null Beeld

'Ik nog wel van jou': Elke Geurts' gevecht tegen haar echtscheiding. 'Ik hoopte dat ik hem weer mijn huis in kon schrijven'

Een windhoos tilde Elke Geurts (44) op en plantte haar weer neer waar ze niet wilde zijn. Toen haar man, met wie ze 24 jaar samen was en twee kinderen heeft, meldde dat de liefde zichzelf opgegeten had en een echtscheiding onafwendbaar was, kon Geurts alleen nog schrijven. Op die stukjes – voor haar blog en de Nederlandse krant Trouw – heeft ze ‘Ik nog wel van jou’ gebaseerd, een boek dat ze niet had willen schrijven.

Jeroen Maris

'Steeds maar datzelfde riedeltje afdraaien – voor iets kiezen, problemen ondervinden, weglopen – en dan dood: dat kan toch niet de bedoeling van het leven zijn?'

Geurts, die eerder drie knappe verhalenbundels en een roman heeft uitgebracht, is volop bezig met de praktische afhandeling van de scheiding wanneer ik haar in Amsterdam ontmoet – nog heel eventjes kan ‘ex-man’ het zonder zijn prefix doen. De emotionele rugbymatch die ze moest spelen, verslaat ze pittig in ‘het verhaal van de man naast wie ik in bed lag en die later niet met mij in één graf wilde’.

ELKE GEURTS «‘En ik ga dat verhaal veranderen,’ dacht ik. Met de taal zou ik alles rechtbreien. Op het moment dat mijn man het huis uitging, kreeg ik een column in Trouw. Die zou drie maanden lopen: dat moest voldoende zijn om mijn man weer het huis in te schrijven. Het leek me mooi, van de problemen in je huwelijk literatuur maken, en op het einde kunnen melden dat het allemaal weer goed gekomen is. Diep in mezelf wist ik natuurlijk dat het zo niet werkt, en toch: ik hoopte dat het mij wél zou lukken. Maar uiteindelijk is de werkelijkheid de baas. Zodra je in de narigheid zit, kun je niet zoveel met taal – voor een schrijver is dat een harde vaststelling.»

HUMO Maar door erover te schrijven, keer je de machtsrelatie toch minstens een béétje om. Hij gaat weg, maar jij beslist over het verhaal.

GEURTS «Je hebt gelijk: ik heb me niet alleen maar laten verlaten, ik heb er ook iets mee gedáán. Schrijven was het enige dat ik tegen de vernietiging kon inbrengen. En ja, door zelf een wereld te bouwen nam ik op z’n minst een stukje van de macht terug. Tegelijk heb ik me nooit geschaamd voor het verdriet en de hulpeloosheid. Dat je de loser bent als je verlaten wordt, het sukkeltje, daar herkende ik me niet in. Ik vond mezelf niet per se de zwakkere.

»Schrijven was ook een manier om me zichtbaar te maken voor mijn man. Ik kreeg te horen dat ik er onvoldoende was, fysiek en mentaal, en dit was mijn manier om te laten zien: ‘Hier ben ik. Hier kun je niet omheen.’ De schrijver in mij veerde op, baldadig en resoluut. (Denkt na) Dat is misschien wel het positieve dat ik aan de hele tragedie heb overgehouden: het besef dat ik echt een schrijver ben. Dat ik niet kan leven zonder schrijven. Het was het enige dat nog van me overbleef.»

HUMO Laten we die tragedie even reconstrueren. Het begint niet met een timide ‘We moeten eens praten’, of een voorzichtig ‘Ik twijfel aan onze relatie’. Wel met een helder ‘Ik hou niet meer van jou’.

GEURTS «Juist: dat er geen aanloop was, dat mijn man zo beslist was, smakte me in mijn gezicht. Maar hij is gewoon niet zo’n twijfelaar. Ik wel. Nu, ik neem aan dat hij er wel lang en grondig over had nagedacht, maar dat dat proces zich had afgespeeld vóór hij die woorden uitsprak. En ik wist niets van dat proces. Ja, allicht is dat wat er gebeurd is: hij zag een probleem, zocht in zijn eigen hoofd naar een oplossing, en kwam vervolgens met de conclusie. Terwijl ik denk: je detecteert het probleem, en dan probeer je samen een oplossing te vinden. Maar dat is dus niet gebeurd: ik werd voor iets onomkeerbaars geplaatst.»

HUMO De lezer blijft samen met de schrijfster lang hoop koesteren. Negen maanden lang zegt je man dat hij weggaat, maar hij doet het niet. En in die tijd wordt niet duidelijk wat er nu zo vreselijk fout zit in de relatie.

GEURTS «Dat was precies wat ik wilde overbrengen, want ook in de realiteit was het lang onduidelijk. De liefde was op, kreeg ik te horen, maar daar merkte ik nauwelijks wat van. Dat het zo lang duurde voor hij écht wegging, weet ik nu, had te maken met het gezin dat aan die liefde vasthing. Maar op het moment zelf gaf het me hoop, natuurlijk. Als ik een ietsje meer m’n best ga doen, dacht ik, als ik laat zien hoe ontzettend leuk ik wel ben, dan komt het weer goed. Het werd ook effectief gezelliger tussen ons – we konden bijvoorbeeld beter praten dan vroeger. (Stellig) Ik blijf erbij: we hadden een prima huwelijk. We konden het heel goed met elkaar vinden, er was weinig op onze relatie aan te merken.»

HUMO Je beschrijft hoe jullie smaken en voorkeuren zo mooi gelijkliepen. Misschien was net de afwezigheid van verschil benauwend?

GEURTS «We hielden van dezelfde boeken, wilden op vakantie naar dezelfde plekken, deelden hetzelfde gevoel voor humor. Ik zag daar net een reden in om het wél proberen te lijmen. Want een relatie waarin de verstandhouding zo soepel is, waarin je op zoveel vlakken níét het conflict hoeft aan te gaan, die is best wel moeilijk te vinden.»

HUMO Is dat een beleefde manier om te zeggen dat je man een verwend jongetje is? Dat hij plots bijziend wordt als hij zijn relatie moet taxeren?

GEURTS «Wat hij doet, is heel legitiem: je mág een relatie opblazen, zelfs als die best goed werkt. Alleen vraag ik me af of je later niet op precies dezelfde problemen zult stoten. Want je kunt iets nieuws beginnen, het hele proces van toenadering, liefde en een nest bouwen opnieuw doorlopen, om na een tijd te moeten besluiten dat het weer niet lukt. Na zo’n breuk heb je beiden de plicht om aan zelfstudie te doen, bedoel ik: heel eerlijk naar jezelf kijken, en je eigen verantwoordelijkheid niet ontlopen. Steeds maar datzelfde riedeltje afdraaien – voor iets kiezen, problemen ondervinden, weglopen – en dan dood: dat kan toch niet de bedoeling van het leven zijn?»

HUMO Vervloek je de tijdgeest? Nog niet zo heel lang geleden was scheiden een taboe, nu is het een evidentie.

GEURTS «Je zult wel gelijk hebben: twee generaties geleden zou mijn man allicht niet zijn weggegaan. Maar eerlijk: dat was ook niet wat je een ideale situatie noemt, hè. Moeten samenleven met iemand die niet van je houdt, lijkt me óók vreselijk. Maar misschien is de slinger te ver doorgeslagen. In deze tijd komen mensen nogal snel tot de conclusie dat ze naar iets anders op zoek moeten. Terwijl het mij net interessant lijkt om door zo’n crisis heen te gaan. Om te kijken wat er áchter het probleem zit. Nu goed, ik kan dat wel in m’n eentje interessant zitten vinden, maar als de andere wegbeent... Dat vond ik vreemd, ja: dat mijn man niet méé wilde zoeken.»

HUMO Eigenlijk is hij de romanticus van jullie twee.

GEURTS «Ja. Ja. ‘De liefde is er, of de liefde is er niet. En als ze er niet is, dan moet je weg.’ Dat is zijn overtuiging.»

HUMO Maar niet de jouwe: ‘Het idee dat langdurige liefde een vaardigheid was die wij ons langzaam en met de nodige moeite eigen moeten maken, leek me helemaal juist.’

GEURTS (knikt)

HUMO Een relatie als een voortdurende opgave: dat vloekt met de ‘wij zijn voor elkaar geboren’-idylle.

GEURTS «Mja. Misschien heb ik inderdaad iets te veel op dat spijkertje geklopt: ‘We zijn nu al 24 jaar bezig, en slecht loopt dat niet. Waarom doen we dan niet verder?’

»Ik ben er nu ook achter dat je pas echt weet wat je voor de ander voelt als die de dingen op scherp zet. Want het was soms best saai tussen ons. Er waren periodes waarin alles kabbelde, en ik hem ook niet per definitie als de grote uitverkorene zag. Maar toen hij uitsprak dat de liefde langs zijn kant op was, voelde ik in mijn hele lijf iets gloeien: Ik Wil Jou Wel!»

undefined

null Beeld

undefined

'Liefde is passen en meten. En ik weet het, dat klinkt niet erg romantisch, maar moet dat?'

HUMO Dat zou volstaan, dacht je eerst: ‘Ik zou zijn ontbrekende gevoel gewoon voor mijn rekening nemen, tot dat van hem weer terug was.’

GEURTS «Precies. Maar dat bleek, euh, niet zo’n realistische aspiratie.»

HUMO ‘Ik nog wel van jou’ draait om een heel interessante vraag: wat is liefde, en wat ‘gewoon vertrouwdheid’?

GEURTS «Dat is het heikele punt: wat mijn man als ‘gewoon vertrouwdheid’ aanvoelde, was voor mij liefde. Alain de Botton zegt bijvoorbeeld dat samen in bed een boek lezen een hele prestatie is. Als je dat rustig kunt – samen, maar ieder verdiept in een andere werkelijkheid – dan is dat een hogere vorm van liefde. Nou, mijn man en ik waren heel goed in lezen in bed. En ik vind dat soort vertrouwdheid best wat waard. Ik weet natuurlijk dat het niet spannend is, maar het is toch wel móói?»

HUMO Wat De Botton zegt, echoot in de woorden van veel hedendaagse psychologen en seksuologen: een mensenleven is geen aaneenschakeling van opwindende avonturen en dronken hoogtepunten. Het is wérken, en tevreden zijn met dat werken.

GEURTS «Ik had vroeger ook een rusteloosheid in mij. Ik koesterde het idee dat het leven een avontuur moet zijn, en ik was altijd over het muurtje aan het kijken: ‘Is het daar niet mooier?’ Maar door mijn scheiding ben ik erachter dat net al de kleine, stomme, saaie dingen heel veel waarde hebben. Met je gezin op de bank zitten en wat onbestemd giechelen om een tv-programma: plots zag ik daar de schoonheid van in. Maar daar heb ik dus die scheiding voor nodig gehad. Want vroeger was ik de zeur. Mijn man was tevreden en vond het allemaal prima. (Monkelt) Enfin, dat dacht ik.»

HUMO Tegelijk lijkt de ultieme ambitie in onze samenleving ‘jezelf zijn’: compromisloos je keuzes maken, jezelf maximaal ontplooien, je eigen geluk najagen. Is de ultieme consequentie daarvan niet dat je geen relaties meer aangaat?

GEURTS «Ja, want in een relatie moet je stukken van jezelf uitgommen. Maar ook weer niet te veel, want dan raak je té vervlochten en vergeet je wie je zelf bent. Ik denk dat mijn man daarmee zat: dat er stukken van hem verdwenen waren. Enfin: liefde is passen en meten. En ik weet het, dat klinkt niet erg romantisch, maar moet dat? Als je erin slaagt om een leven lang samen te blijven, is dat toch romantisch?»


HET OPVANGHUIS

HUMO Jullie woonden in een keurige nieuwbouwwijk. Je schrijft daar nooit zonder ironie over, alsof je nog steeds een lichte gêne voelt voor de burgerlijkheid die in de plaats kwam van de punk – jullie liefde ontvlamde in een gekraakte boerderij, in een artistiek studentenmilieu.

GEURTS «Ik wilde helemaal niet naar die nieuwbouwwijk. Maar dat is wat je na verloop van tijd doet: je verburgerlijkt, je kijkt wat rationeler naar je leven. Als je twee kinderen moet opvoeden, twee carrières lopende moet houden en een huishouden geregeld moet krijgen, dan word je automatisch een soort bedrijfje.»

HUMO In die nieuwbouwwijk schijnt alles te verkruimelen: rondom jullie krijgt het ene huwelijk na het andere een grafschrift.

GEURTS «Ja, en wij zouden de uitzondering zijn. Wij waren anders dan de rest! Wij hadden een relatie die uniek was, en in niets leek op die van onze buren en vrienden! Dat was wat ik dacht – en wat volgens mij iederéén denkt. Ik geloofde ook echt dat mijn man en ik elkaar volledig begrepen, en dat dat onze levensverzekering was. Dat was naïef. De ander blijft altijd de ander, en kan ervoor kiezen om een afslag te nemen die jij niet neemt. We waren niet anders dan de rest. Een pijnlijke vaststelling, ja.»

HUMO Om die reden was je ook niet altijd blij met de reacties op je stukjes.

GEURTS «Mensen zeggen me vaak dat het allemaal zo herkenbaar is. Maar dat wilde ik net niet, omdat ik wilde geloven in de uniciteit van onze relatie. En dus liet ik het liever niet tot me doordringen dat ik in een verhaal zat dat al miljoenen keren is verteld. Nu goed, door over zo’n onderwerp te schrijven, riep ik die reacties natuurlijk zelf op. En er waren ook best wel wat mensen die zinnige dingen te vertellen hadden.»

HUMO Je observeert jezelf in ‘Ik nog wel van jou’, en staat verbaasd te kijken naar wie je geworden bent: een vrouw in scheiding.

GEURTS «Ik wilde de bevreemding zo scherp mogelijk weergeven: ‘Wat gebeurt hier in godsnaam?’ Om dat te onderzoeken, moest ik naar mezelf en mijn gezin kijken als personages. Wat blijkt: ze doen precies dat wat gescheiden mensen doen. Al die kinderachtige dingen. De vloed van emoties. De belofte om volwassen te praten, en dan toch weer gaan ruziën. Al dat... gemodder. Je kent het hele scenario, en je denkt dat jullie het anders zullen doen. Want wij zijn toch slimmer? Nou, niet dus.»

HUMO In het boek gaat je man uiteindelijk in een ‘opvanghuis voor ouders in scheiding en hun kinderen’ wonen. Goeie vondst.

GEURTS «Nee, het is echt waar! Een dominee heeft dat huis opgericht in onze wijk. Je kunt er een jaar verblijven om de dingen te regelen en financieel op adem te komen. Mijn man heeft er behoorlijk wat plezier, geloof ik: hij woont er samen met twee andere gescheiden ouders. Onze kinderen vinden het ook best leuk: er valt daar altijd wat te beleven. Voor hen is het een soort vakantiehuisje. (Denkt na) Ik snap wel dat je dacht dat het fictie was. We hebben er zelf hartelijk om gelachen. Want als je het allemaal heel ernstig bekijkt, is het zo sneu. We waren niet in die nieuwbouwwijk gaan wonen om zo te eindigen – met een onthoofde relatie en één van ons tweeën in een opvanghuis. Het is de oeverloze knulligheid van een mensenleven, hè. Dat was voor mij een onthutsende vaststelling: ik leid een vrij gewoon mensenleven.»


ALLES MOET STUK

HUMO Wat vind je het zwaarst?

GEURTS «Dat je niet een beetje kunt scheiden: je moet alles kapotmaken. Ook wat goed was, moet stuk. En er was best veel goed.

»Daarnaast zijn er natuurlijk onze twee kinderen. Ik vind het zo zielig voor hen. Dat sentiment wordt nog aangedikt doordat mijn man en ik net daar het best in waren: een gezin zijn. Nog beter dan in partners zijn. De kinderen hadden evenmin iets gemerkt van spanningen: ook voor hen kwam het als een totale verrassing.»

undefined

'Door de scheiding ben ik zelf ook veranderd. Dat is wel interessant: er kan van alles gebeuren als je leven plots op losse schroeven wordt gezet'

HUMO Je moet alles kapot-maken, zei je net. Maar er zijn kinderen: dan kun je toch maar beter proberen om een goeie verstandhouding intact te houden?

GEURTS «Ja, het verplicht ons om goed te blijven communiceren – al zou het onszelf misschien deugd doen om even helemaal niet met elkaar te hoeven omgaan. We moeten een volledig nieuwe verstandhouding opbouwen. En alles wat we niet deden in die relatie – de dingen goed doorpraten, bijvoorbeeld – zullen we nu alsnog moeten doen. Dat vind ik wel ironisch: gescheiden lopen we tegen precies dezelfde dingen aan als in onze relatie.

»Ik weet dat je kinderen niets kunt wijsmaken: ze voelen alles aan. En dus probeer ik alles uit te spreken. Ik wil het mijn kinderen niet aandoen dat ze een zwaarte in de lucht voelen die nooit benoemd wordt. Ik geloof dat ze dat wel appreciëren. (Denkt na) De scheiding heeft de relatie met onze kinderen wel veranderd. In positieve zin: ik ben een betere moeder geworden. De band is intenser geworden, voller. Die kentering was sowieso, los van de scheiding, noodzakelijk. Maar ik blijf me afvragen of ze er ook niet had kunnen komen zonder uit elkaar te gaan.»

HUMO Vond je jezelf dan niet voldoen als moeder?

GEURTS «Dat is te sterk uitgedrukt. Maar soms was ik wat afwezig. Dat was niet zo erg, want ik kon dingen aan mijn man overlaten – hij ging graag met hen zwemmen, bijvoorbeeld. Als de kinderen nu bij mij zijn, moet ik er helemaal zijn. Ik kan niet een beetje op de ander leunen, want die ander is er niet meer. Dat is goed.»

HUMO Mogen ze je boek lezen?

GEURTS «Ja. Ik geloof niet dat ik iemand kwets. Maar nu zijn ze nog te jong. En de oudste – ze is 12 – is sowieso vooral in haar eigen leven geïnteresseerd. Die ouders, die doen maar.»

HUMO Hoe reageert je man op wat je schrijft?

GEURTS «Hij ziet het puur als literatuur, als fictie. Alsof het niet over hem gaat. Hij heeft me nog nooit gevraagd om iets aan te passen of te schrappen: hij vindt het allemaal prima. Handig, maar daardoor ga ik me soms ook afvragen of ik de enige ben die allerlei dingen voelt.»

HUMO Zou het niet kunnen dat hij zich koeler voordoet dan hij zich in werkelijkheid voelt? Om een duidelijke grens te stellen?

GEURTS «Ja? Bij mij werkt het zo niet. Hij is nog altijd mijn eerste referentiepunt: ik ben geneigd om met hém te delen wat ik voel. Ik probeer er nu op te letten om dat niet te veel te doen. Maar het zou me wel helpen als ik kon zien dat hij ook kwetsbaarheid voelt. Ja, ik zou het fijner vinden om zeker te weten dat we het beiden zwaar hebben. Je kunt toch niet alleen nog maar over de kinderen communiceren als je 24 jaar samen bent geweest?»

HUMO Je verhaal doorprikt vooral de illusie dat we de ander echt kunnen kennen.

GEURTS «Misschien moet je jezelf kennen voor je de ander kunt kennen. En eigenlijk kende ik mezelf niet zo goed. Tijdens het schrijven heb ik vaak gedacht: ‘Wie is dat? Ben ík dat?’ Maar ja, hoor: ik was het. Door de scheiding ben ik zelf ook veranderd in een ander. Dat is wel interessant: er kan van alles gebeuren als je leven plots op losse schroeven wordt gezet.»

undefined

null Beeld

undefined

'Ik geloofde echt dat mijn man en ik elkaar volledig begrepen, en dat dat onze levensverzekering was. Dat was naïef.'

HUMO Misschien helpt een opportunistische lezing wel: zo’n tragedie kan een luikje openen naar een onvermoed nieuw leven.

GEURTS «Dat moet wel, ja. Maar het was niet waar ik behoefte aan had. Het verlangen naar mijn honderd mogelijke andere levens kon ik bezweren in mijn werk – dat is het voordeel van schrijver zijn. Maar in het werkelijke leven ben ik best wel saai.»

HUMO Tijd voor een voorlopige conclusie: heeft de scheiding je kwetsbaarder gemaakt? Of net sterker?

GEURTS «Sterker. Ik ben nog steeds bezig met te onderzoeken waar mijn verantwoordelijkheid lag. Ik probeer om heel eerlijk naar mezelf te kijken, en met die kennis kan ik de toekomst in. Ik zie nu behoorlijk helder wat ik fout deed, maar ook wat ik goed deed. Dat tweede is heel belangrijk voor me, want op een bepaald moment dacht ik oprecht dat ik van geen enkele waarde meer was voor mijn gezin. Dat bleek gelukkig niet zo te zijn: ik ben wél nodig.»

Elke Geurts,
‘Ik nog wel van jou’, Lebowski Publishers

null Beeld

Reageren op een artikel, uw mening ventileren of een verhelderend inzicht delen met de wereld

Ga naar Open Venster

Op alle artikelen, foto's en video's op humo.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar redactie@humo.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234