null Beeld

Koppensneller Herman Brusselmans: 'Literaire romans kampen met dalende verkoopcijfers'

Herman Brusselmans gaat iedere week op zoek naar het verhaal achter een opvallende kop in de krant of op een nieuwssite.

Herman Brusselmans

undefined

null Beeld

'Terzijde wil ik even opmerken dat allochtonen steeds meer aandacht krijgen van blanke vrouwen'

Deze tendens is merkbaar in Europa, Amerika, Afrika, Oceanië, Antarctica, de Krim, op de meeste archipels, in Nieuw-Zeeland, de Peloponnesos, het Amazonewoud en de Hybriden, maar toch vooral in België, en dan zeker in Vlaanderen. Bij ons zijn er maar zes auteurs van wie nog geregeld een bulk romans verkocht wordt. Het zijn Annelies Verbeke, Griet Op de Beeck, Lize Spit, Stefan Hertmans, Jeroen Olyslaegers en ik. Wat meteen opvalt, is de hoge gemiddelde leeftijd van die pipo’s.

Verbeke en Op de Beeck zitten in de menopauze, Hertmans en Olyslaegers zijn ronduit oude mannen, en ik ben ook niet meer zo piep. De uitzondering is Lize Spit met haar 27 jaar. Nu is het wel zo dat mensen die Lize in het echt zien, verbaasd opmerken: ‘Is die echt maar 27 jaar?’ Ik heb eens wat opzoekingswerk gedaan en ontdekt dat Lize niet 27, maar 42 jaar is. Haar uitgeverij, het amateuristische clubje Das Mag uit Zaandam in Nederland, achtte het een vondst om ermee uit te pakken dat hun Vlaamse debutante nog heel jong is, tot blijkt dat ze vijftien jaar gelogen hebben. En inderdaad, als je Lize van dichtbij bekijkt, en dat heb ik eens gedaan, dan zie je dat ze de snorvorming heeft van een veertiger en niet van een godverdomde twintiger.

Hoe dan ook, zes schrijvers die van elk hunner boeken meer dan 20.000 exemplaren kwijtraken, dat is niet veel. De kampioen is overigens Griet Op de Beeck, van wie er reeds 750.000 eenheden over de toonbank gingen. Velen vragen zich af: waarom verkoopt uitgerekend die Griet Op de Beeck zoveel boeken, en niet vele andere schrijvers? Nou, dat is omdat Griet zo herkenbaar schrijft, en haar lezeressen denken: ‘Verdikkie, wat hier in Griet haar roman staat, heb ik ook al medegemaakt!’ Het zijn overigens niet alleen vrouwen die deze herkenning ervaren bij Griets werkjes, ook mannen doen dat geregeld. Ik herinner me dat ik in Griets tweede bestseller ‘Kom hier dat ik u kus’ de passage tegenkwam waarin één van de hoofdpersonages, Jean-Marie, op wacht staat bij het huis van z’n ex-vrouw Elvire om haar te betrappen op overspel. Want het verhaal gaat dat Elvire een zekere Houssein als minnaar heeft, een forse allochtoon met borsthaar tot achter z’n oren. Terzijde wil ik even opmerken dat allochtonen steeds meer aandacht krijgen van blanke vrouwen, en dat komt omdat ze zo intelligent zijn, gevoel voor humor hebben, bijzonder attent en vriendelijk zijn ten opzichte van de dames en een snikkel bezitten ter grootte van een varkenspoot.

Maar goed, ik zit dus die passage te lezen, en wat gebeurt er op een bepaald moment? Jean-Marie moet dringend kakken! Omdat hij verscholen zit in een bosje, schijt hij achter een struik. Welnu, hier kwam de herkenbaarheid meteen om de hoek kijken, want ik heb ook eens achter een struik gescheten toen ik op een nacht rondliep in het Zoniënwoud om boomkikkers te bestuderen, puur uit dierkundige interesse. Ik bedoel, het mag geen wonder heten dat de romans van Griet Op de Beeck zo enorm aanslaan, en bijvoorbeeld die van Jeroen Olyslaegers ook, omdat Jeroen immers op zo’n evocatieve wijze de Tweede Wereldoorlog weet te beschrijven dat het tijdens de lezing van z’n romans voelt alsof je er zelf bij was en eigenhandig bij een Duitse Feldwebel een bos prei in z’n anus hebt gepropt.

Toch blijf ik erbij dat zes succesvolle auteurs in een heel taalgebied een mager beestje vormen. Hoe zit het met de anderen, en dan denk ik in de eerste plaats aan Christophe Van Gerrewey, Marnix Peeters en Yves Petry? Het is jammer dat ik het moet zeggen, maar hun boeken halen niet eens de duizend verkochte exemplaren, en met het geld dat ze ermee verdienen, kunnen ze nauwelijks eens een leuke bloes en een rok kopen voor hun minnares of, in sommige gevallen, hun minnaar, want laten we eerlijk zijn: de Vlaamse literatuur en de homofilie, dat zijn vaak twee handen op één buik. Christophe Van Gerrewey vroeg mij laatst nog op welke manier hij meer romans kan slijten. ‘Christophe,’ zei ik tegen hem, ‘je moet in de jury van ‘De slimste mens’ gaan zitten.’ ‘Dat durf ik niet,’ zei hij bibberend. Tja, in dat geval is de situatie hopeloos. De kwestie is, de Vlaamse literatuur is op sterven na dood, en als onze regering niet ingrijpt, zal de toestand nog rampzaliger worden.

Reageren op een artikel, uw mening ventileren of een verhelderend inzicht delen met de wereld

Ga naar Open Venster

Op alle artikelen, foto's en video's op humo.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar redactie@humo.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234