ben je nog maar in de helft van je leven! En toch zijn werkgevers geneigd om die mensen waar mogelijk te ontslaan. Dat is toch… pure waanzin?»
HUMO Jij lijkt mij althans geen wrak van 69. Eerder een kwajongen van 18.
Zaki «En dat ondeugende wil ik graag zo lang mogelijk behouden (lacht). Opmerkelijk: als je in je jeugd een kwajongen was, komt die weer tevoorschijn na je 60ste. Het is niet omdat je een aantal jaren op de teller hebt staan, dat je versleten en uitgeblust bent. Wie zich soigneert, veroudert nauwelijks. Voor het eerst in de geschiedenis hebben wij dat proces mooi onder controle.»
HUMO Je boek geeft de indruk uit een soort woede te zijn geschreven.
Zaki «Dat klopt. Ik zat al jaren te wachten tot iemand dit boek zou schrijven. Uiteindelijk heb ik het dan maar zelf gedaan. Iémand hoorde dit verhaal te vertellen: ‘Nee, het is niet erg om oud te zijn’. Het is erg om zíék te worden, ja. Maar oud? Ik ben 69 en ik heb mij nog nooit zo goed in mijn vel gevoeld als nu. Je leeft in harmonie met jezelf en de wereld, je hebt wat spaargeld achter de hand, je kunt, kortom, volop léven. Je bent vrijer, je hebt meer tijd, heel veel dingen hoeven niet meer zo, je hebt geen sociale verplichtingen meer. Héérlijk! Levensles voor de jongeren: er is hoop, er is toekomst, want het leven wordt alleen maar beter met de jaren.
»Ik hoor voortdurend praten over ‘het probleem van de vergrijzing’. What the fuck is this! De vergrijzing is net een zégen. Ze bewijst dat steeds meer mensen in goede conditie ouder kunnen worden.
»Uit recent wetenschappelijk onderzoek blijken enkele merkwaardige dingen. Een voorbeeld: het oudere brein takelt niet af, maar werkt net béter dan het jongere. Oud en verward: dat is flauwekul! Oudere mensen kunnen zich het best concentreren, omdat ze wat écht belangrijk is beter hebben leren detecteren. Wetenschappers gingen er lang van uit dat sommige hersencellen afsterven met het ouder worden, maar daar komen ze nu van terug. Het brein blijkt voortdurend nieuwe cellen aan te maken.
»Straffer nog: ouderen zijn minder snel moe dan jongeren. Dat is simpelweg een feit. De brute kracht neemt af, maar de uithouding neemt toe, zeker als je wat traint. Ik geloof ook heilig in de zogeheten ‘aanvulling van tekorten’. Ik had het al over de zegen van vitamines, maar er zijn zo veel andere middelen die je je conditie helpen te behouden. Zo geloof ik vast in de heilzame werking van extra testosteron, in een juiste dosering en onder dokterstoezicht.»
HUMO Dat zullen de vrouwen niet graag horen. In nogal wat columns doen schrijfsters smalend over wat ze ‘de Johnnydrug’ noemen.
Zaki «Maar enfin! Vrouwen voorbij de menopauze vullen al vele jaren hun hormonale tekorten aan.»
HUMO Opvallend: ook het aantal echtscheidingen ligt alarmerend hoog bij de senioren. Je hebt het verder over de viagra-opa’s, en je beweert dat de kwaliteit van de seks er op hoge leeftijd op vooruitgaat.
Zaki «Dat is zonder meer zo. Seniorenseks is minder atletisch en prestatiegericht, maar tederder. En precies daardoor wordt de bevrediging groter. Senioren nemen meer hun tijd om het voorspel interessant te maken. En krijgt meneer hem even niet omhoog, dan maakt mevrouw daar geen drama van. Senioren kennen elkaars lichaam veel beter – dat is een kwestie van ervaring.»
HUMO Je eindigt je boek met een citaat van Charles Bukowski: ‘Wijs de perfectie af als een ziekte van de hebzuchtigen, maar geef niet toe aan schaapachtige nederigheid of gemakkelijke gebrekkigheid. En vergeet vooral niet: de buik van de walvis is gevuld met belangrijke mensen.’ Prachtig.
Zaki «Juist! ’t Is meteen ook de conclusie van mijn eigen leven. De buik van de walvis… (lacht) Ik heb in mijn carrière nogal wat mensen ontmoet die zichzelf belangrijk waanden, maar die bij nader inzien helemáál niet zo belangrijk waren. Zo pathetisch. Nog zo’n levensles: de meeste zorgen die ik mij indertijd heb gemaakt, bleken achteraf beschouwd eerder futiel. Meestal lossen problemen zichzelf op. Waarom je dan druk maken? (Mijmerend) Liefde is het allerbelangrijkste. Er zijn mensen die liefde ontberen, en dat is verschrikkelijk. Het gevoel dat niemand je graag ziet, is het ergste dat je kan overkomen. Daarom toch één goede raad: blijf liefde geven. Liefde kost niets. Liefde raakt niet op. Er is er genoeg, dus: gééf.
HUMO We zullen het proberen, Zaki. Iedere dag opnieuw.