InterviewWeerman David Dehenauw
‘Het lijdt geen enkele twijfel dat dit warme weer aan de klimaatopwarming ligt’
’t Is weer voorbij die mooie zomer, zong Gerard Cox ooit. Maar kijk nu: vanaf gisteren stijgt de temperatuur dagenlang boven de 25 graden. Vandaag wordt het mogelijk 33 graden, en dat in september. Een record. ‘Nog nooit was het zo laat in het jaar zo warm.’
– Hoe uitzonderlijk zijn dergelijke temperaturen?
DAVID DEHENAUW «Is het de eerste keer dat er meer dan 30 graden wordt opgetekend in de eerste helft van de maand september? Neen. Maar als je de vraag stelt of het al eerder is voorgekomen dat zo laat in september 30 graden wordt gehaald, is het antwoord ook neen. Het is dus zeker vermeldenswaardig. Ook al omdat de meest laattijdige tropische dag sinds het begin van de waarnemingen met twee dagen opschuift. In 2016 hadden we in dezelfde periode ook een nazomer met temperaturen tot 31,2 graden op 13 september. Nu is dat weer iets later. Het past dus in het plaatje van de extremen en de recordcijfers die sneuvelen de laatste jaren.»
– Hoe komt het eigenlijk dat het zo warm wordt?
DEHENAUW «Het is het klassieke fenomeen. Er hangt een hogedrukgebied boven Oost-Europa. Wij liggen op de westelijke flank daarvan en krijgen zuiderse wind. Daardoor gaan de temperaturen de hoogte in. Maar dat verklaart niet alles. Tegelijk met die zuiderse wind krijgen we te maken met een droogtefenomeen, vanuit Frankrijk. Als er niet veel vocht in de grond zit, krijg je een versnellend effect. De zon warmt de grond op en zonder vocht wordt de luchtlaag erboven sneller opgewarmd. Het is dus niet alleen transport van warmte, maar ook van droogte.»
– Is dit de klimaatverandering die we aan het werk zien?
DEHENAUW «Dat lijdt geen enkele twijfel. Je kunt de 30 graden niet voor de volle honderd procent aan de klimaatverandering toewijzen – zonder die zuidelijke wind zou de temperatuur niet tot die hoogte stijgen. Maar het is wél duidelijk dat de extremen almaar toenemen en dit is het zoveelste signaal dat we krijgen. Wat me ook verontrust, is dat de klimaatverandering steeds sneller en extremer verloopt. We hebben modellen ontwikkeld, maar worden steeds weer ingehaald door de realiteit. Dat is een ernstig teken aan de wand. Ook al valt de impact in ons land nog mee.»
– Zegt dit iets over de winter die straks volgt?
DEHENAUW «Neen, daar kunnen we op dit ogenblik niets over zeggen. Het is niet omdat we nu nog hoge temperaturen optekenen, dat we straks een zachte winter hebben. Dat misverstand heerst wel vaker: mensen denken dat de winters zachter worden onder invloed van de klimaatopwarming. Tussen 2000 en 2007 hadden we zachte winters, maar daarna kregen we een aantal winters waarin het uiterst koud was en er ook veel meer sneeuw viel dan we gewend zijn.»
– Zal deze warme nazomer gevolgen hebben voor de mens of de fauna en flora?
DEHENAUW «Ik ben geen bioloog, maar ik kan me goed inbeelden dat dit een effect heeft op de natuur. We hebben allemaal gemerkt dat de bomen door de warme zomer veel vroeger hun bladeren hebben verloren. De planten en de dieren reageren hier dus op. Het KMI heeft voor de provincies Limburg en Luxemburg code geel afgekondigd. Dat betekent dat waakzaamheid geboden is. Zeker ook voor de meer kwetsbare mensen is de combinatie van hitte en droogte een aandachtspunt.»
(DM)