Que j'aime ta couleur café: dit was dag 1 van Couleur Café
En plots was daar... terwijl we al etend voetbal stonden te kijken... een Antwerpenaar met een keytar. Da's een keyboard met een gitaarband.
We beginnen met een Humoradiotip. De legende Iggy Pop, zondag in Werchter, heeft een confidential show op BBC 6, die uiteraard nog even online blijft staan. Iggy’s eerste uitzending begint met de lawaaimakers van Throbbing Gristle. Zijn commentaar: ‘I confess I never paid any attention to ‘m… but something raised my eyebrow… and it cleaned me out a little bit, it made me feel better... It didn’t bother me in ways it might bother other people… I don’t need to care whether that’s something serious, or whether it’s better than this or worse than that, I just don’t give a… Alright!’
U moet er de lijzige toon en de gromstem bij denken. En plaatjes van Spiritualized, Fugazi en John Coltrane. Vijfde lied in Iggy's show is ‘River’ van Ibeyi, dat midden in de set van de Cubaanse (twee-eiige) tweelingzussen zit. Het wordt in de grote Univers-tent in keurig Frans aangekondigd met 'Est-ce que vous voulez qu'on aille à la rivière?'
Lisa-Kaindé Diaz zingt overal, en speelt er veel piano bij. Naomi Diaz is een tweede stem voor de tegenstootjes en is actief op een monoliet van een blok genaamd cajón. Na een tijd haalt ze er de batádrums bij, die in de vorm van een zandloper komen. Die klinken mooi bij de klakklak-elektronica die zich overal tussen wriemelt. Hun vader, de beroemde percussionist Angá Díaz, stierf vroeg, hij sprak het Yoruba, de taal van zijn Nigeriaanse voorouders, een taal waar wij niet veel van maken. ‘Mama Says’ verstaan we wel, het gaat over hun moeder die niet wist hoe ze zonder haar man verder moest.
undefined
Als Ibeyi ‘Better in Tune W the Infinite’ van Jay Electronica inzet, beginnen ze plots naar Coco en Rosie te zwemen. Een brave, keurige variant van Cocorosie moet dat zijn. Op de videoschermen speelde vooraf de hele tijd een promofilmpje over studeren aan de KU Leuven in Brussel. De hoofdstad wordt er mooier, properder en dorpser in voorgesteld dan ze er meestal ongewassen bij ligt, en vooral met rust gelaten wil worden want-anders-op-uw-bakkes. De fluostiftijver van Ibeyi paste wonderwel bij die reclameclip. De gaandeweg lauw aanvoelende piano ook.
Chronixx is 23 en hij staat geen vijf minuten op het grote Titan-openluchtpodium of het is van dattum: 'Haile Selassie is the king'. Jaja! Selassie is EEN koning - eigenlijk een keizer - en hij is niet meer omdat hij is doodgegaan. Voor eens en voor altijd: er was eens een land waar een slavenproletariaat al het vuile werk deed, en Marcus Garvey was er Messiasvoorspeller. Hij vertelde de arme Jamaïcanen dat ze terug naar Afrika moesten, een koning zou hen komen halen. Als x jaar later Haile Selassie de zwarte keizer van Ethiopië wordt, circuleren foto’s van blanken die bij de kroningsplechtigheid voor de keizer knielen. Zoiets hebben ze nog nooit gezien! Keizer Haile wordt ook Rasta Fari Makonnen genoemd, dáárom al dat ge-Rastafari. Als Selassie in 1975 sterft – nota bene als aanhanger van de Ethiopisch-orthodoxe kerk – kon hij volgens veel rastagelovigen uiteraard niet écht zijn doodgegaan.
Aan de andere kant: ‘Capture Land’ en 'Here Comes Trouble' zijn dijken van schijven die er zelfs héél even in slagen de regen weg te vagen. Wie bij aankoop van een pak muesli of een paar Adidassen steevast voor de classic en de original gaat, kan vandaag via Chronixx genieten van de beste, perfect gerodeerde roots reggaegroep die we in tijden hebben gehoord. Het tufje dub dat we gaandeweg horen is geen tufje, maar een mini-mini-mespuntje. En 'Blaze up the Fire' waagt zich eerst omzichtig aan dancehall, maar geeft zich uiteindelijk over. Dat doen de Statler en Waldorf in ons hoofd ook, we horen hen zelfs 'That was great' mompelen.
Nile Rodgers gaat ons - terwijl het maar blijft drachen alsof het al 21 juli is - niet met geloofsovertuigingen lastigvallen. Hij wil de hits van Chic spelen, en de hits die hij voor anderen maakte, en ze in één lange trein laten voorbijkomen, om ons eraan te herinneren hoe enorm veel van die wagonnetjes er zijn. 'Dance Dance Dance', 'I Want Your Love', ‘Upside Down’ en ‘I'm Coming Out’ die we via Diana Ross kennen, 'We Are Family' van Sisters Sledge, 'Like A Virgin' (dat waren we rats vergeten) en uiteraard ‘Let’s Dance’, omdat Rodgers in heel die Bowie-plaat een serieuze hand had. Daft Punks ‘Get Lucky’ komt with a little Chic flavour. 'My Forbidden Lover' en ‘Le Freak’ doen hetzelfde als al de rest: wij horen Rodgers enorm graag gitaar spelen, trompet en sax en bas zijn à point, maar voor de hoge, pathetische uithalen van zangeressen Kimberly en Folami regent het te hard. Of zijn we niet gay genoeg, dat kan ook. ‘Good Times’ brengt nog het halve veld op het podium, en voegt er in de staart de hiphop aan toe die naar Sugarhill Gang leidde, en naar de ondertussen immense planeet hiphop.
undefined
En dan gebeurt er iets moois: uit die hele wereldkeuken hebben wij uitgerekend fish and chips gekozen, wij staan het bakje leeg te lepelen terwijl we naar voetbal kijken, het is al 1-1 geworden, en uit de kleine Dance Club komt op slag van voetbalrust een geluid dat ons aan ‘Atomic Dog’ van George Clinton doet denken. Van de week hebben wij veel naar de pas overleden Bernie Worrell geluisterd: soms had-ie een dragende rol aan de toetsen bij Parliament-Funkadelic – op die momenten is er vaak een sterrol voor gitarist Eddie Hazel. Soms is Worrells fantastische ge-Woo de hoofdpersoon, en soms klinken zijn geluiden als futuristische bassen. En er zijn ook al die schandalig goeie hits, zoals ‘Flash Light’ en ‘Give up the Funk’ (en ‘Girlfriend Is Better’ van Talking Heads, naar wie hij live P-Funk bracht).
Het is de Antwerpenaar Pomrad die met zijn keytar een beestig funkfeestje begint te bouwen, bijgestaan door funkdokters op toetsen en drums. Dat blijft alle richtingen uit stuiteren, aan het eind horen wij zelfs een vocal sample met 'Het is eigenlijk om te zeggen / ik zou graag ne keer', en hop, daar gaan we opnieuw een gang met die redelijk overweldigende Pomradfunk. Hoe kan dat nu? Nog voor de voetbalnederlaag een zekerheid werd, was in ons hoofd het trauma al verwerkt. Om Iggy erbij te sleuren: 'Something raised my eyebrow… it cleaned me out a little bit'.
Eventjes bij de Brusselse rapper Roméo Elvis gaan piepen, die zijn middenvinger opsteekt naar les Gallois - Wales heet in het Frans Pays de Galles - en daarna de Dance Club in de fik zet. Hiphop op z'n piepst, het blijft iets van vroege rock'n'roll hebben. Over wat de anciens Method Man en Redman aan indrukken achterlieten moeten we volgende week eens nadenken, ergens tussen tien uur en drie over tien. Het begon met freestyles waar Nirvana en Queen werden tussen gepompt, het ging vooruit, recenter werk werd afgewisseld met Method Mans pionierende Wu-Tangwerk, Streetwise was er ook bij, de dj-battle was dik in orde, en Method Man blijft cream of the top. Op de fiets naar huis zongen wij 'Is it real son / is it really real son / Let me know it's real son / if it's really real', met alle lettergrepen erbij, tot we bij de voordeur kwamen. Sleutel daarna in het slot. Niemand wakker gemaakt. Als iemand ons seffens vraagt: 'Bien dormi?', hebben we een 'Oui. Et toi?' klaarzitten. Op naar dag 2.