null Beeld

Paul McCartney (Parijs, Bercy)

Leve de legende! Op donderdag 30 juni komt de door God naar zijn evenbeeld geboetseerde Paul McCartney naar Rock Werchter. Onze Man ging in Parijs alvast het vormpeil van The Beatle meten en is formeel: be there or be square.

Serge Simonart

Het openingsakkoord van ‘A Hard Day’s Night’ bezorgt mij en de 20.000 Franse fans instant kippenvel. En ook ‘Can’t Buy Me Love’, ‘We Can Work It Out’, en ‘Love Me Do’, songs van de eerste incarnatie van de Fab Four, klinken perfect. Zo fris. Zo aanstekelijk. Zo levenslustig. En dat na meer dan een halve eeuw. Als álle Beatles nu nog hadden geleefd, samen waren en nog tourden, het zou niet beter hebben geklonken.

Er is ook iets aandoenlijks aan het feit dat Paul McCartney nu ‘Love Me Do’ zingt voor de kleindochters van de vrouwen die in 1962 voor hem in zwijm vielen.

Toen McCartney in de jaren 70 met Wings tourde (zie de concertfilm ‘Rockshow’) speelde hij amper iets van The Beatles. Anno 2016 zijn 23 van de 38 songs uit de catalogus van de fab four geplukt, en wat is het heerlijk om ze, in sommige gevallen voor het eerst sinds ze werden gecomponeerd, live te horen: ‘Here, There and Everywhere’, ‘I’ve Got a Feeling’, ‘You Won’t See Me’, ‘And I Love Her’, ‘The Fool on the Hill’, ‘Eleanor Rigby’, ‘Back in the USSR’, ‘Golden Slumbers’, Lady Madonna’… Het kon niet op. Hij speelde zelfs ‘In Spite of the Danger’, het charmante niemendalletje dat The Quarrymen als eerste single opnamen voor vijf pond.

In Bercy speeld hij ook ‘Michelle' ('my belle, sont des mots qui vont très bien ensemble'), om de Fransen te épateren. Hij zong ‘Michelle’ ook in het Witte Huis, voor Michelle Obama (‘Vergeef me, Barack. Ik wil niet de eerste zijn die door een president knock-out wordt geslagen.’)

Maar mijn favoriet was ‘For the Benefit of Mr. Kite’, die vergeten parel van ‘Sergeant Pepper’s Lonely Hearts Club Band’. We kennen het verhaal: Paul was op bezoek bij John, zag een vintage poster van een musichallgezelschap, en als je een muzikaal genie bent, schrijft de song dan zichzelf: ‘Pablo, Henry the Horse… It was all there, so we wrote it down.’ Dat moet natuurlijk zijn 'I wrote it down', want ‘Kite’ is een McCartney-song, en ook dát is deze setlist: een puntjes op de i zettende correctie van de geschiedenis, waarbij McCartney elegant maar ook nadrukkelijk aangeeft welke Beatles-klassiekers hij schreef, ook al staat er Lennon/McCartney onder. En ‘it was all there’ is één van die eufemistische, van zelfrelativering overlopende oneliners waar McCartney het patent op heeft. Want zo’n prachtige melodie, zo’n unieke akkoordenstructuur, zo’n inventief arrangement, zulke perfectionistische productie én dat fabuleuze achterstevorencarrousselmiddenstuk is nooit zomaar ‘all there’.

McCartney betoonde zich overigens zeer genereus voor zijn mede-beatles. ‘Something’ zette hij in op ukelele, omdat George graag ukulele speelde en omdat Paul George’s song ooit als verrassing op ukelele had ingestudeerd. Ook grappig: de enige Beatles-reünie ooit vond plaats op het grasveld van George’s kasteel Friar Park, waar de overblijvende Beatles een middagje songs op ukelele speelden. ‘Something’ op ukulele openbaart ook hoe cruciaal arrangeren is, want op dat minimalistische instrument en iets te snel gespeeld klinkt zelfs die klassieker tamelijk banaal.

En wat later eerde hij John met een práchtig ‘Here Today’ – ‘deze song is het gesprek dat ik nog graag met John had gehad’. Ook ‘Here Today’ bewijst trouwens ook het ongelijk van wie beweert dat de soloartiest McCartney nooit iets heeft geschreven dat aan de Beatles-catalogus kan tippen. Het illustreert ook de tragiek van McCartney: al wat hij na 1970 deed was gedoemd in competitie te gaan met zijn eigen onevenaarbare cv En toen een handvol fans op de eerste rijen Lennons ‘Give Peace a Chance’ inzetten, ging McCartney daar meteen spontaan in mee en galmde dat refrein door Bercy. Weten die van IS wie The Beatles waren?

McCartney waggelde op z’n 73ste bevallig met z’n kontje, tot groot jolijt van de Parijzenaren, en amuseerde zich met een flard ‘Foxy Lady’, zijn eerbatoon aan Jimi Hendrix. Hij betoonde zich ook genereus tegenover de fans. Hij verbond live on stage de van zenuwen stijf staanden Nicolas en Clémence in de echt. Hij zoemde in op kinderen – opvallend veel Fransen wilden dat hun (klein)kind een Beatle zag voor het te laat is.

Er was ook moois van Wings: ‘Letting Go’, ‘1985’ ‘Let Me Roll It’, ‘Band on the Run’ en het onverwoestbare ‘Maybe I’m Amazed’, aartsmoeilijk om te zingen en opgedragen aan Linda. En ook nieuwere songs als ‘Queenie Eye’, ‘Save Us’, ‘My Valentine’ en ‘New’ waren subtiel en potent.

Er zijn twee soorten mensen. Zij die zonder schroom meezingen als een Beatle daar om vraagt, en zij die zich daar te goed voor voelen. Ik ben geen fan van de tweede soort. Ik heb zowel ‘Ob-la-di, ob-la-da’ als de ‘na-na-na’s’ van ‘Hey Jude’ dus meegebruld.

Ook opvallend: live is Paul McCartney de tegenpool van Bob Dylan. De Beatle speelt al z’n songs zo perfect dat ze de plaatversies benaderen of dupliceren, terwijl Dylan soms onherkenbare nieuwe versies van z’n klassiekers brengt. Eerlijk gezegd: geef mij maar McCartney – waarom monumentjes live herkneden tot vormeloze schimmen van het origineel? Nog een opvallend onderscheid tussen die twee: Dylan beklimt altijd ongezien in het donker het podium. McCartney daarentegen paradeert als een bokser naar de ring, zijn show begint al op twintig meter van het podium.

Heel toepasselijk speelde Maca (in Liverpool spellen ze dat met slechts één c) als slotakkoord ‘The End’ – met daarin de boodschap die hij, eeuwige positivo, al meer dan een halve eeuw preekt: ‘In the end, the love you take is equal to the love you make’. Eerder had hij subtiel verwezen naar de terroristische aanslagen in Frankrijk: ‘Vanavond spelen we langer en intenser in Parijs. Voor de goeie zaak. Jullie verdienen het’. En na ‘Let It Be’ – ook een soort protestsong, ook een hymne aan de vrede – mompelde hij ‘One day’, wat zoveel wil zeggen als ‘Ooit komt het er van, die vrede’.

Goed, in het Sportpaleis, acht jaar geleden, met Cirque du Soleil als zijn voorprogramma, was McCartney perfect, zijn stem nog intact. Nu is z’n stem, let’s face it, iets dunner en haalt hij de hoge noten maar net. Maar net als Frank Sinatra in later jaren heeft ook dat iets ontroerends: frêle, perfect gevormde pareltjes als ‘Blackbird’ en ‘Yesterday’ klinken daardoor nog meer kwetsbaar en puur.

Maca. De Fab One. Fab forever. We waren bekaf na het concert – moeër dan de 73-jarige die het had gezongen. Bekaf na een concert – altijd een goed teken. Will you still need me, will you still feed me, when I’m seventy-four? You bet. Maca in Parijs was zo’n avond waarop popmuziek aan aliens zou kunnen bewijzen dat wij mensen op dit planeetje ondanks al het gekibbel ook wel tot grootse dingen in staat zijn: harmonie, bijvoorbeeld, zowel muzikaal als relationeel.

Een Beatle op Werchter. Een festival schrijft geschiedenis. Be there or be square, zoals de hippies in de jaren zestig zeiden.

Reageren op een artikel, uw mening ventileren of een verhelderend inzicht delen met de wereld

Ga naar Open Venster

Op alle artikelen, foto's en video's op humo.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar redactie@humo.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234