Jens Christian Grøndahl - Rode handen
'Ze rookte een Duits merk zonder filter; ik zie het rode pakje nog voor me en de manier waarop ze met een gelakte nagel een stukje tabak van haar onderlip plukte.' De titel 'Rode handen' (Meulenhoff) verwijst naar een merk sigaretten en naar rode nagels, maar uiteraard bedoelt de Deen Jens Christian Grøndahl er méér mee: het gaat 'm hier om linkse revoltes waaraan jonge, rokende meisjes hun vingers branden.
De verteller - zijn naam komen we niet te weten - begint zijn relaas in de jaren zeventig, bij zijn vluchtige ontmoeting met Sonja. Zij laat hem verdwaasd achter met een sleutel tot een kluis vol Duitse marken. Wanneer de jongeman vijftien jaar, een huis in de buitenwijken van Kopenhagen, een carrière en een rustig huwelijk later opnieuw een glimp van haar opvangt, fascineert ze hem nog steeds. Misschien omdat haar verdwijning destijds hem 'provoceerde', of misschien omdat hij gelooft dat ze zijn 'pad had gekruist als een belofte voor iets anders'. Hij achtervolgt haar een tijdje en spreekt met haar af in hotelkamers: niet voor een buitenechtelijke wip, maar om haar jeugdverhaal aan te horen. Want als hij bij haar is, lijken 'de tussenliggende jaren een uitgestrekte gedachtestreep'.
undefined
Grøndahl springt in 'Rode handen' rusteloos van verleden naar heden, peinzend over de impact van het eerste op het laatste. In de jaren zeventig is Sonja via een liefdesaffaire betrokken geraakt bij acties van de Rote Armee Fraktion. Wanneer ze na een overval met dodelijke afloop de vluchtauto bestuurt, keert ze zich af van de groep en hun huis waar 'de lucht verstikkend was van rook en abstractie'. In het heden, nu de idealen van weleer aanvoelen als 'politieke kitsch', wonen Sonja en onze verteller het proces bij tegen haar vroegere strijdmakkers.
Grøndahl verdiept zich naar goede gewoonte in liefde, verlangen en bedrog, maar tracht ook actuele thema's in een ruimer perspectief te plaatsen. Zijn onderzoek naar de drijfveren van terrorisme leidt naar vragen over schuld en rechtvaardigheid: 'Misschien is het een bevestiging, schieten en moorden. Een inwijding in de nieuwe werkelijkheid, waar het er niet toe doet wat je voelt en wie je bent.' Zulke doordenkers wegen soms zwaar op het verhaal, maar gelukkig laat Grøndahl zijn vragen open - net als het einde. Die vrijheid komt het boek, met zijn melancholische, filmische beelden en mysterieuze personages, alleen maar ten goede.