Review: Bryan Ferry - Frantic
De mooiste Tremolo this side of Pater Damiaan en meer stijl dan Tom Gucci en Alexander McQueen hand in hand op zoek naar dat ene snoezige handtasje tijdens de solden: dat, beste vrienden, is Bryan Ferry.
Onderschat artiest ook: velen denken dat hij ...
De mooiste Tremolo this side of Pater Damiaan en meer stijl dan Tom Gucci en Alexander McQueen hand in hand op zoek naar dat ene snoezige handtasje tijdens de solden: dat, beste vrienden, is Bryan Ferry.
Onderschat artiest ook: velen denken dat hij een uitgeblust paardenfokker is met een rijke adelijke vrouw, maar Ferry is al 30 jaar bezig aan een oeuvre dat veelsporig en origineel tegelijk is. In 1972 vond hij de rock opnieuw uit samen met Roxy Music, wat tien jaar later resulteerde in een van de mooiste en meest gepolijste platen uit de popgeschiedenis: 'Avalon' is pure, geheel uitgefilterde, glasheldere Kunst.
De dip die 'm op het einde van de jaren negentig draken van platen als het episch overgeprodjoeste 'Mamouna' liet maken is nu wel helemaal over.
Op 'As Time Goes By' van twee jaar geleden liet hij zien dat de jazz 'm past als een jas van Raf Simons en de live-tournee met Roxy Music vorig jaar heeft 'm blijkbaar bevrijd van zijn àlle sporen volproppende mierenneukersarrangementenobsessie.
Echt simpel zal zijn muziek wel nooit worden: ook hier moeten op sommige tracks vier gitaristen komen bewijzen dat ze lichtelijk overbodig zijn, maar kom.
Op zijn 57ste wordt zijn stem steeds breekbaarder, wat zijn croonen nog overtuigender maakt. En dan is er Dave Stewart: een totaal onmodieuze maar alweer schandalig onderschatte vakmens, die zijn natuurlijk gevoel voor het juiste refrein op de juiste plaats hier nog maar eens tentoonspreidt.
Dat maakt dat bijvoorbeeld 'Goddess of Love' zo goed is dat het moeiteloos op 'Avalon' had gekund, met Ferry die zingt alsof hij nog niet hersteld is van een hardnekkig griepje; ook 'San Simeon' (ook Ferry/Stewart), een etherisch wonder met fijne violen, is formidabel mooi. En de covers zijn al even opmerkelijk. Ferry's liefde voor Dylan is bekend; hier voegt hij twee ambitieuze versies van 'Don't Think Twice' en 'It's All over Now, Baby Blue' aan zijn verzameling toe.
Alom is duidelijk dat Ferry zich geweldig geamuseerd moet hebben in de studio: 'One Way Love' heeft een ridicuul aanstekelijk refrein en 'I Thought' (featuring Brian Eno, godbetert) is kinderreggae with a twist. Maar er staan betere nummers op: 'Hiroshima' (met Johnnie Greenwood van Radiohead op geweldig veel snaren), of 'Cruel' en 'Nobody Loves Me', twee nummers die zo op 'Flesh+Blood' hadden kunnen staan.
Geen hond die dit gaat kopen natuurlijk: liever koopt u powerprut van door dyslectici getatoeëerde peroxide-permanenten, dat is bekend. Let them suck ass through a straw!