Reportage: Tegenlicht: De patiënt in de hoofdrol
De tijden van de alwetende ‘meneer doktoor’ zijn voorbij: heden zoekt u gewoon zelf uit wat u mankeert, om uw huisarts van repliek te dienen wanneer die het niet eens is met uw Googleresultaten.
In de reportage ‘De patiënt in de hoofdrol’ wordt die veranderende arts-patiëntrelatie onderzocht, én gaat men na wat voor impact zulke veranderingen hebben op onze zorgverlening. Director of innovation Lucien Engelen zette in het Radboudumc-ziekenhuis in Nijmegen een speciale afdeling op om één en ander te onderzoeken.
Lucien Engelen «Het internet is een belangrijke factor: mensen gaan tegenwoordig zelf opzoeken wat zij menen te hebben opgelopen – twee derde van de Nederlanders doet dat. Ze zijn met andere woorden actief op zoek naar een grotere rol in het zorgproces, én ze worden daarin bijgestaan door de technologie: denk maar aan apparaatjes waarmee je je bloeddruk of calorieënverbranding kunt meten. Die combinatie van technologie en assertiviteit van de patiënt zullen volgens ons zorgen voor een enorme revolutie van het hele gezondheidsapparaat. Daar proberen wij in onze afdeling op te anticiperen. Want let wel: we zijn daar slecht op voorbereid. De manier waarop nu zorg verleend wordt is nog altijd dezelfde als – en ik overdrijf misschien een klein beetje – honderd jaar geleden. Dat mensen zélf veel weten en zélf met data komen aanzetten, daar zijn veel artsen helemaal niet op voorbereid – dat zit ook niet in hun curriculum, hè?»
HUMO Wat zijn de grote veranderingen die plaatsvinden?
Engelen «In de eerste plaats: samenwerking. De patiënt verzamelt zelf data en de arts interpreteert en geeft raad. Ik heb op dit eigenste ogenblik een pleister op waarmee ik negen vitale parameters kan meten, van stressniveau tot bloeddruk. Dat levert héél veel data op, die evenwel context behoeft.
»Zo’n informatiestroom zorgt er ook voor dat we veel makkelijker trends kunnen opvolgen: op dit ogenblik hebben we enkel de data van doktersbezoeken, maar binnenkort kunnen we werken met data van élke dag. Alles wordt overzichtelijker: zo gaan we ook perfect weten welke medicijnen iemand allemaal neemt, want nu is daar vaak onduidelijkheid over.»
HUMO De dokter zal, als ik het goed begrijp, minder verantwoordelijkheid torsen.
Engelen «Mijn collega Bas Bloem, parkinsonexpert, zei in 2011 op een congres dat de dokter zal overgaan van ‘God to guide’, van allesweter naar gids. Dat is natuurlijk een heel andere rol, die van een heel ander communicatieparadigma uitgaat.»
HUMO Als we oneindig veel data hebben, dreigt de dokter dan niet overbodig te worden? Misschien kunnen computers binnen afzienbare tijd niet alleen cijfers genereren, maar ook medicijnen of operaties aanbevelen.
Engelen «Dat gebeurt nu al. IBM heeft een supercomputer ontwikkeld, Watson, en die gaven ze 38.000 pagina’s wetenschappelijk onderzoek per minuut te eten. Inmiddels is dat apparaat in staat om op basis van een aantal parameters een vermoedelijke diagnose te stellen, die procentueel veel juister is dan de diagnoses van artsen. Wat logisch is: een huisarts krijgt gemiddeld 40 uur literatuur per week te lezen om bij te blijven. Ja, dat krijgt-ie nooit voor elkaar!
»En net daarom hebben we slimme computersystemen nodig, die de dokter gaan hélpen – niet, voor alle duidelijkheid, overbodig maken. Zorg verlenen gaat verder dan data vergaren en een mogelijke diagnose stellen: er is ook nog altijd het gesprek, de duiding, het overlopen van mogelijkheden... Zulke interactie kan nooit ofte nooit vervangen worden door een machine.
»Vergelijk het met dit telefoontje: de technologie maakt onze verbinding mogelijk zonder dat er, zoals vroeger, een telefoniste aan te pas moet komen. Maar voor de warme babbel zorgen we gewoon zelf, toch?»
HUMO Zo is het!