Review: James Morrison op Rock Werchter 2012
Het tweede deel in een trilogie is zelden het beste – en dan kijken wij ‘Empire Strikes Back’ en ‘The Godfather Part II’ liefdevol door de vingers. Bij Werchters Ideale Schoonzonenavond was dat niet anders: de tussen Ed Sheeran en Milow geprogrammeerde James Morrison, was saai, saai, maar dan ook echt sáái.
Op de planken
Een zevenkoppige begeleidingsgroep had de Brit mee naar de Brabantse weide gesleurd, en die stond plichtsvol present toen Morrison zijn eerste – maar lang niet laatste – applausronde in ontvangst kwam nemen. Zeven goeie muzikanten, zo bleek al snel: of het nu ging om piano, gitaar dan wel drums, het geluid was piekfijn. Eén achtergrondzangeres mocht in ‘Up’ zelfs de plek van Jessie J innemen en deed dat voorbeeldig. Alleen: professionaliteit nam de plaats in van passie, kunde van emotie. Het deed ons allemaal nikser dan niks.
Morrison heeft een warme stem die zachtjes richting trommelvlies glijdt, maar nergens weerhaakjes plaatst: een blanke neger met de ziel van een Simon Cowell. Niet toevallig dus, dat de show eerder klonk als een goeie performance uit ‘Idool’ of ‘The Voice’, dan als een echt concert: nimmer verontrustend, maar even opwindend als een kopje lauw water. Ten bewijze: ‘In My Dreams’ en vooral ‘Beautiful Life’, dat maar blééf duren. ‘Slave to the Music’ was het enige nummer dat al eens oprecht catchy dreigde te worden.
Om kort te gaan: James Morrison is voor de soul wat James Blunt is voor de romantiek: een bloedeloos ersatzmiddel dat het echte spul nog niet benádert. Zoals gras roken als je nog te jong bent om aan de wiet te beginnen. Gewoon niet doen.
Het publiek
Werd verliefd op James Morrison en begon zodanig te zwijmelen dat ze de muziek kennelijk niet meer konden horen.
Het moment
Hilárisch hoe Morrison soms zijn klinkers uitrekt – ààà èèè– zoals in de intro van ‘Broken Strings’: dat Clara Cleymans dáár eens een persiflage van maakt.
Krijsen, tieren, blaten: de festivalcitaten
‘You can’t play our broken strings / You can’t feel anything / That your heart don’t want to feel / I can’t tell you something that ain’t real.’ Dat het voltallige The Barn-publiek deze woorden vanbuiten bleek te kennen, en dat ook liet merken, zorgde alsnog voor een onverwacht Mooi Moment.