Maar nee, hij is niet chagrijnig! Van Morrison heeft de blues
‘Als iemand het recht heeft om een plaat met bluescovers te maken, ben ik het wel.’
'Als jonge gast wilde ik maar één ding: mijn eigen bluesclub openen'
Van Morrison «Ik werd al op erg jonge leeftijd aan de blues blootgesteld. Mijn pa had een geweldige platencollectie. Hij haalde alles bij een platenzaak in Belfast, Atlantic Records, gelegen aan High Street. De eigenaar importeerde platen via zijn zus, die in New York woonde. Ik lees vaak dat ik als tiener begon te luisteren naar bluesmuziek, maar dat is een misverstand. Ik was nog een kind, niet eens 10 jaar oud. Ik zat altijd te klooien met zo’n ouderwetse taperecorder. Ik zong dan mee met platen van Leadbelly, terwijl mijn vader opnam.»
HUMO Leadbelly, Muddy Waters, Hank Williams: dat waren toch uw absolute helden?
Morrison «De rij is langer dan dat: er waren ook Sam Cooke, Sister Rosetta Tharpe, Bobby ‘Blue’ Bland… Daarnaast las ik veel, onder meer Jack Kerouac en William Blake. Het kwam allemaal tegelijk-ertijd binnen, en het kwam hárd binnen. Zeker het werk van Blake.»
HUMO Op het nummer ‘Let the Slave’, uit ‘A Sense of Wonder’ (1985), leest u een passage voor uit diens epische gedicht ‘The Price of Experience’.
Morrison «Mooi dat je hiermee komt. Op die song probeerde ik de essentie van de blues te grijpen, en ik geloof niet dat ik er ooit veel dichter bij ben gekomen – tot ik met deze plaat begon. Het oorspronkelijke plan was om voor de lol wat songs te spelen die ik leuk vind. En ja, dan kom ik meestal bij bluesmuziek uit. Ik heb gelukkig een geweldige band, die prima in staat is om dit soort oude songs te spelen. Ik heb er ook een aantal muzikanten uit Cardiff bij gehaald, met wie ik een paar jaar geleden gewerkt heb.»
HUMO U vroeg ook zanger Chris Farlowe en gitarist Jeff Beck om een bijdrage te leveren. Mooie en opvallende namen.
Morrison «Jeff speelt de blues zoals ik hem wil horen. Wij kennen elkaar al jaren, we hoeven niets te zeggen als we samenspelen. En Chris Farlowe vind ik al vijfenveertig jaar de beste blueszanger van Engeland. Ik moest met mensen van dat kaliber werken, want de songs op deze plaat zijn al tientallen keren door andere artiesten gedaan. Kijk, als ik een nummer doe als ‘I Can Tell’, dat in de jaren 50 werd gecomponeerd en door Bo Diddley tot een classic werd verheven, dan moet ik er wél iets aan toevoegen.»
HUMO Ook bijzonder: de combinatie van de T-Bone Walker-song ‘Stormy Monday’ en ‘Lonely Avenue’ van Ray Charles. Dat had u wel al eens live gedaan.
Morrison «Grappig dat jij ‘Stormy Monday’ een T-Bone Walker-song noemt. Ik leerde het nummer in 1963 kennen in de versie van Bobby Bland. Ik speelde in die periode in de Duitse universiteitsstad Heidelberg en een Amerikaanse militair had een heleboel singles en een kleine platenspeler bij zich. Hij draaide veel songs van Bobby en ‘Stormy Monday’ vond ik geweldig. Maar ook ‘Lonely Avenue’, dat oorspronkelijk geschreven is door Doc Pomus. De versie van Ray is fantastisch, maar ik hou ook van wat Marty Wilde (de vader van Kim Wilde, red.) ermee gedaan heeft. Pomus heeft talloze hits geschreven voor mensen als Elvis Presley (‘Surrender’ en ‘His Latest Flame’), Andy Williams (‘Can’t Get Used to Loving You’) en The Drifters (‘Save the Last Dance For Me’).»
HUMO Er staan ook drie eigen nummers op ‘Roll With the Punches’. Eén daarvan is ‘Ordinary People’, een song uit 1971 die u in een nieuw jasje hebt gestoken.
Morrison «Een song die ik voor het eerst samen met de inmiddels overleden gitarist Ronnie Montrose en een aantal andere Californische muzikanten heb opgenomen voor ‘Tupelo Honey’. Maar het nummer was te bluesy voor die plaat. Ik vind dat een goede song meerdere levens kan – nee: móét – hebben. Ik heb ‘Ordinary People’ al in zoveel verschillende versies gespeeld, en ook al eens opgenomen voor de verzamelaar ‘The Philosopher’s Stone’ (uit 1998, red.). »
HUMO U zei ooit dat de oude blueshelden geen grenzen hadden omdat ze in betrekkelijke anonimiteit konden werken. Die luxe hebt u nooit gehad.
Morrison «Je kunt het best creëren als je anoniem bent, omdat je dan in alle vrijheid om je heen kunt kijken en observeren. Als de focus van de omgeving op jou gericht is, wordt dat moeilijk. Beroemd zijn is nooit een doel op zich geweest. Ik heb op jonge leeftijd een paar maanden in Duitse steden zoals Keulen en Heidelberg gespeeld en bij terugkomst wilde ik maar één ding: mijn eigen bluesclub openen.»
HUMO Het blijft toch bijzonder dat u eind jaren 50 als jonge Ierse knul zo geobsedeerd ben geraakt door een muziekstijl die van de andere kant van de Atlantische Oceaan kwam.
Morrison «Voor mij was dat helemaal niet raar, omdat het via mijn vader ging. En mensen zoals Big Bill Broonzy tourden begin jaren 50 ook al door Engeland. Later, in het begin van de jaren 60, deden ook Muddy Waters, Sonny Terry, Brownie McGhee en Howlin’ Wolf het land aan. Zij hebben de toon gezet voor de hele Britse bluesscene. Al die mensen speelden op festivals in Engeland, die door de Duitse promotor Horst Lippmann werden samengesteld en die werden uitgezonden door de BBC. Eigenlijk was de blues in de jaren 50 en 60 populairder in Europa dan in Amerika.»
HUMO Tot slot: The Rolling Stones hebben vorig jaar een succesvolle plaat met bluescovers uitgebracht. De mensen zullen zeggen dat dit een commercieel slimme stap van u is.
Morrison «Onzin! Ik was al met ‘Roll With the Punches’ bezig toen de Stones hun plaat nog moesten opnemen. Ik maak al mijn hele leven bluesmuziek, zonder de blues had ik geen carrière gehad. Mensen die dat zeggen, kennen mijn oeuvre niet.»
‘Roll With the Punches’ van Van Morrison is op 22 september verschenenbij Caroline.