null Beeld

Review: My Morning Jacket - At Dawn

Niemand heeft 'm ooit gekocht, maar 't blijft een epische klassieker: 'Time Fades Away', de radeloze live-cd van Neil Young uit de periode dat hij, scheef van de rugpijn en dol van de drank en de pijnstillende poeders, van de ene depressie in de ande...

Marc Coenen

Niemand heeft 'm ooit gekocht, maar 't blijft een epische klassieker: 'Time Fades Away', de radeloze live-cd van Neil Young uit de periode dat hij, scheef van de rugpijn en dol van de drank en de pijnstillende poeders, van de ene depressie in de andere rolde en daar dan meteen godvergeten mistroostige nummers over schreef.

Diezelfde sfeer vonden we terug op 'At Dawn', de tweede plaat van het gemankeerde country-gezelschap My Morning Jacket. Deze groep is een zanger: hij heet Jim James en ziet er, onder ons gezegd en gezwegen, een beetje uit als het dementerende neefje van James Hetfield van Metallica.

Net zoals Neil Young heeft hij de neiging rücksichtlos voor de hoge noten te gaan, waardoor hij soms op aandoenlijke wijze tegen de juiste toon aanschuurt. Eerlijk gezegd: we krijgen er niet genoeg van.

De man verdient zijn dagelijkse bete broods als gerant van een koffiehuis in het diepe hart van Kentucky, maar na zijn nightshift gordt hij de gitaar om en begeeft hij zich met vier nachtbrakende maten aan de Americana.

Songs uit het knekelhuis, gezongen met een stem die zelfs de goorste prairiehond jankend naar huis jaagt. 't Zijn wel échte liedjes: 'Lowdown' is bijvoorbeeld een onder tonnen reverb begraven klassieke popsong met Roy Orbison-beat, en 'The Way That He Sings' heeft iets van het manische en melodische van de vroege REM, een melotron die je het moeras inzuigt incluis. En dat refrein! Hank Williams meets de Jesus and Mary Chain, Sparklehorse met metastasen, Johnny Cash maar dan helemáál gothic: zoiets. Ongeveer.

Op 'Death Is My Sleezy Pony' - dénk ik, want de hoesteksten zien eruit alsof Stephen Hawkins ze hoogstpersoonlijk neergeschreven heeft - demonstreert Jim James hoe een mondharmonica op dit soort songs moet klinken: als een astmatische stoomfluit. Het werkt, want een desolater song staat er niet op de plaat, en het klinkt als Dylan on downers. Maar het wordt nog beter: 'Hopefully' is een kathedraal van een song, en dan zwijgen we nog van 'Bermuda Highway': sneeuw op de Appalachen, meer echo op de stem dan natuurkundig mogelijk geacht mag worden, en een aarzelende tweede stem die vanuit de diepten tot u roept, o Heer.

Het moet niet altijd zo somber: 'Just because' combineert - lichtjes vals gezongen - het beste van de Bodeans met de Tragically Hip, met een venijnige solo als toetje: een hellehond van een song, én pure pop for depressed people. En op 'Phone Went West' proberen ze zelfs, zij het aarzelend, een tegenritme uit: 't klinkt als Bob Marley na drie buisjes valium, maar het klinkt tenminste, en we roepen het bij deze graag uit tot het triestigste liefdesliedje sinds 'I Can't Make You Love Me' van Bonnie Raitt.

Reageren op een artikel, uw mening ventileren of een verhelderend inzicht delen met de wereld

Ga naar Open Venster

Op alle artikelen, foto's en video's op humo.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar redactie@humo.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234