Murat Isik, winnaar van de Libris Literatuur Prijs: 'Dit is een zoete overwinning op iedereen die niet in mij geloofde'
De Nederlandse schrijver van Turkse afkomst Murat Isik (40) won de Libris Literatuur Prijs 2018 voor zijn roman ‘Wees onzichtbaar’. Die bekroning bewijst het ongelijk van al wie hem zijn hele jeugd lang onderschat en achteruitgestoken heeft. ‘Als kind moest ik naar de bijles Nederlands en nu heb ik de grootste literaire prijs in de Nederlandse taal gewonnen.’
In 2012 debuteerde Murat Isik met ‘Verloren grond’, waarvoor hij al de Bronzen Uil Publieksprijs kreeg. ‘Wees onzichtbaar’ is een zeshonderd pagina’s dikke roman over de jonge Metin Mutlu, die in 1983 als vijfjarige met zijn ouders en zijn zusje vanuit het Turkse Izmir in de grauwe Amsterdamse wijk Bijlmermeer belandt. Op school wordt Metin ‘schoonmaker’ genoemd. Thuis lijdt hij onder zijn tirannieke vader, die gokt, drinkt en vreemdgaat en mislukking op mislukking stapelt.
‘Murat Isik trekt je vanaf de eerste bladzijde met de vanzelfsprekende autoriteit van de geboren schrijver het verhaal binnen,’ schrijft de Librisjury. ‘Naast indringende portretten van de schuchtere Metin en de vreeswekkende, maar ook larmoyante vader, schetst Isik een ontroerend beeld van de moeder.’
– Heeft uw moeder uw boek gelezen?
Isik «Ze heeft het eerste exemplaar in ontvangst genomen. Dat was een emotioneel moment. Maar gelezen heeft ze het nog niet. Ze is ooit begonnen in mijn debuut ‘Verloren grond’, maar het ging niet. De vader in dat boek is deels gebaseerd op haar eigen vader. In het dorp in Oost-Turkije waar zij opgroeide, was geen dokter. Haar vader brak zijn been, het werd verkeerd gespalkt en moest uiteindelijk worden afgezet. Die pijn kwam keihard terug.»
– Uw moeder was in haar dorp één van de weinige kinderen die niet doodgingen.
Isik «Dat geldt ook voor mijn vader. Gezinnen van dertien kinderen, van wie er twee of drie overleefden. Er was weinig eten, geen medicijnen. Elke winter werden er veel kinderen begraven.
»Mijn ouders waren heel klein toen hun broers en zussen overleden. De gezichten zijn verdwenen en de namen ook. In hun dorp zeiden ze: als een kind honger heeft, moet het zijn eigen snot maar eten.»
– Het zou u mild kunnen stemmen over uw eigen opvoeding.
Isik «Mijn vader zei dat hij als kind geen aandacht nodig had. Toen ik tien was, zei hij dat hij geen kinderen had moeten nemen. Ik dacht: inderdaad, jij had geen kinderen moeten nemen. Gewoon als een feit, ik was niet eens gekwetst.
»Hij heeft wel de stap naar het buitenland durven te zetten. Daar ben ik hem dankbaar voor.»
– Hoe heeft uw moeder het zo lang met hem uitgehouden?
Isik «Ik weet het niet. Ze waren allebei afhankelijk van elkaar. Twee mensen uit dezelfde cultuur, die elkaar sinds hun kindertijd kennen en elkaars trauma’s en ontberingen kenden. Zonder zijn gezin was mijn vader waarschijnlijk in de goot beland. Het klinkt misschien gek, maar er zat ook liefde en warmte in de relatie. Ze zijn gescheiden, maar later toch weer bij elkaar gekomen, als huisgenoten. Een paar jaar geleden is mijn vader teruggegaan naar Turkije.»
– Hij heeft uw boek niet kunnen lezen.
Isik «Drie weken nadat de oerversie af was, is hij in Turkije overleden. Hij werd ineens onwel. De artsen zijn er te laat achter gekomen wat hij had.»
– Was u verdrietig?
Isik «Absoluut.»
– In uw boek...
Isik «Als kind heb ik hem vaak dood gewenst.»
– Dus was er misschien ook opluchting.
Isik «De eerste emotie was verdriet. Je leven verandert voorgoed als je je vader verliest. Het was ook zo onverwacht. Ik kon geen afscheid nemen, dat maakt het pijnlijk en heftig. Maar hij was ook een eeuwige bron van onrust in mijn leven. Dus na een periode van rouw kwam ook het besef: het gevecht is eindelijk voorbij.»
– Vindt u het jammer dat uw vader het boek niet heeft gelezen?
Isik «Bij het schrijven dacht ik steeds: hij gaat het lezen. Ik dacht ook: hij gaat heel boos worden. Nou, dan zijn tenminste voor één keer de rollen omgedraaid. Ik heb nooit gerebelleerd. Ik was het ideale kind, de brave zoon.»
– Had u voor zijn dood hoop dat u het nog zou kunnen uitpraten?
Isik «We hebben veel gepraat in de laatste jaren, ook over het vaderschap. Dan zei ik: ‘Je was een slechte vader.’ Daar was hij het niet mee eens. Hij zei: ‘Ik ben hier het echte slachtoffer, ik heb mijn hele leven een overlevingsstrijd moeten voeren.’
»Vanaf zijn tiende woonde hij in een achterstandswijk in Izmir, een linkse stad. Al heel jong kwam hij met het communisme in aanraking. Gezinnen waren in die kringen niet belangrijk, idealen wel. Er was een hevige strijd gaande tussen links en rechts, met straatgevechten en openlijke lynchpartijen. Hij is gevlucht naar Duitsland toen om hem heen zijn vrienden verdwenen. Hij zei altijd: ik ben geen klassieke vader, ik ben een communist. Ik kon het niet meer aanhoren.»
– Was hij zenuwachtig over wat u schreef?
Isik «Ik vertelde hem dat het fictie was, maar hij stond er toch huiverachtig tegenover. Hij was bezorgd wat zijn omgeving ervan zou vinden. Dat het beeld van hem zou veranderen. Een deuk in zijn ego. Hij was een heel trotse man.»
– Heeft u hem vergeven?
Isik «Dat vind ik een lastige vraag, hij is nog geen drie jaar dood. Mijn vader heeft nooit om vergiffenis gevraagd, hij ontkende simpelweg wat er was gebeurd. Ik ben hem wel beter gaan begrijpen toen ik zijn levensverhaal hoorde. Ik ben nu minder hard in mijn oordeel.»
– Komt dat ook doordat u zelf sinds een halfjaar vader bent?
Isik «In het eerste jaar dat ik aan het boek schreef, was ik nog heel boos. Die woede moest eruit, pas daarna werd de vader in het boek een personage. Mijn boeken hebben in zekere zin een zuiverende werking gehad op ons familieverhaal.»
– Het vaderschap kan een hoop losmaken.
Isik «Dat ik het anders zou gaan doen, wist ik als kind al. Ik hoor vaak: ben je niet bang dat je zelf ook zo’n vader wordt? Maar ik lijk niet op hem, ik lijk op mijn moeder. Ik geef liefde.»
– Uit uw boek stijgt een sfeer van eenzaamheid op.
Isik «Een gevoel van alleen zijn.»
– Een kind dat niet mocht bestaan.
Isik «Een kind dat niet werd gezien. Niet door zijn vader, niet door zijn klasgenoten en ook niet door zijn leraren. In de Bijlmer, op mijn zwarte basisschool, was ik de beste in voorlezen, schrijven en dictee. In de middelbare school zat ik tussen kinderen van een hogere sociale klasse. Na twee maanden moest ik ineens bijlessen Nederlands volgen. Ik kwam daar in een klas vol kneusjes. Het was verwoestend.»
– Heeft het u wantrouwig gemaakt?
Isik «In de Bijlmer kon achter elke pilaar een junk of overvaller staan. Daardoor ben ik altijd op mijn hoede. Als dertienjarige kreeg ik een mes op mijn keel. Maar ik ben er zelfverzekerd uitgekomen. Ik was een bedachtzaam kind en kon goed observeren. Daardoor voel ik meteen wat iemands bedoelingen zijn.»
– Uw partner Iris is opgegroeid in het veilige en welvarende Amstelveen.
Isik «Voor haar is de Bijlmer al heel erg rauw, laat staan mijn familiegeschiedenis. Maar we kunnen goed praten over onze jeugd. Zij komt evenmin uit een modelgezin, maar er was wel veel ruimte voor de kinderen om zich te ontplooien.»
– Hoe heeft u haar ontmoet?
Isik «Zoals dat tegenwoordig gaat: online. We komen uit een totaal andere wereld. Ze is psycholoog.»
– Heeft u zelf weleens psychologische hulp gezocht?
Isik «Ik heb een paar keer gepraat over de dingen die zijn gebeurd in het verleden.»
– Heeft het u iets opgeleverd?
Isik «Bepaalde zelfinzichten. Dat ik niet snel tevreden ben over mijzelf. Dat leidt soms tot onnodige druk. Ik ben overdreven perfectionistisch, ook als het niet nodig is.»
– U heeft geleerd uw successen te vieren.
Isik «Behalve mijn moeder verwachtte niemand iets van mij. Ik moest mezelf constant bewijzen. Ook later toen ik jurist was voor de gemeente Amsterdam. Ik dacht: dit ben ik niet. Ik was een gekooide schrijver. Na veertien jaar heb ik mijn baan opgezegd en nu heb ik de grootste literaire prijs in de Nederlandse taal. Maar voor mij gaat het veel verder dan dat. Het is een overwinning als mens.»
– De commentaren spraken over ‘een verrassende winnaar’.
Isik «Ik ben niet anders gewend dan onderschat te worden. Maar nu zal niemand mij meer onderschatten.»
– Is het een zoete wraak?
Isik «Een zoete overwinning. Op de pestkoppen die mij schoonmaker noemden. Op iedereen die niet in mij geloofde, in de eerste plaats op de lerares die mij dwong bijles Nederlands te volgen zonder de moeite te nemen om te kijken wie ik was. Ik ontdekte dat ze nog steeds lesgeeft. Ik ga haar een e-mail sturen en zeggen: ‘Kent u mij nog? Ik moest van u naar de bijles Nederlands en nu heb ik de Libris Literatuur Prijs gewonnen.’»
– Wat denkt u daarmee te bereiken?
Isik «Ik ben gewoon benieuwd hoe ze reageert. En ik hoop dat ze leerlingen zoals ik niet meer zal onderschatten.»
– Wanneer komt uw derde roman?
Isik «Ik ben al begonnen. Het verhaal speelt zich af in San Francisco, waar ik heb gestudeerd. De persoon die ik altijd wilde zijn, werd daar geboren. Een mens met levenshonger, die voor het eerst in zijn leven iets deed omdat híj het zelf wilde. In San Francisco realiseerde ik me: ik kan alles doen in mijn leven wat ik wil. Alles is mogelijk.»
© Het Parool
undefined