Juventus - Real Madrid: de sportverslaving van schrijver Sandro Veronesi
Wanneer Juventus op zaterdag 3 juni Real Madrid in de ogen kijkt in de finale van de Champions League, zal Sandro Veronesi in Cardiff niet in het stadion zitten. Veronesi, één van Italiës grootste schrijvers, maar bovenal een gepassioneerd sportliefhebber én Juve-fan, heeft er geen goed oog in. ‘Zés finales hebben we verloren. Ik ben bang, niet vanwege Real of Cristiano Ronaldo, maar vanwege die traditie.’
'Als Juventus de Champions League verliest, kruip ik direct in mijn bed'
Als zelfs de goden sport ernstig nemen, waarom Sandro Veronesi dan niet? Een leven lang al schrijft de gevierde auteur over zijn grote passie. Zijn sportstukken, die onder meer verschenen in de grote roze sportkrant La Gazzetta dello Sport, zijn nu ook gebundeld in het Nederlands. ‘Een god waakt over je’ is een episch boek over mythologische halfgoden en grote sportmannen- en vrouwen, én over zijn eerste grote liefde: Juventus. Veronesi verdeelt zijn tijd tussen het Toscaanse Prato, waar hij geboren en getogen is en waar zijn oudste zoon nog woont, en zijn gezin in Rome. Maar zijn sporthart klopt een stuk noordelijker, in Turijn. Nu Juventus de treble – het Italiaanse kampioenschap, de Coppa én de Champions League – binnen handbereik heeft, neemt het ongemak toe.
Sandro Veronesi «Juventus heeft een bijzonder slechte traditie als het op Champions League-finales aankomt. Er was natuurlijk de tragedie in Brussel, waaraan we liever niet meer worden herinnerd (het Heizeldrama uit 1985, waarbij 39 voornamelijk Italiaanse supporters het leven lieten tijdens de Europese finale tussen Juventus en Liverpool, red.). Verder wonnen we er één, tegen Ajax. Alle andere finales hebben we verloren, zés in totaal. Zoals alle Juventus-supporters ben ik bang. Niet vanwege Real Madrid of Cristiano Ronaldo – twee jaar geleden hebben we hen in de halve finales geklopt – maar vanwege die traditie. Al zegt de traditie ook dat er nog nooit een club de Champions League twee keer na elkaar heeft gewonnen, en Real was vorig jaar Europees kampioen. In ieder geval, ik ga niet naar Cardiff. Ik heb geen zin om na een zevende nederlaag ’s nachts met de trein terug naar Londen te moeten. Dat zou te pijnlijk zijn. Ik volg het wel op televisie. Als ze winnen, zal ik blij zijn; verliezen ze, dan kruip ik direct mijn bed in.»
HUMO In uw boek verwijst u naar de verloren finale van 1997 tegen Borussia Dortmund, waar toen vijf ex-spelers van Juventus speelden. Nu zit Zinédine Zidane aan de overkant.
Veronesi «Maar wij hebben Higuaín en Khedira, die allebei van Real komen. Mocht Del Piero de coach zijn van Real, dan pas zou ik me zorgen maken. Zidane is toch meer een icoon van Real dan van Juventus.»
HUMO Hoe bent u Juve-supporter geworden?
Veronesi «Ik was 5 en zat een jaar vooruit op school. Mijn klasgenootjes waren ouder en hadden al een ploeg, ik moest er snel één vinden. De kleuren – het zwart-wit van mijn lievelingsdier, de zebra – gaven de doorslag. Het was de eerste onafhankelijke beslissing in mijn leven. Mijn eerste grote liefde ook.
»Toen ik 6 was, werd ik aan mijn amandelen geopereerd en lag ik een paar dagen in het ziekenhuis. Ik mocht niet praten en alleen citroenijsjes eten – niet slecht (lachje). De mensen die op bezoek kwamen, brachten massaal Panini-stickers mee. Het eerste team dat ik volledig had, was Juventus – een teken van God! ’s Anderendaags kwam de pastoor langs. Hij zag het album en vroeg me voor welke ploeg ik supporterde. (Met kreunende stem) ‘Ju-ven-tus.’ Het was het eerste woord dat ik uitstiet in mijn nieuwe leven. Sindsdien – nu al 52 jaar – moet ik elke zondag weten wat mijn club heeft gedaan.»
HUMO U dankt zelfs uw voornaam aan Juventus.
Veronesi «Eigenlijk heet ik Alessandro. Maar in de late jaren 60 was ik gek op een verdediger van Juventus die Sandro Salvadore heette. Ik vroeg mijn moeder: ‘Waarom heb je me niet Sandro genoemd?’ Toen ik 18 was, heb ik besloten om als Sandro door het leven te gaan. Mijn moeder heeft er zich bij neergelegd.»
HUMO Van wie hebt u uw sportfascinatie?
Veronesi «Mijn vader, een gepassioneerd zeiler en skiër, en mijn moeder waren actieve sporters. Ik niet: ik ben een fanatiek sportkijker. Ik ben gek op grote sportevenementen en volg álles, zelfs curling. Eurosport is mijn favoriete kanaal.
»’s Avonds laat, als ik ziek ben of op een luie zondag, moet je erg goede papieren hebben om mij het huis uit te krijgen. Ik kan gerust de hele dag naar de finale van Wimbledon kijken en daarna nog een voetbalwedstrijd meepikken. Ik ben sportverslaafd. Tijdens het schrijven en het lezen vergeet ik het. Maar als ik de televisie opzet, is sport het beste wat ik kan vinden. Wellicht zijn er bij jullie interessante tv-programma’s te zien, maar televisie in Italië, dat is Berlusconi. Vreselijk!»
undefined
'Voetballers doen soms iets wat nooit eerder is gebeurd. Het zijn uitvinders'
HUMO Wat maakt sport voor u zo fascinerend?
Veronesi «Het idee dat er op elk moment iets unieks kan gebeuren. Iets bovenmenselijks of iets verschrikkelijks. En dat het live gebeurt. Neem nu het schansspringen: elke keer bestaat de kans dat iemand verder springt dan ooit tevoren in de geschiedenis van het schansspringen. Of dat hij valt en sterft. Meestal gebeurt geen van beide, maar dat het kán, maakt het zo fascinerend.»
HUMO U omschrijft sporters als dromers die iets najagen wat niemand hen ooit heeft voorgedaan.
Veronesi «En ze jagen hun eigen dromen na, ze doen het niet omdat iemand het hen heeft gevraagd. Patrick de Gayardon (Franse skydiver, red.) liet er het leven bij, maar het was zijn droom te kunnen vliegen. Ook de Franse oceaanzeiler Eric Tabarly is omgekomen, maar hij heeft een fantastisch leven geleid. Zelfs voetballers doen soms iets wat nooit eerder is gebeurd. Het zijn uitvinders. Ze creëren iets en roepen daarmee grootse emoties op bij onnoemelijk veel mensen. Toen ik weinig geld had, stond ik vaak tussen de gewone mensen in het stadion naar de wedstrijden van Juventus te kijken. Als er werd gescoord, wist ik dat Agnelli (voorzitter van Juventus, red.) elders in het stadion, op veel duurdere plaatsen, net zo goed opsprong, om dezelfde redenen en met dezelfde emoties. Dát is wat sport vermag.»
HUMO U verheelt uw bewondering voor Mohamed Ali en Marco van Basten niet, maar de één overleed aan de gevolgen van de vele klappen die hij tijdens zijn carrière incasseerde, en de ander stopte nog voor zijn 30ste noodgedwongen met voetballen wegens een kapotte enkel. Is het dat allemaal waard?
Veronesi «Je vergeet Batistuta: die kan amper nog stappen. Ik noem hen helden omdat ze hun lichaam hebben opgeofferd. Het is de prijs die ze betalen. Dat mensen hun jeugd en hun schoonheid, de beste tijd van hun leven geven om iets te bereiken wat miljoenen mensen boeit: dat is episch. Als ik naar sport kijk, voel ik me pas echt in de wereld staan. Veel meer dan wanneer ik zelf tennis speel. Want dan voel ik niet de flow die me verbindt met alle andere mensen die over de hele wereld naar hetzelfde sportevenement zitten te kijken.»
HUMO Behalve van Juventus bent u ook een hartstochtelijk fan van Roger Federer. Wat maakt hem zo groots?
Veronesi «Niet alleen de resultaten. Natuurlijk speelt Federer om te winnen, maar daar draait het niet alleen om: tennis is elegantie en traditie, en daar is Federer de natuurlijke emanatie van. Mooi wit tenue, geen ‘uuh!’ of ‘aah!’ Nadal is een atleet, Federer is traditie. Het is het verschil tussen iemand die profiteert van zijn talent, en iemand die zoals Marco van Basten het natuurlijke eindstation is van een bal die heen en weer is gegaan op het veld, tot zijn moment is gekomen om hem in doel te werken.»
HUMO U schrijft: ‘Het grote talent boeit me niet. Alleen degene die alles overstijgt: het genie.’
Veronesi «Dat zijn woorden van Carmelo Bene (Italiaans schrijver en acteur, red.), maar ik onderschrijf ze. Het talent doet wat het graag wil doen, het genie doet wat het móét doen: omdat het niet anders kan. Het genie controleert zichzelf niet meer: door hem drukt de sport zich uit.»
HUMO U verdedigt tradities, zoals het witte tenue op Wimbledon. Schuilt er een romanticus in u?
Veronesi «Het één heeft niet noodzakelijk iets met het ander te maken. Pier Paolo Pasolini – die trouwens een erg goeie voetballer was – schreef ooit in een gedicht: ‘Ik besta als kracht van het verleden / In traditie alleen bestaat mijn liefde’. Traditie is een kracht, traditie is álles. Het is wat aan ons is doorgegeven en wat wij op onze beurt aan onze kinderen doorgeven. Met conservatief of romantisch zijn heeft het niets te maken.»
HUMO U ergert zich aan ‘de verkermissing van de sport’. Heeft dat de sport voor u minder aantrekkelijk gemaakt?
Veronesi «Deels wel, ja. Er zijn sporten waar ik minder van hou dan vroeger. Het wielrennen, bijvoorbeeld. Je volgt de Tour en op het eind verneem je dat de winnaar gedopeerd was. Hij wordt gediskwalificeerd en het nummer drie of vier wordt uitgeroepen tot winnaar. Maar hoe zeker ben je dat ook die niet gedopeerd was? Ik vind de Tour of de Giro het volgen niet meer waard.»
undefined
'Protest heeft niets met sport te maken, maar alles met politiek. Ik hou niet van politiek.'
undefined
HUMO Doping maakt deel uit van het najagen van dromen.
Veronesi «Voor alle duidelijkheid: ik ben niet tegen doping. Het is veel minder gevaarlijk dan tegen 60 per uur vallen in een sprint. Voor mijn part wordt het allemaal opengegooid. Wil je doping gebruiken? Ga je gang. Het is jouw lichaam, jouw leven. Alleen: de reglementen verbieden het, en ik ben er tegen als men de regels niet respecteert. Ali zei ooit over Joe Frazier: ‘Mocht ik hem ’s nachts tegen het lijf lopen in de donkere steegjes aan de haven, hij maakte me kapot. Gelukkig troffen we elkaar in de ring, en daar gelden er regels en is er een scheidsrechter.’ Er is een verschil tussen de sport en de wereld daarbuiten.»
HUMO In het voetbal worden de regels voortdurend overtreden. Het misleiden en beïnvloeden van de scheidsrechter is een aparte discipline geworden.
Veronesi «Zonde. Mijn oudste zoon speelt waterpolo, en daar mág je niet eens praten tegen de scheidsrechter. Als je ’t ook maar probeert, vlieg je eruit. Voetbal is de enige sport waar spelers de scheidsrechter recht in het gelaat mogen afsnauwen. Was ik een scheidsrechter, elke wedstrijd zou eindigen met vier spelers.»
HUMO In uw boek zegt de Italiaanse ex-turner Jury Chechi: ‘Wij hebben geleerd om het oordeel van de jury te beschouwen als onderdeel van onze sport, en om dat te accepteren.’ Hij noemt het schokkend hoe in het voetbal zowat elke scheidsrechterlijke beslissing wordt aangevochten.
Veronesi «Precies. Zonder scheidsrechters geen sport. Maken ze een fout en moet je daardoor vier jaar wachten tot de volgende Olympische Spelen voor een nieuwe kans, dan doe je dat: je hebt geen andere keus. Protest heeft niets met sport te maken, maar alles met politiek. Ik hou van sport, niet van politiek.»
HUMO Wat vindt u van het vaak opgefokte gedrag van veel coaches?
Veronesi «Ook zij zouden zich meer moeten beheersen, en de scheidsrechters zouden zo’n gedrag niet mogen tolereren. Iedereen heeft zijn rol. Ik herinner me het grote AC Milan van Arrigo Sacchi, toen aanvoerder Franco Baresi slag om slinger zijn arm de hoogte instak om een buitenspelsituatie aan te geven. Wat had ik daar een geweldige hekel aan! Ik zou het hebben verboden, net als al dat gekreun in het tennis. Iemand uit het publiek die roept, wordt direct het zwijgen opgelegd. Waarom geldt dat ook niet voor de spelers? Ik zie geen verschil.»
HUMO Van Arrigo Sacchi hebt u geen hoge pet op. Wordt de impact van een coach overschat?
Veronesi «Ja. Sacchi had prachtige spelers – Gullit, Rijkaard, Van Basten – en heeft al bij al niet veel gewonnen. Eén kampioenschap maar. Na hem kwam Capello: víér keer kampioen. Ik vind de meeste coaches overgewaardeerd. Guardiola en Mourinho: het lijken wel goeroes, zonder wie er geen voetbal zou bestaan. Onzin, natuurlijk: je kunt niet zonder scheidsrechter, maar wel zonder trainer. Als er bij Juventus geen coach op de bank zit, zal Higuaín wel zeggen waar iedereen moet lopen.»
Te streng gestraft
HUMO De traditie bij Juventus zegt dat er een meerderheid aan Italiaanse spelers moet zijn. Vindt u dat goed?
Veronesi «Absoluut. Buitenlanders komen voor het geld en zijn zo weer weg. Cristiano Ronaldo is niet het uithangbord van Real: hij is het uithangbord van zichzelf. Zoals ook Ibrahimovic dat is. Messi niet: hij groeide op in de jeugdopleiding van Barcelona en heeft een onverbreekbare band met de club. Maar Ronaldo? Hij speelde bij Sporting Lissabon, werd verkocht aan Manchester United, en daarna aan Real. Hij gaat waar hij het best wordt betaald. Dan ben je niet het uithangbord van je club, zoals Del Piero, Totti of Maldini dat waren. Zelfs Buffon is het niet: hij is als kampioen gevormd in Parma, hij was al Buffon toen hij naar Juventus kwam. Zijn heldendom dankt hij aan het feit dat hij Juventus niet in de steek liet toen het degradeerde.»
HUMO Nu verwijst u naar Calciopoli, het beruchte omkoopschandaal uit 2006, waarbij uit afgeluisterde telefoongesprekken bleek dat toenmalig Juve-directeur Luciano Moggi zich bemoeide met de toewijzing van de scheidsrechters. Juventus werd zijn kampioenstitels van 2005 en 2006 ontnomen en naar de Serie B verwezen. Over die zwarte pagina schrijft u niet.
Veronesi «Nee, dat is een te pijnlijke episode. Bovendien was de situatie niet zo duidelijk als iedereen nu schijnt te denken. Juventus is gestraft omdat men Juventus haat. Moggi was niet de enige die belde met scheidsrechters. Maar hij had zijn reputatie tegen, en dus werd Juventus gestraft. Trouwens, ook al was het verboden wat hij deed: het heeft de resultaten van Juventus niet eens beïnvloed. Er is niet één euro over en weer gegaan.»
HUMO Nu praat u als een echte Juventus-supporter.
Veronesi «Néé! Uit morele overwegingen hebben ze de landstitel dat jaar aan Inter toegekend. Maar toenmalig Inter-voorzitter Facchetti, die in 2006 trouwens overleden is, pleegde zelf óók tachtig telefoontjes naar scheidsrechters. Alleen: de politieman die die gesprekken had geregistreerd, liet na ze aan de rechter te bezorgen. Pas vijf jaar later is dat ontdekt, maar toen was de verjaring ingetreden. Juventus is terecht gestraft, maar te streng. En dat Inter die titel kreeg, was een regelrecht schandaal!»
HUMO Tot slot: waar verwijst de titel van uw boek, ‘Een god waakt over je’, naar?
Veronesi «De goden – en dan heb ik het over de Griekse oudheid – waren ook sportfans. Vooraan in mijn boek citeer ik de dichter Pindarus: ‘Een god waakt over je, Hieron / en hij denkt aan jouw ambities /en hij ontfermt zich erover.’ Hieron won de paardenrennen op de eerste Olympische Spelen in het oude Griekenland. Hij deed zoiets uitzonderlijks dat zelfs de goden afgeleid werden van hun bezigheden en naar hem keken.»
HUMO U hebt de titel uit een bijdrage over Gaetano Scirea gelicht, een voormalige Juve-verdediger die in 1989 op 36-jarige leeftijd verongelukte op een snelweg in Polen.
Veronesi «Het mooiste bewijs dat de goden op dat moment níét over hem waakten. Dino Zoff, die toen hoofdcoach was, had hem uitgestuurd om de volgende Europese tegenstander van Juventus te scouten, een bijzonder zwak Pools amateurteam. Zoff en Scirea hadden, met dat kleine beetje arrogantie van de kampioen, moeten zeggen: ‘Wij blijven thuis.’ Maar het is traditie in het voetbal dat je je volgende tegenstander vooraf gaat bekijken. Dus deed Scirea dat, uit respect voor de regels. En om verrassingen te vermijden: er had zomaar eens een genie tussen die Poolse amateurs moeten lopen.»