Löön naar werken: Laszlo Bölöni, trainer van Royal Antwerp FC
Antwerp draait mee bovenaan het klassement en dat is niet het minst de verdienste van zijn intrigerende Roemeense coach Laszlo Bölöni. Man van drie paspoorten, vriend van Valentin Ceausescu en ontdekker van Cristiano Ronaldo.
'Mijn vader overleed aan een hartaanval toen ik 15 was, tijdens een wedstrijd waarin ik vier keer scoorde'
Ze zijn zeldzaam, de clubs waar het gerecht níét binnenviel op zoek naar bewijzen van fraude en matchfixing in het ‘schone handen’-onderzoek. Royal Antwerp FC is er zo één, maar de trainer lijkt niet verbaasd over de wantoestanden die nu aan het licht komen.
Laszlo Bölöni «De belangen in het voetbal zijn groot, en er zijn veel manieren om buiten de lijntjes te kleuren. Het is niet de eerste keer dat dit gebeurt, en het gebeurt niet alleen hier. Italië zat jaren geleden toch ook met een schandaal (het Calciopoli-schandaal in 2006, red.) waarbij Juventus moest degraderen?»
HUMO De spelersmakelaars moeten het nu ontgelden. U zei eens: ‘Het voetbal is een grote show geworden, makelaars brengen het hoofd van spelers op hol en zijn alleen maar op persoonlijk gewin uit.’
Bölöni «Voetbal is een hyperindustrie: miljoenen mensen kijken ernaar en je krijgt het overal verkocht, van Afrika tot Japan. Het is een machine met vele kleine radertjes, en iederéén denkt aan zijn eigen profijt.»
HUMO Is het een ontspoorde wereld?
Bölöni «Dat vind ik niet, nee. Zolang je maar binnen het wettelijke kader blijft.
»Men vergeet het vaak, maar voetbal is een krachtig communicatiemiddel geworden. Ik heb drie jaar in Qatar gewerkt. Soms speelden we voor maar 1.500 toeschouwers, die ook nog eens verplícht werden om te komen. Maar Qatar organiseert wél het WK in 2022. En waarom denk je dat ze Paris Saint-Germain en Manchester City hebben gekocht? Ze zijn niet dom. Wij, simpele geesten, denken dat de bal rond is en alles draait om het maken van doelpunten. Niets is minder waar: het voetbal is totaal iets anders geworden.»
HUMO Stelt u zich daar vragen bij?
Bölöni «Soms, maar alles evolueert. Veertig jaar geleden verplaatste mijn moeder zich met paard en kar. Vandaag hangen er meer vliegtuigen in de lucht dan er bussen rijden in de stad waar ik woon. Ook in de sport staat het niet stil. In de stadions worden loges aan de man gebracht, draaien restaurants op volle toeren, worden frieten en bier verkocht. Ik hou me daar ver van weg en concentreer me op datgene waar ik goed in ben: het terrein.»
undefined
HUMO ‘Een trainer is een eenzame man,’ zei u eens.
Bölöni «Dat is zo. Ik bén eenzaam. Er zijn maar weinig mensen met wie ik een nauwe band heb. In België is dat maar één man: Luciano D’Onofrio (vice-voorzitter en sportief directeur van Antwerp, red.). Bij hem kan ik mijn hart luchten als ik daar de behoefte toe voel. Overal waar ik kom, heb ik dat plekje nodig waar ik me veilig en geborgen voel.»
HUMO In 1988 voetbalde u in België, bij Racing Jet. Toen dat degradeerde en in slechte papieren raakte, ontsloeg het zijn buitenlandse spelers, onder wie u. Uw advocaat toen, Johnny Maeschalck, vertelde me hoe u en uw vrouw voor jullie vertrek onverwachts bij hem op de oprit stonden met een indrukwekkende bos bloemen. Wat zeggen die bloemen over u?
Bölöni «Dat ik dankbaar en respectvol ben. Ik ben opgegroeid in een communistisch systeem: daar was zoiets gebruikelijk. Met mijn club Steaua Boekarest en de Roemeense nationale ploeg had ik vaak genoeg gereisd, maar alles werd ons uit handen genomen. Je hoefde je hotel of vlucht niet zelf te regelen. Maar dat jaar in België was ik voor het eerst in het Westen en moest ik een leven opbouwen. Dat was nieuw, en daarbij was meester Johnny een houvast voor mij.
»(Grinnikt) Toen ik mijn eerste salaris ontving, gebeurde dat per overschrijving. Ik snapte er niets van: hoe kon ik zeker zijn dat dat geld er ook daadwerkelijk was? Ik zág het niet. In Roemenië was zoiets ondenkbaar, daar gebeurde alles cash. Toen ik na Racing Jet voor Créteil ging voetballen, in de buurt van Parijs, en mijn eerste elektriciteitsrekening in de bus viel, bestudeerde ik die brief tot ik ergens een adres vond. Het kostte me meer dan twee uur met de bus en de metro voor ik op dat adres arriveerde om mijn rekening te betalen. Ze bekeken me alsof er een gek voor hun neus stond: ‘Wat? U komt persoonlijk betalen?!’»
HUMO Uw spelerscarrière in België duurde maar twee halve seizoenen. Een kort avontuur, dat met een sisser afliep.
Bölöni «Het leven in België overweldigde mij, maar sportief was het een zware tegenvaller. Ik kwam van een grote club, Steaua Boekarest, waarmee ik de Europabeker voor Landskampioenen had gewonnen, de voorloper van de Champions League. Dat is, al zeg ik het zelf, niet niks. Toch? Maar plots kwam ik bij Racing Jet terecht, waar volslagen amateurisme heerste. Ik had totaal geen benul van waar ik was terechtgekomen. Het was… (zwijgt even) vreselijk.»
HUMO De Franse sportkrant L’Equipe begreep niets van je transfer: ‘Hij is gek, die Roemeen!’
Bölöni «L’Equipe was niet alleen, ik begreep er ook niet veel van. Maar ik was 34, niet meer van de jongsten. Het maakte mij niet uit waar ik naartoe ging: het belangrijkste was dat ik weg kon. Ik was de eerste Roemeense voetballer die het land mocht verlaten – officieel dan toch. Ik tekende een contract voor anderhalf jaar, in de hoop wat geld te sparen en daarna een paar jaar te kunnen rondreizen met mijn vrouw, zij was actrice. Daarna zou ik tandarts worden, een beroep dat ik tijdens mijn carrière in Roemenië al zes jaar had uitgeoefend. Wel, dat anderhalf jaar duurt nog altijd voort (glimlacht).
»Vergeet niet: Roemenië was een hermetisch gesloten land. Tijdens onze buitenlandse reizen als voetballer werd het ons verboden om met makelaars te praten. Deed je dat toch en besloot je om clandestien in het Westen te blijven, dan moest je achtergebleven familie in Roemenië het ontgelden. Daar hield je rekening mee.»
Naar de goelag
HUMO U had geen andere keuze dan u te schikken in uw lot?
Bölöni «Kijk, het leven in het Oostblok getuigde van een onvoorstelbare dwaasheid. Maar om dat ten volle te kunnen begrijpen, moet je er zelf bij geweest zijn. Ik ben geboren in dat systeem, in zekere zin was het normaal voor mij, al gaven mijn ouders mij een opvoeding tégen het systeem, maar wel met grote voorzichtigheid. Toen ik een jaar of 22 was, – mijn vader overleed toen ik 15 was aan een hartaanval tijdens een wedstrijd waarin ik vier keer scoorde – werd mij veel duidelijk in een gesprek met mijn moeder. Daarvoor moeten we terug naar de Tweede Wereldoorlog. Ik was nog niet geboren, mijn broer wel. Onze familie bestond uit landbouwers die rijk waren en veel landerijen bezaten. Maar ook de boeren ontsnapten niet aan de driestheid van de communistische revolutie: alles werd hun afgenomen en de meesten gingen failliet. Mijn grootvader, die de grootste boer van het dorp was, werd door de geheime politie opgepakt, gefusilleerd en in een grote put gegooid. De rest van mijn familie – mijn grootmoeder en ook mijn moeder – werd opgepakt en naar de goelag gestuurd om aan het fameuze kanaal tussen de Zwarte Zee en de Donau te werken. Acht jaar later mochten ze terug naar huis, maar ze moesten zich wel nog wekelijks bij de politie melden.
»De angst zat hun tot op het bot. Wat verwacht je anders? Wij zijn geboren met angst, hij zit ons in de genen: ‘Let op wat je zegt! Kijk uit wat je doet!’ Wie zijn mond opentrok, riskeerde door de geheime politie Securitate te worden opgepakt en vermoord. In zo’n klimaat word je vanzelf wantrouwig. Buiten mijn moeder en mijn broer is er niemand die ik echt vertrouw.
»Ik was een prima voetballer, maar er werd van mij verwacht dat ik ook studeerde. En geen klein beetje: ik moest de eerste van de klas zijn! Mijn broer schopte het tot dokter, ik werd tandarts. Een studie van vijf jaar, maar ik deed er acht jaar over, wegens het voetbal. Het communistische systeem was hard voor alle Roemenen, maar nog net iets harder voor ons: wij behoorden tot een Hongaarse minderheid.»
undefined
undefined
'Ik geloof dat ik Cristiano Ronaldo naar een hoger niveau heb getild. Zijn talent had hij al, dat heb ik hem niet gegeven'
HUMO Tien jaar geleden zat ik op een middag bij uw landgenoot en uw allereerste makelaar George Bognar in Brussel. Hij toonde me een foto van u en Tudorel Stoica, de vader van ex-Anderlechtspeler Alin Stoica. Tussen jullie beiden stond Valentin Ceausescu. Volgens Bognar had u het aan de zoon van dictator Nicolae Ceausescu te danken dat u naar het Westen kon.
Bölöni «Tudorel Stoica, met wie ik heb gevoetbald bij Steaua, was en is nog altijd een erg goede vriend, misschien wel de enige die ik heb. Valentin Ceausescu vervulde toen de rol van manager bij Steaua. Een grote mijnheer! Nog altijd is mijn relatie met hem erg goed. Hij was de eerste uit het systeem aan wie ik mijn familiegeschiedenis durfde te vertellen: ‘Verwacht van mij niet dat ik lid word van de communistische partij. Vraag me ook niet dat ik mijn gebed ’s avonds in het Roemeens opzeg, want dat doe ik in het Hongaars. Maar het zal me niet beletten een goede burger te zijn.’ Hij zei dat ik me geen zorgen hoefde te maken. Valentin Ceausescu was buitengewoon intelligent, een man met waarden en een open blik, die precies wist wat de problemen van zijn land waren. Maar – en hier begint de dubbelzinnigheid – hij had één groot nadeel: zijn naam.
»Kijk, het is duidelijk dat le chef (Bölöni doelt op dictator Nicolae Ceausescu, red.) de hoofdverantwoordelijkheid draagt voor alles wat er is gebeurd. Maar hoe ze hem hebben aangepakt, daar ben ik het volstrekt mee oneens. Ik zeg niet dat hij geen straf verdiende, maar hij had een eerlijk proces moeten krijgen, zoals het een beschaafd land betaamt (Ceausescu werd in 1989 geëxecuteerd na een schijnproces, red.). Ik schrijf momenteel een boek, waarvoor ik wat opzoekingswerk verricht en waardoor ik de dingen steeds klaarder zie. Ceausescu mag dan verantwoordelijk zijn geweest, maar hij was niet alleen. Het was de Sovjet-Unie die eiste dat het hele systeem, met de bijbehorende angst en al zijn slechtheid, werd geïnstalleerd. Niet alleen in Roemenië, maar ook in Hongarije, Bulgarije en Polen. Overal hadden ze hun eigen Ceausescu. En je zou nóg verder kunnen gaan, want niet alleen Stalin, maar ook Engeland, Frankrijk en de Verenigde Staten lagen mee aan de basis van de opdeling van Europa na de Tweede Wereldoorlog. Ook zij zijn verantwoordelijk voor het juk waar de mensen in het Oostblok al die jaren onder hebben geleden.»
Cristiano ontdekt
HUMO Hebben de voorbije 30 jaar in het Westen u veranderd?
Bölöni «Ik denk het niet. Al is er misschien één puntje waarop ik ben veranderd: ik kan niet meer tegen liegen. Tot een jaar of tien geleden dacht ik steeds goed na voor ik iets zei. Vaak loog ik of vertelde ik toch minstens de waarheid niet, om geen problemen te krijgen. Dat is voorbij: ik zeg nu wat ik denk.»
HUMO U hebt de reputatie een moeilijke mens te zijn. Bent u dat ook, of speelt u een rol?
Bölöni «Ach, ongetwijfeld speel ik een rol. Het leven is ook een stukje theater, toch? Maar er schuilt ook veel toewijding achter. Alles wat ik heb bereikt in mijn leven, dank ik aan hard werk en grote overgave. Ik ben geslaagd in het voetbal én in mijn studies. Als ik iets doe, wil ik het perfect doen.
»Natuurlijk lach ik ook, maar pas vanaf het moment wanneer het werk erop zit. Ben ik dan te streng, of te ernstig? Het zij zo. Zodra ik op een voetbalveld stap, word ik een ander mens. Veeleisend, agressief, opruiend – ik zal er alles aan doen om als winnaar van dat veld te stappen.»
undefined
'Ik heb nog dromen: gezond blijven, een prijs pakken en Stromae ontmoeten. Dat zou wat zijn!'
HUMO Hebt u ooit een terugkeer naar Roemenië overwogen?
Bölöni «Nee, al heb ik de banden nooit doorgeknipt – ik was zelfs even Roemeens bondscoach. Als ik op bezoek ga bij mijn moeder en mijn broer in Boedapest, kom ik thuis. Als ik naar Frankrijk rijd, kom ik thuis. Als ik in België ben, kom ik thuis. Maar mijn échte thuis, dat is en blijft – ondanks alles – Târgu Mures, mijn geboortestad in Transsylvanië.»
HUMO Klopt het dat u behalve de Roemeense ook de Franse nationaliteit hebt?
Bölöni «Én de Hongaarse. Ik heb drie paspoorten (glimlacht).
»Ooit reisde ik met de eerste trein van Roemenië naar Frankrijk, waar ik trainer was. Aan de Oostenrijkse grens werden mijn Roemeense paspoort en Franse verblijfsvergunning gecontroleerd. Die douaniers geboden mij van de trein te stappen, maar ik verzette mij: ‘Ik moet naar mijn werk!’ Tevergeefs, ze pakten me vast en zetten me eruit. Op dat moment stond mijn besluit vast: dit nooit meer! En ik heb de Franse nationaliteit aangenomen.»
HUMO Wat betekenen grenzen voor u?
Bölöni «Ik voel iets doorschemeren in uw vraag wat me doet vermoeden dat we het met elkaar oneens zullen raken (lachje). Mijn drie paspoorten zijn het bewijs dat ik een Europeaan ben. Tegelijk zal ik altijd Roemeen of Hongaar blijven, geen Oostenrijker of wat dan ook. Ik verander niet zomaar van jas. En nu kom ik bij het migratiethema, want dat wil je, hè? Wel, ik ben het helemaal eens met Victor Orbán (de premier van Hongarije, red.). Net als hij ben ik niet ongevoelig voor mensen die op de vlucht zijn voor een oorlog. Maar de overgrote meerderheid zijn economische vluchtelingen. Die kunnen we niet allemaal opvangen. Het is aan de grote mogendheden om daar een oplossing voor te vinden. Ter plekke, in het land van die vluchtelingen. Dát is het signaal dat Orbán uitstuurt.»
HUMO U groeide zelf op in moeilijke omstandigheden, als lid van een minderheid. Begrijpt u dat mensen elders op zoek gaan naar een beter leven?
Bölöni «Maar moeten wij dan heel Afrika en Azië bij ons binnenhalen? Ik overdrijf nu een beetje, maar toch. Kent u George Soros (Amerikaans-Hongaars zakenman, red.)? Hij vindt dat Hongarije al die vluchtelingen maar moet binnenlaten. Waarom eigenlijk? Waarom neemt hij er niet een paar mee in zijn vliegtuig naar de Verenigde Staten? Goed, ik maak wel een grap, maar ik zie de Verenigde Staten geen enkele vluchteling opnemen, terwijl er wel 250 miljoen Amerikanen zijn en maar 10 miljoen Hongaren. De muur die Orbán heeft laten bouwen, is niet het probleem. Het is net een sterk signaal voor de Europese Commissie en de internationale grootmachten: ‘Stop met praten en spelletjes spelen, dóé iets!’
»Nu, dit is een gevoelig onderwerp, waar ik liever niet te diep op inga. Ik heb vrienden overal in de wereld, ik ben dus beter voorzichtig. Trouwens, ik ben niet de man die met een vlag op de barricades gaat staan om de wereld te redden.»
undefined
'Angst zit me in de genen: als ik mijn mond opentrok, zou de geheime politie me oppakken of vermoorden'
HUMO In 2009 zei u na een Standard – Club Brugge waarin u door de scheidsrechter naar de tribune was verwezen: ‘Uit ervaring weet ik dat mensen gevaarlijker zijn dan wilde dieren.’
Bölöni «Dat is toch zo? Een dier doodt als het honger heeft, de mens doodt om zijn belangen te beschermen. Wat zijn oorlogen anders? We hebben op de maan gestaan, vliegen straks naar Mars, maar hebben tegelijk de beide wereldoorlogen op ons geweten. De mens is dus tot het beste én het slechtste in staat. Ik ben geen groene jongen, maar hoe wij met de aarde omspringen, baart me steeds meer zorgen. Het is een gedachte die ik de voorbije 25 jaar nooit heb gehad, maar die me nu soms overvalt. Ik woon in het zuiden van Frankrijk en die recente orkaan in Portugal kwam akelig dichtbij. Dat zet je aan het denken.
»Nu, het is niet al kommer en kwel. Ik koester nog een paar mooie dromen ook.»
HUMO Zoals?
Bölöni «Dat ik gezond mag blijven, en dat mijn dochter blijft wat ze is: een gelukkige vrouw. Ik zou ook graag nog één keer uitpakken als trainer en een prijs pakken. Maar – en nu ga ik iets opbiechten – ik droom ervan iemand te ontmoeten, iemand op wie ik hier in België verliefd ben geworden: Stromae (glimlacht). Dat zou wat zijn! Zoals hij diepgang weet te leggen in een rapnummer: wonderlijk. Ik zag hem nooit live aan het werk, en nu treedt hij niet meer op. Maar ik zag enkele interviews met hem op de Franse tv, en daar heeft hij me helemaal ingepakt met zijn charme en briljante geest. Ik plaats hem op dezelfde hoogte als die andere artiest waarvoor ik een zwak heb, Leonard Cohen. Als ik tot rust wil komen, zet ik zijn muziek op. Of de Maanlichtsonate van Beethoven.»
HUMO Tien jaar geleden werd u landskampioen met Standard. Is een herhaling met Antwerp mogelijk?
Bölöni «Het is te vroeg om me daarover uit te spreken. We zullen er alles aan doen, maar we mogen niet te snel willen gaan. Wat wij op die korte tijd hebben gerealiseerd, is zo indrukwekkend. We liggen voor op ons schema en dan bestaat het gevaar dat we de mensen nu al te groots laten dromen. Dat geldt trouwens ook voor mezelf. Te veel dromen kan je blik op het einddoel vertroebelen.»
HUMO U bent 65, de oudste trainer in de Jupiler Pro League. U hebt geen tijd meer te verliezen als u nog een prijs wil pakken.
Bölöni (glimlacht) «Ach, op mijn 90ste zal ik nog bezig zijn. Ik hou van dit spelletje, het gaat me nooit vervelen. Ik voel dat ik nog nuttig kan zijn en de mensen rondom mij nog steeds kan motiveren.»
HUMO Uw vader stierf jong. Staat u erbij stil dat elke dag de laatste kan zijn?
Bölöni «Nee! Daar denk ik niet aan. Aan mijn vaderskant zijn velen in de familie jong gestorven: tussen hun 52ste, zoals mijn vader, en hun 60ste. Maar mijn grootmoeder aan moeders kant had zeven broers, die allemaal ouder dan 90 zijn geworden. En mijn moeder is 94. Ik hoop dat ik haar genen heb (lacht).»
HUMO U was een tijdje uit beeld door een gezondsheidsprobleem in uw naaste omgeving.
Bölöni «We zaten zo’n anderhalf jaar met een groot probleem, dat klopt. Ik wil daar liever niet over praten. Ik hoop (houdt de tafel vast) dat het voorbij is.»
undefined
undefined
'Ik ben het helemaal eens met Viktor Orbán. Of moeten we heel Afrika en Azië bij ons binnenhalen?'
HUMO Hoe wil u graag herinnerd worden?
Bölöni (lacht) «Ik ben nogal ijdel, zoals iedereen. Jij wilt toch ook mooie artikels schrijven opdat de mensen je waarderen? En je vrouw en kinderen zeggen: ‘Dat is onze papa!’ Wel, ik ook.
»Weet je, ik loop weleens rond op een rommelmarkt op een vrije zondagochtend. Als mensen me dan herkennen, doet me dat plezier. Of wanneer ze me staande houden op de luchthaven. Vaak zijn het supporters van Standard, wat toch wil zeggen dat ik het nog zo slecht niet heb gedaan in Luik. Wanneer zijn ze daarna nog eens kampioen geworden? Niet, dacht ik. Mensen herinneren zich dat, en dat vervult me met geluk. Zoals ook al die blije gezichten hier in Antwerpen. Of in Portugal, waar ik kampioen werd met Sporting Lissabon – hoelang is dat niet geleden, vijftien jaar? Ook hen is het daarna niet meer gelukt.»
HUMO Bij Lissabon liet u de jonge Cristiano Ronaldo zijn eerste stappen in het professionele voetbal zetten. Vervult dat u ook met trots?
Bölöni «Da’s dubbel. Je kunt er te veel over praten, om jezelf interessant te maken. Maar erover zwijgen, is even dom. Cristiano Ronaldo zat al bij Lissabon toen ik er aan de slag ging. Mijn grootste verdienste is dat ik hem in een moeilijke periode voor de club bij het eerste elftal haalde, en hem daar ook hield, ook al was hij nog maar 16. Niet iedereen was het daar op dat moment mee eens, maar ik hield voet bij stuk: ‘Hij blijft!’ Ik geloof oprecht dat ik hem naar een hoger niveau heb getild, door hem op een iets andere positie uit te spelen en door hem aan zijn spierontwikkeling te laten werken – hij was nog een kind. Maar voor alle duidelijkheid: zijn talent had hij al, dat heb ik hem niet gegeven.»
HUMO Hebt u nog contact met hem?
Bölöni «Ach, nee. Maar als ik ergens voor een goed doel moet opdraven, raak ik wel aan een gesigneerd truitje om te veilen.»
HUMO Hij is nu van zijn voetstuk getuimeld: in Las Vegas loopt er een verkrachtingszaak tegen hem.
Bölöni «Dat zal hem veel kwaad berokkenen. Kijk, ook dat is weer een bewijs van hoe het de verkeerde kant opgaat met het normbesef in onze maatschappij. C’est du n’importe quoi. Ik geloof niet dat zo’n meisje van 24 van de discotheek mee naar zijn kamer gaat, en dan weer terug naar die discotheek trekt nadat ze is aangerand. Bon, ieder zijn mening, maar zo denk ik erover.»