Humo's Jongerenenquêtevrije tijd
Hoeveel zitten jongeren op hun smartphone, wat is hun alcoholgebruik en hoeveel uur sporten ze?
Geen feestjes, geen fuiven, geen festivals: het moet een zwaar jaar zijn voor de jeugd van tegenwoordig. Weten jongeren nog wel wie hun vrienden zijn, of is generatie Z hopeloos verdwaald in de digitale wereld? Onderzoeksbureau iVox vroeg aan duizend Vlaamse jongeren tussen 15 en 24 jaar hoe lit hun leven is buiten de school- of kantoormuren, Humo swipete zich een weg door de resultaten.
Lees ook:
☞ Het debat over de resultaten: ‘Ik put mezelf soms echt uit. Het is not done om géén overvolle agenda te hebben’
☞ En bekijk hier ons volledige dossier ‘Humo’s Grote Jongerenenquête 2020'
Elke dag hebben jongeren heel wat uren - dik vijf! - vrije tijd, en die vullen ze vooral door gezellig allerlei dingen níét te doen: 56 procent gaat zelden of nooit op café, 60 procent leest zelden of nooit een boek, nog eens 60 procent maakt zelden of nooit een daguitstapje, driekwart woont zelden of nooit een sportwedstrijd bij, 72 procent weet nauwelijks hoe een bioscoopzaal er vanbinnen uitziet, voor concertzalen loopt dat zelfs op tot 81 procent, en twee derde gaat zelden of nooit naar een fuif of een club.
Wat ze dan wél doen? Behalve flink wat luieren en niksen gelukkig ook nog afspreken met vrienden. Zeven op de tien doen dat geregeld, en nog eens één op de tien ziet zijn vrienden zelfs dagelijks. Al bij al maken jongeren net iets minder tijd voor vrienden dan vijf jaar geleden, ten tijde van onze vorige Jongerenenquête, maar dat kunnen we hun in het ontwrichtende jaar 2020 wel vergeven: twee derde - en meisjes nog wat meer dan jongens - merkt dat ze minder offline sociale contacten hebben dan vóór de corona-uitbraak, en 41 procent gelooft dat die impact blijvend zal zijn. Bovendien vindt bijna de helft (45 procent) dat de contacten die ze wel nog hebben 'minder kwalitatief' zijn dan voorheen.
UREN TUREN
Een vriendenkring mag dan nog steeds garant staan voor prettig tijdverdrijf, dé methode van jongeren om hun beperkte tijd op deze aardbol zo efficiënt mogelijk te doden, is toch naar schermen staren. En dan vooral naar dat van hun smartphone. Niet alleen hebben negen op de tien jongeren (87 procent) zo'n slimme telefoon, het is ook het populairste toestel geworden om mee op het internet te gaan (91 procent), vóór de desktop of laptop (86 procent; in 2015 nog 97 procent) en de tablet (38 procent). De smartphone is zelfs zozeer een verlengstuk van hun arm geworden dat een derde van de jongeren niet eens weet hoeveel uren per dag ze 'm gebruiken. En zij die het wel weten, schatten niet minder dan 4 uur en 20 minuten per dag naar dat schermpje te turen. En gedurende nog eens 3 uur en 18 minuten per dag kijken ze naar ándere schermen - nogmaals: als ze het al weten.
Wat er al die tijd te beleven valt? 93 procent kijkt minstens regelmatig naar films, series, tv-programma's of internetvideo's, de meerderheid doet dat dagelijks. 87 procent gebruikt het internet dikwijls om te chatten. Ook razend populair op schermen groot en klein: sociale media. 85 procent van de jongeren gebruikt ze minstens regelmatig, en vooral meisjes blijken verknocht te zijn aan hun onlineprofielen: twee derde van hen gebruikt ze dagelijks (tegenover 'slechts' de helft van de jongens) en 44 procent zegt ze geen dag te kunnen missen (tegenover 27 procent van de jongens).
Valt daarbij op: in 2015 gebruikte nog 95 procent van de jongeren Facebook, vandaag is dat 'nog maar' 82 procent, en bij tieners zelfs maar 76 procent. Door die terugval is Instagram (83 procent) er zelfs in geslaagd Facebook nipt van de troon te stoten als populairste sociaal medium. Verderop volgen nog WhatsApp (79 procent), Snapchat (67 procent) en TikTok (44 procent), dat bij tieners nog een stuk populairder is dan bij twintigers. Allemaal zijn ze geliefder bij meisjes dan bij jongens.
Blijkt wel een mannending: gamen. De helft van de jongens heeft een gameconsole, tegenover maar één op de vijf meisjes. Driekwart van de jongens (74 procent) gamet dikwijls - een derde zelfs dagelijks - terwijl driekwart van de meisjes net zelden of nooit gamet.
KONING NETFLIX
Jongeren zijn dus echte mediajunks, en ze bepalen zélf wel wat ze wanneer willen zien of horen. Ja, driekwart geeft aan nog dikwijls tv te kijken, maar dat betekent niet dat ze ook klassiek kijken. Bijna de helft (46 procent) kijkt zelden of nooit naar tv-programma's op het moment van de uitzending - vijf jaar geleden keek nog 74 procent meestal live. En 42 procent zegt zelfs zelden of nooit uitgesteld digitale tv te kijken.
Wat ze dan wel kijken? Netflix! YouTube! Streamz! Disney+ als het moet! Maar liefst 84 procent zegt meestal of altijd te streamen. En dat beginnen we zo stilaan te merken aan de antwoorden op onze terugkerende vraag wie de favoriete Vlaamse tv-persoonlijkheden zijn van de jeugd: tieners geven dubbel zo vaak als twintigers aan helemaal geen favoriet meer te hebben. Behouden desondanks hun plek in de top 5 bij de mannen: Tom Waes, Philippe Geubels en Jonas Van Geel. Nieuw zijn dan weer Jani Kazaltzis en James Cooke, die hun ereplaatsen vooral te danken hebben aan tienermeisjes. Bij de vrouwen staat VTM-gezicht Nathalie Meskens op het hoogste schavot, vóór Karen Damen, An Lemmens en de zussen Ella en Olga Leyers.
Op de radio blijven MNM, Qmusic en Studio Brussel de go to-zenders voor jongeren, al moet StuBru opletten: het kan nog maar een kwart van de jongeren bekoren, tegenover 40 procent in 2015. Maar moet het nog gezegd dat jongeren ook muziek steeds meer on demand beluisteren? YouTube blijft daarvoor het meest gebruikte platform (77 procent), al boet het flink aan populariteit in (91 procent in 2015). De opmars van streamingdiensten als Spotify of Deezer (56 procent) zit daar ongetwijfeld voor iets tussen. De cd-speler mag u, samen met de dvd-speler, naar het containerpark brengen.
Strenge meisjes
Mocht al het voorgaande u sterken in uw overtuiging dat jongeren eigenlijk maar zelfgenoegzame, luie dassen zijn, weet dan dat de kans groot is dat ze meer sporten om al hun schermtijd te compenseren: gemiddeld 4 uur en 18 minuten per week. De jeugd beweert daarmee over beduidend meer fut te beschikken dan de generatie van 2015, die afklokte op 3 uur en 30 minuten per week. Voor zowel jongens als meisjes zijn een goede conditie en plezier maken de voornaamste drijfveren om zich week na week af te beulen, maar vooral bij meisjes (55 procent) komt daar nog bij dat ze toch ook wel een mooi figuur willen.
En dat brengt ons naadloos bij het minder goede nieuws: hoewel ze aanzienlijk meer sporten, voelen jongeren zich minder gezond dan vijf jaar geleden. Slechts 37 procent zegt gezond te eten (46 procent in 2015) en een minderheid (42 procent) is tevreden over zijn uiterlijk (47 procent in 2015).
Vooral meisjes zijn streng voor zichzelf: slechts een derde (34 procent) is tevreden over haar uiterlijk, en ook al zegt slechts 20 procent daadwerkelijk overgewicht te hebben, vindt toch bijna de helft van de meisjes (45 procent) zichzelf te dik. En terwijl de helft van de meisjes kilo's probeert te verliezen, onderneemt slechts een kwart van de jongens een poging. Is dat de schuld van perfecte vrouwenlijven op Instagram? In ieder geval voelen veel meer meisjes (42 procent) dan jongens (22 procent) zich ontevredener over hun uiterlijk wanneer ze sociale media gebruiken.
Om er mooier uit te zien, zijn veel jongeren - meisjes én jongens - bereid om ver te gaan: 15 procent zou er niet voor terugdeinzen om zich te laten bewerken door een plastisch chirurg - bijna een verdrievoudiging vergeleken met vijf jaar geleden (6 procent).
BOLLETJE XTC
Leiden de onzekerheden van onze jonge zieltjes tot comazuipen of narcotische uitspattingen? Dat lijkt wel mee te vallen. Drie op de tien hebben nog nooit een druppel aangeraakt, zes op de tien drinken van tijd tot tijd een glas, van wie de meesten maar heel af en toe. Zeven op de tien jongeren hebben nog nooit een sigaret gerookt, en van de 15 procent die weleens een peuk opsteekt, doen de meesten dat slechts sporadisch. Door het coronavirus grijpen jongeren bovendien minder naar de fles of de sigaret: van de drinkers geven vier op de tien aan dat ze minder drinken sinds de corona-uitbraak, van de rokers is 31 procent geminderd.
Een kwart van de jongeren rookte al eens marihuana, en een niet zo onbeduidende minderheid fleurde zijn nachtje uit al eens op met een verkwikkende bol xtc (9 procent) of lijn coke (7 procent). Of ze ervan op de hoogte zijn dat weinig investeringen een lagere return on investment bieden dan narcotica voor eigen gebruik, komt u volgende week te weten. Dan hebben we het over geld - en het gebrek eraan.