Parov Stelar: een afsluiter die swingde als een door Rembrandt geschilderde tiet
Parov Stelar deed waarvoor het ingehuurd was: u nog een allerlaatste keer een verhevigd joie de vivre aanpraten.
Er was Nick Cave die het huwelijk van Eros en Thanatos inzegende, er waren Arctic Monkeys met hun nieuwe, briljant bekkende definitie van rock-’n-roll, maar tussen die twee dealers in roerige schoonheid was er ook Parov Stelar, in The Barn. Dat was niet de jaarvergadering van De Bond voor Vlaamse Pijprokende Intellectuelen, neen, wel een morsig electro fest geboren in Oostenrijk, een afsluiter die swingde als een door Rembrandt geschilderde tiet, en uw laatste kans op een Werchter hook-up.
Het concept kent u intussen wel: potig geluid uit een doosje, op smaak gebracht met losjes uit de heup swingende blazers en de suggestie van excellente katerseks. Sebastian Grimus, een man die weet wat een saxofoon vermag, stelde zijn longinhoud altruïstisch ten dienste van een hoger doel: u baantjes laten trekken in een zwembad van euforie. Cleo Panther - vocals en allround sexiness - was alles wat je verwacht van iemand die bij de burgerlijke stand bekendstaat als Cleo Panther: even classy als sexy, even stoer als bijdehand. De mentale post-it die ik mezelf opplakte: op mijn volgende barbecue haar uitnodigen, niet Dana Winner.
En Marcus Füreder, brein en kloten van Parov Stelar, pompte vanachter zijn booth de beats The Barn in die u - wat een mooi toeval, zeg - nét nodig had, en zag, een sardonische grijns op zijn blije kop, dat het goed was. De security daarentegen: die zweette peentjes. Het was een opvallend rustige Rock Werchter geweest, zonder veel crowdsurfen, in zwijm vallen en #MeToo-gefriemel - waar hebt u toch plots zoveel manieren geleerd? - maar tijdens Parov Stelar sneuvelde u bij bosjes. Dat had alles te maken met de extase die door The Barn raasde: u had zin in nog één feestje voor de ellendige post-Werchter-realiteit weer zou komen inkicken - en dat feestje kreeg u van Parov Stelar. Bitte schön, fuckers!