Mikal Cronin - MCIII
Deze plaat zit zo volgepropt met pop – surfpop, garagepop en andere oeh-ah-oeh-pop – dat we powerpop mogen zeggen. Mikal Cronins eerste twee platen zoemden aan me voorbij als zoet klinkend achtergrondgeluid uit inbouwspeakers, want de heerlijk slordige garagerock van zijn collega Ty Segall zat luider in mix en er ging nog meer energie uit van Thee Oh Sees, óók inwoners van San Francisco. Cronins derde, ‘MCIII’, mag wél de kamer vullen.
We zijn niet met velen, maar hier en daar vindt nóg iemand dat met Mikal Cronin een nieuwe Koning van de Powerpop is opgestaan. De fanreacties zijn wel aan de korte kant: ‘Lekkere plaat’, ‘Questo giovanotto ha grande sensibilitá nello scribere canzoni’, ‘On repeat, again and again’. Ook ik heb me er snel willen van afmaken. Op een post-it: ‘Sommige songs zijn een beetje eight miles high, maar de meeste houden tijdens het dagdromen de voetjes keurig op de grond.’ En: ‘‘MCIII’ bevat net geen dozijn goudklompjes en zit in een mooie doos met een tie-dye-strik eromheen.’
Maar dan klapt ‘Say’ nog eens open: motorritme, blazers, gitaarsolo, song én mengtafeloverzicht, ze zijn allemaal indrukwekkend. In ‘Feel Like’ is echt te horen dat Cronin de strijkers van in de demofase in zijn hoofd heeft zitten. Ook straf: de manier waarop de man met zijn falset pijnpuntjes tot ‘it hu-uuuurts’ oprekt, de lage cello onder de hoge vocalen, een intro die doet denken aan The Bangles, de snerpende gitaar die elk moment kan binnenvallen, trieste strijkers die waarlijk klinken als het ‘love of a different kind’ uit de tekst.
En dan moet de tweede helft nog beginnen: conceptuelere van opzet, met Romeinse cijfers van i) tot vi) voor de songtitels. De bijna-dertiger herinnert zich een moeilijke periode van toen hij bijna 20 was, en kan zich dat klotejaar zes prachtsongs lang voor de geest halen. Als in een wereld achter de spiegel worden hoorngeluiden opgehapt door een gitaar in ‘Alone’. In ‘Gold’ zit een geweldige break op een vanuit Griekenland opgestuurd tzouras-snaarinstrument. ‘Control’ doet meer aan The Byrds denken dan aan de honderden groepen die na hen kwamen. ‘Ready’ zit tjokvol harde, goeie, zeer melodieuze ‘In Utero’-punk. Het arrangement van ‘Different’ knipoogt naar het donkere deel van Big Stars derde, en – nog beter – doet ook aan ‘Song to the Siren’ denken, versie This Mortal Coil. Aan het eind zit nog een ode aan de muziek zelf: Cronin groet in zijn eenmansstudio nog eens alle instrumenten waarmee hij met verve zijn mijmeringen heeft bezongen, en de instrumenten groeten terug. Het is nog volop lente en ik zit al onder het zomerstof.
Beluister 'Made My Mind Up'
undefined