voorpublicatieseksueel misbruik
‘Het maakt niet uit of je dronken, gehuwd of gedrogeerd bent. Als je verkracht wordt, is dat niet jouw schuld’
In 2018 genoot Sophie Van Reeth (20) volop van het studentenleven, tot ze door een bevriende medestudent werd misbruikt. Na de moord op Julie Van Espen besloot ze dat ze niet langer stil kon blijven. In 'Genoeg gezwegen' bundelt ze de pakkende verhalen van zeven slachtoffers van seksueel misbruik, waaronder het hare. Humo brengt in voorpublicatie de getuigenis van Ophélie, die 16 was toen ze op een verjaardagsfeestje werd verkracht, en daar vijf jaar later nog altijd onder lijdt. Van Reeth: ‘Getuigenissen in de media stoppen vaak bij de gebeurtenis. Ik miste aandacht voor de nasleep.’
Toen Sophie Van Reeth vorig jaar eindelijk durfde te spreken over wat haar overkomen was, zeiden vrienden doodleuk dat de jongen die haar misbruikt had wel ‘een toffe gast’ was. Twee weken later liepen diezelfde vrienden mee in de Stille Mars tegen Seksueel Geweld.
SOPHIE VAN REETH«Dat was enorm pijnlijk. Voor mensen die ze niet kennen, kwamen mijn vrienden op straat. Maar wat een vriendin had meegemaakt, konden ze blijkbaar relativeren of zelfs ontkennen. Het is erg, maar mensen schenken meer aandacht aan de extreme gevallen. De moord op Julie Van Espen was zo shockerend dat men op straat kwam. Die mars wás een krachtig signaal en ik voelde me erdoor gesteund, maar meestappen betekent niets als je in het dagelijks leven slachtoffers van seksueel misbruik niet serieus neemt. Dan is je activisme alleen maar trendy.»
HUMO Schreef je daarom dit boek?
VAN REETH «Wat me echt over de streep heeft getrokken, was het feit dat 'mijn' dader een nieuw slachtoffer had gemaakt. Ik ben destijds niet met mijn verhaal naar de politie gestapt, omdat ik mijn ervaring daarvoor niet erg genoeg vond. Maar toen ik hoorde dat het opnieuw was gebeurd, voelde ik me schuldig. Ik had dat meisje er misschien voor kunnen behoeden. Uiteindelijk ben ik alsnog naar de politie gegaan.
»Met dit boek wilde ik echte mensen hun verhaal laten doen, op hún manier. Al te vaak wordt het onderwerp wetenschappelijk benaderd, met cijfers en statistieken. Bovendien stoppen getuigenissen in de media vaak bij de gebeurtenis zelf. Misbruik heeft een zware impact op je leven: ik miste aandacht voor de nasleep.»
HUMO Wat heb je geleerd uit de getuigenissen?
VAN REETH «Na het misbruik heb ik me heel erg alleen en niet-gehoord gevoeld. Er was veel onbegrip in mijn omgeving. Door de gesprekken met andere slachtoffers voel ik me gesterkt: ik herkende me in hun verhalen. Het was niet de bedoeling dat dit boek therapeutisch zou zijn voor mezelf, maar dat is het wel geworden.»
★★★
DE GETUIGENIS VAN OPHÉLIE 'IK WíST NIET WIE MIJ VERKRACHT HAD, TOT HIJ RODDELS BEGON TE VERSPREIDEN'
In het vierde middelbaar ben ik erg hard gepest geweest. Ik was bijna al mijn vrienden kwijt. Toen ik aan het begin van het vijfde uitgenodigd werd op het verjaardagsfeestje van Cedric en Jonah, dwong ik mezelf dus om te gaan. Het was een gigantisch feest. Er kwamen steeds meer mensen binnenvallen. Die waren niet allemaal uitgenodigd, maar kenden via via wel iemand op het feest. Er was ontzettend veel drank, de ouders waren een weekendje weg en ze hadden zelfs een springkasteel gehuurd. Ik was met niemand op het feestje close genoeg om er een hele avond mee door te brengen. Daarom deed ik wat ik nog steeds doe in stresserende sociale situaties: ik dronk alleen maar alcohol.
Uiteindelijk besloot ik om wat frisse lucht te happen in de tuin. Na een tijdje moest ik naar het toilet - ik moet ongeveer tien minuten binnen zijn geweest. Toen ik terug in de tuin ging zitten en een slokje wijn nam, voelde ik me kort daarna opeens straalbezopen. Ik was al vaker dronken geweest, maar dit was anders. Alles werd wazig, ik zag geen hand voor ogen, mijn hoofd draaide en ik voelde me erg verdoofd. Zo had ik me nog nooit gevoeld. Ik ben er vrij zeker van dat iemand iets in mijn wijn had gedaan, want ik kon nog amper bewegen.
Niet veel later plofte er iemand naast me op de bank. Ik wist niet wie, en het kon me ook niks schelen. Ik had de fut niet meer om het op te merken. Het was een grote, struise jongen - meer kon ik er niet van maken. Ik herinner me dat hij steeds dichterbij kwam zitten en mij vastnam: eerst mijn arm, enkele minuten later raakte hij mijn borsten en de binnenkant van mijn bovenbenen aan. Ik voelde me er erg oncomfortabel bij. Ik werd ook steeds misselijker en leek zatter te worden, ook al was ik niet meer aan het drinken. Daarom wilde ik naar binnen, naar het toilet, gewoon om even alleen te zijn en te bekomen. Toen ik de keuken binnenstrompelde, merkte ik dat dezelfde jongen me volgde en zijn hand op mijn schouder legde. Ik dacht dat hij me naar het toilet wilde begeleiden en besefte niet goed wat er juist gaande was. Hij ondersteunde me en liep mee naar de trap in de living.
Zodra we boven waren, gingen we een slaapkamer binnen. Hij wil me mijn roes laten uitslapen, dacht ik. Niet in staat om nog langer rechtop te blijven, viel ik op mijn buik op het bed. Hij pakte me bij mijn haar en ik kreeg een snok aan mijn hoofd, zodat ik met mijn wang tegen de matras gedrukt lag. Het begon in mijn mond. Ik had op dat moment nog een klein beetje fysieke kracht en probeerde me te verzetten. Het leek alsof ik oneindig lang geprobeerd heb om mijn mond dicht te houden, maar uiteindelijk kneep hij mijn neus dicht, zodat ik mijn mond wel moest openen om te ademen.
Ik heb hem gebeten om hem weg te jagen, maar toen gaf hij me een harde klap tegen mijn hoofd en kon ik me niet langer verzetten. Ik bleef levenloos op het bed liggen en wilde gewoon dat het voorbij was. Mijn gezicht was naar het raam gekeerd, ik had uitzicht op de tuin en hoorde mensen lachen en plezier maken. 'Alsjeblieft, iemand, kom mij helpen!' weergalmde het door mijn hoofd, maar ik kon geen geluid uitbrengen. Tegelijk hoopte ik dat niemand me in die toestand aantrof - ik zou sterven van schaamte. Ik had géén ervaring met seks, het was verschrikkelijk eng. Ik was zo bang. Toen hij klaar was met mijn mond, rukte hij mijn panty en mijn onderbroek naar beneden. Hij deed mijn benen open, en toen werd alles zwart. Mijn licht is op dat moment uitgegaan, en dat is iets waar ik nog steeds ontzettend dankbaar voor ben. Ik mag er niet aan denken dat ik het bij bewustzijn had moeten meemaken.
HANDAFDRUKKEN
Een tijdje later kwam ik bij. Ik had helemaal niet door wat er net gebeurd was. Het moet minstens tien minuten geduurd hebben vóór ik de energie had om te bewegen. Toen het me eindelijk lukte om op te staan, had ik barstende hoofdpijn, alsof iemand met een baksteen op mijn hoofd had geslagen. Mijn benen deden ook ontzettend veel pijn, en ik zag dat mijn panty's gescheurd waren - die heb ik in de vuilnisbak gegooid. Toen ik beneden kwam, zaten een paar klasgenoten buiten op de bank - ze waren mij al meer dan een uur kwijt. Ze keken me spottend aan, omdat ik wankel op mijn benen stond. Ze lachten, eigenlijk op dezelfde manier zoals ík zou reageren als een vriendin wat te veel gedronken had. Wisten zij veel wat er zich net had afgespeeld.
Ik heb toen zo snel mogelijk mijn vader gebeld om te vragen of hij me kon komen halen. Die nacht heb ik me drie keer gedoucht - ik stond er bijna tot de ochtend onder. Op dat moment had ik maar al te goed door wat er mij aangedaan was. Daarna kroop ik in bed. Het ergste vond ik het wakker worden. Ik deed mijn ogen open en dacht: het is een nieuwe dag. Maar toen ik wilde opstaan, voelde ik een helse pijn. De binnenkant van mijn benen stond vol blauwe plekken. Handafdrukken, er stonden godverdomme handafdrukken tussen mijn benen! Ik ging naar de badkamer en zag toen pas dat ik bloed in mijn onderbroek had.
In de twee weken die volgden, leek ik wel een zombie. Ik huilde niet, maar zat permanent met tranen in de ogen in de les. In die weken dat ik er zo futloos bijliep, werd ik beter in het camoufleren van hoe ik me echt voelde. Ik heb anderhalf jaar nooit aan iemand verteld wat ik in september 2015 heb meegemaakt. Naar de politie gaan leek nooit echt een optie, want mijn grootste bekommernis was verdringen wat er was gebeurd.
Het was niet altijd even makkelijk om alles te vergeten - de eerste weken na die nacht dacht ik dat ik zwanger was. Ik was niet zeker: mijn cyclus was doorgaans heel onregelmatig. Twee maanden daarna kreeg ik tijdens de les plots ontzettend veel pijn, erger dan ik ooit al had gevoeld. Alles begon te draaien, ik dacht dat ik moest overgeven, en vroeg aan mijn leerkracht of ik alsjeblieft naar het toilet mocht. Mijn tampon en maandverband waren doordrenkt met bloed. Dat had ik nog nooit meegemaakt. Ik ben er vrij zeker van dat het een miskraam was.
De opluchting de dag erna was immens. Als ik al zwanger was geweest, wist ik nu 200 procent zeker dat het voorbij was. Ik wilde dat kind niet, ik was nog maar 16. Ik zou dat kind, denk ik, ook altijd bekeken hebben als een half monster, als het product van die verschrikkelijke nacht. Zelfs als ik het had willen houden, had ik het nooit graag kunnen zien. Sindsdien wil ik geen kinderen meer.
Ik wist in die tijd nog steeds niet wie mij pijn had gedaan. Er waren zoveel gasten komen partycrashen dat werkelijk iedereen iets in mijn drinken had kunnen doen. Ik wist alleen dat de jongen die me misbruikt had een kop groter en dubbel zo breed was als ik en bruin haar had, maar een gezicht kon ik me niet voor de geest halen.
Enkele maanden later hoorde ik voor het eerst de roddel. 'What the fuck, heb jij al gehoord wat Ophélie over mij aan het rondbazuinen is?' had Jonah aan mijn vriendin Ella gevraagd. Volgens hem vertelde ik overal rond dat ik gedrogeerd en verkracht was door hem. Toen ging er een belletje rinkelen. Ik had met niemand gesproken over wat mij die nacht overkomen was en wilde het alleen maar verdringen, doen alsof er nooit iets gebeurd was. Het woord 'verkracht' zou ik nooit in de mond nemen. De enige persoon die wist wat er zich in die kamer had afgespeeld, was de persoon die daar verantwoordelijk voor was. Hij verspreidde de 'roddel' om me voor te zijn, om me te kunnen afschilderen als een gekkin, een leugenaar, maar zo dreef hij zichzelf in het nauw. Als hij dat niet had gedaan, had ik het nooit geweten.
UIT HET RAVIJN
Destijds besefte ik nog niet hoe zwaar de gevolgen van die nacht voor mij zouden zijn, maar het is nu wel duidelijk dat die gebeurtenis diepe littekens heeft nagelaten. Ik duid niet graag één reden aan waarom ik nu zo diep zit, maar dat incident heeft me gebroken. Vanaf 2016 kreeg ik te kampen met een eetstoornis. Ik wilde geen vrouwelijke vormen meer, want ik wist dat ik daardoor aantrekkelijk gevonden werd door jongens. Eerst wilde ik geen borsten of billen meer, uiteindelijk wilde ik gewoon verdwijnen.
Tijdens het zesde middelbaar ben ik intensief naar de psychiater geweest. Ik ging ook geregeld in groepstherapie, waarbij ook psychomotorische therapie kwam kijken. De focus ligt daar op lichaamsbeleving: het is de bedoeling dat patiënten elkaar masseren. Op een gegeven moment moest ik op mijn buik gaan liggen - toen liep het helemaal mis. Iemand moest mij masseren, maar ik was helemaal aan het trillen en ben beginnen te huilen. Toen ik het lokaal uitliep, stortte ik in de gang compleet in. In de strijd tegen mijn eetstoornis is er ontzettend veel naar boven gekomen. Toen heb ik voor de eerste keer verteld wat er met mij is gebeurd. Uiteindelijk heb ik de diagnose van posttraumatische stressstoornis gekregen.
In het zesde middelbaar vierden we oudjaar bij een jongen uit de vriendengroep van Jonah. Door die roddel had ik al een sterk vermoeden dat hij het was geweest, maar ik twijfelde nog - eigenlijk wílde ik het niet geloven. Toen ik in mijn eentje in de garage stond te roken, kwam hij plots naast me staan. Hij zei meerdere keren: 'Sorry,' en tegelijk keek hij me gretig aan. Hij zei: 'Je moet me begrijpen, je was zo knap vóór je die eetstoornis had, ik kon echt niet van je afblijven.'
Toen ik erover begon te praten, kwam onder andere de herinnering aan een feestje bij Billie terug, zo'n anderhalve week na het feest van Cedric en Jonah. Billie en haar ouders woonden in een kast van een huis: een heleboel vrienden konden blijven slapen in de gastenkamers. Ik wist dat Ella en haar vriendje in één van de kamers lagen, en zag dat er nog iemand lag. Ik wilde gewoon gaan slapen, dus legde ik me neer op die extra matras die nog voor de helft leeg was. De persoon onder het donsdeken bleek Jonah te zijn. Hij draaide zich om en probeerde me te kussen, waarop ik hem wegduwde. 'Ik wil dat helemaal niet, laat me met rust!' Hij duwde me van de matras en zei: 'Boeie gast, ik heb het toch al gehad van jou.' Hij had dus kort na die nacht al toegegeven dat hij het was geweest, maar ook die herinnering had ik onderdrukt.
Het gaat momenteel verschrikkelijk slecht met me. Het is alsof ik uit een ravijn probeer te klauteren, maar niet weet of me dat ooit zal lukken. Vijf op de zeven nachten heb ik nachtmerries. Dan herbeleef ik het incident tot in de details, opnieuw en opnieuw en opnieuw. Ik slaap amper. Geregeld krijg ik flashbacks - ik voel me dan werkelijk afschuwelijk - en paniekaanvallen, of ervaar ik het vanuit het andere uiterste van het spectrum, en dissocieer ik compleet: alsof ik er ben, maar er toch niet ben. Soms val ik zelfs flauw. Op mijn dieptepunt heb ik zelfmoord proberen te plegen.
Ik denk de laatste tijd steeds vaker aan traumaverwerkingstherapie. Ergens wil ik het wel, maar ik ben er ook ontzettend bang voor. Nu herinner ik me dat mijn licht is uitgegaan op het moment dat het ergste gebeurde, maar wat als het niet zo was? Wat als de herinnering aan dat deel van de nacht ook nog eens naar boven komt? Zou ik dat aankunnen?
Ik vecht nu al jaren tegen die fucking eetstoornis, maar ze hangt samen met mijn trauma. Het is een vicieuze cirkel. Ik zal nooit kunnen herstellen en op een gezond gewicht kunnen komen als ik met een onverwerkt trauma moet leven. Ik zit vast. Hulpverleners moedigen me aan om mijn ouders te vertellen wat er gebeurd is. Zij weten nog altijd niets over die nacht en denken dat ze hun dochter zien kapotgaan aan een eetstoornis, terwijl dat eigenlijk - als ik eerlijk ben - slechts een bijwerking is van wat er echt speelt.
Het voorbije jaar heb ik gemerkt dat het besef dat mannen zoals Jonah mij als een seksobject zien, zich manifesteert in mijn relaties. Ik zag 'gedwongen worden' vanaf die nacht als iets normaals, een vanzelfsprekend deel van mijn verstandhouding met mannen. Ik heb het gevoel dat ik geen grenzen meer heb - hoe kan ik ze dan überhaupt aangeven?
Meerdere mensen proberen me te overhalen om naar de politie te gaan. Als ik dat direct na die avond had gedaan, ben ik er vrij zeker van dat hij nu in de gevangenis zou zitten. Zijn sporen waren overal terug te vinden en ik had verwondingen die mijn verhaal alleen maar bevestigd zouden hebben. Maar na al die jaren heb ik geen poot meer om op te staan.
Als jou ooit iets is overkomen, zou ik toch graag benadrukken dat het niet jouw schuld is - al vind ik het zelf soms nog moeilijk om dat te geloven. Zelfs al zeg je eerst letterlijk dat je het ook wilt, dan nog kun je altijd van gedachten veranderen, en dat moet gerespecteerd worden. Het maakt niet uit of je dronken, gehuwd of gedrogeerd was. Al heb je al duizend bedpartners gehad, dan nog is het niet jouw schuld.
Sophie Van Reeth, 'Genoeg gezwegen', Manteau