Review: Bikini Atoll - Liar's Exit
Uitstekend nieuws voor fans van The Triffids: hun held David McComb is gereïncarneerd in het strottenhoofd van Joe Gideon, frontman van een kwartet uit Chicago dat zich Bikini Atoll laat noemen. Op 'Liar's Exit', hun tweede, spelen ze muziek die...
Uitstekend nieuws voor fans van The Triffids: hun held David McComb is gereïncarneerd in het strottenhoofd van Joe Gideon, frontman van een kwartet uit Chicago dat zich Bikini Atoll laat noemen. Op 'Liar's Exit', hun tweede, spelen ze muziek die ergens halfweg de jaren negentig in de Amerikaanse underground is blijven steken; precies het soort avontuurlijke, niet voor één gat te vangen gitaarrock dat wij, zestien, onhandig en verlegen, koesterden: donker, verontrustend en bezwerend, experimenteel maar gestructureerd, intelligent zonder de indruk te wekken dat er te lang over nagedacht is - u begrijpt dat wij toen maar weinig platen kochten.
Bikini Atoll stapelt drie kwartier lang inventieve, voortdurend van klank veranderende gitaarlijnen op elkaar, maar laat er voldoende ruimte tussen, ruimte die hier en daar opgevuld wordt door een smaakvol gebruikte piano en verder de zielenroerselen van Gideon vrij spel laat. Het machtige 'Bluebeard' kan als voorbeeld dienen: droge drumslagen trekken de song op gang, de toetsen worden voorzichtig beroerd alsof er elk moment iets ergs kan gebeuren: na een zin of drie blijkt de zanger een sick fuck van je welste die een meisje in het nauw aan het drijven is: 'I want to share your life with me'. Haar ouders heeft hij al omgelegd. 'Eve's Rib' is een inktzwarte gospel met echo's van Nick Cave, en in 'Nervous Wreck' houdt een elektronische dreun lelijk huis terwijl de geesten van Girls Against Boys en June of 44 opgeroepen worden. 'I Turned a Blind Eye' klinkt als akoestische Joy Division en drijft op verlies en spijt, al valt niet echt uit te maken waarover: wat niet gezegd wordt, is minstens even belangrijk als wat we wél horen. 'Silver Moon' ten slotte - de rest moet u maar zelf ontdekken - is een grootse, uitgeklede ballad die ons keer op keer eenzaam, verlaten en bang achterlaat. Billy Calahan van Smog had het geschreven kunnen hebben, maar nu heeft Joe Gideon het gedaan. Het mag duidelijk wezen: de Grote Prijs Chris Martin voor Wellevendheid zal Bikini Atoll nooit winnen, en daar kunnen miserable bastards als u en wij alleen maar ons voordeel mee doen. Kopen!