Review: Tom Barman & Guy Van Nueten - Live
Faut le faire! Een stukje tekst van de Joni Mitchell-song 'River' vergeten, daar iets onverstaanbaars overheen brabbelen én er toch weg mee komen: het lukte Tom Barman twee jaar geleden tijdens De Nachten en het lukt hem ook op 'Live'. Meer ze...
Faut le faire! Een stukje tekst van de Joni Mitchell-song 'River' vergeten, daar iets onverstaanbaars overheen brabbelen én er toch weg mee komen: het lukte Tom Barman twee jaar geleden tijdens De Nachten en het lukt hem ook op 'Live'. Meer zelfs, 't is de openingssong en het klinkt meteen als een intentieverklaring: 'Beste mensen, we gaan wat liedjes coveren, en we gaan dat op ónze manier doen.' Het werkt nog ook, want Barman overspeelt maar één keer zijn hand: op 'My Funny Valentine'. Wat hees gesteun: dat is niet de manier om de standard der standards op te poetsen.
Vóór pianist Guy Van Nueten (zie ook wijlen The Sands) de vingers mag strekken, is Barman in zijn eentje al vier songs ver en daar zitten enkele absolute toppers bij. Hoe hij de dEUS-liedjes 'One Advice, Space' en 'Everybody's Weird' nieuw leven inblaast, is ronduit indrukwekkend: lekker uithalend op een akoestische gitaar, terwijl zijn stem elegant weifelt tussen woede en intimiteit. En Barman duikelt uit de dEUS-kelders ook het onterecht vergeten prachtliedje 'Right as Rain' op. De enige nieuwe song is de Magnus-outtake 'Luxury', een tirade tegen hebzucht - méér, méér, méér - die treffend contrasteert met Nick Drakes filosofische mijmering 'Fruit Tree'. 'Fruit Tree' is trouwens dé cover van de plaat, al is de andere song van de Britse doempoëet, 'River Man', met een Van Nueten die het ivoor streelt als de ruggengraat van zijn geliefde, ook niet mis. Er wordt gepraat, gelachen en gefloten op 'Live': dat versterkt de concertsfeer, maar tijdens 'Nothing Really Ends' stoort het gefluister en gerinkel van glazen, vooral omdat de piano zo ver naar de achtergrond is verdrongen dat het bijna lijkt alsof Van Nueten op een casiootje zit te tokkelen. Wat u verder over 'Live' nog moet weten: dat 'Serpentine' zich sensueel door de gehoorgangen slingert, dat Barman zijn liefde voor J.J. Cale met een voortreffelijk 'Magnolia' en dito 'After Midnight' uit, dat 'Little Arithmetics' zich nog meer dan vroeger tegen Crowded House aanschurkt (én een tweede stem mist), dat zelfs Gainsbourg (het hupse 'Le poinçonneur de lilas') een plekje op de cd veroverd heeft, dat 'Memory of a Free Festival' Bowie-waardig is én dat in tegenstelling tot de drie dEUS-cd's 'Live' geen plaat is die levens zal veranderen. Dat hoéft ook niet. Als wij nog in de Sint zouden geloven, dan wisten we wel wat we in ons schoentje zouden willen.