Leren leven met angst Dirk De Wachter: 'Angst is een slechte raadgever, maar ze is tegelijk zeer nuttig bij acuut gevaar'
Parijs kende het voorbije jaar maar liefst twee cruellest months: januari en november. De angst was, door bommengordels en het geratel van kalasjnikovs, tastbaar van Momtmartre tot Montparnasse. Maar heden is het er alweer uitstekend toeven, of toch alvast aan de oevers van het Canal Saint-Martin, als we psychiater Dirk De Wachter mogen geloven.
'Die doorgedreven politiecontroles lijken een officieel gelegitimeerde vorm van xenofobie te verspreiden, en dat vind ik problematisch'
Dirk De Wachter «Ik ga al twintig jaar naar Parijs tussen kerst en nieuw: ik huur er telkens een ander appartement waar ik dan met een troep vrienden het goede leven kan vieren. Dit jaar ligt het – puur toeval, ik had het maanden geleden al geboekt – op een steenworp van Le Carillon en Le Petit Cambodge, respectievelijk het café en het restaurant waar bij de aanslagen veel doden zijn gevallen. Mede daardoor vroeg men me nogal vaak of ik dat nu wel moest doen. Het enige gepaste antwoord daarop is: ‘Natuurlijk, zelfs meer dan ooit.’ Niet uit misplaatste overcompensatie of omdat ik per se interessant wil doen, maar ik doe gewoon wat ik graag doe, en ik ga me zeker niet door angst laten tegenhouden.»
HUMO Kortom: tenzij u nog in de incubatiefase verkeert, heeft het angstvirus u nog niet besmet.
De Wachter «Klopt, maar het is niet omdat ik ze mijn leven niet laat bepalen dat ik ze compleet negeer. Angst is een slechte raadgever, maar ze is tegelijk zeer nuttig: bij acuut gevaar zijn het onze angstgevoelens die ervoor zorgen dat we op de vlucht slaan of integendeel het gevecht aangaan, of anderzijds gewoon een beetje achteruitdeinzen – allemaal normale reacties. Het wordt pas een probleem wanneer de angstprikkel in je lijf blijft hangen, ook al is het gevaar al lang geweken: de zogenaamde posttraumatische stressstoornis. Stel: je bent ooit aangevallen door een kale man, en je bent daarna bang voor alle kale mannen die je pad kruisen. Let trouwens op mijn politiek correcte keuze voor kale mannen, in plaats van voor pakweg mannen met baarden: een mens moet een beetje opletten wat hij zegt (lacht). Serieus: die doorgedreven politiecontroles – hier in Parijs, maar ook in Brussel en Antwerpen – lijken een officieel gelegitimeerde vorm van xenofobie te verspreiden, en dat vind ik nogal problematisch.
»Ik ben afgelopen mei in de Grand Rex in Parijs naar Nick Cave gaan kijken: een geweldig concert, mede dankzij die verhitte, licht hypnotiserende sfeer. Als ik daar vandaag zou zitten, zou ik ongetwijfeld denken: ‘Voilà, hier zit ik nu, stel dat er hier terroristen zouden binnenvallen, zou ik dan...’ Maar dat is helemaal niet erg: de angst lost zich niet op door ze te dissociëren, zoals we dat in het vak noemen – ze níét te voelen. Dat is zelfs ronduit gevaarlijk. Je kunt in een leeuwenkooi nog zo luid staan verkondigen dat je niet bang bent, de kans is groot dat de leeuw je in alle onschuld verscheurt – geen slimme keuze dus. Maar aan de andere kant van de tralies gaan staan en de leeuw in kwestie indringend aankijken? Je zult misschien bang zijn, zeker als hij het op een brullen zet, maar kwaad kan het zeker niet.»
HUMO Een citaat uit uw boek ‘Borderline times’: ‘2011 zullen we ons dan misschien blijven herinneren als een jaar waarin gekken’ – met name: Ronald Janssen, Anders Breivik en Nordine Amrani – ‘dood en verderf zaaiden, maar echt nieuw was het allemaal niet. Of zijn we de Bende van Nijvel en konsoorten intussen vergeten?’ Een bedenking die vandaag nauwelijks minder actueel is.
De Wachter «Een geschiedkundige context kan inderdaad nuttig zijn om met beide benen op de grond te blijven staan. Tijdens de lezing ter ere van zijn emeritaat sprak politoloog Rik Coolsaet nog over de terreurslachtoffers op het Europese vasteland: we krijgen soms de indruk dat het een nieuw fenomeen is, maar het tegendeel is waar. Ik herinner me levendig de angst voor de Rote Armee Fraktion in het Duitsland van de jaren 70, en die voor de Bende van Nijvel in de jaren 80. Ik kan dan ook begrip opbrengen voor Dyab Abou Jahjah, die zegt dat we, in al onze geschoktheid en ons medeleven met de slachtoffers in Parijs, toch niet mogen vergeten dat dit in het Midden-Oosten dagelijkse kost is. Verder durf ik het al bijna niet meer te herhalen omdat het zo’n cliché is, maar er vallen jaarlijks zoveel doden in het verkeer, en dan zwijg ik nog over die vreselijke suïcides. Respectievelijk twee en drie slachtoffers per dag: dat is ook niet niks, hè?
»Begrijp me niet verkeerd: je zult mij nooit horen zeggen dat het allemaal zo erg niet is, want dat is het wel degelijk voor de betrokkenen, hun familieleden en hun vrienden. Omdat ik hier vlakbij die plekken des onheils logeer, ben ik er natuurlijk eens gepasseerd, en ik moet zeggen: zo’n muur van bloemen, kaartjes en foto’s van lachende jonge mensen die er niet meer zijn, daar word je héél stil van, hoor. Ik kan hier wel staan tateren dat we één en ander moeten relativeren en de ratio moeten laten primeren, maar als je daar staat, komen het verdriet en de angst heel dichtbij: het heeft me in elk geval geráákt. Als psychiater moet je niet alleen op een rationele en wetenschappelijke manier over verschrikkelijke feiten praten, je moet ook de angst en het verdriet van patiënten meenemen in je discours.»
HUMO De politiek lijkt de angstgevoelens alvast te willen bestrijden met wat u in ‘Borderline times’ ‘de illusie van controle’ noemt: patrouillerende militairen, agenten met mitrailleurs in de winkelstraten, opgedreven controles. ‘Hoe clean moet onze samenleving worden vooraleer we beseffen dat we, door onszelf zo in te kapselen en te beveiligen, ervoor zullen zorgen dat we op warmmenselijk niveau geheel en al zullen uitdrogen?’ foeterde u in 2012.
De Wachter «Ik moet uitkijken dat ik niet te onbescheiden word, maar die zaken staan inderdaad ook al in mijn boek. Het probleem van een psychiater is dat hij alles en iedereen begrijpt, dus ook de politici die zulke beslissingen nemen (lacht). Ik begrijp dus wel dat ze de machteloosheid willen counteren. Het zou ook maar raar zijn als ze gewoon achterover zouden leunen met de woorden: ‘Tja: véél valt er niet aan te doen, hè?’ Maar een psychiater en cultuurcriticus mag wél kritische kanttekeningen bij hun acties plaatsen. Vandaar: ik maak me sterk dat die identiteitscontroles niet één aanslag zullen voorkomen. Gelukkig heb ik die dingen geschreven in tempore non suspecto, en kan ik ze nu gewoon herhalen.
»Ik ben blij om te zien dat hier in Parijs, ondanks die ronkende uitspraak van president Hollande dat het land in oorlog is, goed geleefd wordt. De economie draait, er is geen avondklok, en op 100 meter van Le Petit Cambodge zitten jonge mensen te lachen op de terrassen. Het leven gaat gewoon door, en dat volle leven moeten we koesteren.»
undefined
'Het leven gaat gewoon door, en dat volle leven moeten we koesteren.'
HUMO Lekker terrasjesweer in december: moeten we daar niet bang van worden?
De Wachter «Voor duiding over het klimaat ben je bij mij natuurlijk aan het verkeerde adres, ik kan alleen uit eigen ervaring spreken: in die twintig jaar dat ik hier het jaareinde vier, heb ik nog nooit kleurrijke bloemetjes in de perken van het Parc des Buttes Chaumont zien bloeien. Heel mooi eigenlijk, maar ook een tikje surrealistisch. Ik probeer met volle teugen van het milde lenteweer te genieten, maar niet zonder de nodige bedenkingen. Laat ons wel wezen: misschien verdient de klimaatverandering wel méér aandacht dan de aanslagen.»