Oscar - Cut and Paste
Gek: ik hoorde ‘Cut and Paste’ voor ik één woord over Oscar, voluit Oscar Scheller, had gelezen, en was ervan overtuigd dat het om een glad marketingproduct ging. Het tegendeel blijkt waar te zijn. Oscar is een 25-jarige Brit die drie jaar geleden helemaal in zijn eentje debuteerde vanuit zijn slaapkamer. Letterlijk. ‘Never Told You’ was opgenomen op zijn laptop en via allerhande sociale en asociale media de wereld ingestuurd.
Intonatieloze tiener-poëzie over een sample van Erik B & Rakims ‘Paid In Full’: het had iets, hoor ik nu pas. Ook al is ‘Cut and Paste’ wél opgenomen in een echte studio, in het licht van die doe-het-zelfmentaliteit ben ik er heel anders naar gaan luisteren. Met het voordeel van de twijfel en zo.
De vergelijking met Morrissey die in de Britse pers wordt gemaakt, klinkt mij nog steeds behoorlijk hyperbolisch in de oren, maar ik hoor door het lamme arrangement van opener ‘Sometimes’ heen ineens wel flarden van compositorische kunde die aan Grandaddy en zelfs Blur doen denken. ‘Good Things’ had in handen met meer oefening op de teller heerlijke britpop-reggae kunnen zijn, maar verzandt nu in het soort eenvoud dat net iets te snel op de zenuwen gaat werken. Slotsong ‘Gone Forever’ klonk mij dan weer als een Spotify-reclame in de oren. Zonder Bent Van Looy weliswaar.
Zoals het de jeugd van tegenwoordig betaamt, staan er op ‘Cut and Paste’ twee songs over Oscars telefoon: ‘Breaking My Phone’ (‘I keep on breaking my phone, my phone, my phone, untill I’ve spoken to you’) en ‘Daffodil Days’, ingegeven door zijn spellingcorrector die ‘difficult’ in ‘daffodil’ veranderde. De anekdote is beter dan de song.
De kans is klein dat ik ‘Cut and Paste’ ooit nog ga beluisteren, maar ik kijk desondanks uit naar de opvolger. (jub)