Voorpublicatie'Mister Big'
‘Ik heb mijn vrouw met een baksteen knock-out geslagen en gewurgd.’ Wim S. vrijgesproken na bekentenis in omstreden undercoveroperatie
West-Vlaming Wim S. is woensdag vrijgesproken door de rechtbank van Den Haag voor de moord op Heidy Goedhart. De rechter ziet onvoldoende bewijs voor een veroordeling. Wim S. bekende eerder de moord tijdens een omstreden undercovermethode, de ‘Mister Big-methode’, die wij enkel kennen van ‘The Confession Tapes’ op Netflix, maar de Nederlandse politie al jaren gebruikt. In zijn boek ‘Mister Big’ beschrijft De Morgen-journalist Douglas De Coninck hoe S. met open ogen in de val liep. Een fragment.
Deze voorpublicatie verscheen oorspronkelijk mei 2021
Schiphol, woensdag 17 september 2014. Transavia-vlucht HV6117 naar Málaga is verondersteld om 16.20 uur te vertrekken. Dat is pas over ruim tweeënhalf uur en de in Nederland wonende Belg Wim S. heeft alleen handbagage bij zich. Hij is bloednerveus. De dertiger is er gerust op dat als hij op sollicitatie mag, hij de baas zal weten te overtuigen van zijn kunnen, maar hij zit met iets. Monique, zijn echtgenote, is er de vorige avond over begonnen. De grijze pas. In Nederland is die verplicht voor al wie in de beveiligingssector wil werken. Dat weet Monique doordat ze zelf bij de politie heeft gewerkt. Je krijgt je grijze pas na een antecedentenonderzoek en het is de plaatselijke korpschef die beslist.
Wim is drie jaar eerder gearresteerd door de politie van Midden- en West-Brabant op verdenking van de moord op zijn toenmalige partner, Heidy Goedhart. Zij werd in de nacht van 18 op 19 december 2010 in haar achtertuin neergeslagen toen ze met de fiets terugkeerde van een feestje in Kaatsheuvel. Wim had toen nog maar net een stiekeme relatie met Monique, en toen de politie dat ontdekte, was hij meteen de hoofdverdachte. Alle sporen-, DNA- en andere onderzoeken pleitten Wim vrij, maar de familie van Heidy en zijn hele vriendenkring in Kaatsheuvel zijn hem altijd blijven verdenken. Daarom heeft hij gebroken met zijn vroegere leven, en is hij verhuisd naar een andere wijk. Het zou een mirakel zijn als de korpschef in Kaatsheuvel bereid zou blijken om Wim aan een grijze pas te helpen. Wim en Monique hebben het er de vorige avond urenlang over gehad. Wim wierp op dat Joep in al die maanden nog geen enkele keer iets heeft gezegd over een grijze pas.
Wim beschouwt Joep als zijn beste vriend. Joep en zijn vriendin Katja moesten een jaar geleden tijdens een fietstocht uitwijken voor een wegpiraat. Katja kreeg een beker milkshake over zich heen en Joep knalde tegen de zijspiegel van Wims Volvo. Het paar was spontaan komen aanbellen om de schade te vergoeden. De twee koppels waren aan de praat geraakt, en er was meteen een klik. Katja bleek net als Monique te praten met een medium. Joep bleek net als Wim gek op de brullende motoren van een Harley-Davidson of een Ford Mustang Shelby GT500, de iconische wagen uit ‘The Fast and the Furious’. Joep betaalde de spiegel cash, door twintig slordig opgeborgen briefjes van 50 euro uit te spreiden op de keukentafel.
Joep zit in de vipbeveiliging. Hij rijdt afwisselend met een BMW M5, een Audi A3, een Jeep en een Shelby. Hij bezit een hele collectie Rolexen en tijdens één van hun eerste gesprekken stond hij aan de telefoon een beveiligingskwestie te regelen rond Sabia Boulahrouz, de Turks-Duitse die Khalid Boulahrouz inruilde voor een andere Oranje-voetballer, Rafael van der Vaart. Joep zwemt in het geld.
Wim is drie maanden geleden geheel onverwacht zijn baan als zelfstandig IT’er bij Belgacom in Brussel kwijtgeraakt. Hij weet zich al maanden in leven te houden door kleine IT-klusjes uit te voeren voor Joep: een sekstape wissen op een gestolen pc, de getalletjes in de klok van een bewakingscamera wijzigen om een crimineel aan een alibi te helpen, een gps-baken plaatsen onder de Mercedes van – ongetwijfeld – een rivaliserende bandiet. Hij heeft op vraag van de organisatie een track-and-tracesysteem ontwikkeld. Joep heeft Wim ook al meegenomen voor een urenlange rit met de twee Harleys van een klant. Hij was ook al eens met Wim naast zich in de Shelby met 200 per uur over de A2 gaan racen. Het vipbedrijf van Joep voelde een beetje dubieus aan, maar veel andere opties heeft Wim momenteel niet.
‘In de beveiligingsbranche is het vanzelfsprekend dat je een grijze kaart hebt,’ had Monique gezegd. ‘Zonder rijbewijs ga je ook niet solliciteren als buschauffeur.’ Daar was door Wim tegenin gebracht dat figuren als Mike en Jean, twee kleerkasten in de organisatie van Joep, ook meer dan voldoende met de politie in aanmerking moesten zijn gekomen om nog een kans te maken op een grijze kaart. Hoe meer Monique erover nadacht, hoe meer ze ervan overtuigd raakte dat hij zonder grijze kaart net zo goed niet kon vertrekken naar Marbella. In Marbella zal Joep hem voorstellen aan Philipe, de grote baas van de organisatie.
In de rij voor de check-in hapt Wim even naar adem. Hij vraagt het op de man af aan Joep: ‘Heb ik eigenlijk een grijze pas nodig?’
‘Nee, je hebt geen grijze pas nodig.’
Er vallen duizenden kilo’s van Wims schouders af.
IN MARBELLA
In de aankomsthal in Málaga worden Joep en Wim opgewacht door Antonio. Hij bestuurt een naar nieuw ruikende BMW M5. Hij is, zo begrijpt Wim, binnen de hiërarchie van de organisatie de Spaanse evenknie van Joep. Wim zit op de achterbank te appen met Monique. Na een uur komt de BMW aan in de beroemde jachthaven van Marbella.
Het haventje is aangelegd in 1970 en genoemd naar Jose Banús, een goede vriend van dictator Francisco Franco. De haven is sinds de late jaren 90 een trefpunt van de internationale jetset. Er liggen tot 70 meter lange jachten. Havengelden lopen op tot een half miljoen euro per vierkante meter.
Ze krijgen allemaal een kamer toegewezen in hotel BlueBay Banús. Rond negenen gaan ze dineren in restaurant El Rancho del Puerto, volgens Antonio het beste steakrestaurant van de hele streek. Tussen voor- en hoofdgerecht in belt Wim Monique. ‘We zitten aan de haven, ik zal een foto maken. Er liggen hier bootjes waar je misselijk van wordt. Boten van oliesjeiks. Mike dacht dat ook de boot van René Froger hier ergens ligt.’
‘Ik ga zo naar bed,’ zegt Monique.
‘We hebben net het voorgerecht op. Langoustines. Ik heb er een foto van doorgestuurd. Daarna bestelden ze chateaubriand voor twee: 29 euro per persoon.’
‘Wat is dat, chateaubriand?’
‘Het beste stuk van de koe.’
Als de groep het restaurant verlaat, valt het Wim op dat Mike 500 euro cash heeft achtergelaten op tafel. Het is onwezenlijk, zeker voor iemand met geldproblemen: als Wim al zijn nog te doene betalingen bij elkaar optelt, staat hij voor om en bij de 50.000 euro in het rood. Al wat hij nog heeft, is de 300 euro die Joep hem eerder die dag heeft toegestopt voor een vorige klus. Zijn rekening staat voor 1.200 euro in het rood, en volgens zijn eigen berekening kan hij nog iets van een 150 euro opnemen. Daarna is het ‘saldo ontoereikend’.
De mannen maken iets na elven een wandeling door de haven. Ze fotograferen jachten van Arabische prinsen en vergapen zich aan de Porsches, de Ferrari’s en de Lamborghini’s. In een bar in Puerto Banus vangt Wim flarden op van een gesprek tussen Joep en Mike over een collega die niet goed functioneert. ‘Dan moet hij maar uit de organisatie,’ besluit Joep. ‘Volgende week geven we hem z’n ontslag.’ ‘Hier zit al een nieuwe,’ zegt Wim. Joep reageert geprikkeld: ‘Wim, serieus. Dit wordt door Philipe beslist. Alleen door Philipe.’
Later die avond, als hij en Wim alleen achterblijven op het terras, doet Joep een bekentenis: ‘Toen ik nog met m’n ex was, heb ik in Duitsland een vrouw geschept met m’n auto. Ze was dood, er waren geen getuigen. Ik ben doorgereden. De familie, ik bedoel Philipe, heeft dit voor me opgelost door me een vals alibi te bezorgen. Ik hoefde me verder geen zorgen meer te maken.’
Ze bestellen nog een biertje. ‘Hoe is het bij jou gegaan, toen?’ vraagt Joep. ‘Ik was onschuldig,’ zegt Wim. ‘Oké, ik ging vreemd met Monique.’
‘Wat is er toen precies gebeurd?’
‘We waren lid van een carnavalsvereniging. Er was een feest, en ik was eerder naar huis gegaan om m’n schoonvader af te lossen als babysit. Ik ging naar bed, werd wakker van gestommel, trok m’n broek aan en ging naar beneden. Daar was alles overhoopgehaald. In de tuin zag ik m’n vriendin liggen. Toen heb ik de 112 gebeld. Kunnen we het over iets anders hebben?’
DE SOLLICITATIE
Als hij na het ontbijt in z’n kamer voor de spiegel zichzelf in z’n maatpak staat te keuren, ziet Wim de gemiste oproep van Joep. Hij belt terug. ‘Er is iets tussengekomen,’ zegt Joep. ‘Iets dringends.’ Wim rent naar beneden. Daar zit Joep afspraken te verplaatsen naar de voormiddag, want die had hij vrijgehouden om aanwezig te kunnen zijn bij het sollicitatiegesprek. Antonio stelt voor om te gaan varen. Ze kunnen het jacht van Philipe lenen, als ze dat willen. ‘Laat ons dat doen,’ zegt Joep, net voor hij instapt in de BMW 6 Cabrio waarmee de chauffeur van Philipe is gekomen. Zij moeten nu samen iets regelen.
Pas iets voor achten die avond pikt Antonio Joep en Wim op in zijn BMW M5. Ze gaan de bergen in, naar de villa van Philipe aan de Paseo del Perú. In de tuin wordt afwisselend Nederlands, Engels en Spaans gesproken. Het voelt een beetje als familie. Met de walmen van smeulend houtskool en een gedekte terrastafel voor een tiental gasten. Iedereen krijgt een wit wijntje ingeschonken. Wim bemerkt twee zwembaden in de tuin, en palmbomen met groene spots. Wim heeft het gevraagde track-and-tracesysteem klaarzitten in z’n laptop. Hij heeft zijn demonstratie grondig gerepeteerd.
Philipe komt iets na negenen aan, met z’n chauffeur. Hij schudt alle handen en zoent z’n vriendin. Hij richt zich kort tot Wim: ‘U bent de enige hier die ik niet ken, dus u moet wel Wim zijn. Wat vindt u van het uitzicht?’
‘Het is prachtig.’
‘Alles goed in uw gezin?’
‘Ja hoor.’
‘Maar we waren hier voor een gesprek. En dat gaan we nu maar meteen doen.’
De tuindeur gaat dicht. De chauffeur brengt twee glazen water. Philipe neemt plaats in de lederen eenzitter, Wim in de driezitter tegenover hem. Philipe heeft een stapeltje documenten bij zich waarin Wim onder meer een print van z’n cv herkent. Hij stelt zich kort voor, beschrijft de opleidingen die hij heeft gevolgd.
‘Waarom kies je voor dit werk, Wim?’
‘Ik ben een beetje klaar met die bureaubaantjes. Het is een nieuwe uitdaging en door het track-and-tracesysteem blijf ik toch nog verbonden met de IT. Ik verkeer ook financieel wat in nood, nadat ik m’n baan in Brussel ben verloren.’
Philipe zegt tevreden te zijn over wat hij tot hiertoe via Joep meekreeg over Wims vaardigheden, maar hij zegt dat hij dat ook was over een andere sollicitant. En er is nog een andere maar, zegt Philipe: ‘Ik heb mijn bedrijf opgebouwd door te vertrouwen op mijn levenservaring en mijn intuïtie. Ik heb dit imperium opgebouwd en ervaar weinig of geen problemen, omdat ik nooit mensen aanneem als het gevoel er niet is. Ik heb alleen mensen in dienst van wie ik 100 procent zeker ben dat ze m’n bedrijf niet kunnen schaden. Nu, ik ben erg blij met het track-and-tracesysteem, Wim, maar er zit ook iets in deze map waar ik niet zo blij mee ben. Je weet vast wat ik bedoel.’
Wim voelt een zweetdruppel. ‘Ik denk van wel,’ zegt hij. ‘Maar ik was het niet.’
‘Wat is er die nacht gebeurd, Wim?’
‘Dat weet ik niet, ik was de dader niet.’
‘Wat ik hier zie, is een kind dat helemaal onder de chocolade zit, Wim.’
Het zijn exact dezelfde woorden als die van één van zijn ondervragers, drie jaar eerder. Toen die zei dat hij beter kon bekennen, want dat een rechtbank hem anders de zwaarst mogelijke straf zou geven. Als hij bekende, zei de ondervrager, zou hij zijn advocaat kunnen vragen verzachtende omstandigheden te pleiten.
Philipe haalt een mapje vanonder een tijdschrift op het televisietafeltje. Wim herkent een print van zijn track-and-tracesysteem, maar hij meent ook iets anders te herkennen. Iets dat lijkt op een fotokopie van een door de politie gemaakte foto van zijn vroegere woonkamer in Kaatsheuvel, net na de moord. Er lijkt ook een politiedocument tussen te zitten. Een proces-verbaal van een verhoor. Hoe kan Philipe in hemelsnaam in het bezit zijn gekomen van geheime stukken uit zijn gerechtelijke dossier?
‘Ik heb connecties, Wim. Ik heb een lange arm, tot bij de politie, en ik kan aan zulke zaken komen. Mijn intuïtie zegt me dat je het wél gedaan hebt. Het kan niet anders.’
‘Ja, ze dénken dat ik mijn vrouw heb vermoord, maar dat is niet zo. Ik heb het niet gedaan. Ik heb drie maanden vastgezeten, maar ik heb het niet gedaan.’
‘Mijn intuïtie laat me nooit in de steek, Wim. Mijn conclusie is dat jij en niemand anders de moord moet hebben gepleegd.’
‘Echt niet.’ Wim laat het hoofd zakken. Er valt een stilte.
‘En weet je, Wim, het maakt mij eigenlijk niet uit of jij het nou wel hebt gedaan of niet. Voor elk probleem is een oplossing. Als je echt voor mij wilt gaan werken, kan ik je een oplossing bieden. Er kan een alibi worden gezocht of er kan bewijs aangeleverd worden waardoor een ander de schuld krijgt, of in elk geval bewijs dat jij het niet gedaan kunt hebben. Ik wil gewoon geen risico nemen, want ik ben er zeker van dat jij op een dag problemen krijgt met de politie. Zoiets gaat mijn bedrijf en mijn klanten ernstig schaden. Jij hebt bloed aan je handen, man.’
‘Het is niet waar, ik heb het niet gedaan.’
‘In het dossier las ik dat stukje waarin de rechercheur je erop wijst dat je ontkent dat je aan de chocoladepot hebt gezeten terwijl iedereen kan zien dat de chocolade nog op je mond zit. Als jij bij dat soort uitspraken blijft, en blijft roepen dat je het niet gedaan hebt, kan ik je niet in mijn bedrijf toelaten. Dat snap je toch?’
‘Ik heb het niet gedaan.’
‘Nou, dan kan ik niets voor je betekenen. Ik heb je een oplossing aangeboden en jij wilt er niet op ingaan. Dus dan stel ik voor dat je vertrekt, Wim. Veel succes nog.’
IN DE TAXI
Wim weet niet goed wat te doen. Hij kan zich er niet meteen toe brengen om op te staan. Philipe doet dat wel, loopt naar de schuifdeur, opent die en roept Joep. ‘Joep, je hebt iemand meegebracht die nogal wat ballast met zich meedraagt en het bedrijf kan schaden. Ik heb een oplossing aangeboden, maar daar wilde ie niet op ingaan. Je weet donders goed dat de hele organisatie kan stuklopen als de politie te dichtbij komt.’
Wim ziet de angst in de ogen van Joep, die totaal overrompeld lijkt. Hij heeft hem nog nooit zo gezien. ‘De stekker gaat uit het track-and-tracesysteem,’ zegt Philipe gedecideerd. ‘Ik ben hier eigenlijk helemaal klaar mee. Ik wil de sfeer van de avond niet verder verpest zien door jullie twee. Ook jij gaat eruit, Joep, want jij hebt hem tot hier gebracht. Ik wil dat jullie daar aan het eind van het terras op de taxi gaan staan wachten. En jou, Joep, jou zie ik morgenvroeg.’
Er rollen tranen over het gezicht van Wim. Hier staan ze, als gestrafte kleuters. ‘Ik begrijp het niet goed, Wim,’ zegt Joep. ‘Wat is er gebeurd?’
‘Hij wilde met me praten over de moord, maar hij wilde me niet geloven. Ik héb er ook helemaal niks mee te maken. Ik ga toch niet bekennen als ik onschuldig ben?’
‘Nou, als Philipe ergens twijfels over heeft, dan zal hij daar wel een onderbouwd verhaal voor hebben. Hij roept nooit zomaar wat. We zullen teruggaan naar het hotel en het er daar verder over hebben.’ Joep stapt vooraan in in de taxi, Wim achteraan. Het begint hem te dagen dat niet alleen zijn eigen sollicitatie is mislukt. ‘Alles wat ik in al die jaren heb opgebouwd,’ zucht Joep. ‘Wég.’ Hij draait zich om: ‘Ik kan me niet voorstellen dat Philipe hierover iets zou zeggen dat zomaar uit de lucht gegrepen is. Dat weet ik uit ervaring.’
‘Hij zei dat hij geen goed gevoel had bij wat ik zei. Ik zie je als mijn vriend en ik wil eerlijk tegen je zijn. Ik heb het niet gedaan. Philipe had een dossier bij zich. Ik zou weleens willen zien wat daar allemaal in zat.’
‘Jamaar Wim, als jij niets met die moord te maken hebt, dan is er toch geen meerwaarde om die map in te zien? Je moet ophouden met dit verhaal, Wim. Want dat ken ik al. Je moet eerlijk worden. Ook al heb je je vrouw vermoord: het interesseert me niet. We zouden wel een oplossing vinden.’
Wim zegt even niets. Hij hoort Joep sakkeren over wat hem te wachten staat – zijn ontslag, zo goed als zeker. Wim probeert in te schatten hoe hij uit Marbella weg kan komen. De tickets waren geboekt via het bedrijf waar ze zonet zijn uitgeknikkerd. Met wat hij nog heeft aan geld een ticket kopen, dat zal nog wel lukken. Maar wat daarna? Hoe gaat hij dit vertellen aan Monique? Er schiet een gedachte door zijn hoofd. Dat filmpje waarvan de digitale klok werd verzet. Dat andere filmpje dat hij van die laptop moest verwijderen. Joep die hem de vorige avond nog vertelde over zijn eigen ongeval en het toen geregelde alibi. Dit is nu eenmaal de leefwereld van kerels als Joep en Philipe. Hun realiteit is een heel andere dan de zijne. Dit is het echte leven, het wilde, gekke avontuur waarvan hij heel even deel heeft mogen uitmaken. Het besef wordt met de seconde knagender. Hij heeft het keihard verknald. Wim vindt zichzelf opeens buitengewoon naïef.
Er sijpelt een bijkomend besef binnen. Hij heeft maandenlang mogen binnenkijken in de organisatie van Joep. Een niet al te vredelievende organisatie waarvan nogal wat mensen nu hun baan gaan verliezen. Door hem, alleen door hem. Doordat hij tegen alle zakelijke logica in wil blijven volhouden dat hij niet de moordenaar was van Heidy. Alsof dat er hier en nu, in Marbella, iets toe doet. Vooraan in de taxi blijft Joep maar foeteren. Hij zegt dat het helemaal niemand een zak uitmaakt wie Heidy Goedhart mag hebben vermoord en waarom. Dit gaat over loyaliteit. ‘En hoe kan dat dan?’ roept Joep. ‘Beschuldigd worden van iets dat je niet gedaan zou hebben?’
Wim maakt een beweging naar voren. Joep draait zich om. ‘Joep, kun je Philipe nog één keer bellen?’
DE BIECHT
Het is 22.45 uur als de taxi stopt voor de villa waar hij vandaan kwam. Philipe, die even daarvoor door Joep is gebeld, lijkt helemaal over zijn woedeaanval heen te zijn en vraagt hun of ze wat te drinken willen. ‘Mijn water staat daar nog,’ wijst Wim. ‘Wim wil je iets vertellen, Philipe,’ zegt Joep.
Wim ijsbeert even door de woonkamer, en gaat in een soort bidhouding staan, alsof dit daadwerkelijk een ceremonie is. Een biecht. ‘Philipe, ik wil bij jou het gebed van m’n leven doen. Ik heb het gedaan.’
‘Hoe dan?’
‘Met een baksteen. Ik heb mijn vrouw met een baksteen knock-out geslagen en daarna gewurgd.’
‘Ik vind het erg moedig van je dat je me dit vertelt. Nou, ik wist het natuurlijk al, want mijn intuïtie heeft me ook deze keer niet in de steek gelaten. Ik had er geen goed gevoel bij. Nou, dan gaan we hier een oplossing voor moeten zoeken.’
‘Ik heb nog één vraag,’ zegt Wim.
‘Stel maar.’
‘Ik wil graag dat je me helpt. Wil je me helpen?’
‘Dat zal ik ook doen. Heb je er een bezwaar tegen als ik wat aantekeningen maak? Dat kan belangrijk zijn voor het vinden van een oplossing.’
‘Ik vind het helemaal niet erg. En Joep, je weet: ik heb nooit een broer gehad. Ik beschouw jou als mijn broer.’
Philipe pent wat woorden neer op de kartonnen map. Hij wil dit graag snel en grondig afhandelen, geeft hij aan. ‘Hoe is het gegaan, Wim?’
‘Mijn huidige vrouw had me voor het blok gezet. Ze had een ultimatum gesteld.’
‘Wanneer liep dat af?’
‘Dat heb ik nooit geweten, maar ik begreep wel wat het inhield.’
‘En hoe ging het dan, die avond?’
‘Ik was met m’n vrouw op het feest van de carnavalsvereniging en ik ben bewust eerder naar huis gegaan. Tegen Heidy had ik gezegd dat ik moe was. Ik dacht eerst nog voorbereidingen te treffen in het huis, maar daar kwam ik later op terug. Het had gesneeuwd die nacht. Ik heb haar opgewacht in de tuin.’
‘Was je gewapend?’
‘Ik heb een straatklinker gepakt en haar hersens ingeslagen. Ze viel op de grond en dan heb ik haar gewurgd. Vervolgens ben ik naar binnen gelopen en heb ik ervoor gezorgd dat het op een inbraak zou lijken. Ik heb wat lades en deurtjes opengezet. En toen heb ik de 112 gebeld.’
‘Welke schoenen droeg je?’
‘Nieuwe laarzen, maar die heb ik samen met m’n kleding weggemaakt. Die heb ik verbrand. En de tegel, of de steen, die is ook niet meer terug te vinden.’
‘Waar had je die straatklinker vandaan?’
‘Uit de brandgang. Die steen gaan ze nooit meer vinden.’
‘En je kledij en je laarzen heb je dus verbrand?’
‘Ook die zaken zullen ze nooit meer kunnen vinden.’
‘Verbrand?’
‘Zoiets. Verbrand.’
‘Wil je graag dat ik bewijs opvoer zodat een ander de schuld krijgt voor de moord?’
‘Ik heb liever dat er geen alibi wordt georganiseerd, maar eerder een ander die het dan gedaan zou hebben. Ook mijn familie zou dan erg blij zijn.’
‘Ik zal m’n best doen.’
‘Heb je echt een dossier?’
Philipe opent de map en laat Wim iets aandachtiger kijken naar de foto van de plaats delict. Het zijn authentieke stukken uit het politiedossier. Voor ze hun plaatsen innemen rond de eettafel, vraagt Philipe even de aandacht van de anderen. ‘Jongens, ik stel jullie voor aan Wim, onze nieuwe collega. Er moeten alleen nog een paar details geregeld worden.’ Als de worstjes worden verdeeld over de borden, kan Wim niet wachten. Hij stuurt Monique een Whatsapp: ‘Contract binnen xxx’. En vier smileys.
POLITIE VOOR DE DEUR
Zes dagen later. Joep heeft twee mailadressen en reageert altijd traag. Wim zit lang genoeg in het vak om te begrijpen dat er mensen zijn die de zaken graag nodeloos omslachtig maken. Hij is gaan inzien dat Joep de ene dag enkel dat ene mailadres bekijkt en de dag erna pas het andere. En vaak geen van beide. Wim heeft geleerd geduldig te zijn met digibeten. Hij stuurt werkgerelateerde mails sinds kort naar beide adressen: info@jssecurity-international.com en jssecu100@gmail.com. Op zijn scherm ziet hij nu een melding van jssecu100@gmail.com. Adres onbestaande. Vreemd is dat. Zou Joep zijn account hebben afgesloten zonder daar eerst z’n contacten van op de hoogte te brengen?
Dan belt Joep. Hij vraagt: ‘Is het goed als ik deze namiddag de partytent breng?’ Ze zouden zondag een feestje geven voor iemands verjaardag. ‘Dat is goed,’ zegt Wim. ‘Rond vier uur? Dan hoef ik zondag niet met die tent te zeulen.’
‘Is goed.’
Om halfvier belt Joep nog eens. ‘Wim, je bent toch zeker thuis, om vier uur?’
‘Ja hoor, ik verwacht je.’
‘Zijn Monique en je kinderen ook thuis?’
‘Ja, die zijn er.’
‘Is goed!’
Iets voor vieren krijgt Monique trek in thee. Ze gaat naar de keuken, waar het raam uitgeeft op de straatkant, en ziet meerdere politiewagens staan en een agent met een stormram die aanstalten maakt om de voordeur in te beuken. Ze roept: ‘Wim, er staat politie voor de deur! Ze gaan de deur inbeuken.’
Op 23 mei 2016 veroordeelt de rechtbank in Breda Wim S. tot 18 jaar gevangenisstraf voor de moord op Heidy Goedhart. Op 5 februari 2018 verzwaart het gerechtshof in Den Bosch de straf tot 20 jaar. Het doorslaggevende element tegen Wim S. is telkens de tegenover een als maffiabaas vermomde politieman afgelegde bekentenis in Marbella. Een jaar lang heeft de politie de regie over het leven van Wim overgenomen met een zogenaamde Mister Big-operatie. De politie maakte hem in enkele maanden financieel volledig afhankelijk van een als Joep vermomde politieman.
De Mister Big-methode is begin jaren 90 ontwikkeld in Canada, maar staat daar en elders in de wereld ter discussie, vooral na afleveringen 1 en 2 van ‘True East’ in ‘The Confession Tapes’ op Netflix over de hoogst discutabele veroordelingen van Atif Rafay en Sebastian Burns voor moord. In 2011 wist de politie in het Australische Perth de van de moord op een 13-jarige jongen verdachte pedofiel Brett Peter Cowan te doen bekennen door hem half criminele klusjes te laten uitvoeren voor een fictieve misdaadorganisatie en te doen solliciteren bij Mister Big. Met één groot verschil, zo benadrukte de Nederlandse rechtspsycholoog Peter van Koppen later in een essay waarin hij vraagtekens plaatst bij de veroordelingen van Wim S. Cowan bekende niet enkel de moord op de 13-jarige jongen, hij wees ook de locatie aan waar hij het lichaam had verstopt zodat Mister Big het kon doen verdwijnen. Dat heet dan daderkennis, en een Mister Big-operatie is volgens de rechtspsycholoog slechts relevant als ze daderkennis oplevert.
Volgens de wetsdokter is Heidy Goedhart helemaal niet gedood met een baksteen. Het in Marbella opgehangen verhaal over de verbrande kleren staat haaks op de in het huis gedane vaststellingen. In het dossier-Goedhart zit een anonieme tip van een bij de politie gekende criminele informant. Die wijst twee figuren uit het Kaatsheuvelse drugsmilieu aan als werkelijke daders, maar de politie liet hen ongemoeid.
PETER VAN KOPPEN «Mister Big is de manier om ernstige niet-opgeloste delicten alsnog rond te krijgen. Het doel is een bekentenis. Daarmee is de methode een schoolvoorbeeld van een getunneld politieonderzoek. De bekentenissen zijn niet transparant verkregen en op papier gezet, maar worden klakkeloos aangenomen als zijnde waar. De methode kenmerkt zich juist door allerlei factoren die bijdragen aan het verkrijgen van valse bekentenissen.»
Op 17 december 2019 vernietigde de Nederlandse Hoge Raad de veroordeling van Wim S. Het oordeelde dat de gebezigde onderzoeksmethode niet als bewijs kan worden aanvaard. In januari beval de rechtbank in Den Haag onverwachts de vrijlating van Wim S. in afwachting van een nieuw proces. In Canada is de Mister Big-methode zoals toegepast bij Wim S. sinds 2014 door het Hooggerechtshof verboden. Wim zat meer dan zes jaar in de gevangenis, vond na zijn vrijlating vrij snel opnieuw werk, en tracht zijn normale leven te hervatten.
In de woning in Kaatsheuvel vond de politie destijds DNA van een onbekende man, vermoedelijk de inbreker. In januari 2021, tien jaar na de feiten, beval de rechtbank in Den Haag een DNA-afname bij enkele tot dan toe nooit door de politie gevolgde verdachten. Alle verdachten stonden DNA af, behalve één van de verdachten in de anonieme aangifte.
Douglas De Coninck, ‘Mister Big’, Kritak
Nu populair op Humo:
Bart De Wever in ‘Stukken van mensen’ en ‘De vuilste jobs vips’: Het werd er niet beter op toen bleek dat hij verre van de beste deal kreeg voor zijn geliefde munt
Heleen Debruyne: ‘Heeft Tom Lenaerts de kritiek op ‘Twee zomers’ ook niet een beetje over zichzelf afgeroepen?’
Pijnlijk: met het rampzalige ‘The Book of Bobba Fett’ maakt Disney het ‘Star Wars’-universum tot een lachertje ★☆☆☆☆