Mijn papa is een pedofiel: familieleden van seksuele delinquenten vertellen (1)
Zedenplegers maken meer slachtoffers dan het oog van de buitenwereld ziet. Hun kinderen, partners, ouders, broers en zussen worden meegesleurd in hun val als collateral damage. Humo bracht enkele jaren geleden hun kant van het verhaal, nu weer brandend actueel dankzij de nieuwe campagne van 'Stop it Now!'
Lees ook deel 2: Mama van een pedofiel: 'Mijn zoon randt kleine meisjes aan.'
En deel 3: 'Ik wil mijn man niet laten vallen.'
Een volle week bleven de televisiecamera’s voor de deur van haar huis staan, én aan de school van haar broertje. De schooldirecteur belde naar haar moeder. Of hij niet een kort interview mocht geven, ‘want ik krijg die mensen hier gewoon niet wég!’ Daarna doken de journalisten alleen nog op bij haar thuis, elke ochtend vanaf zeven uur stonden ze daar. ‘Misschien wilden ze ons vragen hoe we ons voelden. Kut natuurlijk!’
'Er is de schaamte en de schande, de scheldpartijen, de financiële schade. De familie wordt vaak harder gestraft dan de dader zelf' Tim Verleyzen, psycholoog
Ellen*, vandaag 17, wordt nog steeds boos als ze terugdenkt aan die afschuwelijke dagen, nu drie jaar geleden. De zaak van haar vader haalde in Nederland de nationale krantenkoppen. Hij was een zogenaamde spin in het web van een kinderpornonetwerk. Later bleek dat zijn rol minder actief was dan eerst werd aangenomen. De politie was hem al een jaar op het spoor en had die dag heel vroeg alle invalswegen naar het dorp afgezet met politiebusjes. Die dag zouden ze hem pakken.
Ellen «De ochtend van zijn arrestatie nam ik de bus naar school en zag ik onderweg een politiewagen door de buurt rijden, heel langzaam. Ik stond er helemaal niet bij stil; ik dacht dat ze er waren om boetes uit te delen, want ze reden altijd veel te hard op die weg.»
undefined
'Ik kende het woord 'pedofiel' alleen als grapje. Ik had er nooit bij stilgestaan dat het ook echt bestond. En dat mijn vader het was.' Ellen, 17 jaar
Toen het 14-jarige meisje die vrijdag na een knutselmiddag thuiskwam van school, was de huiszoeking nog aan de gang.
Ellen «Mijn moeder had me een berichtje gestuurd dat ik snel naar huis moest komen, want dat ze iets moest vertellen. Misschien ligt oma in het ziekenhuis, dacht ik in de bus, of is de kat overreden.»
Negen rechercheurs keerden alle kamers van het huis binnenstebuiten.
Ellen «Ze gingen heel respectloos met onze spullen om. Niks opruimen hoor, nee ze lieten alles gewoon liggen. Er werd geen moment aan ónze gevoelens gedacht. Mijn moeder zat daar helemaal in shock. Niet één agent heeft geprobeerd haar wat te kalmeren, ze mocht niet eens weg naar een buurvrouw om wat op adem te komen. Ze doen net alsof je een mededader bent, alsof jij het hebt gedaan. Ze namen alle computers mee. Mijn computer met alle foto’s uit die tijd ben ik kwijt: ik had een oude van mijn vader en daar was ook materiaal op gevonden, dus die werd vernietigd. Alleen mijn moeder heeft haar computer teruggekregen, want daar stond niks op, die was net nieuw.
»De kinderbescherming kwam en zei dat mijn broertje en ik weg moesten uit het dorp, dat het heel groot in de media zou komen en dat het niet veilig was voor ons. Mijn broertje en ik zijn bij een oom in een andere stad gaan logeren. Ik had ook nog een pleegbroertje, maar die is nooit meer naar huis gekomen. Die hebben ze opgehaald aan de school en ergens naartoe gebracht, zijn spullen zijn ze later bij ons komen halen, terwijl ik ’s morgens nog ‘Dag! Tot straks!’ had gezegd. Ik heb hem nooit meer gezien. In één klap ben je dus je vader én je broertje kwijt.
»In de media werd mijn vader afgeschilderd als een monster. De nieuwsberichten over hem bleven maar komen, in elk journaal, met heel veel foto’s. Ja, ze zetten dan zo’n balkje voor zijn gezicht, maar als je mijn vader ooit gezien hebt, weet je dat dat niet veel zin heeft. Journalisten interviewden iedereen die ooit met hem in contact was gekomen en wat kwijt wilde. Maakte niet uit of het waar was of niet. Er werden heel veel leugens verteld. Ze haalden informatie van Facebook en Twitter. Zoals zijn laatste tweet op vrijdagochtend: ‘Nog één dag doorknallen op het werk en dan een weekendje weg met mijn gezinnetje op de camping.’ Nee dus. Toen is hij gearresteerd.»
Een week later werd er in een andere stad een pedofiel opgepakt voor soortgelijke feiten. Het mediacircus verhuisde mee. Daar was ze stiekem blij om, geeft Ellen toe.
Ellen «Ik weet natuurlijk dat het niet leuk was voor die andere familie, maar het was zo’n enorme opluchting. Als er in het nieuws iets over een pedofiel komt, denken de mensen alleen ‘Wat een goorlap’ en niet ‘O, die arme familie!’ Dat weet je alleen als je het zelf doormaakt, en het is gewoon vreselijk. Je hele wereld stort in.»
Vergeten slachtoffers
Over daders van zedenfeiten zijn bibliotheken vol geschreven, maar voor hun families bestaat maar bitter weinig aandacht. Wetenschappelijk onderzoek is er nauwelijks. Therapeuten voelen zich niet geroepen om hen te begeleiden ‘omdat ze niet gespecialiseerd zijn in de materie’. En de buitenwereld reageert soms bikkelhard. De Amerikaanse onderzoekers Levenson en Tewksbury ondervroegen de families van seksuele delinquenten in de VS, waar het publiek wordt geïnformeerd over de woonplaats van veroordeelde pedofielen, en kregen verhalen te horen over extreem vijandige reacties uit de omgeving. Familieleden vertelden hoe ze behalve met hun eigen schuld- en schaamtegevoelens ook af te rekenen kregen met bedreigingen, fysiek geweld en vernielingen aan hun woning. Kinderen werden op school gepest, uitgelachen en uitgesloten. En 13 procent van de ondervraagde (niet misbruikte) kinderen van zedenplegers vertoonde zelfmoordneigingen.
‘Bij ons wordt er tegen partners, ouders of kinderen van zedenplegers op een meer ‘Vlaamse’ manier gereageerd: met roddels, kwetsende blikken en vernederende opmerkingen,’ zegt psycholoog Tim Verleyzen. Als therapeut bij de hulpverleningsorganisatie I.T.E.R. in Brussel begeleidt hij partners en familieleden van zedenplegers. I.T.E.R. is één van de weinige plekken in ons land waar deze groep vergeten slachtoffers terechtkan voor steun en begeleiding.
undefined
'Er is de schaamte en de schande, de scheldpartijen, de financiële schade. De familie wordt vaak harder gestraft dan de dader zelf.' Tim Verleyzen, psycholoog
Tim Verleyzen «Mensen kunnen zich moeilijk voorstellen hoe ingrijpend het voor die partners, ouders of kinderen allemaal is. Er is de verbijstering en het ongeloof bij de ontdekking van de feiten. Het verdriet en de kwaadheid. Veel schuldgevoelens ook. Hadden ze het moeten zien? Hadden ze het kunnen voorkomen? Er zijn familieleden die zich uit schaamte volledig van de buitenwereld isoleren en afglijden in een depressie.
»Het is je hele identiteit die onderuitgehaald wordt. Je was de vrouw van de schoolmeester, en plots ben je de vrouw van de kinderverkrachter. Je was de moeder van een blakend gezonde puber, plots blijkt die kleine meisjes lastig te vallen. Wat zegt dat over jou? Wie ben je eigenlijk zelf?
»Hele families worden erdoor ontregeld, want iedereen reageert anders. De één wil niks meer te maken hebben met de dader, de ander vindt dat hij – want doorgaans is het toch een man – nog een kans verdient. En wat met de kinderen? Zijn die nog veilig?»
I.T.E.R. heeft de website familievan.be waar kinderen, ouders en partners een antwoord kunnen zoeken op de talloze vragen waar ze mee zitten.
Verleyzen «Het is een misverstand dat de meeste seksuele delinquenten geen partner zouden hebben. Velen hebben er wel één. Moet die hun relatie nog een kans geven of niet? Partners die beslissen om bij de dader te blijven – en dat gebeurt om verschillende redenen – stuiten op heel veel onbegrip. Dikwijls zijn ze in de ogen van de buitenwereld ‘nog slechter’ dan de dader zelf. Kleine gevolgen in het alledaagse leven wegen soms nog het zwaarst door. De kinderen afhalen aan de schoolpoort is een hellegang, de priemende blikken van andere mama’s branden in hun rug.
»De arrestatie van een zedenpleger zorgt dikwijls voor financiële problemen in het gezin. De vrouw moet plots in haar eentje voor de kinderen zorgen, het geld binnenbrengen én de storm verwerken die de arrestatie van haar man veroorzaakt. Er zijn partners die hun job verliezen. Vaak verliezen ze veel vrienden. Soms trekken ze weg uit de streek omdat de schande en de schaamte te groot is. Hun leven is voorgoed veranderd. Soms denk ik dat de familie harder gestraft wordt dan de dader zelf.»
Zwarte sneeuw
Voor de 14-jarige Ellen betekende de plotse arrestatie van haar vader het einde van wat ze ooit beschouwde als een gelukkige jeugd. Haar vader, de enige kostwinner in het gezin, verdween voor jaren in de gevangenis. Haar moeder kon de hypotheek niet afbetalen, de bank eiste het huis op. Ze moest in de schuldsanering. Haar ouders scheidden.
Ellen «Het was mijn vaders huis, maar omdat hij geen geld had verhaalden ze alles op mijn moeder. Toen verhuisden we dus naar een huurwoning. De stacaravan waar we elk weekend naartoe gingen op een camping hebben we ook moeten verkopen. De vrienden die ik daar had, heb ik bijna niet meer teruggezien. We moesten heel zuinig leven, er was geen geld voor kleren of eten.
»Je bent 14 jaar, de wereld zou moeten opengaan, maar hij werd juist heel klein voor mij. Ik moest zorgen voor mijn jongere broertje want mijn moeder was vaak ziek. Ze mist een ruggenwervel en kan niet werken. Ik moest helpen in het huishouden en schoonmaken, dat kon ze niet met haar rug. Ze was de hele tijd bezig met het regelen van de uitkering en allerlei administratie. Na mijn 14de heb ik geen opvoeding meer gehad, ze had er de tijd niet meer voor.
»Ik zorgde dat mijn broertje op tijd naar school ging en dat hij zijn huiswerk maakte. En ik moest zelf ook nog naar school. Hoewel, ik ging niet zo vaak. In het jaar dat mijn vader is gearresteerd ben ik bijna niet meer geweest. Soms deed ik alsof ik naar school vertrok, maar dan ging ik naar een vriendin of rondhangen in de stad. Of ik bleef gewoon liggen in mijn bed. Dan kon mijn moeder roepen wat ze wou, dan ging ik toch niet. Het interesseerde me allemaal niet meer.
»Ik voelde me immens alleen. Ik had wel een goeie vriendin met wie ik erover kon praten, maar niemand snapt toch helemaal wat je doormaakt. Ik was verdrietig, ik was boos, nog meer verdrietig… Het deed zoveel pijn. Ik voelde me zo hulpeloos. Wat moest ik nu? Ik wilde niks voelen, ik wilde van de wereld zijn. Dat was de periode waarin ik begon te blowen. Ik blowde van ’s morgens tot ’s avonds. Lekker rustig, dan had ik nergens last van. Geen verdriet meer.
»Ik ben een tijdje in behandeling bij een therapeute geweest, maar daar had ik niet veel aan. Ik had meer aan de gesprekken met mijn moeder, de enige die wist wat ik voelde. We hadden alleen elkaar nog. Mijn broertje was net 10, die snapte het allemaal nog niet zo goed. Die vond het alleen erg dat papa in de gevangenis zat.»
HUMO Was je boos op je vader?
Ellen «Ja natuurlijk. Maar vooral enorm teleurgesteld en verdrietig. Je denkt dat je je vader kent en dat je hem kunt vertrouwen, en dan blijkt hij helemaal iemand anders te zijn. Ik ben altijd een papa’s-kindje geweest. Ik deed niks liever dan met hem op stap gaan. Mijn vader was een grote teddybeer, een magneet voor kinderen. Hij werkte als hulpverlener in de jeugdzorg. Als ik ergens met hem kwam, waren er altijd andere kinderen die mee kwamen stoeien. Ook in het zwembad: hij was gewoon een gigantisch klimrek voor hen. Daar zag ik helemaal niks seksueels in.
»Voor mijn moeder was het ook een grote schok. Ze had geen flauw vermoeden. Het was niet zo dat mijn vader zich verdacht gedroeg als hij met de computer bezig was en plots dingen ging wegklikken als er iemand binnenkwam. Hij zat rustig thuis met zijn laptop spelletjes te spelen. Hij was vaak weg – voor het werk, dacht ik. Blijkbaar was het ook voor andere dingen. Hij leidde een dubbelleven, eigenlijk.»
undefined
'Je was de vrouw van de schoolmeester, plots ben je de vrouw van de kinderverkrachter' Tim Verleyzen, psycholoog
HUMO Je was 14. Wist je wat kinderporno was?
Ellen «Ja, natuurlijk. Je weet ook wel wat een pedo is. Ik kende dat woord eigenlijk alleen als grapje. Ik had er nooit bij stilgestaan dat het ook echt bestond. Ik heb nooit kinderporno gezien, maar je weet wel dat het bestaat. Ik hoef het ook niet te zien – dan kan het niet erger zijn dan ik het me voorstel. Voor mij zijn het gewoon maar foto’s. Ik heb nooit gedacht aan de kinderen die erop stonden. Daar heb ik geen zin in, ik heb zelf al genoeg aan mijn hoofd.
»Ik heb me een hele tijd erg schuldig gevoeld. Waarom heb ik het niet gezien? Dat denkt iedereen achteraf: ik had het moeten zien, ik had het kunnen voorkomen. Plots zie je dat de tekenen er altijd geweest zijn.
»Mijn vader heeft één slachtoffer misbruikt, een buurjongetje dat al jaren bij ons thuis kwam. Die jongen was heel aanhankelijk bij mijn vader. Altijd knuffelen en kusjes geven. Zijn ouders waren gescheiden en hij zag zijn pa bijna nooit. Daarom vond ik het toen niet zo raar. Ik dacht gewoon dat het een heel aanhankelijk jochie was dat zijn vader miste. Alleen zat er bij mijn vader toch wel wat meer achter als hij hem op schoot nam. Ik ergerde me soms suf, want alle leuke dingen die ik met mijn vader hoorde te doen, ging hij plots met hem doen. Zwemmen, winkelen, een optreden… Hij moest ineens overal bij zijn.
»Die jongen was 13 toen mijn vader werd gearresteerd. Toen de politie hem ondervroeg, zei hij dat hij ‘een relatie’ had met mijn vader. Zo zag hij het. Ik ben heel boos op dat jongetje, omdat hij mijn vader van me heeft afgepakt. Ik weet wel dat mijn vader de volwassene was, hij had moeten zeggen dat het niet kon. Maar toch. Ik voelde me bedrogen. Ik kon mezelf wel voor de kop slaan, zo blind ben ik geweest.
»Ik heb toen ook gesnapt waarom ik nooit een pleegzusje kreeg, maar een pleegbroertje. Ik wilde zo graag een zusje, maar mijn vader valt op jongetjes, en dus kwam er geen meisje. Zijn doel was een pleegkind in huis te halen om het te kunnen kneden tot een perfect slachtoffer. Mijn vader heeft toegegeven dat hij van plan was hem te misbruiken, maar het is er nooit van gekomen omdat hij nog te jong was. Ik ben lange tijd heel erg kwaad geweest, want ik wou heel graag een zusje. En dat is me ontnomen. Dat heb ik nu wel een beetje kunnen loslaten, het heeft geen zin om eeuwig boos te blijven. Mijn pleegbroertje heeft drie jaar bij ons gewoond, van zijn 5de tot zijn 8ste. Voor mij was het echt mijn broertje. En van de ene dag op de andere was ik hem ook kwijt.
»Ik dacht altijd dat ik een hele leuke jeugd had, met veel vriendjes, een leuke papa en een lieve mama… En dan besef je plots dat dat helemaal niet waar was, het was eigenlijk een kutjeugd.»
Gevaarlijk Gen
Ellen zit in een praatgroep bij het Nederlandse behandelcentrum voor zedenplegers De Waag, dat een aparte afdeling heeft voor het begeleiden van familieleden van pedoseksuelen. In de praatgroep ontmoette ze Laurence* (42), die pas veel later in haar leven ontdekte wie de held uit haar kinderjaren eigenlijk was.
Twee jaar voor de dood van haar toen al bejaarde vader kwam Laurence te weten dat hij pedoseksueel was. Hoe ver het allemaal ging en hoeveel meisjes hij had lastiggevallen zou ze nooit te weten komen, want haar vader bleef alles hardnekkig ontkennen tot aan zijn dood. Maar het wierp een heel ander licht op haar jeugd, en plots kon Laurence allerlei dingen uit het verleden beter plaatsen.
De luchtige manier waarop haar vader steeds grapjes over seks maakte. Dat vage gevoel dat ze haar vriendinnen beter niet alleen liet met haar vrijpostige vader. Die keer toen ze thuis vertelde dat haar oom haar had proberen aan te randen, en hoe hij op haar wang tikte en zei: ‘Hij heeft gelijk. Je bent immers een lekkere meid.’ De angstige blik in de ogen van haar moeder als zij, als kind van 8 of 9, met vriendinnetjes thuiskwam. Haar chagrijnigheid altijd.
undefined
'Ik kom uit een bezoedelde familie. Op kutdagen wil ik echt van mijn familienaam af' Laurence, 42 jaar
Laurence «Terugkijkend denk ik: elk kind dat bij ons thuis binnenkwam, was een risico. Wist mijn moeder het al die tijd al?
»Mijn vader kwam uit de vrije jaren 60. In ons gezin werd heel open over seks en vrije liefde gepraat. Mijn vader was constant bezig met seks, was heel lichamelijk en deed alsof dat normaal was. Pas veel later heb ik begrepen dat het helemaal niet zo normaal was en dat er bij hem altijd een ongepaste ondertoon bij zat. Ook later, toen hij al grootvader was. ‘Goh, ze begint borstjes te krijgen,’ zei hij over het vriendinnetje van zijn kleindochter.»
HUMO Hoe ben je het eigenlijk te weten gekomen?
Laurence «Het was mijn broer die het me vertelde. Hij had weet van een paar incidenten. Ik heb mijn vader geconfronteerd, hij ontkende en ik dacht: ‘Het is bij die paar keren gebleven.’ Dat het veel groter was, ben ik pas na zijn dood te weten gekomen, toen nichtjes en tantes begonnen te praten. Mijn vader was slim: hij deed het niet met zijn kinderen of kleinkinderen, maar met de eerste lijn van zijn omgeving: de zussen van mijn moeder toen die nog pubers waren, de nichtjes, de vriendinnen van zijn dochters… Ik was totaal in shock toen ik begon te beseffen dat er een heel patroon achter zat. En ik weet niet eens de helft van wat er gebeurd is.
»Plots ziet je hele jeugd er helemaal anders uit. Ik was heel close met mijn vader, en plots voelde ik me heel vies en bevuild. Mijn nichtjes zeiden me dat ik me niet schuldig hoefde te voelen, maar dat deed ik natuurlijk wel, want ik had moeten zien wat mijn vader allemaal uitspookte. Ik had moeten voorkomen dat kinderen die bij ons thuis kwamen door mijn vader werden aangerand. Fuck, ik had ze dus zelf binnengebracht en de kat bij de melk gezet! Ik heb er lang over gepraat met een rechercheur van de politie, maar die zei dat ik het los moest laten, want het was te laat, ik kon niks meer doen. Maar ik schaamde me zo hard, ik vond dat ik mijn excuses moest aanbieden aan al die mensen.»
HUMO Wat zei je moeder erover?
Laurence «Ze ontkende alles, maar ze wist ervan, merkte ik toen ik haar ermee confronteerde. Ze liet zinnen vallen als ‘O ja, dat buurmeisje dus ook…’ en ze had na de dood van mijn vader ook een brief gekregen van een meisje uit Frankrijk dat hij tijdens een vakantie had aangerand. Die brief had ze weggegooid. Ze wilde het gewoon niet weten. In haar ogen blijft mijn vader geweldig, er staan nog steeds kaarsjes bij zijn foto op de schoorsteenmantel.
»Al die jaren heeft ze haar ogen gesloten, en dat neem ik haar erg kwalijk. Een andere keer gaf ze mij de schuld. Ze zei dat ik hem de meisjes op een schoteltje had aangeboden, want ik was degene die aan mijn vader had gevraagd om een vriendinnetje bijles te geven. Alsof hij dan niet anders kon dan aan haar te zitten. Nu vind ik het heel moeilijk om nog met haar om te gaan. We hebben al een paar maanden geen contact meer.
»Vorig jaar kreeg ik weer een zware opdoffer te verwerken. Ik ontdekte dat mijn broer – die me over mijn vader verteld had – dezelfde geaardheid had. Dat hebben we per toeval ontdekt toen hij een jaar geleden zelfmoord pleegde. Hij had zijn dood heel goed voorbereid, want alle sporen van zijn verleden in zijn huis had hij gewist. Eén van zijn vrienden gebruikte zijn laptop, op zoek naar een mooie foto van hem, en vond daarop nog één foto van een heel jong meisje onder de douche, gefilmd met een verborgen camera ter grootte van een speldenkop, gemonteerd in een klok in de badkamer. Het was de dochter, een kind nog, van één van zijn beste vrienden. (Huilt) En toen stortte mijn wereld in. Het was én mijn vader, én mijn broer.
»We hebben aangifte gedaan. De zedenpolitie kwam. Die behandelden ons bijna als criminelen. De camera zat nog steeds in de klok in de badkamer. Ze hebben geen andere zaken meer kunnen ontdekken, mijn broer had alles grondig weggegomd, maar mijn intuïtie schreeuwt dat er, net als bij mijn vader, veel meer is gebeurd. Dat zullen we dus nooit weten.
»Die hele geschiedenis heeft onze familie verder uit elkaar doen vallen. Mijn zus heeft met mij gebroken: ‘Je hebt mijn hele jeugd verpest, het is belachelijk wat je vertelt, ik geloof het niet.’ Mijn oudste broer geloofde mij gelukkig wel.
»Mijn broer heeft niet aan mijn kinderen gezeten, dat heb ik ze gevraagd, maar je maakt je natuurlijk ook zorgen over je eigen zoon: voelt hij ook die neigingen? Het voelt bijna als een gevaarlijk gen dat er bij ons ingeslopen is. En je identiteit ligt in duigen. Ik heb veel van mijn vaders karakter, dus dan begin je ook aan je eigen seksualiteit te twijfelen. Maar ik val niet op jonge jongens, zeker niet. Het heeft heel lang geduurd eer ik het schuldgevoel een beetje van me kon afschudden. Als er vroeger een zaak in het nieuws kwam, bijvoorbeeld over Bill Cosby die vrouwen verkrachtte, dan begon ik te trillen en te beven en dacht ik: ‘Ik behoor ook tot die smerige bende.’ Maar nu weet ik stilaan: dit hoort niet bij mij. Ik kan het eindelijk wat loslaten en mezelf ook als slachtoffer zien.
»Ik heb lang getwijfeld of ik dit interview wel zou doen, maar ik wil dat de mensen weten hoe groot de impact van zoiets is op je leven, terwijl je er helemaal niks aan kan doen.»
Ellen «Dat herken ik. Je wordt afgerekend op iets dat je niet gedaan hebt. Ik moet me constant verantwoorden voor mijn vader.»
Laurence «Terugkijkend denk ik: ik kom uit een bezoedeld gezin. Op kutdagen wil ik echt van mijn familienaam af.»
Ellen «Ik heb de familienaam van mijn moeder aangenomen, want als iemand je naam hoort, is het meteen: o, ben je familie van die? Je bent altijd je familienaam. Daar wil je niet mee geassocieerd worden. Ik ben niet hém. Ook op Facebook gebruik ik de naam van mijn moeder. Mijn vader had eerst ook Facebook, maar daar hadden mensen heel vervelende dingen op gezet. En dan zagen ze meteen ook: ‘vader van…’ Ik heb toen zijn profiel gekraakt, het wachtwoord was niet zo moeilijk, en ik heb het verwijderd.»
HUMO Zouden jullie vandaag, als min of meer ervaringsdeskundigen, een pedofiel herkennen?
Ellen «Nee, want je ziet niks aan hen. Het zijn gewoon heel sociale, aardige mannen. Mijn vader was hulpverlener. Daar verwacht je zoiets toch niet van.»
Laurence «Dat is het rare, het zijn geen boemannen. Mijn vader had een hoge maatschappelijke positie, hij was directeur. Heel intelligent, heel sociaal. Altijd lifters langs de weg meenemen, altijd zorgen voor mensen die het minder goed hadden dan wij. Hij trok mensen aan. Vrouwen draaide hij rond zijn vinger. Mijn moeder zei altijd: ‘Je vader heeft stroop in zijn ogen, al die vrouwen komen hem verleiden.’ En voor mijn kinderen was hij de ideale opa: een leuke, lieve man die heel interessant kon vertellen.»
Ellen «Ze nemen ook niet meteen een kind van de straat om te verkrachten. Nee, ze worden eerst vriendjes, dan gaan ze knuffelen, en zo wordt het steeds meer.»
Laurence «Ze doen het ook niet met iedereen, ze hebben hun voorkeuren.»
Ellen «Mijn vader had het voor jongetjes van 10 tot 14 jaar.»
Laurence «Ze manipuleren heel gemakkelijk mensen. Ze laten je denken dat het altijd iemand anders’ schuld is: ‘Ik ben pedofiel, daar kan ik niks aan doen, met al die verleidingen.»
Nieuwe start
Drie jaar later ziet de situatie van Ellen er helemaal anders uit. Haar vader is vrij op proef, wordt intensief begeleid door een bataljon hulpverleners en heeft ingestemd met chemische castratie. Ellen studeert en woont nu bij haar vader in een klein appartement, ver van het dorp waar iedereen hen kent. Haar oma betaalt haar studie, en ze werkt voor haar zakgeld.
Ellen «We wonen hier nog niet zo lang, de muren zijn nog niet eens geverfd, maar dat maakt niet uit. Ik ben de eerste jaren bij m’n moeder blijven wonen. Toen ging het nog goed tussen ons omdat we alleen elkaar hadden. Maar later, toen m’n vader vrijkwam en ik weer contact met hem had, kreeg ik heel vaak ruzie met m’n moeder. Uiteindelijk heeft ze me eruit gezet. Ik snapte het wel, we maakten echt te veel ruzie. Nu we apart wonen, kunnen we weer met elkaar door één deur.»
undefined
'Ik heb later begrepen waarom ik geen pleegzusje kreeg. Mijn vader viel op jongetjes, dus kwam er een pleegbroertje' Ellen, 17 jaar
Ellen is nog steeds boos om wat haar vader heeft gedaan, maar ze zorgt ook voor hem, en als het nodig is zou ze voor hem vechten.
HUMO Het is de omgekeerde wereld. Jij zorgt nu voor hem. Hij is niet meer echt ‘je vader’.
Ellen «Nee. Maar dat hoeft ook niet meer als ik straks 18 ben.»
HUMO Je beschermt hem.
Ellen «Ja, ook. Maar hij beschermt me ook. Het is een wisselwerking. En ik ben bang dat hij anders veel sneller weer in de fout gaat. Hij weet: als hij hervalt, is het voor mij definitief afgelopen.»
HUMO Wanneer had je voor het eerst weer contact met je vader?
Ellen «De eerste acht maanden na zijn arrestatie mocht ik hem niet gaan opzoeken in de gevangenis. Hij zat in volledige afzondering – voor zijn eigen veiligheid, want op een gegeven moment zat hij niet meer in afzondering en werd hij door andere gedetineerden met de dood bedreigd. Toen hebben ze hem naar een andere gevangenis overgeplaatst.
»Zodra ik hem wel mocht zien, ben ik meteen gegaan. Iedere maand op vrijdag een uurtje. In het begin gingen de gesprekken natuurlijk over hoe boos we waren en wat ons dwarszat. Ik was vooral heel teleurgesteld: hoe kon je? En vooral: waarom? Waarom heb je geen hulp gezocht? Dat wilde hij wel, maar hij durfde niet. Je gaat niet zomaar eventjes vertellen: ik ben een pedofiel. Hij schaamde er zich heel erg voor. We hebben er wel heel open over gepraat, ook over de feiten. Hij geeft er eerlijk antwoord op, dat is wel prettig. En dat kan Laurence niet. Dat scheelt enorm om het zelf allemaal te verwerken.
»Zodra ik mijn vader terug mocht zien, ben ik gestopt met blowen. Ik kon mijn boosheid en mijn verdriet naar hem uiten, en toen had ik er minder last van. Het lag nu bij de persoon bij wie het hoorde te liggen. Nu mocht hij er wat aan doen om te zorgen dat ik me wat beter ging voelen. Dat heeft hij ook gedaan. Hij heeft gezegd: ‘Ik ga veranderen, ik wil dit helemaal niet.’
»Sinds zijn vrijlating op proef volgt hij therapie in het behandelcentrum De Waag, en er komen ook heel wat hulpverleners aan huis. De chemische castratie die hij krijgt, heeft hij zelf voorgesteld – ik wist niet eens dat het bestond. Hij krijgt om de drie weken een prik in zijn beide billen, waardoor zijn lustgevoelens verdwijnen. Maar er zijn heel veel bijwerkingen. Je nieren gaan eraan kapot, dus je wordt niet oud met zo’n behandeling. Maar voorlopig gaat het nog net.»
HUMO Heeft hij spijt?
Ellen «Zolang hij ermee bezig was niet. Dan interesseert die hulp hen ook niet zo hard. Pas als ze betrapt zijn, krijgen ze spijt. Omdat ze betrapt zijn. En pas dáárna komt de spijt dat ze het hebben gedaan.»
HUMO Hoe is de verhouding met je vader nu?
Ellen «Opener. Eerlijker. En hij is meer thuis. Vroeger, toen mijn ouders nog samen waren en voor we dit alles wisten, was hij er bijna nooit.
»Mijn ouders zijn gescheiden, maar ze zijn wel nog vrienden. Mijn moeder en mijn broertje komen op bezoek en blijven dan slapen. Mijn moeder op de bank, mijn broertje in mijn kamer. Ze was natuurlijk boos, maar ze mist ook haar maatje. Ze zijn zestien jaar getrouwd geweest. Ze kennen elkaar al sinds mijn moeder 18 is.
»Met mijn broertje gaat het niet zo goed. Hij is 14 en begint nu pas goed te beseffen wat er allemaal gebeurd is. Hij is helemaal van de plank. Hij zit nu al een heel jaar elke dag te blowen en gaat binnenkort vast wel snuiven. En hij spijbelt ook, net als ik gedaan heb. De familie van moederskant haat mijn vader en wil hem nooit meer zien. Als ik ooit wil trouwen, zal hij niet mogen komen.
»Ik zal dit etiket wel voor de rest van mijn leven meeslepen. Als je aan mensen vertelt wat er gebeurd is en je zegt dat je bij je vader woont, bekijken ze je ineens helemaal anders. Heel veel mensen keuren het af. Dan kijken ze je aan: ‘Wat voor een ziek iemand ben jij eigenlijk?’ Ik ben gewoon een kind dat graag bij haar vader woont.»
Ellens vader is intussen binnengekomen met een man van de reclassering. Ze komen een televisie installeren. Vader en dochter praten even over de boodschappen en mopperen over de kat die steeds op het aanrecht springt. Ellens vader zegt heel joviaal dag tegen ons. Hij weet waarom we hier zijn, zegt hij, en heeft er ook geen probleem mee. Hij beseft dat hij veel geluk heeft met zijn dochter, met deze nieuwe kans, met dit huis. ‘Ik moet uitkijken wat ik doe, dat weet ik heel goed.’ Ellen vindt het helemaal niet vreemd dat het onderwerp van ons gesprek er even bij komt staan. ‘Het is gewoon mijn vader.’ (Draait zich om naar hem) ‘Hè, papa?’
‘Ik ben ook nog wel aardig, hoor. Een beetje dom, maar ook wel aardig.’
‘Je bent niet dom.’
‘Wel beetje klunzig geweest.’
‘Een beetje, geweest. Maar nu gaat het goed.’
‘Jep.’
‘Wat eten we vanavond? Pizza?’
‘Wat? Gezond eten! We eten de hele week al pizza.’
‘Doe jij dan de boodschappen?’
‘Da’s goed. Tot straks!’
‘Tot straks, papa.’
* De namen Ellen en Laurence zijn fictief.
I.T.E.R. centrum voor preventie, begeleiding en behandeling van seksueel grensoverschrijdend gedrag.
Meer info: iter-hulp.be, dewaag-nederland.nl, familievan.be