Review: Interpol op Rock Werchter 2014
Interpol: New Yorks monument dat z’n eigen kleine elf september kende toen bassist-dandy-uithangbord Carlos Dengler in 2010 liet weten dat het voor hem allemaal niet echt meer hoefde. De daaropvolgende plaat werd een sof, en het werd plots heel stilletjes rond Interpol. Maar dat was tóén.
Want het Interpol dat samen met u de Klub C kwam uitzwaaien, had wel verdomd veel weg van het Interpol van vóór de aanslag: Daniel Kessler had z’n rilatine niet genomen, Paul Banks was naar de kapper geweest en beweerde nog nooit gehoord te hebben van Julian Plenti, en drummer Sam Fogarino droeg een das – al moeten we erbij zeggen dat hij die in de eerste plaats nooit had uitgedaan.
Voor u het vraagt: nee, Dengler was er niet bij. Vervangen hebben ze ‘m niet, kán ook niet. Maar live wordt de boel ingespeeld door ene Brad Truax – niet nodig dat te onthouden, vragen we niet op het examen – die dat verdienstelijk doet, maar ook niets meer. Maken we daar een probleem van? Kort antwoord: nee. Lang antwoord: ja, misschien - maar niet op de laatste act van de laatste dag. Kieskeurigheid is een zonde die we ons niet meer kunnen veroorloven op zo’n zondagnacht – daarnet nog een pint besteld in de backstage, en wat we kregen was een beker schuim met op de bodem iets wat verdacht veel op een halve drol leek. Hebben we geklaagd? Nee hoor: ad fundum, die handel.
Maar het grootste statement van de avond vond u in de zorgvuldig bijeengeplukte setlist: een gulle greep uit debuutparel ‘Turn on the Bright Lights’, alle hits uit opvolger ‘Antics’, en voor de rest en de sport een paar nieuwelingen. Aantal nummers uit stille derde ‘Our Love To Admire’: nul, laat staan uit de teleurstellende titelloze vierde – had u het aan Banks gevraagd, hij had vast staalhard ontkend dat Interpol überhaupt víer platen hééft. Up-tempotrutje ‘Say Hello to the Angels’ mocht aanzwengelen, met ‘Evil’ – Interpols eigenste ‘Star Spangled Banner’ – al meteen triomfantelijk erachterna gestuurd. ‘Hands Away’ mocht weer ontroeren en radeloos rondjes draaien, ‘Not Even Jail’ duwde Kessler weer richting het rood, en ‘NYC’ speldde zich op de valreep het lintje voor mooiste lichtshow van het hele festival op de revers. ‘Turn on the Bright Lights’, indeed.
Voor aanmodderen was geen plaats, en eigenlijk ook geen zin. Al bleek de vrees die Banks op voorhand had over z’n iets te gammele bariton niet gehéél onterecht. Maar zelfs dat kwam nog goed na twintig minuutjes chambreren. ‘Net als vroeger!’, lieten onze meetrillende testikels weten. Waarvan akte, jongens.
En verder was het met de hulp van oude vrienden een passend einde breien aan Werchter. ‘PDA’ bewierrookte net als vroeger luidkeels de angels van de grootstedelijke liefde, en had het mooiste achtersteven van alle festivalgangers dit jaar - sorry aan de honderden meisjes in billenshorts dit weekend, maar ’t is verdomme gewoon wáár – terwijl de manier waarop er gedanst werd op het nu al klassieke ‘Obstacle 1’ veel weg had van onze puberteit: onhandig maar oprecht. Helemaal mooi werd het toen duidelijk werd dat het schip in ‘Take You on a Cruise’ wel satelliet-tv had, maar géén Nicole en Hugo als avondvertier. Yes!
‘Slow Hands’ brak in één moeite de plankenvloer al uit, en zo konden we met z’n allen na een uurtje beschikken. Of Stromae gaan kijken, kon ook. Goed optreden? Kort antwoord: ja. Lang antwoord: fuck ja.
Het moment
‘All The Rage Back Home’, nieuw nummer, leek wel erg veel op ‘Ta fête’ van Stromae. Of nee: wás het ook. Kan iemand snel eens naar het hoofdpodium lopen en vragen of Paul zijn discobar niet wat stiller kan zetten? We proberen naar Interpol te luisteren.
Het publiek
Bijna hadden we vier lawaaierige Britten in de frontstage de mantel uitgeveegd, tot de huislichten aangingen en het om de leden van Franz Ferdinand bleek te gaan. En met Schotten zoek je nu eenmaal geen bonje – hebben we onthouden uit ‘The Simpsons’.
Quote
‘Thank you very much’ – Paul Banks bedankte u al uitvoerig nog voor hij één noot gespeeld had. Manieren, jongelui: te leren tegen volgend jaar.
Tweet