null Beeld

Humo sprak met Guillaume Van der Stighelen: 'Niet de nieuwkomers, maar wijzelf zijn de grote vijanden van onze maatschappij'

Na de dood van zijn zoon Mattias in 2011 vroeg Guillaume Van der Stighelen (60) zich af of hij ooit nog intens gelukkig zou kunnen zijn. Vijf jaar later is de voormalige reclamemaker dat ’s morgens vroeg, als hij zijn gedachten met woorden stroomlijnt. Zo is ook zijn nieuwste boek ‘Samen door één deur’ ontstaan, een pleidooi om de vrijheden van de verlichting te omarmen en aan volgende generaties door te geven.

Brecht Decaestecker

'Mijn vrouw vindt troost in de gedachte dat ze onze zoon misschien ooit terugziet, ik vind troost in de gedachte dat het gedaan is als het gedaan is'

HUMO Waarom hebt u dit boek geschreven?

Guillaume Van der Stighelen «Een half jaar geleden zat ik in ‘De zevende dag’, waarin gedebatteerd werd over het toenemende moslimfundamentalisme. Ik zei: ‘In plaats van daarover te janken zouden we beter eens kijken wat wij, als seculiere maatschappij, van de wervende technieken van de godsdiensten kunnen leren.’ Een kindje is nog maar geboren of hup, kommetje water erover en het is lid van de club. Zo snel zijn ze erbij. Als het 6 jaar is, komt de kleine Jezus in zijn of haar hartje wonen. Ik herken die technieken uit mijn reclameverleden. Zo bind je iemand aan een product. De godsdiensten hebben een sterk verhaal, een goed logo, rituelen die aanspreken. Kortom, het zijn sterke merken. Dat is de seculiere samenleving niet. Die kan vrij geïnterpreteerd worden. Een atheïst zal zeggen: ‘De verlichting heeft ons van de godsdiensten bevrijd.’ Een gelovig mens kan zeggen: ‘De verlichting heeft ervoor gezorgd dat ik vrij mijn godsdienst kan beleven.’ Men praat wel over de zogenaamde westerse normen en waarden, maar niemand weet wat we ermee bedoelen, hoe we ze verkregen hebben en hoe rijk ze de samenleving maken. En we doen niets om de seculiere samenleving te verkopen.»

HUMO U vindt dat alle kinderen les moeten krijgen over onze grondwet en de universele rechten van de mens?

Van der Stighelen «Absoluut. Natuurlijk is het fout dat asielzoekers voortaan onder dwang een nieuwkomersverklaring moeten tekenen, anders krijgen ze hun vergunning niet. Maar het schept tenminste duidelijkheid. Daarin staat eens en voor altijd wat het betekent om deel uit te maken van onze samenleving. Ook voor jou en mij. De tien geboden van Mozes hebben we nooit ondertekend, maar we kennen ze wel allemaal uit het hoofd omdat ze ons werden aangeleerd. Zo moeten wij dat ook doen, willen we ons model van samenleven verdedigen, want we zijn in de minderheid. Amper één derde van de wereldbevolking leeft in een soort democratische rechtsstaat.»

HUMO U bent bang dat diegenen die uit een niet-democratisch land naar hier komen, ook hun normen en waarden zullen importeren?

Van der Stighelen «Als ze hier samenkruipen in getto’s, is het niet abnormaal dat ze teruggrijpen naar hoe het bij hen was. Daar moeten we ons tegen verzetten, maar dat zal niet lukken als we zelf zo slordig met die normen en waarden omgaan. Onlangs stond ik voor een klas 15-jarigen. Ik vroeg of ze de verlichting kenden. Eén flauwe plezante wees naar het plafond, de rest had geen idee. Tot er één zei: ‘Da’s iets van de vrijzinnigen om de godsdienst af te schaffen.’»

HUMO Vindt u dat erg?

Van der Stighelen «Verschrikkelijk erg. Van nature is de mens een conflictwezen: conflict tussen twee mannen over wie het vrouwtje krijgt, conflict tussen twee vrouwen over wie het mannetje krijgt, conflict over eten, over ruimte... Laat een mens los en hij slaat op een andere. Als je wil dat mensen in vrede met elkaar samenleven, dan moet je daar een model voor bedenken. Zo zijn er maar twee. Ofwel is het model top-down en gehoorzaamt iedereen aan een leider die het volk bang maakt. Iedereen denkt en doet dan hetzelfde en wie dat niet doet, wordt in de gevangenis gegooid. Ofwel respecteer je de regels van de verlichting. Dat was geen vergadering waarbij men buitenkwam en zei: ‘Mannen, nu hebben we het gevonden!’ Het was een tijdspanne in de nasleep van de renaissance, waarin de mensen toegelaten werd om zelf na te denken en alles ter discussie te stellen, ook het absolute regime. Het was Immanuel Kant die voor het eerst het woord verlichting heeft gebruikt in een bijzonder interessante definitie: het bevrijden van de mens uit zijn onmondigheid waar hij zelf schuld aan heeft. Dat kwam omdat de mensen niet konden lezen of schrijven, tenzij ze uit een goede familie kwamen. Het volk wist niets door onkunde.

»Vandaag ontstaat een nieuwe vorm van onmondigheid: we horen zoveel dat we er niet meer wijzer van worden, en we roepen zo hard dat niemand nog luistert. Als ik iets uitleg en ik heb het gevoel dat jij niet luistert, dan ga ik harder roepen en hoofdletters en uitroeptekens gebruiken. Het is als in het huwelijk tussen twee bejaarde mensen: oma roept elke dag luider omdat opa niet luistert, en opa wordt elke dag dover omdat oma zo hard roept. Hoe harder men roept op Twitter, Facebook en andere fora, hoe meer de mensen daar doof voor worden.»

HUMO Is er dan een weg terug?

Van der Stighelen «Ja. Als ik iets tweet, krijg ik geregeld bagger over mij, zowel van links als van rechts. Heel vaak zijn dat scheldpartijen waarop je normaal niet zou reageren. Ik antwoord altijd, beleefd en rustig. Negen van de tien keer krijg ik een beleefd antwoord terug en ontstaat er een conversatie waarbij ik denk: ik ben het met deze mens niet eens, maar ik begrijp zijn frustratie.»

HUMO Dus als Bart De Wever na het vandalisme op het kabinet van minister Geens tegen Elio Di Rupo roept...

Van der Stighelen «...dan is dat een gemiste kans. In plaats daarvan had hij beter gevraagd om hun conflict uit te praten. Ze hoeven daarom niet direct vrienden te worden, maar hoe mooi was het niet geweest als ze samen hadden gezegd: ‘Wij verschillen grondig van mening, maar één ding dragen we in ons hart: ons samenlevingsmodel, dat gebaseerd is op overleg en discussie, en waarin geen plaats is voor geweld.’ De Wever verdedigt wél altijd de democratische principes. Hij is één van de weinigen die ze ook durft te gebruiken, zonder te zeggen dat we allemaal dikke vrienden moeten worden. Zo is hij het oneens met de manier waarop Angela Merkel de vluchtelingencrisis heeft aangepakt, hij legt uit waarom en het staat iedereen vrij om het met hem oneens te zijn. Zijn volgelingen zijn een ander verhaal (lacht).»

undefined

null Beeld


Angry birds

HUMO Eén van hen, Theo Francken, zal uw boek graag lezen. Het lijkt soms de handleiding voor hoe de staatssecretaris de asielcrisis aanpakt: wie naar hier komt, moet zich aanpassen aan ons samenlevingsmodel.

Van der Stighelen «Ik hoop dat iederéén het graag zal lezen. Het verhaal van de verlichting is niet gemaakt om links of rechts gelijk te geven. Ik geloof in het confronteren van het eigen gelijk met een ander gelijk, waaruit een nog beter gelijk kan ontstaan. Het grondprincipe van de verlichting luidt: de waarheid bestaat niet. Als jij denkt dat je het licht hebt gezien, ga dan op het podium staan, pak de microfoon en zeg het ons. Wij zullen luisteren en denken: ‘Misschien zit er wel iets in.’ Dát is briljant. Het zorgt ervoor dat mensen gehoord en gerespecteerd worden. De regels die uit de verlichting voortgekomen zijn – scheiding van machten, scheiding van kerk en staat, vrijheid van meningsuiting – zijn als verkeerslichten. Het zijn afspraken om overeen te komen. Vergelijk een gedachtestroom met een verkeersstroom: zolang iedereen in dezelfde richting rijdt, is er geen probleem. Dat heb je pas als er van de andere kant een andere gedachtestroom komt. Het is rood, wacht dus even met je waarheid, de anderen moeten nu eerst door, daarna is het weer aan jou. Alleen zo krijg je een slimme en boeiende samenleving.

»Maar het kan makkelijk omvergeworpen worden. Die gasten die de FOD Justitie kort en klein geslagen hebben, mannen die vrouwen straffen omdat ze in hun gsm gesnuisterd hebben, oma’s die hun kleindochters besnijden: dát is de natuur. Dat soort wreedheden halen mensen uit als ze met velen in gesloten gemeenschappen worden gestopt. De grote vijand van onze seculiere maatschappij zijn niet de nieuwkomers. Het zijn niet die mannen die onze vuilnis komen ophalen of ons haar knippen. Het zijn wij, die het allemaal als vanzelfsprekend beschouwen. Die niet beseffen wat een rijkdom onze normen en waarden ons geven.»

HUMO De grote vijand heet dus ook niet Mohamed Abrini of Salah Abdeslam?

Van der Stighelen «Neen. Dat zijn angry birds. Als ze een beetje goed mikken, kunnen ze een heel gebouw laten instorten, maar zij kunnen nooit de fundamenten van de samenleving kapot krijgen. Als die fundamenten onderuitgaan – de universele rechten van de mens, bijvoorbeeld – dan komt dat omdat de leden van onze samenleving ze niet kennen of overdragen aan hun kinderen.»

HUMO Toch kun je dezer dagen maar beter twee onderwerpen mijden op een barbecue: geloof en politiek. Voor je het weet, vliegt er een pot mayonaise door de lucht.

Van der Stighelen «Voor alles is er een plaats en een tijd. Als je samenkomt met vrienden om vriendschapsbanden aan te halen, is dat een andere setting. Er zijn andere plaatsen om naar elkaars waarheid te luisteren. Je kunt ook een opiniestuk naar de krant sturen of een pagina op Facebook openen. Maar ik ben geen voorstander van het beeld van de verlichting als het Vlaamse kerstfeest: we gaan het gezellig houden en niet over politiek of godsdienst praten. Als dat idee zich in een maatschappelijk model vertaalt, dan moet iedereen in zijn hoekje kruipen. Wil jij bidden? Goed, maar val mij er niet mee lastig en doe het op een plaats waar ik het niet kan zien. Daar hou ik niet van.»

HUMO De Gentse burgemeester Daniël Termont (SP.A) verbiedt fans van Club Brugge om een sjaal van hun ploeg te dragen in zijn stad op dagen waarop AA Gent en Club tegen elkaar spelen. Zou hij niet beter tegen de supporters van Gent zeggen: ‘Als je iemand met een blauw-zwarte sjaal ziet, blijf rustig en heb respect voor zijn overtuiging’?

Van der Stighelen «Eigenlijk moeten we ons daar ernstig zorgen over maken. Hij zou zich als burgemeester moeten afvragen: ‘Wat loopt er bij ons mis? Waarom gedragen mensen zich op die manier?’ Want je mag zoiets niet aanvaarden. Nooit. Zoals je ook niet mag aanvaarden dat Pol Van Den Driessche niet met Abou Jahjah rond de tafel wilde gaan zitten. Al was het maar om aan de rest van de wereld te tonen: zo werkt ons model. Zijn wij het oneens met elkaar, dan nog gaan wij samen door één deur en kunnen wij daarover praten. Hebben wij een meningsverschil, dan bekampen we elkaar met woorden. Maar fysiek geweld, dat doen we niet. Abou Jahjah is het soort man dat je moet koesteren. Hij schrijft boeken en columns en verdedigt zijn mening: hij is een man van de verlichting.»


Door het moeras

HUMO Is de boodschap van ‘Samen door één deur’ meer nodig na wat er op 22 maart is gebeurd?

Van der Stighelen «Ja. Na de aanslag op Charlie Hebdo ontstond een massale reactie: de persvrijheid werd aangevallen. Mensen uit alle landen en van alle ideologieën zeiden: ‘Vrijheid van meningsuiting, daar blijf je van af.’ Iedereen samen op de foto. Brussel was een heel emotionele aanslag. Zaventem: daar hebben wij op onze kinderen staan wachten, daar hebben we afscheid genomen van onze vrienden, daar vertrokken we op vakantie... Er zijn weinig plaatsen waarmee elke Belg zo’n emotionele band heeft. Dus zou je denken: nu zullen én De Wever én Di Rupo én Crombez én Michel én Mayeur samen arm in arm lopen: wij zijn allen Belg. Maar wat is er gebeurd? Net het tegenovergestelde: iedereen wees met de vinger naar de andere. Omdat men niet beseft hoe belangrijk ons samenlevingsmodel is.»

HUMO Werd het bedreigd door de massale aanranding die op oudejaarsnacht in Keulen is gebeurd?

Van der Stighelen «Er is tegen die mannen nooit duidelijk en dwingend genoeg gezegd: ‘Zo ga je niet om met onze vrouwen.’ In Brussel kreeg een homoseksuele leraar van zijn directie de instructie: ‘Pak daar niet mee uit, want er zitten moslims in de klas die daar aanstoot aan zouden kunnen nemen.’ Wablief? Er staat nergens in de grondwet dat de gelijke rechten tussen man en vrouw stoppen wanneer een bepaalde geloofsgemeenschap daar een probleem mee zou hebben. Net in het onderwijs zou men moeten leren dat wij geen probleem hebben met twee mannen of twee vrouwen die trouwen en zelfs kinderen adopteren.

»Een jongen van Marokkaanse afkomst kneep op de bus in de billen van een meisje dat ik goed ken. Zij riep meteen: ‘Hela, wat doe jij?’ Hij riep: ‘Racist!’ Zij antwoordde: ‘Dat heeft niets met racisme te maken. Volgens de wetten van dit land mag je een vrouw niet zomaar betasten, wat jij net hebt gedaan. Dat heeft niets te maken met afkomst of cultuur, maar met het feit dat jij blijkbaar de wet niet kent.’ Het is dat soort mondigheid dat ontbreekt. Ander voorbeeld: een vriendin van mij geeft les. Een allochtoon meisje in haar klas werd geslagen door haar broer. Die onderwijzeres pakte de jongen hard aan. Ze vertelde dat in de leraarskamer, waar haar collega’s zeiden: ‘Heb jij dat gedurfd?’ Er zijn dus leerkrachten die het hoofd wegdraaien en denken: ‘Dat is een andere cultuur, we zullen maar niet tussenbeide komen.’ We duiken weg voor iemand met een bepaald geloof, voor een Marokkaan en voor Vlaams Belang, in plaats van assertief in het midden te gaan staan. Intelligentie is het vermogen om vrij en onbevangen om te gaan met iemand die compleet het tegenovergestelde denkt van wat jij denkt, zonder dat je bang hoeft te zijn dat je je eigen ideeën aan het verloochenen bent. Daar hebben we het blijkbaar moeilijk mee. Zie het protest na het interview met Syriëstrijder Younnes Delefortrie in ‘De afspraak’. Bart Schols deed toen een fantastische job: stel die jongen op zijn gemak en laat mij weten hoe die gast zijn redenering in zijn hoofd laat kloppen. Maar kijk hoe bang wij daarvan zijn: ‘Die heeft zomaar iets mogen zeggen, zonder journalistiek weerwerk!’»

undefined

'Een samenleving is als een vrouw: als je de hele tijd zegt dat het een mottige doos is, vindt de hele buurt ze algauw mottig'

HUMO Er is ook een andere oplossing als je bang bent: stem op Filip Dewinter. Speelt hij niet in op dezelfde angst dat onze westerse normen en waarden zullen verdwijnen, in zijn geval door de vreemdelingen?

Van der Stighelen «Ik denk dat Filip Dewinter vooral bang is van de islam, maar dan ben je bang van het basisprincipe van onze samenleving: de godsdienstvrijheid. Je kunt niet zeggen: bij ons is er godsdienstvrijheid op voorwaarde dat het de godsdienst van Jezus is. Een hele geloofsgemeenschap stigmatiseren omdat er gevaarlijke gekken tussen lopen is ook tegen de geest van de verlichting in. Je mag geen persoon veroordelen op basis van een groep. Iemand die in de islam vrede en troost heeft gevonden, mag je niet beoordelen als een crimineel. Richt dus je pijlen op de criminele moslims en hou de moslims te vriend die aan onze samenleving willen deelnemen.»

HUMO Hoe verklaart u de comeback van de vakbonden?

Van der Stighelen «Ik denk dat de Franse vakbonden de regering niet erkennen als de regering van hun land. Alweer een symptoom, want het zijn democratisch verkozen regeringsleiders. Als iedereen vrij stemrecht heeft, dan zijn er andere mensen die ook mogen stemmen. Daar moet je je bij kunnen neerleggen. Maar betogen is wél goed. Als je verkozen wordt, dan krijg je de macht van het volk, maar als je het volk niet dient zoals het wil dat het gediend wordt, dan mag het zich verzetten. Als je verandering brengt, dan moet je uitleggen waarom je dat doet. Anders krijg je alleen maar weerstand. Mensen zijn bereid om door een moeras te gaan, maar alleen als ze weten dat er aan de andere kant vaste grond is. Het idee van Jean-Luc Dehaene: de weg is lang, maar de gids ervaren. Dat is nu niet duidelijk. Te weinig mensen kunnen zeggen: ‘Als het zo zit, dan doe ik mee.’»

undefined

'Het volk heeft geen behoefte aan politieke leiders. Geef het zelf de politieke leiding'

HUMO Ondertussen noemt de rest van de wereld ons een failed state.

Van der Stighelen «De Belg heeft altijd gezegd dat dit land niet marcheert. Dat is nu een internationaal verhaal geworden. Een samenleving is als een vrouw: als je de hele tijd zegt dat het een mottige doos is, dan duurt het niet lang of de hele buurt vindt het een mottige doos. Als je de hele tijd zegt dat het een mooi meisje is, dan gaat iedereen het een mooi meisje vinden. Maar ik heb geen boek geschreven om eenheid in België te creëren. Ik wil een overheid die zegt: het is allemaal goed, of je nu christen of moslim of links of rechts wilt zijn.»

HUMO Wat bent u: links of rechts?

Van der Stighelen «Ik ben een vermogend man. Samen met alle vermogende mensen zou ik willen zeggen: haal allemaal uw centen vanonder de matras en laten we samen zorgen voor een goed leven voor iedereen. Ze mogen mij gerust wat meer belastingen vragen, als mensen daardoor niet op straat moeten slapen, geen honger lijden en de medicatie en verzorging krijgen die ze nodig hebben. Op dat vlak ben ik dus donkerrood. Maar ik vind dat ons belastingsysteem de kleine zelfstandige ondernemer verstikt, zowel fiscaal als administratief. Op dat vlak ben ik donkerblauw. En ik zou ook dubbel zoveel investeren in het openbaar vervoer, dus dan ben ik donkergroen.»

undefined

null Beeld

HUMO Zou u ooit overwegen om in de politiek te gaan?

Van der Stighelen «Neen. Ik ben daar totaal niet geschikt voor. Ik ken veel politici en ik zou die mensen hun leven niet willen. Altijd aan het werk en toch constant moeten horen dat je een profiteur bent: ik zou het niet aankunnen. Ook fysiek niet. Ik denk ook niet dat het volk nog behoefte heeft aan politieke leiders. Geef het volk zelf de politieke leiding. Ons kiessysteem is middeleeuws: we mogen zelf kiezen wie onze tijdelijke dictators zijn. Het blijft een elite die de leiding heeft en vervolgens in onze plaats beslist. Ik weet niet of dat vandaag nog het beste systeem is, als je voortdurend kunt polsen naar wat de mensen willen.»


De troost van de filosofie

HUMO Respect hebben voor elkaars waarheid doet u ook in uw huwelijk, zo schrijft u in uw boek. Vijf jaar geleden is jullie zoon Mattias overleden. Uw vrouw Kris gelooft dat ze hem in een leven hierna opnieuw zal zien, u gelooft dat er na dit leven niets meer is, en jullie respecteren elkaars mening daarover.

Van der Stighelen «Neen, wij gaan naar een hoger niveau. Ik vind troost in de gedachte dat het gedaan is als het gedaan is. Kris vindt troost in de gedachte dat er een mogelijkheid is dat ze haar zoon ooit terugziet. Wat we gemeen hebben, is troost. En we gaan elkaars troost niet afpakken. Zo onmenselijk ben ik niet. En ik hoop dat andere mensen ook niet zo onmenselijk zijn dat ze mijn troost willen afnemen.»

HUMO Gebeurt dat soms?

Van der Stighelen «Na het ongeluk heb ik dat herhaaldelijk moeten zeggen tegen mensen die mij probeerden te overtuigen van hun waarheid vanuit veel verschillende geloofsovertuigingen, tot reïncarnatie toe. Telkens moest ik antwoorden: ‘Ik vind troost in de gedachte dat het een keer gedaan is. Pak mij die gedachte niet af.’ Waarom zou je? Ik héb met alle geloofsgemeenschappen gepraat en ik vind het heel tof om Rik Torfs te horen vertellen waarom hij op zondag naar de eucharistieviering gaat. Ik denk dat hij daar ervaringen heeft die gelijk zijn aan die van mij: rust, evenwicht... Ik vind die op een ander moment en op een andere plaats.»

HUMO Waar?

Van der Stighelen «In de filosofie. Er is één boek dat ik kan blijven lezen: ‘De troost van de filosofie’ van Alain de Botton. Ik heb daar elke dag in gelezen, zoals anderen dat in de Bijbel of de Koran doen. Daar vond ik mijn troost in. Ik heb nu eenmaal een denkend hoofd.»

HUMO Hoe graag schrijft u?

Van der Stighelen «Zéér graag, zolang het vanzelf gaat. Als het een inspanning vraagt, doe ik het niet. Schrijven ís ook ideaal. Het is je mening verkondigen zonder dat iemand je tegenspreekt. Je zit tegen jezelf te lullen en achteraf blijkt dat er een hoop mensen zaten mee te luisteren.»

HUMO Vindt u dat u het goed kunt?

Van der Stighelen «Niet op het moment zelf. Maar ik heb wel dingen geschreven waarvan ik – als ik ze nu lees – omverval van bewondering (lacht). Ik ben geen schrijver, maar een opschrijver. Ik noteer de gedachten die ik krijg. Dan zit ik in mijn eigen wereldje. Dat zijn de leukste momenten: als je er zo in opgaat, dat je er verder niet meer bij nadenkt.»

undefined

'Ik heb goede vrienden in de reclamewereld gevonden, maar ik heb reclame nooit echt leuk gevonden'

HUMO Ik interviewde u voor het eerst acht jaar geleden, toen u aan het hoofd stond van Duval Guillaume, het grootste reclamebureau van het land dat u samen met André Duval had opgericht. Had u mij geloofd als ik u toen had gezegd: ‘Over acht jaar gaat u boeken, columns en opiniestukken schrijven’?

Van der Stighelen «Neen, nooit. Ik was mij er niet van bewust dat ik dat kon. Ik was ook zeer verbaasd toen een aantal mensen me zeiden dat ze mijn stukjes goed vonden: Hugo Camps, Marc Reynebeau, Joël De Ceulaer, Yves Desmet, jij... Niet dat het mij ontbrak aan vertrouwen, maar ik ging er niet van uit dat het literair enige waarde had. Ik laat veel mensen meelezen en wat ik goed kan, is luisteren. Ik hoor het als mensen mij iets duidelijk proberen te maken. Dat is het gevolg van dertig jaar training in de reclamewereld: ik hoor waar het hapert.»

HUMO Wat als het beste reclamebureau ter wereld u vandaag zou vragen: ‘Wilt u ons nog één keer voor drie jaar de weg wijzen?’

Van der Stighelen «Neen, dank u. Zonder rancune. Ik heb in de reclame een fantastische tijd beleefd en ik ben er ook niet armer van geworden, maar als je mij vraagt om iets te doen, dan zijn er twee grenzen: wat ik zeker weet dat ik kan, en wat ik zeker weet dat ik niet kan. Alles daartussen wil ik weleens proberen. Reclame: ik weet dat ik dat kan. En tegelijk doe ik nog altijd hetzelfde. Dit boek is een advertentietekst voor de seculiere samenleving. Weliswaar één die ontbrak.»

HUMO Mist u de reclamewereld niet?

Van der Stighelen «Neen. Ik heb daar goede vrienden in gevonden, maar ik heb reclame nooit echt leuk gevonden. Ik heb het leuk gemaakt voor mezelf. Alleen op de manier waarop wij het deden, vond ik het plezant.»

HUMO Tijdens een andere keer dat ik u interviewde, een jaar voor de dood van uw zoon, zei u: ‘André en ik, wij dromen nog altijd van Duval Guillaume New York, Miami, Tokio, Sydney, Singapore...’

Van der Stighelen «Dat was ook zo. Als je het dan toch doet, kun je het maar beter groot doen. Ik vind: je moet toch een beetje de grenzen verleggen. Maar toen we beslist hebben om het bureau te verkopen, was het gedaan. Ik ben nog een tijdje bij Publicis (de internationale groep die Duval Guillaume kocht, red.) gebleven, maar toen gebeurde het ongeluk met Mattias en was het eenvoudig om te beslissen: dit leven is nu gedaan, we beginnen een ander. Twee zaken zijn toen een grote zegen geweest: ten eerste dat ik het ambacht van het schrijven in die dertig jaar toch blijkbaar goed heb geoefend en dat verschillende kranten en weekbladen mij vroegen om stukjes te schrijven, en ten tweede de Grungblavers (een collectief dat evergreens in het Nederlands brengt, met onder anderen Luc Caals, Jean Bosco Safari, Boogie Boy en Gène Bervoets, red.). Daar kan ik mij enorm mee amuseren.»

undefined

null Beeld

HUMO U bedoelt: na het overlijden van Mattias kon u daarmee de gedachten verzetten?

Van der Stighelen «Ja, precies in die context. Je kunt wat je kunt en je haalt daar voldoening uit. Achter de piano zitten en de juiste woorden op een liedje zetten, dat is een dagtaak. Een vraag van een krant om een opiniestuk of An Pierlé die belt of ik een tekst kan schrijven: zalig! Maar dat verschilt niet zoveel van de opdrachten die ik vroeger kreeg. Toen vroeg Stella Artois of Douwe Egberts of ik een slogan voor hen kon bedenken. Dat was ook zalig: een bierkaartje nemen en nadenken over één zin die twintig jaar later nog aan de muren hangt.»

HUMO Ik sprak u geregeld na de dood van Mattias. Toen vroeg u zich af of u nog wel ooit gewoon gelukkig zou kunnen zijn. Bent u dat als u achter uw laptop zit te schrijven?

Van der Stighelen «Ja, ik schrijf ’s morgens heel vroeg en daar kan ik dan enorm van genieten. Dat kan ik ook als ik een goeie bal sla tijdens het golfen. Maar ik kan ook heel diepgaand ongelukkig zijn, op een manier die ik normaal en terecht vind. Dan kan ik plots heel down zijn en heb ik intens verdriet.»

HUMO Wanneer is dat?

Van der Stighelen «Onaangekondigd. Plots is het daar. En dan besef je: ik ben nu heel ongelukkig, maar het is ook normaal dat ik dat ben.»

HUMO Koestert u nog dromen?

Van der Stighelen «Ik droom ervan dat de seculiere maatschappij het respect krijgt dat ze verdient. Ik heb opgeschreven waar de verlichting vandaan kwam en wat het voor ons betekent, maar ik hoop dat anderen dat nu nog beter zullen doen. Dat er kinderboeken van gemaakt worden. Geïllustreerd en in dichtvorm, zoals de catechismus. Dat het iets in gang zet. Ik wil dat onze kinderen doordrongen worden van onze democratische vrijheden en dat ze daar niet lichtvaardig mee omgaan. We hebben afgesproken, als fundament van onze samenleving, dat iedereen vrij zijn mening mag verkondigen. Het staat dus iedereen vrij om mijn boek weg te lachen. Nog beter zou het zijn als het je aanzet om nog veel beter te schrijven. Misschien schrijft over tien jaar een jonge gast een boek waarvan iedereen zegt: ‘Wow! Fantastisch! Nú begrijp ik wat die Guillaume bedoelde!’ (lacht)»

undefined

null Beeld

Reageren op een artikel, uw mening ventileren of een verhelderend inzicht delen met de wereld

Ga naar Open Venster

Op alle artikelen, foto's en video's op humo.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar redactie@humo.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234