null Beeld

Marissa Nadler (De Roma)

Marissa Nadler beschikt over een bedwelmende sirenenstem van het type dat zeelui met plezier schipbreuk doet lijden. In Antwerpen, waar de 38-jarige chanteuse een touwtje spande tussen droomfolk en country, vielen gelukkig geen drenkelingen te bespeuren.

ds

Nadler, uit Boston, Massachusetts, heeft als zangeres en liedjesschrijfster de voorbije vijftien jaar een zo goed als foutloos parcours afgelegd. Kort voor de jaarwisseling bracht ze met ‘For My Crimes’ haar bloedmooie achtste langspeler uit, maar intussen kwam ze al aankloppen met ‘Poison’, een prachtige, minimalistische ballad waarop niemand minder dan John Cale zijn stembanden uitrolde. Eind deze maand verschijnt dan weer ‘Dronefower’, een plaat waarop ze een alliantie smeedt met Stephen Brodsky van Cave In. Aan zijn oorspronkelijke plan, samen de soundtrack voor een horrorfilm schrijven, is het duo niet toegekomen, maar zijn afwisselend etherische en brutale muziek klinkt nog altijd beeldend genoeg om je verbeelding te teasen.

Op ‘For My Crimes’ bericht Marissa Nadler over de teloorgang van een destructieve relatie en de identiteitscrisis die eruit voortspruit. De songs, die bol staan van eenzaamheid en verlangen, zijn één voor één van een rouwrandje voorzien. In het voortuintje van huize Nadler bloeien uitsluitend chrysanten en in haar teksten worden traumatische gebeurtenissen consequent uit meerdere vertelperspectieven belicht. De Amerikaanse strooit met details die je bijblijven en bedenkt ijle melodieën die zich ongemerkt onder je huid nestelen. Haar liedjes, stevig geworteld in Americana en Southern gothic, strekken zich uit op een bedje van sepiakleurige strijkers, maar blijken verder weinig opsmuk nodig te hebben. In stilistisch opzicht zijn ze verwant aan die van Angel Olsen en Sharon Van Etten, die Nadler ook in de studio een troostende schouder hebben geboden, en het nog steeds fel aan het firmament schitterende Mazzy Star.

undefined

null Beeld

In De Roma verscheen Marissa Nadler onverwacht solo op het podium. ‘Ik had nooit gedacht dat ik me tijdens deze tournee zonder band uit de slag zou moeten trekken’, zei ze. ‘Maar er is onderweg iets misgelopen. Dus probeer ik er nu in mijn eentje het beste van te maken’. Met drie elektrische gitaren, enkele effectpedaaltjes en een loopstation dat haar toeliet meerdere vocale en instrumentale laagjes op elkaar te stapelen, begon ze dapper aan haar set. Toch verliep één en ander niet zonder gestuntel: nu eens startte een loop te vroeg, dan weer kreeg ze hem niet tijdig het zwijgen opgelegd. Jammer, want die technische haperingen verbraken meer dan eens de zorgvuldig opgebouwde magie.

De avond werd ingeleid met ‘All My Crimes’, het verhaal van een gevangene die op death row haar executie afwacht en hoopt dat ze niet in de collectieve herinnering voort zal leven om haar misdaden maar om haar positieve eigenschappen. In de context van Nadlers jongste plaat is het niet moeilijk dit desolate nummer als een metafoor te zien voor een romance die onder een denkbeeldige hakbijl sneuvelt. De zangeres voelt zich van nature aangetrokken tot alles wat duister en sinister is, zodat haar werk sowieso meer schaduw dan licht bevat. Dat neemt niet weg dat je er, dank zij haar heldere, wendbare stem en sierlijke fingerpicking, in Antwerpen toch je hart en je ziel aan kon warmen.

undefined

null Beeld

Marissa Nadler houdt ervan het publiek op het verkeerde been te zetten. ‘Poison’ kondigde ze tongue-in-cheek aan als een ‘vrolijk’ liedje, om met regels als ‘Daze in the barrel of a gun / Are we nothing but poison?’ precies het tegendeel te suggereren. Soms zette ze een song in, om hem even later te onderbreken met de vaststelling dat het nog iets te vroeg op de avond was om hem nu al uit te laten. Occasioneel diepte ze nummers op uit haar vroegste platen, zoals ‘Fifty Five Falls’ uit haar debuut ‘Ballads of Living and Dying’ of ‘Dying Breed’, een staaltje klassieke folk uit ‘Bird on the Water’. Het vaakst putte ze echter uit het vijf jaar oude ‘July’, met ‘Firecrackers’, het exotisch aandoende, onder een fikse dosis reverb bedolven ‘Dead City Emily’ en het uit een 12-string getoverde ‘Anyone Else’.

Het materiaal uit ‘All My Crimes’ vormde logischerwijs echter de rode draad in de set. ‘Soms is je favoriete muziek onverbrekelijk verbonden met je partner en wordt ze ondraaglijk zodra de relatie is beëindigd’, vertelde ze als introductie bij ‘I Can’t Listen to Gene Clark Anymore’. ‘Said Goodbye to that Car’, over hoe afscheid nemen van een auto een nieuwe fase in je leven inluidt, noemde ze haar favoriet uit de jongste plaat ‘omdat er getallen in voorkomen’. ‘Are You Really Gonna Move to the South?’ was het soort country dat op de traanklieren van het publiek het effect had van een gepelde ui en ‘Blue Vapor’ was een les in scheikunde die duidelijk moest maken dat de liefde nog vluchtiger kan zijn dan helium. In het laatst genoemde, één van de hoogtepunten uit ‘All My Crimes’, werd het gemis aan een band pas echt pijnlijk duidelijk. Enkele extra onamenten waren hier geen overbodige luxe geweest.

Na een uurtje zat er al op, al liet Marissa Nadler zich nog tot enkele extraatjes overhalen. Eerder op de avond had ze uit het rijke oeuvre van Fred Neil al ‘Just A Little Bit of Rain’ geplukt en ook in de bisronde zaten enkele covers verstopt: het uit ‘Tusk’ gelichte ‘Save Me A Place’ van Fleetwood Mac en, op verzoek van een toeschouwer, Leonard Cohens ‘That’s No Way to Say Goodbye’. Al bij al was het een fijn concert, maar zonder de technische schoonheidsfoutjes zouden we pas helemaal in de zevende hemel hebben gelogeerd. En zeggen dat we speciaal een uitschuifbare ladder hadden meegenomen.

Reageren op een artikel, uw mening ventileren of een verhelderend inzicht delen met de wereld

Ga naar Open Venster

Op alle artikelen, foto's en video's op humo.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar redactie@humo.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234