Nathacha Appanah - De laatste broer
In december 1940 was een schip met zo'n 1.500 Joden uit Polen, Oostenrijk en Tsjechië op weg naar Het Beloofde Land. Maar de vluchtelingen werden in Palestina geweigerd door de Britten, fluks afgevoerd naar hun kolonie Mauritius en daar vier jaar als illegale immigranten vastgezet.
Een lot dat heel wat onder hen niet overleefden en toch lange tijd onbekend bleef. Zelfs de Mauritiaans-Franse journaliste en schrijfster Nathacha Appanah was deze historie vreemd - tot enkele jaren geleden. In 'De laatste broer' (De Bezige Bij) weeft ze met die donkere feiten een fijnbesnaarde novelle.
De negenjarige Raj, zoon van een bewaker in de beruchte gevangenis van Mauritius, sluit stiekem vriendschap met een Joodse wees, David. Raj klampt zich aan de uitgemergelde blonde jongen vast, maar heeft totaal geen weet van de oorlog die zijn vriend tot opgejaagd wild maakt. Zo gelooft hij David niet wanneer die iets lost over de ster met zijn naam: 'Het was ook de dag dat hij me zijn medaille liet zien en dat hij me vertelde over de davidster en ik was beledigd als de pest. Ja hoor, het zal wel.' De kleine Raj is te ingenomen door zijn eigen verdriet om zich Davids ellende te realiseren. Hij verloor zijn twee broers in een orkaan en wordt als laatste zoon door zijn vader regelmatig ineen geklopt.
Appanah laat Raj op zijn zeventigste terugblikken op dit drama uit zijn jeugd. Een sluw perspectief: het schuldgevoel van Raj als oude man steekt schril af tegen de onstuimige hoop die hij koesterde als kind. Voor deze novelle ontving Appanah de Prix du roman Fnac 2007 - een zéér lucratieve zaak, want goed voor een fikse meerverkoop en internationale kansen. En dat is haar allemaal gegund. Met 'De laatste broer' gaat ze doelgericht voor een tranentrekker ('Als je op één dag twee zoons, twee geliefde broers bent verloren, wat ben je dan?'), maar nu en dan leggen wij daarvoor graag ons pantser af.