Ombudsjan
De Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie - vrolijke naam voor een rijksdienst - en De Post hebben zich de wereld kennelijk lang voorgesteld als een gemoedelijk dorp, waar elkeen neuriënd zijn eigen stoep schoonveegt: je kunt er gerust bankcheques over de post versturen en, om het werk van de altijd goedgeluimde postbode te verlichten, postzakken op zogeheten 'veilige plaatsen' achterlaten: de naarstige bevolking houdt zich als één man aan het zevende gebod en vervalst zeker geen identiteitskaarten.
In werkelijkheid stikt de wereld van het geboefte dat aldoor op een kans loert, zodat enkele arbeiders op een dag moesten vaststellen dat de cheque met hun vakantiegeld in een gestolen postzak was verdwenen, op een veilige plek dan nog wel: in de hall van een flatgebouw waar Jan en alleman vrij in en uit konden lopen. Van de Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie kregen ze na verloop van tijd te horen dat hun cheque geïnd was, en bij De Post haalde men zijn schouders op en liet men de gedupeerden barsten. Hun gebed zonder end kon een aanvang nemen. Om helemaal onsympathiek te lijken, stuurde De Post al voor de tweede keer géén mannetje naar 'Ombudsjan', zelfs de ombudsman die met de gedupeerden sympathiseerde bleef weg, maar dat belette dit programma niet om deze zaak eindelijk tot klaarheid te brengen: de gedupeerden zouden hun vakantiegeld vooralsnog krijgen. Mooi zo, maar zonder media-aandacht en de pressie die ermee gepaard gaat, had De Post ongetwijfeld geen sjoege gegeven.
undefined
Hoewel de gestolen postzak het hoofdprobleem van deze 'Ombudsjan' was, zoog Edwin Ysebaert veel meer aandacht weg: de voormalige trooster der bedrukten, thans entrepreneur in de showbizz - God zegene de greep - haalt de laatste tijd wel eens de gemengde berichten omdat hij bijvoorbeeld een depressie het hoofd heeft geboden of verstek liet gaan in het soort rechtzaakje waar een paar oude wijven op afkomt om thuis op brandstof te besparen. Nu was er een probleempje gerezen aangaande een concert dat hij samen met een zakenpartner ter nagedachtenis van Ann Christy op touw had willen zetten. Hij zag het groots, maar bij gebrek aan belangstelling werd die avond afgelast. Gegadigden die hun tickets al hadden gekocht, eisten nu hun geld terug, wat ik al met al niet eens zo gek vind.
'200'
Jan Van Rompaey leidde Ysebaert uitvoerig in, door ons alle krantenknipsels voor te houden waarin de entrepreneur de voorbije week zijn optreden in 'Ombudsjan' aankondigde, afblies en weer aankondigde. Ik moet toegeven dat hij makkelijk de krant haalt: 't is wellicht een gave.
Samen met zijn zakenpartner, allebei van mappen voorzien, maakte Ysebaert zijn opwachting en dampte veelbelovend. Eerst zei hij dat hij niet al te veel vertrouwen in Van Rompaey had, omdat die ooit iets onaardigs over de televisieversie van 'Het Eenzame Harten Buro' had gezegd. Van Rompaey moest hem voortdurend onderbreken, want Ysebaert had een oratio pro domo in de zin, die ons, als we niet uitkeken, in de ziel had moeten grijpen. Ondertussen steeg er ongearticuleerd geroep uit het publiek op, waarin Ysebaert de fanclub van Liliane Sint-Pierre herkende: enkele actieve bejaarden die om een of andere reden ook een appeltje met hem te schillen hadden. 'Ha, de Jerry Springer Show!' riep de maker van 'Het Eenzame Harten Buro' vol verachting terug.
Ik lachte al tranen, en toen moest ik nog vernemen dat Ysebaert ter aankondiging van het concert twee advertenties in een weekblad had geplaatst: in de eerste was de datum fout, en in de tweede stond al helemaal geen datum. De hoofdredacteur van dat weekblad schoof de schuld in de schoenen van Ysebaert en vice versa. Hen niveau steeg niet, maar daar was ik niet minder blij om: Ysebaert riep dat de hoofdredacteur hem gezegd had dat hij nooit meer in de perswereld zou werken, mocht hij een zaak maken van die flater, en de hoofdredacteur repliceerde dat hij dat nooit had gezegd. Het zou mij overigens verbazen dat uitgerekend die hoofdredacteur iemand uit de perswereld kan houden. Van Rompaey vond het stilaan welletjes, terwijl hij ronduit opgetogen had moeten zijn over dit tafereeltje dat ons met bescheiden middelen een aardig idee gaf van wat Vlaamse showbiz eigenlijk is: een wereldje zonder stijl, zonder grandeur en zonder glamour, dat net niet louche genoeg is om interessant te zijn.
Meester Vermassen, die iedere week geacht wordt 'de individuele verhalen in een ruimere context te plaatsen' nam daarbij ineens een verrassende wending: 'Ann Christy is inderdaad een zeer grote zangeres,' zei hij, met een raadselachtige glimlach om de lippen, zo'n glimlach die erop wees dat hij in gedachten op een herenrijwiel door Memory Lane aan het fietsen was. Ooit, ten tijde van het zuivere luisterlied, toen de jeugdclub van Lede nog een begrip was in Lede, had hij een vriendschapsrelatie met haar, maar meer moesten we daar volgens hem niet achter zoeken.