Review: Beach House op Cactus festival 2013
Net voor dEUS de deadline zocht, kreeg Beach House een open doekje - en terecht: forser word ik dit jaar allicht niet in de rapen geschopt.
Beach House was: aanspoelen aan stranden die door de Lonely Planet onheus vergeten zijn. Die ijle, uit melkwegstelsels ver van hier gekidnapte stem - van Victoria Legrand. Die synths - al een paar dagen hun bed niet meer gezien. Die drums - zich een toekomst bij elkaar kuchend. En die gitaar - met maar één demand: het is u, of de apocalyps.
'Het zijn rijke Van Goghjes, de songs van Beach House'
't Zijn rijke Van Goghjes, de songs van Beach House, kunstige penseelprobeerseltjes die na fikse oefening wel tot een kunststroming zullen uitgroeien. Arty, ja, maar somt u even vijf hemelszoete songs op waarin een uit de kluiten gewassen gezinnetje te knuffelen valt zónder dat de naam Milow valt - en haalt u asjeblieft die Maxi-Cosi uit mijn oog?
Goed, weer naar de set: ik was uit een katerdroom ontwaakt, en de nacht was nog luguber lang. Of misschien was ik nog altijd wakker, en wilde ik alles, behalve de zon die haar dreinerige willetje opdrong. Het maakt niet uit: Beach House had me bruut in de rapen gepakt.
Het moment
'Irene' is een song die hartritmestoornissen opwekt, en - een boze chirurg staat op mijn vingers te kijken - meteen weer oplost.
Het publiek
Dreampopte zich een nieuwe dag in.
Quote
'We played in Liège, in Bruges, in Brussels...' Beach House is prille glorie, maar ze weten verdomd waar ze het geleerd hebben.
Tweet