'Ik ben helemaal niet lief of schattig.' Schijn bedriegt: Eefje de Visser, singer-songwriter
Eefje de Visser (30) schrijft songteksten als IKEA-handleidingen: hoewel vaak kinderlijk simpel, zijn ze van buitenaf amper te doorgronden. Maar wie zich erdoor laat meeslepen, bouwt er iets moois mee op. Uit ‘Wel’: ‘Er dooft een licht uit waar we onder staan / aan uit aan uit aan’. Wanneer we Eefje treffen, baadt de dag echter net in het licht: de zomer is het menopauzeren even moe. Al heeft Gent – sinds een half jaar haar nieuwe thuis – geen hulp nodig om te schijnen met een gloed zoals die alleen wordt voortgebracht door een stad die aan het feesten geslagen is. Aan, uit, aan, uit. Aan.
'Mijn eerste relatie was met een meisje. Maar ik ben maar een klein beetje bi'
Eefje is van plan om later die avond nog de Gentse Feesten te bezoeken, zegt ze, volledig ingeburgerd als ze is. Het is dan wel de liefde die haar van Nederland naar Gent bracht, maar het is ‘Nachtlicht’, haar laatste plaat, die haar in de stoel tegenover mij deed belanden. Het is haar derde album, even Nederlandstalig als groots, en momenteel schuimt ze er druk de Vlaamse podia mee af. Zoals: het Openluchttheater Rivierenhof, waar ze op 10 augustus een uitverkocht halfrond zal toespelen dat ze die avond voor de gelegenheid deelt met Gabriël Rios.
Eefje de Visser «Ik woon nu zo goed als voltijds in Gent. Door mijn vriend kwam ik er al twee jaar geregeld over de vloer, maar sinds een half jaar heb ik ook geen echte vaste stek meer in Nederland. Officieel woon ik er nog wel omdat het bedrijfje waarmee ik mijn muziek uitbreng er gevestigd is, maar in de praktijk ben ik dus al een half jaar inwoner van Gent. Ik voel me wel nog altijd Nederlander, voor de duidelijkheid: mijn carrière ligt ook nog altijd voor een groot deel daar, en dan zijn er nog mijn vrienden en familie. Maar ik hou van de Belgische mentaliteit. Het is allemaal wat chiller dan in Nederland, niet?»
HUMO Dat is eerder iets Gents dan iets puur Belgisch, denk ik.
De Visser «Dat kan ook. Ik heb al vaker gehoord dat Gent een aparte status heeft, maar het is nu eenmaal de enige stad hier die ik echt goed ken. Nu ja, Brussel vind ik ook fantastisch. Maar Gent is anders: er kan net wat meer geïmproviseerd worden.»
HUMO Bevalt de muziekscene je hier?
De Visser «Zeker, alles voelt hier artistieker aan. Wat eclectischer. Vroeger viel het me niet op, maar sinds ik hier woon en veel Gentse muzikanten spreek, zie ik wel dat in Nederland alles soms iets te veel klopt. Er wordt nog altijd heel mooie muziek gemaakt, maar vaak valt het me op dat die ook erg uitgekiend is: er is goed nagedacht over hoe het allemaal op de markt moet komen en hoe het gepresenteerd moet worden. Hier wordt pas over zoiets nagedacht als het werk al gedaan is, en mag muziek nog gerust wat experimenteler en gelaagder zijn. In Nederland moet alles van meet af aan altijd heel duidelijk zijn.»
HUMO Een tot op heden nog niet beschreven cultureel verschil tussen Vlaanderen en Nederland?
De Visser «Ik hoorde onlangs iemand zeggen dat Nederlanders graag luid en duidelijk zijn omdat we een volk zijn van zeelieden, en we ons nog altijd gedragen zoals toen op het dek. Duidelijk en luid, dat zijn de sleutelwoorden. Dat zie ik ook in recensies: hier wordt een veel grotere woordenschat gebruikt. In Nederland blijven journalisten al snel hangen bij wat er al eens een keertje gezegd is.»
RUSTELOOS
HUMO Het is rond deze tijd een jaar geleden dat je vriend je op de Gentse Feesten ten huwelijk vroeg op het podium van Sint-Jacobs.
De Visser «Het eigenlijke aanzoek was niet op dat podium, dat gebeurde in een toilet. Raar verhaal. We waren op een heel debiel feest en hij vroeg me ter plekke ten huwelijk. We hebben er eerst heel hard om gelachen, maar ik heb uiteindelijk wel ja gezegd. Dat is dan vervolgens aangekondigd op het podium van Sint-Jacobs, waar mijn vriend elk jaar stage manager is. Ontzettend romantisch allemaal, al ben ik niet iemand die echt trouwgezind is. Hij ook niet trouwens. Maar goed, je vrienden en familie worden er zo blij van, hè. Het feest na de aankondiging alleen al maakte het de moeite.»
HUMO Is de sfeer van de Gentse Feesten er één waar je je makkelijk in kunt vinden? Of toch maar liever Tomorrowland?
De Visser «Ik ben gek op de sfeer die tijdens de feesten in de stad hangt, ja. Maar Tomorrowland lijkt me ook echt cool om te bezoeken. Ik zat laatst nog te denken dat ik er best wel eens heen wil. Ik hou van dat gevoel dat je door muziek in een soort trip belandt, en alles daar lijkt bedoeld om net dat gevoel te creëren. Het lijkt me wel fijn om een hele tijd alleen maar te gáán op muziek. Op een doorsnee-rockconcert vind ik het veel moeilijker om in die roes te belanden. Daar moet je al in het midden van het publiek staan om er helemaal in op te kunnen gaan, want anders ben je al snel omringd door mensen die gewoon niet luisteren en die liever om een biertje gaan of wat staan te praten. Zoiets lijk je veel minder te hebben bij Tomorrowland. Ik wil het in elk geval ooit eens meegemaakt hebben.»
HUMO Afgaand op je muziek leek je me net iemand die heel erg op rust gesteld is, die bij zo’n bombardement van beats eerder dekking zou gaan zoeken.
De Visser «Dat denken veel mensen. Ergens klopt het ook: ik denk dat ik introverter ben dan de gemiddelde mens. Maar dan wel in periodes. Introverte periodes wissel ik af met momenten waarop ik weer socialer ben. Rust neem ik met mate: als muzikant vind ik de periode waarin je gaat optreden met je plaat bijvoorbeeld veel leuker dan de luwe periode waarin je aan je materiaal schrijft. Dan heb ik al snel het gevoel dat ik té veel tijd met mezelf aan het doorbrengen ben. Het idee dat er niets in mijn agenda staat, daar word ik pas echt rusteloos van. Het moet blijven rollen.»
HUMO Aan wat merk je dat je weer eens te veel tijd met jezelf aan het doorbrengen bent?
De Visser «Dan word ik superonrustig. Vergelijk het met iemand die te lang werkloos thuis zit. Ik vind het fijn om verplichtingen te hebben, om niet elke dag zelf te moeten indelen.»
HUMO Je bent voor het schrijven aan ‘Nachtlicht’ naar Barcelona gegaan. Wat hoopte je daar te vinden? Rust of onrust?
De Visser «Dat was dus zo’n moment waarop ik een hele zomer voor me had liggen met niets anders om te doen dan schrijven. De vorige keer dat dat zo was, vond ik het vreselijk. Ik had toen net ‘De koek’ uitgebracht, mijn debuut, en plots was ik bekend. Ik begon voor het eerst op te treden en interviews te geven, maar op een bepaald moment was dat weer voorbij en werd van me verwacht dat ik aan de volgende plaat begon te werken. Heel heftig, zo plots weer die totale radiostilte meemaken na al dat geraas. Ook al omdat ik toen net uit een relatie kwam. Ik heb toen even diep in de put gezeten: ik kon mijn energie nergens in kwijt, en dan ging ik die op mezelf richten en begon ik te veel na te denken, liet ik dingen rondtollen in mijn hoofd. En dan kan een halfjaar plots erg lang duren.
»Ik ben blij met ‘Het is’, de plaat die daar uiteindelijk uit is voortgekomen, maar ik hoefde zoiets niet opnieuw mee te maken. Dus ben ik naar Barcelona getrokken, maar het had ook een andere plaats kunnen zijn.»
undefined
HUMO Die rusteloosheid lijkt ook een terugkerend thema op ‘Nachtlicht’. Uit ‘Stof’: ‘Ik kan niet slapen want / ik ben niet moe genoeg (...) Mijn benen willen lopen / mijn ogen willen kijken.’
De Visser «Niet dat het een bewust thema is in mijn muziek, maar als die onrust in me zit, zal die ook vanzelf in mijn teksten terug te vinden zijn. Als er iets in me woelt, zal ik dat ook neerschrijven. Maar rusteloosheid is toch iets van alle tijden, niet?»
HUMO En ik maar denken dat het een symptoom van dit tijdsgewricht was.
De Visser «Dat denk ik dus niet. Ik denk dat het gewoon iets menselijks is. Het verschil zit ’m erin dat ik er liedjes over maak, terwijl er minstens evenveel omgaat in jou of in die serveerster daar. Alleen zal niemand dat dan te horen krijgen.»
HUMO Kan het soms niet gaan vervelen, beroepshalve in de kijker lopen met wat er zich in je roert?
De Visser «Het idee dat mensen een kijkje kunnen nemen in mijn hoofd is vreemd, maar ik ben nu ook niet iemand die létterlijk neerschrijft wat ik voel. Ik zou niet snel een tekst als ‘Het is uit met mijn vriendje en ik mis ’m heel erg’ uit mijn pen kunnen krijgen. Al bewonder ik ze wel, mensen die zo helder kunnen zijn. Maar als ik zoiets doe, voelt het geforceerd aan. Een tekst die heel duidelijk is, heeft voor mij toch altijd iets doordachts. In plaats daarvan verwerk ik zowat álle gedachten die ik bij iets heb, en dat zorgt voor evenveel verwarring als duidelijkheid. Zo staat er toch nog een muurtje tussen mij en de luisteraar.»
undefined
'Mijn vriend heeft me ten huwelijk gevraagd in een toilet.'
HUMO Het gevolg daarvan zijn je kenmerkende, ‘stream of consciousness’-achtige songteksten. Hoe schrijf je die?
De Visser «Alles opschrijven wat in je opkomt, zonder het in een vorm te willen gieten. De chaos die daaruit voortkomt, vind ik achteraf leuk om te zien. Daar kunnen ze in België ook beter mee om, heb ik al gemerkt. In Nederland gaat het erg vaak over het feit dat de betekenis van mijn teksten niet meteen duidelijk is, en dan krijg je dingen te lezen als ‘Eefje maakt teksten waarvan je nooit weet waarover ze gaan.’ Er zijn duizenden artiesten die onduidelijke teksten maken, van Madonna tot Michael Jackson en Radiohead. Maar als je in het Nederlands schrijft, kom je er niet zo snel mee weg, lijkt het. Dan moet alles al meteen een duidelijke betekenis hebben. Terwijl: ik ben opgegroeid met Engelstalige muziek, en ik vond het net fijn dat het daarin allemaal niet zo helder hoefde.»
HUMO Heb je geen Nederlandstalige voorbeelden? Dat is moeilijk te geloven voor iemand die enkel in het Nederlands zingt.
De Visser «Niet meteen, ik heb vroeger ook nooit de droom gehad om in het Nederlands te gaan zingen. Ik weet dat ik qua stijl vaak vergeleken word met artiesten als Spinvis en Roosbeef, maar ik was helemaal geen fan van hen toen ik mijn eerste plaat maakte. Nu kan ik ze wel appreciëren, maar dat is pas gekomen nadat ik er al mee vergeleken werd. Ik snap de vergelijkingen wel: het is telkens Nederlands, maar je kunt het niet écht kleinkunst noemen.»
HUMO Er zijn ook slechter namen om mee vergeleken te worden dan Spinvis.
De Visser «Heb ik ook al gedacht, ja.»
'Het idee dat er niets in mijn agenda staat, daar word ik pas echt rusteloos van'
ZWEVER
HUMO Je bent een graag geziene gast in ‘De wereld draait door’. Daar bracht je een tijd geleden het gedicht ‘De hese nacht en de wagen’ van Hugo Claus, dat je op muziek had gezet. Wel fan van?
De Visser «Dat was in opdracht, om eerlijk te zijn. Een fijne opdracht hoor, maar toch. Dat gedicht had ik gekozen uit een hele bundel van hem, samen met nog een paar andere die ik ook op muziek gezet had. De redactie koos er dan dat ene uit om in de uitzending te brengen. Maar ik heb niets met Hugo Claus. Dat is echte poëzie, terwijl ik nooit uit mezelf een poëziebundel zou gaan lezen.»
HUMO Je komt nochtans uit een creatief nest.
De Visser «Mijn ouders hebben ook altijd muziek gespeeld, ja. Mijn vader was bassist en mijn moeder zangeres. Ze maakten ook elk hun eigen nummers. Opgroeien in zo’n gezin was tof, maar het nadeel was dat mijn ouders ook een beetje zwevers waren. Aardse, normale dingen zoals naar school gaan, werken of geld verdienen kregen minder aandacht. Ik heb dus iets vaker dan gemiddeld voor mezelf moeten uitzoeken hoe ik de zaakjes in orde moest krijgen.»
HUMO Vind je jezelf dan geen zwever?
De Visser «In vergelijking met mijn ouders niet zo, al heb ik van hen wel de neiging geërfd om te vervallen in dat diepe denken over politiek, spiritualiteit en psychologie. Ik moest leren hoe ik dat kon uitzetten voor ik weer eens te veel bezig was met nadenken over het leven, en niet genoeg over de realiteit.»
HUMO Hoe leer je zoiets, dat uitzetten?
De Visser «Door op zoek te gaan naar oppervlakkigheid: mijn eigen bedrijfje oprichten, meer uitgaan – meer dóén in plaats van enkel te denken.»
HUMO Om jezelf te beschermen?
De Visser «In de eerste plaats omdat je met al dat rondjes draaien gewoon niets opschiet. Je wordt er alleen maar heel navelstaarderig van. En leuk is het ook al niet (lacht). Toen ik 16 was, had ik mijn eerste lange relatie, toen nog met een meisje. Ik keek er echt van op hoe anders het bij haar thuis toeging. Daar ging vader elke ochtend naar het werk, zette moeder het ontbijt klaar, en werd er niet gedebatteerd over politiek. Een cultuurschok, ook voor haar toen zij bij ons thuis kwam (lacht).»
HUMO Heb je toen beseft dat jouw gezin anders was?
De Visser «Dat heb ik altijd wel ergens geweten. Mijn ouders kwamen uit Den Haag, maar we woonden met ons gezin in Moordrecht: een klein christelijk dorpje in wat zo’n beetje de Biblebelt van Nederland is. Mijn ouders woonden in dat kleine dorpje, maar hielden vast aan hun stadsmentaliteit. Dan kun je niet anders dan merken dat het er in je gezin anders aan toegaat dan bij die andere families, waar moeders het haar van hun dochters invlechtten. We waren ook onafhankelijker: alle andere families leken elkaar te kennen, wij niet zo. Op die leeftijd wou ik er vooral bij horen, weet ik nog. Maar later vond ik het wel fijn dat er bij ons thuis gitaar gespeeld werd en dat er op de muren werd geschilderd.»
HUMO Je was toen met een meisje. Ik neem aan dat dat ook geen probleem was thuis?
De Visser «Totaal niet. Maar bij haar thuis ook niet, hoor. Al bij al werd er in dat kleine dorpje over zoiets maar weinig ophef gemaakt. Zo ruimdenkend waren ze er dan wel. Mijn tweelingbroer is bijvoorbeeld gehandicapt, maar hij is, zover ik me kan herinneren, nooit gepest als kind. Misschien zie je aan zulke dingen dat Nederland in de kern altijd al een ruimdenkend land is geweest.»
'Mijn ouders waren een beetje zweverig.'
HUMO Heb je daarna nog relaties gehad met vrouwen?
De Visser «Nee. Ik ben ook maar een klein beetje bi, denk ik. Ik geloof sowieso niet dat je als je biseksueel bent, mooi voor 50 procent op mannen en precies evenveel op vrouwen valt.»
HUMO Je bent met die creatieve achtergrond songwriting gaan studeren aan de rockacademie. Wat leert een mens daar precies?
De Visser «Ik wou er leren hoe je in opdracht nummers schrijft voor anderen. Ik heb de opleiding niet afgemaakt, maar ben wel blij dat ik het gedaan heb: ik heb er erg veel mensen leren kennen die nu net als ik in het wereldje zitten. Mijn toetseniste, bijvoorbeeld. Ik zal me dus niet negatief uitlaten over die studierichting, maar toch denk ik dat ik er niet opnieuw voor zou kiezen. Ik zou nu iets gaan studeren waar je meer leert over productie en technische dingen. Het is ook een raar vak hè, ‘songwriting’. Want: wat is een goeie song? Wie bepaalt dat?»
HUMO Voor anderen nummers schrijven: je droomde er dus niet van om zélf op een podium te staan?
De Visser «Nee, dat is pas de laatste jaren echt iets geworden waarvan ik kan genieten. Ik heb lang meer stress overgehouden aan zo’n optreden dan dat ik er lol aan beleefde. In die tijd was ik ook nog een minder goeie zangeres. Schrijven, dat wou ik doen: een melodie bedenken en die vervlechten met een tekst. Maar nu voelt optreden gelukkig als iets vanzelfsprekends.»
undefined
'Er heerst nog altijd een soort stoerheid die ervoor zorgt dat vrouwelijke artiesten per definitie minder serieus worden genomen'
undefined
HUMO ‘Nachtlicht’ is ook merkbaar een andere plaat geworden dan de vorige. De laatste morzels folk en kleinkunst zijn nu helemaal de deur uit en hebben plaatsgemaakt voor elektronica. Misschien is Tomorrowland toch niet meer zo veraf?
De Visser «Ik besef nu dat ik me eigenlijk altijd al comfortabeler gevoeld heb bij popmuziek. Mensen vinden dat soms nog een vies woord, ‘pop’. Maar dat is nu eenmaal wat ik wil maken. Op ‘De koek’ stonden destijds ook al beats.
»Ik hoop dat het mettertijd niet meer hoeft te gaan over termen als ‘kleinkunst’, maar als je als vrouw met een akoestische gitaar in je handen op een podium gaat staan, plaatsen mensen je nu eenmaal snel in een bepaalde categorie. Ook nu nog trouwens, met ‘Nachtlicht’. In zulke gevallen wordt er gewoon niet geluisterd naar de muziek, denk ik.»
HUMO Hoe irritant is dat, afgerekend worden op wie je bent in plaats van op de muziek die je voortbrengt?
De Visser «Ach, ik vind het persoonlijker erger als mensen weer eens beginnen over ‘dat schattige meisje’. Of als ik weer eens ‘lief’ bevonden word door een recensent. Niet dat ik mezelf niet aardig vind, hoor, maar ik ben volgens mij ook niet lief of schattig.»
HUMO Misschien is dat de vloek van een verkleinwoordje als voornaam.
De Visser «Dat denk ik ook. Ik vrees dat ik mijn naam erg tegenheb. ‘Eefje de Visser’: ik zou er ook wel een bepaald beeld bij hebben mocht ik mijn eigen muziek niet kennen.»
HUMO Je hebt nooit overwogen om je naam af te korten?
De Visser «Tot wat? Eef? Nee, dat zou ik helemaal gek vinden. Het is trouwens evengoed mijn achternaam die in mijn nadeel werkt, denk ik. En hoe dan ook het feit dat ik een vrouw ben. Je ziet dat wel vaker gebeuren, muzikantes die daarom in een apart hokje geplaatst worden. Nu zie ik mezelf helemaal niet als een feministe, maar ik heb het gevoel dat er in de muziekwereld nog altijd een soort stoerheid heerst die ervoor zorgt dat vrouwelijke artiesten per definitie minder serieus worden genomen.»
HUMO Hoe bedoel je?
De Visser «Onlangs op Cactusfestival nog: daar hoorde ik Stefanie Callebaut van SX aangekondigd worden als ‘een zangeresje’. Waar slaat dat op? Heel denigrerend is dat, want pakweg James Blake ga je toch ook niet omschrijven als ‘een zangertje’? Men vraagt mij in interviews ook voortdurend of ik wel gelukkig ben. Heel wonderlijk, dan staat er: ‘Eefje is een gelukkig meisje en ze heeft een vriendje.’ Je weet niet waar je het over hebt, denk ik dan. Zo zou je toch niet schrijven over een man? Alsof vrouwelijke muzikanten eerst moeten bewijzen dat ze écht niet tuttig zijn en heus wel stoer zijn voor ze geloofwaardig worden bevonden.
»Volgens mij hebben veel mannen nog altijd moeite om toe te geven dat ze vrouwelijke artiesten ook goed vinden. Alsof het geslacht van een muzikant zoveel uitmaakt. Als vrouw hou ik net helemáál niet van lieve, schattige muziek!»
HUMO Dan zijn wij alleen. Bedankt.