Lebowski Book of the Month Club: de 'Stoner'-ontdekker en Humo beginnen een clubje
Sinds Oscar van Gelderen ‘Stoner’ van John Williams wereldwijd tot bestseller maakte, heeft de crisis in het boekenvak een lefgozerige uitdager. Deze week start Van Gelderen de Lebowski Book of the Month Club, samen met een honderdtal boekhandels, de VPRO én Humo.
Elke maand lanceert Uitgeverij Lebowksi een herontdekking: een vergeten boek, miskende klassieker of cultroman. Die herontdekkingen verschijnen fraai gebonden en met een transparant pvc-omslag – ‘nooit eerder gedaan in ons taalgebied’. Als eerste is er eind deze week ‘De wandeling’ van Robert Walser, niet toevallig het relaas van een dwalende geest in een flanerend lichaam.
Oscar van Gelderen «Het is een statement. Het gaat ons om de verstilling, het introspectieve, het existentiële dat door ‘Stoner’ op één of andere manier terug op de kaart gezet lijkt te zijn. Mensen hebben het gehad met de hypeboeken over de waan van de dag, ze gaan terug naar de basis – slow reading.
»Die trend heeft ook met identiteit te maken. ‘Stoner’ gaat over sociale verheffing, over je eigen pad volgen in het leven, over liever stoïcijns ten onder gaan dan compromissen sluiten. Vroeger waren mensen een beetje bang voor de outcast, vandaag beschouwen ze ’m vaker als een authentiek iemand die zich niet conformeert. Dát is het ‘Stoner’-gevoel: voor je eigen identiteit gaan, tegen de keer en het gezond verstand in. Dat oogst meer waardering dan voordien, wat goed nieuws is voor mij als progressieve uitgever met een liefde voor de outcast.»
HUMO Hoe heb je ‘Stoner’ eigenlijk ontdekt?
Van Gelderen «In 2011 was ik in New York, te midden van collega’s die allemaal op hét nieuwe boek aan het jagen waren. Dus zei ik tegen een vriend van me: ‘Ik wil geen boek dat hot is, ik wil een boek dat cold is.’ Hij vertelde dat een paar jonge mensen van zijn zaak kort daarvoor bezig waren geweest over een boek dat ‘Stoner’ heette. Dat vond ik wel goed klinken, al dacht ik met die titel meteen aan iets als Bukowski of Hunter Thompson. Ik liep dus naar de Barnes & Noble – ’t was heel warm weer, weet ik nog. De groezelige groenbruine cover zei me niks, en ik werd ook al niet enthousiast van de achterflap, die gewag maakte van een verhaal over een boerenzoon die les gaat geven aan de universiteit. Bovendien was het niet geschreven door een leuke blondine; de auteur was al twintig jaar dood. Ik kocht die roman toch maar en sloeg ’m terug in het hotel meteen open. Ik las de eerste bladzijde en ik kon niet stoppen: het was simpelweg waan-zin-nig goed. Ik vergelijk het weleens met toen ik voor het eerst ‘Smells Like Teen Spirit’ van Nirvana hoorde: een iconisch geluid, wist ik meteen.
»Ik kocht de rechten, voor 2.500 dollar, en ging met die ‘Stoner’ naar huis. Eerst maakte ik, samen met mijn vaste vormgevers van Dog And Pony, werk van een knaller van een cover, die meteen de sfeer van het boek vatte en zo modern was dat we het woord ‘klassieker’ konden vermijden. Vervolgens bezorgde ik een liefdesbrief aan de boekhandel: ik schreef waarom boekhandelaars trots zouden zijn om dat boek te verkopen – we zaten in volle ‘50 Shades of Grey’-tijd. In september 2012 kwam het boek uit en begon ik aan een halfjaar campagne, met de pitch ‘spectaculair onspectaculair’. Mijn streefdoel was 10.000 lezers, naar mijn aanvoelen de kritische massa om de zaak in beweging te krijgen. Eind december zaten we aan 8.000, wat al best goed was. In januari schreef Arnon Grunberg in z’n Voetnoot (column in de Volkskrant, red.): ‘Als u een boek wilt lezen dat uw leven gaat veranderen, lees dan Stoner.’ Intussen tweette Carice van Houten een foto met het boek en de tekst ‘Me and Mr. Stoner’ en pikte ‘De wereld draait door’ ’m alsnog op. De verkoop ging door het dak, in maart verkochten we 45.000 exemplaren en stonden we vijf weken lang op één. Dat nieuws werd opgepikt in Amerika en Engeland, waar de enthousiaste reacties van Bret Easton Ellis en Ian McEwan de zaak aanzwengelden. In september volgde Duitsland, en intussen raakt dat boek wereldwijd een zenuw: van IJsland over Bulgarije tot China. En in het Nederlands gaan we naar 300.000 verkochte exemplaren.»
Niet goed, geld terug
HUMO Heeft die lezersvoorkeur voor authenticiteit ook met de crisis te maken?
Van Gelderen «Zeker. In tijden van crisis gaan mensen terug naar het echte, weg van de onzin. We worden allemaal constant gebombardeerd, zowel on- als offline. Dat irriteert, zoals ook Banksy op een groot billboard aanklaagde: ‘The joy of not being sold anything’. Ik verkoop door niet te verkopen, maar door een sfeer van generositeit te creëren.
»In deze tijd van graaien gaat het om geven. Ik wil mensen veel van waarde geven. Een Hollands idee: waar voor je geld krijgen. Met ‘Stoner’ hebben we ook letterlijk een ‘Niet goed, geld terug’-actie gevoerd. Niemand kwam terug. Of toch: men kwam terug om er nóg één te kopen. Natuurlijk ben ik niet tegen geld verdienen, maar het is ook leuk om genereus te zijn. Zo organiseer ik ook feesten die gratis zijn. Dat is niet alleen leuk: als ik genereus ben, krijg ik ook meer terug.»
HUMO De Book Club gaat ook meer om de boekhandels en lezers dan om de uitgeverij en mediapartners.
Van Gelderen (knikt) «We leveren exclusief aan de Club, een geselecteerde groep van een kleine honderd boekhandels. De eerste drie maanden zijn de boeken alleen daar te vinden, niet elders en evenmin online bij bijvoorbeeld bol.com. De uitverkoren winkels worden veelal gerund door fijnproevers, die van in het begin hun nek uitsteken voor dit soort boeken. De Lebowski Book of the Month Club is een club voor trendsetters, niet voor volgers.
»Mij bevalt vooral het idee dat we het samen doen: een uitgever, honderd boekhandels, de VPRO en Humo. Vroeger liep ik de deuren langs, als een soort Jehovah-getuige met een literaire missie. Voet tussen de deur. Nu doen we het samen en daar zal op diverse manieren een kruisbestuiving van komen, waar de lezer bij betrokken wordt en wel bij vaart. We cureren allemaal samen en gidsen elkaar door het aanbod heen.»
HUMO Zorg je daarom ook voor duiding?
Van Gelderen «Het gaat bij boeken al te vaak om de buitenkant: de auteur is jong of mooi of heeft een bekende broer of vader. Maar wij gaan naar de binnenkant, de basistekst. Die voorzien we van de nodige context, ongeveer zoals de extra’s bij een dvd een film in perspectief plaatsen. Zo is in ‘De wandeling’ van Walser ook een inleiding van de vertaalster, een biblio- en biografie én ‘Le promeneur solitaire’, het beroemde essay van W.G. Sebald, opgenomen. En op onze site vind je filmpjes, quotes en achtergrondinformatie.
»Er komen ook soundtracks bij elk boek: die ‘Booksounds’ maak ik met Joachim Stoop, een bevlogen lezer uit Antwerpen. Hij probeert de sfeer van een boek te vatten met muziek. Bij Walser is daar bijvoorbeeld veel klassiek bij. Die soundtrack zetten we ook online, zodat een lezer tijdens zijn lectuur tegelijk kan luisteren of een boekhandelaar ’m in zijn winkel kan afspelen.»
HUMO Wat worden de volgende titels van de Book Club?
Van Gelderen «Na ‘De wandeling’ volgt ‘De buurt’ van Ab Visser: een ongelofelijke roman over een gelukkige jeugd, van een veelschrijver die nooit succes gekend heeft. In april is het de beurt aan Lucia Berlin, een in 2004 overleden auteur die op hetzelfde moment in Amerika groot gelanceerd wordt door Farrar, Strauss & Giroux. Berlin is vaak met Alice Munro en Richard Yates vergeleken, maar heeft bij leven nooit de credits voor haar werk gekregen. Lydia Davis is groot pleitbezorgster. En dan komen we met een klapper: het debuut van John Williams. Een passende beloning voor de winkels die ‘Stoner’ grootgemaakt hebben: zij krijgen zijn debuut drie maanden exclusief, en nadien maken we een reguliere editie in paperback in de vormgeving van de drie andere Williams-romans.»
HUMO Tot slot check ik nog gauw even een gerucht: klopt het dat je op doktersbevel maar twee boeken per dag mag lezen?
Van Gelderen (lacht) «Een vroegere vriend van me loopt dat verhaal te vertellen, weet ik. Maar ja, het klopt wel. Ik was 18, 19. Tussen mijn 17de en 22ste heb ik in kraakpanden in Leiden gewoond. Als kraker maakte ik wat muziek, stond ik af en toe achter de bar en deed ik verder de hele dag lang niks anders dan lezen – snel en veel. Dat ging maar door. De dokter stelde vast dat ik te veel met mijn hoofd bezig was, besefte dat helemaal niet lezen me niet zou lukken en gebood me: ‘Maximaal twee boeken per dag.’ Tja, ik kan nog altijd niet zonder boek. Ik lees altijd, waar ik ook ben – behalve onder de douche (lacht).»