12 verlossende vragen over het coronavaccin
Na het goede nieuws: wanneer kunnen we beginnen vaccineren? Hoe veilig is het? En wie zal als eerste worden ingeënt?
Nadat Pfizer/BioNTech afgelopen week zijn doorbraak meldde, onthulde biotechnologiebedrijf Moderna vandaag dat ook zij een zeer efficiënt vaccin hebben ontwikkeld. Het nieuws deed ons vanachter onze mondmaskers een enorme zucht van opluchting slaken. Na het optrekken van de eerste euforie blijven echter nog heel wat vragen onbeantwoord. Zullen deze vaccins, en degene die eerstdaags zullen volgen, ons doen terugkeren naar het Oude Normaal? Zitten we weldra weer onbekommerd met vrienden aan de toog en met familie aan de feestdis? Of temperen we de hoge verwachtingen maar beter? Humo zocht het antwoord op enkele dwingende vaccinvragen. Rechtstreeks te injecteren in de hersenen!
1. Hoeveel vaccins worden er ontwikkeld?
Mochten het Pfizer of Moderna-vaccin bij nader inzien toch niet de verhoopte resultaten opleveren, dan liggen er nog heel wat andere ijzers in het vuur. Volgens The New York Times zijn er wereldwijd liefst 139 vaccins in ontwikkeling. 87 daarvan zitten in de zogenaamde preklinische fase, wat wil zeggen dat ze alleen nog maar op dieren of andere niet-menselijke organismen worden getest. 52 vaccins worden al op mensen getest. Dat verloopt in diverse fasen, waarbij het vaccin aan steeds grotere groepen wordt toegediend. In de derde en laatste fase gaat het om duizenden en zelfs tienduizenden proefpersonen. Intussen zitten al elf kandidaat-vaccins in die laatste fase.
Het eindstation is de goedkeuring door allerlei officiële instanties, waarna het vaccin kan worden verspreid. Vaccins kunnen echter ook worden goedgekeurd nog vóór de laatste fase is afgerond. Zo kregen al zes Chinese en Russische vaccins groen licht. Het lijkt erop dat, zoals wel vaker bij beide grootmachten, geopolitieke motieven daarbij een rol hebben gespeeld. Experts hebben alvast hun twijfels geuit over de werkzaamheid en de veiligheid van die vaccins.
2. Hoe werken ze?
Wanneer vijandige aanvallers zoals virussen ons lichaam binnendringen, stuurt ons immuunsysteem meteen T-cellen en B-cellen – types witte bloedcellen – uit om de brandhaard te bestrijden. T-cellen sporen geïnfecteerde cellen op en vernietigen ze, B-cellen produceren antilichamen, een soort eiwitten, die het virus onschadelijk maken. Een deel van die B- en T-cellen blijft ook na de infectie nog lang in het lichaam aanwezig om een nieuwe aanval van hetzelfde virus af te slaan. Het grote probleem met een nieuw virus, is dat ons immuunsysteem de vijand nog niet herkent. Het duurt dan weken voor er antilichamen worden gemaakt en de tegenaanval kan worden ingezet. Al die tijd kan het virus zich vermenigvuldigen, zich verspreiden in ons lichaam en zijn verwoestende gang gaan.
Wat een vaccin doet, is een infectie met een virus ‘simuleren’, zodat een immuunreactie wordt uitgelokt. Als we vervolgens met het echte virus in aanraking komen, zal onze defensie meteen in werking treden. Een infectie faken kan op verschillende manieren: de meest beproefde methode is een injectie van het volledige virus, weliswaar in een dode of verzwakte vorm. Het inactieve virus kan zich niet vermenigvuldigen in onze cellen, maar lokt wel een immuunreactie uit. Het poliovaccin en enkele bestaande griepvaccins zijn op die manier ontwikkeld.
Helaas neemt het kweken en bewerken van de virussen, zodat ze volledig inactief zijn en veilig in een vaccin kunnen worden verwerkt, maanden in beslag. Met een virus dat over de hele wereld raast, konden we ons die tijd niet permitteren, en werd er naar andere methoden uitgekeken. Eén mogelijkheid is in plaats van het hele virus, slechts een deeltje ervan te injecteren. Diverse vaccinontwikkelaars, zoals het Brits-Franse GSK-Sanofi en het Amerikaanse Novavax, hebben daarbij hun oog laten vallen op het inmiddels bekende uitsteeksel op het oppervlak van het virus – de ‘kroon’ waaraan het coronavirus zijn naam dankt. Met het inbrengen van dat (bewerkte) uitsteeksel hopen ze een immuunreactie uit te lokken. De techniek werd eerder al met succes gebruikt bij de vaccins tegen hepatitis B en gordelroos. Het voordeel van de methode is dat de vaccins makkelijker te produceren zijn. Het nadeel is dat er vaak meerdere injecties nodig zijn die telkens met een tussenpoze van enkele weken of maanden moeten worden toegediend. Voor één patiënt vormt dat geen probleem, maar de volledige wereldbevolking méérdere malen vaccineren, is een ander verhaal.
Enkele ontwikkelaars, onder andere Pfizer-BioNTech, het Amerikaanse biotechbedrijf Moderna en het Duitse CureVac gaan nog een stapje verder en gebruiken een relatief nieuwe techniek. Door stukjes genetisch materiaal van het virus in te brengen, krijgen onze cellen zélf de opdracht om eiwitten van het virus te produceren, waarna ons immuunsysteem zal reageren. Dat genetische materiaal kan op verschillende manieren tot in de cellen worden gebracht. Het kan, verpakt in een soort vetdruppels, rechtstreeks worden geïnjecteerd. Maar het kan ook via een voor de mens onschadelijk gemaakt virus worden ingebracht.
Het Pfizer-vaccin injecteert het genetisch materiaal rechtstreeks, net als het vaccin dat het Amerikaanse Moderna ontwikkelt. Dat laatste vaccin wordt allang getipt als één van de topvaccins, net als dat van de universiteit van Oxford en farmaconcern AstraZeneca. Het Oxfordvaccin maakt dan weer gebruik van een bij chimpansees voorkomend verkoudheidsvirus om het genetisch materiaal tot in de cellen te krijgen.
3. Wat weten we over de werkzaamheid?
Pfizer-BioNTech pakt uit met spectaculaire cijfers: hun vaccin zou 90 procent effectief zijn, wat betekent dat het werkt bij negen op de tien mensen die het kregen toegediend. Hoe ze tot dat cijfer komen? Het vaccin is op ruim 43.000 mensen getest. De ene helft van die testgroep kreeg het vaccin toegediend, de andere helft een placebo. Na verloop van tijd bleken 94 proefpersonen het virus te hebben opgelopen. Meer dan 90 procent daarvan behoorde tot de groep die een placebo kreeg. Waaruit dan kan worden geconcludeerd dat het vaccin 90 procent bescherming biedt.
Experts maakten na de eerste jubelende reacties – we waren nu eenmaal aan wat goed nieuws toe – toch wat kanttekeningen bij dat cijfer. Om te beginnen gaat het om voorlopige resultaten en is de studie nog niet afgelopen. De verwachting is dat het percentage van het Pfizer-vaccin uiteindelijk nog wat naar beneden zal worden bijgesteld. Maar zelfs dan is 90 procent nog hoog, en beter dan gehoopt: de meeste vaccins hebben een beschermingsgraad van rond de 80 procent. Voor een coronavaccin had de Wereldgezondheidsorganisatie – weliswaar voorzichtig – een ondergrens van slechts 50 procent vooropgesteld.
We weten verder ook nog veel niet over het Pfizer-vaccin: bijvoorbeeld hoelang het bescherming biedt, of het ook bij ouderen werkt, en of mensen het virus niet meer kunnen doorgeven of er minder ziek of minder besmettelijk door worden. Omdat het slechts om een klein testgroep gaat, is een uitgebreidere en langere studie nodig. De deelnemers aan de studie worden wel nog tot twee jaar na hun inenting gevolgd, zodat ook de effecten op langere termijn in kaart kunnen worden gebracht.
Sommigen hadden dan weer vraagtekens bij de timing van Pfizer: het bedrijf kwam met het hoerabericht amper een paar dagen nadat AstraZeneca/Oxford, volgens waarnemers één van hun grootste concurrenten in de vaccinrace, had aangekondigd dat hun vaccin nog voor het einde van het jaar klaar zou zijn. De resultaten van studies worden weliswaar gecontroleerd door een onafhankelijk panel van experts, maar in de niet altijd even koosjere wereld van big pharma, waar het vaak om big money draait, willen de belangen weleens door elkaar lopen. Of de onthulling van de eerste resultaten, zoals Pfizer-CEO Albert Bourla stelde, ‘een grote dag voor de wetenschap en de mensheid’ was, zal dus nog moeten blijken.
Veel virologen reageerden, ondanks alle nog openstaande vragen, enthousiast. De zeer eminente Anthony Fauci, bij het ter perse gaan nog steeds de voornaamste corona-adviseur van de Amerikaanse regering, vond de resultaten zelfs ‘buitengewoon’.
Moderna claimt vandaag dat zijn vaccin nóg effectiever is: het zou in 94,5 procent van de gevallen mensen beschermen tegen het coronavirus. Over de resultaten is verder nog weinig bekend, maar Fauci, die wellicht iets beter is ingelicht dan de doorsnee viroloog (no offence, Steven Van Gucht), sprak vorige week al het vermoeden uit dat het vaccin van Moderna weleens even effectief zou kunnen zijn.
Ook de ontwikkelaars van andere kandidaat-vaccins maakten al hoopgevende tussentijdse resultaten bekend. Het lijkt er dus op dat veel vaccins zullen werken: al is het nog wachten om te weten hoe goed, bij wie en hoelang.
4. Wanneer mogen we het eerste vaccin verwachten?
Dat hangt van Europa af. De Europese Commissie heeft beslist om gezamenlijk vaccins aan te kopen voor alle EU-lidstaten en ze dan volgens bevolkingsaantal te verdelen. De Commissie sloot vorige week, een paar dagen nadat Pfizer met cijfers naar buiten was gekomen, een contract voor de levering van 200 miljoen dosissen, met een optie voor nog eens 100 miljoen extra. Europa sloot eerder al soortgelijke overeenkomsten met AstraZeneca, Sanofi-GSK, Johnson & Johnson, CureVac en Moderna. De lidstaten kunnen nu op die door Europa bestelde vaccins intekenen. België deed dat alvast voor de vaccins van AstraZeneca, Johnson & Johnson en Sanofi/GSK, en zou normaal één dezer ook op dat van Pfizer-BioNTech intekenen. Ons land heeft nu een optie op 7,7 miljoen dosissen van het Pfizer-vaccin (waarvan er wel twee nodig zijn per persoon), 7,5 miljoen van AstraZeneca en 5,16 miljoen van Johnson & Johnson.
Eerst moeten de vaccins wel nog worden goedgekeurd door het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA). Normaal gezien neemt dat flink wat tijd in beslag – met medicijnen neem je nu eenmaal beter geen risico – maar omdat de situatie nogal acuut is, is het EMA voor het Pfizer-vaccin de data al aan het bestuderen terwijl de studies nog gaande zijn. De verwachting is dat het EMA eind december het licht op groen zal zetten voor Pfizer, waarna de distributie kan starten.
De vaccins moeten uiteraard ook nog worden geproduceerd. Enkele fabrikanten hebben daarmee niet gewacht en hebben lang voor de uitkomst van hun studies de productie al opgestart. Pfizer-BioNTech, dat onder meer fabrieken in de VS, Duitsland en het Belgische Puurs heeft, liet al weten dat het nog dit jaar 100 miljoen dosissen kan leveren. In 2021 mikt het op de productie van 1,3 miljard dosissen. De concurrentie zit inmiddels ook niet stil: AstraZeneca hoopt eind dit jaar zijn vaccin klaar te hebben. Volgens viroloog Johan Neyts zou het weleens kunnen dat het vaccin van AstraZeneca bij ons het eerst wordt toegediend. Ook van andere grote spelers worden op vrij korte termijn resultaten verwacht. Het EMA zei in september al dat het niet uitgesloten is dat een aantal vaccins nog dit jaar een vergunning krijgt. Bij andere ontwikkelaars zou het dan weer tot ver in 2021 of zelfs langer kunnen duren voor ze met een vaccin op de proppen komen.
5. Wanneer kunnen we beginnen te vaccineren?
Dat is nog onduidelijk, maar volgens Steven Van Gucht zou men tussen maart en juni met vaccinaties kunnen beginnen. Het zal ook afhangen van de hoeveelheid vaccins die beschikbaar is.
Volgens hoge EU-ambtenaren zijn er pas in april grote hoeveelheden van de vaccins beschikbaar en kan het nog tot eind 2021 duren voor er voldoende vaccins voor alle EU-burgers zijn. Van Gucht houdt er alvast rekening mee dat pas na de zomer het gros van de Belgische bevolking ingeënt zal zijn.
In de Verenigde Staten wordt wellicht eerst gevaccineerd. Daar sloot de overheid een tijd geleden al een deal met Moderna en Pfizer-BioNTech, en hoopt men het vaccin nog deze maand op de markt te brengen. Dat kan via een speciale noodprocedure van de Amerikaanse gezondheidsautoriteit FDA, die in uitzonderlijke omstandigheden het gebruik kan toelaten van geneesmiddelen die nog niet definitief zijn goedgekeurd. Trumps belofte dat nog dit jaar de eerste prikken worden gezet in Amerika, zou dus nog kunnen uitkomen ook.
6. Wie zal als eerste worden ingeënt?
Dat moet nog worden bepaald, maar wellicht zal het in de lijn liggen van het advies van de Europese Commissie. Die beveelt aan het vaccin eerst aan werknemers in de zorg te geven, 60-plussers en mensen met chronische ziekten of onderliggende aandoeningen zoals hart- en vaatziekten, diabetes en obesitas. Andere groepen die voorrang zouden moeten krijgen, zijn cruciale beroepen zoals leraars en politieagenten, en werknemers voor wie het onmogelijk is om afstand te houden, maar ook gedetineerden, bijvoorbeeld. Het staat de lidstaten vrij om hun prioriteiten te bepalen, maar wellicht zal de aanpak in ons land niet veel van het Europese advies afwijken.
Volgens experts als emeritus professor huisartsgeneeskunde Jan De Maeseneer moeten de prioriteiten zo snel mogelijk worden vastgelegd, en zou er ook een open debat over gevoerd moeten worden in het parlement, zodat de bevolking weet waarom bepaalde keuzes zijn gemaakt.
Het samenstellen van zo’n prioriteitenlijst zou ingewikkelder kunnen worden dan het lijkt: als het virus vooral bij jongeren circuleert, is het volgens sommige epidemiologen nuttiger om hen eerst te vaccineren. We weten ook dat het immuunsysteem van ouderen minder goed werkt en dat het griepvaccin hen minder immuun maakt dan jongere mensen. Nog gevoeliger is het debat over het aantal kwaliteitsvolle levensjaren dat je met een vaccin wilt redden: bescherm je ouderen, die hooguit nog een paar jaar te leven hebben, of jongere generaties, die potentieel veel meer jaren voor zich hebben?
7. Hoe gaan we dat logistiek regelen?
De vaccinatie organiseren, wordt een gigantische operatie. Dat de bevoegdheden verspreid zitten – de aankoop van vaccins gebeurt federaal, de vaccinatie zelf is een regionale bevoegdheid – zal het er niet makkelijker op maken.
Een bijkomend probleem is dat het vaccin van Pfizer-BioNTech, één van de eerste die wordt verdeeld, bewaard moet worden bij een temperatuur van min 70 tot min 80 graden. Het wordt in speciale koelcontainers met droogijs (de vaste vorm van CO2) naar verdeelcentra of rechtstreeks naar apothekers of ziekenhuizen gebracht. In zo’n container kunnen een paar duizend dosissen ongeveer tien dagen bewaard worden: die moeten dus snel en georganiseerd worden toegediend. Dat zou kunnen in scholen die als vaccinatiecentrum worden ingericht, in drive-ins zoals nu voor de coronatests, of in tentenkampen die het leger moet opzetten.
België heeft één mogelijk voordeel: Pfizer produceert het vaccin ook in Puurs, wat de distributie kan vergemakkelijken. Dat van GSK-Sanofi zou mogelijk in Waver of Lyon worden gemaakt. Pfizer onderzoekt ook hoe het vaccin op een minder lage temperatuur kan worden bewaard. Bij Moderna is dat gelukt: dat vaccin moest eerst ook bij min 70 graden gestockeerd worden, nu bij min 20. Het kan ook tien dagen in een gewone koelkast bewaard worden. Moderna en Pfizer hebben er zelf alle belang bij om een vaccin te maken dat niet te moeilijk te bewaren en te transporteren is. Die van GSK-Sanofi, AstraZeneca en Johnson & Johnson moeten bijvoorbeeld niet worden ingevroren, wat ze veel aantrekkelijker maakt.
Volgens de FOD Volksgezondheid wordt er al druk gesleuteld aan een vaccinatiestrategie en ook de Vlaamse Vaccinatiekoepel buigt zich over de materie. Misschien kan de Duitse aanpak inspireren: bij onze oosterburen liggen al miljoenen dosissen op een geheime plaats opgeslagen en wachten ze alleen nog op het signaal van het EMA om die in sneltempo te distribueren over zestig vaccinatiecentra. Voor het vervoer zal het leger worden ingeschakeld, en voor de afgelegen uithoeken worden mobiele vaccinatieteams ingezet.
Luchtvaarteconomen roepen dan weer dat Europa een voorbeeld mag nemen aan de VS, waar men qua logistieke planning veel verder staat: er zijn al contracten getekend met koerierbedrijven en andere logistieke spelers, en ook de rol van het leger is vastgelegd. Sommigen vinden het daarom geen slecht idee om de NAVO in te schakelen om de Europese logistieke operatie op de Amerikaanse af te stemmen en te bekijken hoe er kan worden samengewerkt. Alsof we in een wereldoorlog zitten. En dat ís in zekere zin natuurlijk ook zo.
8. Hoe zit het met de rest van de wereld?
Vaccins die je extreem koud moet bewaren tot in arme, moeilijk toegankelijke of tropische gebieden krijgen, wordt een hele opgave. Volgens schattingen van de Wereldgezondheidsorganisatie gaat nu al jaarlijks de helft van de vaccins verloren omdat de temperatuur onderweg onvoldoende wordt gecontroleerd. En hoewel de productie op volle toeren draait, kunnen we ons niet permitteren veel vaccins weg te gooien: wereldwijd kunnen jaarlijks ongeveer 6,5 miljard dosissen worden aangemaakt. Voor sommige vaccins hebben we echter twee of drie injecties nodig. Om de hele wereldbevolking van 7,8 miljard mensen immuun te maken tegen het virus (waarvoor niet iedereen moet worden gevaccineerd), zijn 12 à 15 miljard dosissen nodig, ruwweg het dubbele van de globale productiecapaciteit. Als men die volledig zou inzetten om coronavaccins aan te maken, zou dat tot tekorten van andere vaccins leiden. Wat óók veel levens kan kosten.
De vaccins moeten daarnaast wereldwijd verdeeld raken. Niet eenvoudig, nu het luchtverkeer grotendeels is stilgevallen en het vrachtvervoer via de lucht flink is afgenomen. Alle aanvoerlijnen weer opstarten en mogelijk ook versterken zal tijd kosten. Volgens sommigen kan het zelfs jaren duren voor alle doelgroepen een prik hebben gekregen. De internationale federatie van luchtvaartmaatschappijen heeft voorgerekend dat er achtduizend jumbojets nodig zijn om de hele wereldbevolking een vaccin te bezorgen: ze noemt het ‘de grootste uitdaging voor de luchtvaart ooit’.
9. Hoe veilig zijn de nieuwe vaccins?
Dat zit voorlopig wel goed. Het vaccin van Pfizer, waar we het meest over weten, blijkt naast hoofdpijn en irritatie rond de plek van de injectie geen bijwerkingen te geven. Waarnemers denken ook niet dat er in de eindfase van de studie nog ernstige problemen zullen opduiken, omdat die zich meestal snel manifesteren.
Ook het Oxford/AstraZeneca-vaccin lijkt weinig bijwerkingen te vertonen: in fase 1 en 2 werden er 28 dagen na de vaccinatie alleen verschijnselen als milde pijn, een warm gevoel rond de prikplek en lichte gewrichts- en spierpijn opgetekend. In september werd de AstraZeneca-studie nog stilgelegd omdat één van de proefpersonen een ontsteking aan het ruggenmerg had opgelopen. Na een uitgebreid onderzoek, waaruit bleek dat het vaccin niet de oorzaak was, werd de fase 3-studie hervat.
Johnson & Johnson moest zijn klinische studie vorige maand dan weer stilleggen nadat één van de deelnemers ernstig ziek was geworden. Ook die studie werd enkele weken later voortgezet. Het bewijst vooral hoe ernstig men de veiligheid neemt, en dat men niets aan het toeval wil overlaten. Het is natuurlijk altijd mogelijk dat er later bijwerkingen opduiken, maar hoewel dat in het verleden is voorgekomen, is het zeer uitzonderlijk.
Hier en daar, vooral ook bij mensen die een groot deel van hun boeiende leven op Facebook en Instagram slijten, rezen er twijfels over de veiligheid van de vaccins, omdat ze zo snel werden ontwikkeld en goedgekeurd. Voor de meeste vaccins duurt het minstens vijf jaar om de klinische studies te doorlopen. Nu zit een klein dozijn kandidaat-vaccins in geen jaar tijd al in de eindfase. Dat het een stuk sneller gaat dan gewoonlijk, komt omdat enkele spelers gebruikmaken van technieken die al voor de ontwikkeling van eerdere vaccins uitgebreid zijn doorgelicht en goedgekeurd. Dat er grote en internationaal samenwerkende teams op zijn gezet, scheelt ook. Commissies en toezichtsorganen die zich buigen over de veiligheid, de ethische aspecten en de werkzaamheid van nieuwe medicijnen, hebben de coronavaccins voorrang gegeven, zodat ook daar de procedures sneller verlopen.
De verschillende rivaliserende farmaspelers hebben een akkoord gesloten om niet toe te geven aan mogelijke politieke druk om snel met een vaccin te komen, maar om zich rigoureus aan de strengste veiligheidsnormen te houden. Ook omdat het van het grootste belang is dat het publiek het vertrouwen niet verliest in de vaccins, de bedrijven die ze ontwikkelen en de instanties die ze moeten controleren.
Uitgerekend in de VS liep het op dat vlak mis. Tot verbazing van velen verleende de Food and Drug Administration via haar spoedprocedure de goedkeuring aan twee antimalariamiddelen, waaronder hydroxychloroquine, en de omstreden bloedplasmatherapie voor de behandeling van covid-19. Nog groter was de verbazing toen de goedkeuring voor hydroxychloroquine weer werd ingetrokken, omdat het niet bleek te werken tegen covid-19. Ook van de bloedplasmatherapie, waarbij plasma van ex-patiënten wordt gebruikt, is de werking nog niet bewezen. Het is geen geheim dat president Trump, die ook meermaals het wondermiddel hydroxychloroquine prees, graag zo snel mogelijk een einde wilde maken aan de epidemie. Of er vanuit het Witte Huis druk is uitgeoefend op de FDA, is niet duidelijk, maar het onberispelijke imago van het agentschap kreeg wel een flinke knauw. Enkele farmabedrijven zwoeren daarna dat ze alleen vaccins ter goedkeuring zouden voorleggen waarvan de veiligheid en efficiëntie 100 procent bewezen is in een fase 3-studie. Het leek wel de omgekeerde wereld.
10. Wat moet dat allemaal kosten?
Over de kostprijs van de verschillende vaccins is nog niet veel bekend. Farmabedrijven zijn wel vaker discreet over de (niet altijd even redelijke) prijs van hun geneesmiddelen. Wat we wel weten, is dat Pfizer en BioNTech in de VS een contract van 1,95 miljard dollar hebben afgesloten voor de levering van 100 miljoen dosissen, omgerekend 19,50 dollar per injectie. Aangezien er twee dosissen nodig zijn, kost één volledige vaccinatie 39 dollar, omgerekend 33 euro. De farmagigant heeft aangegeven dat het vaccin niet voor een gunstprijs aan de man zal worden gebracht, ook al omdat ze subsidiegeld van de Amerikaanse overheid hebben afgeslagen en de ontwikkeling zelf hebben gefinancierd. En nu willen ze cashen.
Dat lijkt ook het plan bij Moderna. Daar wil men 32 à 37 dollar per dosis vragen, aanzienlijk meer dan Pfizer dus. Moderna-topman Stéphane Bancel heeft gezegd dat het om een ‘pandemieprijs’ gaat: als het virus onder controle is, zal het bedrijf de markt laten werken. Lees: de prijs flink optrekken. Interessant om te weten: voor de ontwikkeling van het vaccin ontving Moderna 483 miljoen dollar van een onderzoeksinstituut, en nog eens 472 miljoen dollar van de Amerikaanse overheid.
AstraZeneca heeft aangekondigd dat het zijn vaccin tegen kostprijs zal aanbieden, weliswaar ‘tijdens de beginfase van de pandemie’. Dan zou één dosis 3 euro kosten, maar zeker is dat nog niet. Eenzelfde strategie lijkt men te volgen bij Johnson & Johnson, dat in de VS een contract heeft afgesloten voor 10 dollar per dosis. Het Duitse CureVac wil niet tegen kostprijs verkopen, maar is wel van plan de winsten binnen ‘een ethisch acceptabele marge’ te houden.
Eén ding is zeker: de farmabedrijven zullen er niet slechter van worden – al is wel afgesproken dat arme landen minder zullen moeten betalen. Wereldwijd is de vaccinmarkt jaarlijks tientallen miljarden waard. Als we ons elk jaar moeten laten inenten tegen corona, hebben ze er een melkkoe vanjewelste bij. De voorbije maanden maakten de beurskoersen van de vaccinontwikkelaars dan ook flinke sprongen. Volgens The Wall Street Journal verkochten toplui grote aandelenpakketten om al hun winst te verzilveren. De minst scrupuleuze was CEO Albert Bourla van Pfizer: hij verkocht 60 procent van zijn aandelen op de dag dat het bedrijf met het nieuws over zijn vaccin kwam en de beurskoers 7,7 procent steeg. Het leverde hem 5,6 miljoen euro op.
Voor ons zal het toekomstige coronavaccin waarschijnlijk gratis zijn, dat hebben de ministers van Volksgezondheid volgens VRT NWS beslist.
11. Wat betekenen de resultaten van Pfizer voor de andere vaccins?
De bescherming die het Pfizer-vaccin blijkt te bieden, is zeer goed nieuws: het betekent namelijk dat het coronavirus wel degelijk vatbaar is voor een vaccin. Al betekent één goed werkend vaccin niet dat het onderzoek naar andere nu mag stoppen, integendeel: we weten nog niet hoe goed het werkt, en bij welke groepen het het best aanslaat. Het Oxford/AstraZeneca-vaccin zou bijvoorbeeld een goeie immuunrespons bij ouderen opwekken, maar zou weinig doen aan de hoeveelheid virus in de neus, en er niet voor zorgen dat mensen het virus minder verspreiden. Dat de Belgische regering pas een vaccinatiestrategie wil uitwerken wanneer de definitieve resultaten van de diverse studies bekend zijn, lijkt daarom een verstandige beslissing. Pas dan kan bepaald worden wie best welk vaccin krijgt. Sommige vaccins zouden beter kunnen werken bij ouderen, van wie we weten dat het immuunsysteem anders werkt dan bij jongvolwassenen. Andere zouden dan weer nuttiger zijn bij kinderen, van wie we sinds kort weten dat ze het virus vaker krijgen dan we dachten. De kans is groot dat men straks met verschillende prikken zal werken, op maat van de diverse doelgroepen.
De resultaten van Pfizer zorgen tot slot ook voor een ethisch dilemma: is het wel verantwoord om studies te laten lopen waarbij één helft van een grote groep proefpersonen een placebo krijgt, terwijl er al een werkzaam vaccin op de markt is? Ook dat wordt nog een flinke noot om te kraken.
12. Kan een vaccin het virus definitief de wereld uit helpen?
Dat zal nog even duren. Jonathan Van-Tam, de belangrijkste gezondheidsadviseur van de Britse regering, omschreef de Pfizer-resultaten als ‘een zwaluw, maar nog lang geen zomer’, en ook bij ons hebben experts al benadrukt dat we maatregelen zoals afstand houden, het beperken van onze sociale contacten en het dragen van een mondmasker nog een tijdje zullen moeten aanhouden, mogelijk zelfs tot het einde van volgend jaar. Veel zal afhangen van hoe vlot de vaccinatie-operatie verloopt, en van hoe de vaccins werken.
Globaal wacht nog de immense logistieke uitdaging om miljarden vaccins te produceren en in alle uithoeken van de wereld te krijgen. Volgens sommigen zou dat weleens jaren in beslag kunnen nemen. Om het virus volledig te verslaan, moet iederéén het vaccin kunnen krijgen en zal er wereldwijd moeten worden samengewerkt. Andere óók levensbelangrijke kwesties, de klimaatopwarming om er maar één te noemen, hebben al getoond hoe moeilijk dat is.
En zelfs als we erin slagen om tot een vlotte internationale samenwerking te komen, kan het nog even duren voor we daar de impact van zien. Vaccins hebben ervoor gezorgd dat kroep, tetanus, mazelen, bof en rodehond in veel westerse landen zo goed als niet meer voorkomen. Het allerlaatste geval van de pokken werd dan weer in 1977 geregistreerd, tien jaar nadat de Wereldgezondheidsorganisatie een wereldwijd vaccinatieprogramma had opgestart om deze ziekte (in de twintigste eeuw goed voor 300 miljoen doden) definitief uit te bannen. Polio, op enkele landen na, uit de wereld helpen, duurde zelfs meer dan dertig jaar.
De kans is dus groot dat we nog een tijd met het virus zullen moeten leven. Maar we hebben toch al uitzicht op een min of meer geruststellende prik.