Roken: gedogen of verbieden? Karel De Gucht, Wim Helsen, Julie Van den Steen en anderen in de ban van peuk
Iedereen rookt. Steeds minder mensen tabak, steeds meer anderen van ergernis – om de hinder die ze van de eersten ondervinden. De roker is grof wild, en de jacht is de voorbije weken opgedreven: de sigaret mag niet meer in de voetbalstadions van Club Brugge en Anderlecht, tegen de zomer zijn ook de Zoo van Antwerpen en het Mechelse Planckendael rookvrij.
Luk Joossens de activist: ‘Taksen, taksen en taksen’
Noblesse oblige: geen debat over roken zonder Luk Joossens, wereldvermaard expert tabakspreventie, verbonden aan de Stichting tegen Kanker en de Vereniging van Europese Kankerliga’s, en vorig jaar nog bekroond met een prestigieuze prijs van de Wereldgezondheidsorganisatie.
HUMO Wordt het debat terdege gevoerd, of spelen er te veel oneigenlijke factoren mee?
Luk Joossens (66) «Als een minister van Volksgezondheid daadwerkelijk de volksgezondheid wil verbeteren, móét die het roken aanpakken. Logisch zou zijn dat er, in het begin van de legislatuur van een nieuwe regering, een plan op tafel ligt. In België is het regeerakkoord nu anderhalf jaar oud, en dat plan is er nog steeds niet.
»Nochtans kunnen we uit de beschikbare literatuur gemakkelijk efficiënte lessen trekken. De eerste en belangrijkste: taksen, taksen en taksen. Werkt al-tijd.»
HUMO Vandaag, dinsdag 22 maart, wordt daar een hoorzitting over gehouden in het parlement. Wat wordt er besproken?
Joossens «Er is eindelijk schot in de zaak gekomen. CD&V heeft een plan tegen roken. Groen en SP.A: idem. Zelfs OpenVLD heeft een voorstel gedaan. Maar zij en de N-VA zijn ook de partijen die échte maatregelen op de lange baan willen schuiven.
»Open VLD wil het roken in de wagen in het bijzijn van kinderen verbieden, maar dat heeft vooral een symbolische waarde: omdat de partij van onze minister van Volksgezondheid de afgelopen twintig jaar helemaal níéts heeft gedaan, en omdat coalitiepartner N-VA zich ook nog eens tégen hun maatregel heeft uitgesproken. Het argument: ‘Te moeilijk toepasbaar.’ (Boos) Dat moet je mij eens uitleggen... Er worden toch voortdurend wagens gecontroleerd?
»De N-VA stelt zelf als enige maatregel voor om de minimumleeftijd op te trekken tot 18 jaar – nota bene de enige regel waar de tabaksindustrie zélf voorstander van is.»
HUMO Waarom?
Joossens «De fabrikant zal altijd díé voorstellen steunen die niet efficiënt zijn, of moeilijk te controleren. Of ze zijn voor campagnes waarin met een belerend vingertje gezwaaid wordt: ‘Niet roken, kinderen!’ Maar zo wérkt dat natuurlijk niet.»
HUMO Op welke maatregelen in het buitenland bent u jaloers?
Joossens «In Groot-Brittannië, Ierland en Frankrijk worden vanaf mei alleen nog neutrale pakjes sigaretten verkocht – waarop de merknaam enkel op gestandaardiseerde wijze wordt vermeld, zonder logo’s of commerciële kleuren, en dus weinig aantrekkelijk. Bij ons heeft de cdH dat destijds voorgesteld, maar alle regeringspartijen stemden tegen. De ene omdat het ‘van de oppositie kwam’, de N-VA ‘omdat de tabakssector niet geconsulteerd was.’ Die boot hebben we dus compleet gemist.
»Zelfs Turkije doet het beter dan België. Daar hebben ze onder meer de prijs van sigaretten drastisch verhoogd, en een totaal reclameverbod ingesteld.»
HUMO De standaarduitdrukking ‘roken als een Turk’ is dus niet langer van toepassing?
Joossens «Vroeger rookten de Turken wel degelijk als Turken, maar nu niet meer: er is een duidelijke daling van het aantal mannelijke rokers.
»We stellen ook vast dat het in Frankrijk op bepaalde stranden verboden is te roken. Dat er in de Verenigde Staten voorstellen gedaan worden om het roken te verbieden in private ruimtes, zoals sociale woningen. En in New York is het, geloof ik, verboden te roken op straat. Dat zullen wij in België niet eens voorstellen: daar is het draagvlak te klein voor. En als de meerderheid van de bevolking er niet achter staat, heeft het geen zin.
»Sinds 2004 maken we een rangschikking van de Europese landen, op basis van efficiënte politieke maatregelen tegen het roken. In de recentste publicatie stond België op 13. Terwijl we in 2007 nog op de 8ste plaats stonden. Rond die tijd werd roken op het werk verboden, roken op restaurant, en België kwam – als allereerste in Europa – ook met foto’s op de verpakking van sigaretten.»
HUMO Kunt u in deze discussie begrip opbrengen voor het argument ‘Blijf met je niet-rokende vingers van mijn persoonlijke vrijheid’?
Joossens «Tabak maakt van vrijheid een complete illusie. Wie begint te roken, doet dat bijna nooit uit vrije wil – je wordt verplicht door de groep waartoe je behoort. In het beroepsonderwijs is die druk zelfs zo hoog dat iederéén er gaat roken. Wie verslaafd is – de volgende halte – heeft per definitie ook geen vrije keuze meer. En wie vervolgens een ander in het openbaar laat meeroken, brengt ook nog eens de vrijheid van zijn medemensen in gevaar. Met vrijheid heeft dit níéts te maken, laat staan met blijheid.»
'Ik begrijp dat de sigaret een vijand van de volksgezondheid is, maar voor mij is ze nog steeds een vriendin'
Anne Marie van Veen de longkankerpatiënte: ‘Eén gif tegelijk’
Twee jaar geleden werd de Nederlandse Anne Marie van Veen wakker in de wreedste nachtmerrie van elke roker: longkanker. Sindsdien houdt ze een blog bij over haar ervaringen en sinister op en neer balancerende gezondheid. Ze heeft vier jonge kinderen, ‘een geweldige en heel lieve echtgenoot’, maar is – nadat het een periode relatief goed was gegaan – sinds een maand hervallen.
Anne Marie van Veen (43) «Fantastisch te horen dat het debat opnieuw is gestart in België. In Nederland is men er de laatste tijd ook wel actiever mee bezig, maar onze overheid zou toch veel meer kunnen doen om te voorkomen dat kinderen beginnen te roken... ’t Is een gruwelijke verslaving. Ik heb 24 jaar gerookt en ben pas gestopt op de eerste dag van mijn chemotherapie, op 5 augustus 2014. Blijkbaar kan mijn lichaam maar één gif tegelijk aan, want ik had ineens echt geen trek meer in die sigaret.»
HUMO Hoe vaak hebt u – sinds de diagnose – uw allereerste sigaret vervloekt?
Van Veen «Nooit. Ik was een kind van 15, toen. Op die leeftijd is de kwab tussen je ogen, de prefrontale cortex, nog niet helemaal ‘rijp’: daardoor overzien pubers de gevolgen van hun daden nog niet zo. Als kind wordt het je vaak ook opgedrongen – ‘het is stoer’, ‘anders hoor je er niet bij’. En veertien dagen later ben je verslaafd.
»Veel andere longkankerpatiënten schamen zich wél, hoor ik van mijn arts. Deels omdat veel mensen reageren: ‘O, je hebt longkanker? Dan heb je zeker gerookt?’ Eigenlijk zegt men: ‘Het is je eigen schuld.’ Een borstkankerpatiënt hoort doorgaans: ‘Wat érg voor jou.’ Dat overkomt ons zelden.»
HUMO U blijft er sterk onder.
Van Veen «Het is heel raar, maar als kind zei ik al: ‘Ooit krijg ik kanker’, ook al was daar geen reden toe. Nou, en toen kréég ik het ineens, en dat was bijna een opluchting. De angst dát ik het ooit zou krijgen, was tenminste weg. Uiteraard ben ik tussendoor in het bekende zwarte gat gevallen. Ik heb de dood al naast me zien zitten. Voor hetzelfde geld is het volgend jaar voorbij, maar tot dan – of tot ik me heel ziek voel – hou ik mezelf voor: ik kan elke dag gaan treuren, maar nog beter gebruik ik mijn energie om andere dingen te doen. Als ik mij laat leiden door angst, ben ik nu al dood.»
undefined
'Het begint met een sigaret en niet veel later mag je ook geen biefstuk meer eten waar nog wat vet aan hangt'
Herman Brusselmans de verstokte roker: ‘Antilope met kanker’
Uit de afdeling ‘Quotes’ op de website van Herman Brusselmans: ‘Ik was 9 toen ik mijn eerste sigaret opstak. Ik vond het meteen fantastisch, daarnaast is het ook ongelooflijk lekker. Dat het ongezond is, wil ik nog wel eens zien. Alle dokters zeggen: ‘Je moet stoppen met roken.’ Maar sommigen van die dokters hebben met moeite hun diploma gehaald, dus wie zijn zij om dit soort praatjes te verkondigen?’
HUMO Gisteren hoorde ik iemand de roker omschrijven als ‘de lepralijder van onze samenleving’.
Herman Brusselmans (58) «Er ís een enorme hetze tegen alles wat met roken te maken heeft: steek een sigaret op en je wordt door een groot deel van de bevolking vies bekeken. Men is massaal gaan doen alsof tabak de grootste boosdoener aller tijden is. En als roker voel je je haast vanzelf in die rol van paria gedwongen. Het is waar Editors negen jaar geleden in ‘Smokers Outside the Hospital Doors’ al over zongen: mensen die net buiten een ziekenhuis heel dringend aan een sigaret moeten gaan lurken – het ís een triestig, marginaal gezicht, hè... Maar op zich kan dat me niet schelen.
»Laatst was ik in een hotel in Nederland. Ik was nog maar net binnen of de man achter de balie snauwde: ‘Als je straks in je kamer rookt, is dat 350 euro boete.’ Ik zei: ‘Maar coke snuiven of heroïne spuiten is geen probleem?’ Hij kon er niet mee lachen, maar daar komt het in feite op neer, tegenwoordig.»
HUMO Hebben antirookcampagnes ooit effect op u gehad?
Brusselmans «Nee. Het is destijds begonnen met de ‘Roken is dodelijk’-waarschuwingen op de pakjes, en daarna hebben ze er van die overdreven foto’s op gezet. Neem nu die met dat rokersgebit... Maar ik rook al vijftig jaar, en mijn tanden zien er redelijk oké uit.
»Campagnes werken niet bij mij, omdat ik niet overtuigd hoef te worden. Als ik kón stoppen, had ik dat al lang gedaan. Ik heb alle mogelijke middeltjes al achter de rug. Voor mij is het puur een lichamelijke verslaving. Sommige mensen zeggen: ‘Ik ben gestopt, want ik was het ineens beu, het smaakte niet meer.’ Misschien komt dat bij mij ook nog. Ik begrijp dat de sigaret een vijand van de volksgezondheid is, maar voor mij is ze nog steeds een vriendin.»
HUMO Als ik u over tien jaar opnieuw bel, bent u dus nog altijd een verstokte roker?
Brusselmans «Ik vermoed van wel. Al is het op mijn leeftijd natuurlijk wel Russische roulette: ik heb nu al stents in mijn benen, en ik ben semi-impotent. Ik troost mij met het feit dat er gasten van 90 zijn die hun hele leven gerookt hebben – maar voor hetzelfde geld sta ik morgen in de statistieken bij de sterfgevallen.»
HUMO Jan Fabre maakte ooit een theaterstuk, ‘I Am a Mistake’, met als boodschap: ‘Kunnen roken maakt deel uit van een hogere nood om zich niet te conformeren, niet politiek correct te zijn.’
Brusselmans «Daar heeft het voor mij niks mee te maken. Als ik straks de enige roker in België zou zijn, hou ik er niet mee op – als iederéén zou roken, evenmin. Ik weet dat Jan Fabre geregeld een sigaret opsteekt op plaatsen waar het niet mag, bij wijze van protest. Ik niet. Ik ga mij niet belachelijk maken of mezelf in de kijker zetten. Als het niet mag, mag het niet. Je stopt toch ook voor een rood licht?
»Nu, ik heb wel mijn bedenkingen bij een rookverbod in het voetbalstadion of de dierentuin. Antilopen zijn heel rookgevoelig en krijgen snel longkanker, dat weet ik ook wel – desalniettemin vind ik het belachelijk. Maar ik hou mij in, en haal mijn schade in waar het wél weer mag.»
undefined
Professor Roger Blanpain de fanatieke tegenstander: ‘Zero tolerance’
Roger Blanpain is emeritus professor arbeidsrecht aan de KU Leuven, voormalig senator en al decennia ’s lands meest gedreven verzetsstrijder tegen de sigaret. Uitgangspunt: alleen zero tolerance is goed genoeg.
HUMO Waarom?
Roger Blanpain (83) «Eén. Tabak is vergif, en zou als dusdanig compléét verboden moeten worden. Het bevordert het risico op long-, blaas-, slokdarm- en eierstokkanker.
»Twee. Per jaar worden niet minder dan 72 miljard peuken – 845.000 ton! – in de natuur gegooid. Daar vervuilen ze bodem, water, fauna en flora. Ze hebben een twaalftal jaar nodig om af te breken, en gedurende die hele tijd geven ze nicotine en andere smeerlapperij af.
»Als tabak niet volledig verboden wordt, moet men er – om de niet-roker én de natuur te beschermen – minstens naar streven roken in het openbaar te verbieden. De tabaksindustrie is een machtige lobby, en er worden veel mensen in te werk gesteld – maar de centen die nu naar tabak gaan, worden straks aan iets anders besteed. Daar krijgen dan ook weer meer mensen een job. Dat is dus geen argument.»
HUMO U wil het roken op termijn uit het straatbeeld gebannen zien.
Blanpain «Vroeg of laat zal de politiek daaraan toe zijn. Het aantal slachtoffers is té groot. Ik denk: 5 à 6 miljoen sterfgevallen ten gevolge van de sigaret, per jaar. Hoeveel doden vielen er tijdens de Tweede Wereldoorlog? 20 miljoen – militairen alleen? Welnu, vier à vijf jaar tabak kan men qua slachtoffers dus vergelijken met de grootste oorlog die de wereld gekend heeft. Dus met die rookvrije voetbalstadions en dito dierentuinen gaat het de goede richting uit.»
HUMO Oud-VRT-journalist Jef Lambrecht protesteerde enkele jaren geleden in een opiniestuk in De Morgen ‘tegen een maatschappij die haar leden degradeert tot onverantwoordelijke peuters’. Hij was het beu dat rokers worden voorgesteld als ‘asociale moordenaars van de passief rokende medemens’.
Blanpain «Tja. Het is nochtans juist. Rokers verspreiden gif. Feiten zijn feiten.
»Wie de vrijheid van anderen bedreigt – en ik héb recht op vrije en gezonde lucht – kan en mag niet aanvaard worden. Als iemand zich thuis bezuipt en daarna in bed kruipt, is dat zijn probleem. Als die persoon daarentegen in de auto stapt, moet ik halt kunnen zeggen.»
undefined
Karel De Gucht de rokende politicus: ‘Verbodsmaatschappij’
Vrijheid is het nieuwe toverwoord bij Open VLD, en dus moet iedereen ouder dan 16 die wil roken daar zelf over kunnen beslissen. Behalve wie dat doet in een wagen met kinderen, dus. Dat wil voorzitster Gwendolyn Rutten verbieden. Maar de voormalige minister van Buitenlandse Zaken, Europees Commissaris én leermeester van Rutten Karel De Gucht is het daar niet mee eens.
Karel De Gucht (62) «Let op, ik vind het normaal dat je niet rookt in een auto waarin kinderen zitten. Ik vind het ook normaal dat je niet rookt in een auto waarin volwassenen zitten zonder te vragen of ze daar een probleem mee hebben. En zelf zou ik nooit roken in een auto, om het even wie erin zit. Alleen is het de vraag of je dat allemaal in verboden moet gieten. Een normaal mens rookt niet in een auto met kinderen in, en wie dat vandaag wél doet, zal dat blijven doen, ook als het volgens de wet verboden wordt.»
HUMO Vindt u dat rokers de nieuwe paria’s worden?
De Gucht «Ze zijn het al. En de vraag is: hoe ver kun je dat drijven?»
HUMO Twaalf Europese landen scoren beter dan het onze op het vlak van het terugdringen van roken. Moeten wij dan niet wat meer ons best doen?
De Gucht «Ik ken die studie niet, maar ik heb u gezegd wat ik denk. En dat is: we maken alsmaar meer regeltjes. We hebben er nu ook voor de Zoo en voor het voetbalstadion, en straks voor het voetpad. Waarom verbied je dan ook niet meteen alle auto’s in alle straten? Hun uitstoot is ook ongezond voor wie daar rondloopt.
»Weet u, voeger rookte ik regelmatig sigaren. Nu veel minder. Als ik rook, dan is het als ik alleen ben, en ’s avonds laat of ’s nachts nog met iets bezig ben. Daar stoor ik niemand mee. Ik vind gezondheid ook belangrijk, maar daarom moeten we nog niet allemaal gezondheidsfreaks worden en vooral: we moeten het niet aan anderen opleggen.»
HUMO Vindt u dat we dure medicijnen niet meer moeten terugbetalen aan verstokte rokers?
De Gucht «Ook dat is zeer betwistbaar. Sommige mensen roken één sigaret per dag. Anderen een pakje. Anderen twee pakjes. Waar trek je de grens? Ik vind dat iedereen een persoonlijke verantwoordelijkheid draagt voor zijn gezondheid, maar ik wil niet in een maatschappij terechtkomen die zegt: wie niet alle regeltjes naleeft, mag niet meer meedoen. Het begint met een sigaret en niet veel later mag je ook geen biefstuk meer eten waar nog wat vet aan hangt.»
HUMO N-VA-voorzitter Bart De Wever zegt geregeld dat we meer moeten besparen op de gezondheidszorg. Uw partij antwoordt dan dat dat bijna onmogelijk is. Maar als we het roken kunnen terugdringen, lukt dat toch wel?
De Gucht «Waarschijnlijk wel, maar u mag het mij op tien verschillende manieren vragen, mijn punt blijft hetzelfde: we evolueren naar een verbodsmaatschappij en daar zijn limieten aan. Voor je het weet, gaan ook de verzekeraars zeggen: ‘We verzekeren u niet meer tenzij u zeer gezond leeft.’ Waar eindigt dat? Wilt u in zo’n maatschappij rondlopen? Ik niet! En ik vrees dat u er nog langer in zult moeten rondlopen dan ikzelf. Denk dáár maar eens goed over na.»
undefined
Heleen Debruyne de perfecte rookster: ‘Een vrijblijvende relatie’
Heleen Debruyne is redacteur bij Klara en Chef Vrouwenzaken bij ‘Van Gils & gasten’. Ze heeft, naar eigen zeggen, de perfecte relatie met de sigaret.
Heleen Debruyne (27) «Mijn grootmoeder had op tafel nog een schaal met sigaretten en aanstekers staan. Toen schreef de etiquette voor dat een gastvrouw haar gasten een goeie saf aanbood. Nu is dat ondenkbaar. Ik heb wel nog vage herinneringen aan rokers op restaurant, maar op een trein, bijvoorbeeld, heb ik niemand ooit weten roken.»
HUMO Toen u opgroeide, was er al sprake van rookverboden en ontrading. Maar toch bent u zelf gaan roken?
Debruyne «Op mijn 18de, toen ik ging studeren. Ik weet nog dat ik me had voorgenomen: ‘Ik ga hier niet verslaafd aan worden. Mijn relatie met de sigaret wordt zoals mijn relatie met alcohol: vrijblijvend.’ En dat is me gelukt, ook al vond ik het van bij het begin lekker. Nu rook ik nooit overdag en nooit als ik alleen ben. Ik kom hooguit aan een half pakje per maand – tijdens de Gentse Feesten iets meer. Omdat ik het niet vaak doe, is het effect van een sigaret des te groter. Vergelijk het met een goeie whisky op café.»
HUMO Dat soort gelegenheidsrokers heb ik nooit begrepen.
Debruyne «Valse rokers, bedoel je? Dat hoor ik wel vaker. En toch denk ik dat roken minder een kwestie van noodzaak is dan van gewoonte. Bij vrienden die ‘echte’ rokers zijn, zie ik dat het vooral in hun routine is geslopen. Vaak vinden ze die zoveelste sigaret niet eens lekker.»
HUMO De sigaret wordt steeds meer in de ban geslagen, en de rokers – de echte en de valse – erbij.
Debruyne «Ik heb geen probleem met hogere taksen of het rookverbod in cafés of restaurants, maar we moeten niet te ver gaan. Waarom roken verbieden op een perron? Mijn rokende vrienden gaan nu al ergens in een uithoek staan, waar ze niemand storen. Ze hebben een soort hoffelijkheid ontwikkeld, omdat ze er zich van bewust zijn dat het ongezond is. Jonge rokers gedragen zich al een beetje als zondaars, we hoeven ze dus niet meer aan het kruis te nagelen.»
HUMO Krijgt u soms negatieve reacties als u er eentje opsteekt?
Debruyne «Ja, van mijn vriend. Ik mag hem niet meer kussen als ik gerookt heb. Een verbod dat ik vrolijk aan mijn laars lap (lacht).»
'Er hervallen alles samen genoeg mensen om het gezellig te houden'
Wim Helsen de aarzelende roker: ‘Keigoed in stoppen’
Goede rokerstip uit een Humo van tien jaar geleden: ‘Als mensen lastig tegen je doen, of als ze opzichtig kuchen of klagen – vraag hen of ze last hebben van je sigaret. Als ze zeggen: ‘Jaja, ik heb daar echt veel last van dat jij hier staat te roken,’ dan moet je antwoorden: ‘Je moet niet vragen hoe ík ervan afzie,’ en dan mismoedig voor je uitstaren. Dan laten ze je verder met rust.’ In datzelfde interview vertelde cabaretier Wim Helsen ook over hoe hij er op zijn 30ste in was geslaagd de peuk 4,5 jaar lang links te laten liggen en hoe hij daarna – spijtig! spijtig! spijtig! – opnieuw begon. Tot nu.
HUMO Je bent nu 47. Hoe vaak hebt u de voorbije zeventien jaar gepoogd te stoppen?
Wim Helsen «Ik ben gestopt met tellen, maar het moet een keer of acht, negen zijn. Er zat weleens een poging van een maand tussen. Het probleem is: pogingen helpen niets. Je moet een besluit nemen, en het dan gewoon dóén.
»De allereerste keer ging dat moeiteloos. Ik had dat boek van Allen Carr gelezen; het deed me inzien dat het een illusie is dat je van sigaretten geniet. Een enorme eyeopener. Ik wou toen ook écht stoppen, en liet mij gewillig brainwashen. Na een paar jaar ben ik er dus opnieuw in gerold, maar ik dacht: ‘Dat is niet zo erg, want ik ben keigoed in stoppen.’ Helaas: vanaf de tweede keer werkte dat boek niet meer.»
HUMO Wanneer nam u zich het recentst voor om te stoppen?
Helsen (twijfelt) «Eh, nu nét. Ik denk dat ik er vandaag mee ophoud.»
HUMO U meent het.
Helsen «Echt. Gisteren vertelde je me aan de telefoon dat dat vorige Humo-stuk – toen ik op de cover stond met twintig sigaretten in mijn mond – al tien jaar oud is, en daar schrok ik van. Ik wil opnieuw stoppen, en het liefst vandaag nog.»
HUMO Hebben rookverboden ooit invloed gehad?
Helsen «Helemaal niet, want ik heb geen problemen met rookverboden. Ik vind het zelfs aangenaam. Zeker als er een duidelijke afspraak is, zoals op vliegtuigen. Als er écht niet gerookt mag worden, kan ik het zonder moeite laten. Maar als er een vage, gedoogachtige sfeer hangt, als er mogelijkheden zijn om een uitweg te vinden, wordt het moeilijk.»
HUMO Zijn er open ruimtes waarvan u vurig hoopt dat ze niet óók nog rookvrij worden?
Helsen «De allerbelangrijkste plek die ik – als roker – gevrijwaard wil zien, is het caféterras. In de zomer gezellig iets gaan drinken, sigaretje erbij: als dát ook niet meer mag, zou dat er diep inhakken, denk ik. Ik denk ook niet dat een rookverbod in parken of op straat mensen zal doen stoppen met roken. Al wordt het wél interessant om te zien in wat voor bochten rokers zich dan zullen wringen.»
HUMO De nadelen kennen we, maar durft u de voordelen van het roken nog op te sommen? Of is dat van een vrijpostigheid die de roker-paria zich niet meer kan veroorloven?
Helsen «Ik denk niet dat roken voordelen hééft. (Denkt na) Maar ik vind het wel aangenaam om, als ik op restaurant of café zit, tussendoor even naar buiten te gaan. Ik ben soms rusteloos, en dan is roken een gemakkelijk alibi om je af te scheiden van het gezelschap. Als ik straks niet meer rook, wat dán? Ik weet niet in welke mate het sociaal aanvaard is om zonder sigaret enkele minuten buiten te gaan staan. Mogelijk doe ik voor het gemak alsof ik nooit gestopt ben.»
HUMO Vermoedelijk weet u zich in uw omgeving door steeds minder rokers omringd?
Helsen «Klopt. Maar velen die zogezegd gestopt zijn, komen nog vaak sigaretten bietsen – een daad waar ik tegelijk veel sympathie en medelijden bij voel. Er hervallen alles samen genoeg mensen om het gezellig te houden.»
'Een borstkankerpatiënt hoort doorgaans: 'Wat érg voor jou.' Dat overkomt iemand met longkanker zelden'
Ignaas Devisch de bio-ethicus: ‘Heksenjacht’
Verdient de roker zijn teerbruine stigma, of wordt hij onnodig hard in het verdomhoekje geduwd? We steken ons licht op bij Ignaas Devisch, professor ethiek en medische filosofie aan de Universiteit Gent en de Arteveldehogeschool.
HUMO Zijn we van de roker een paria aan het maken?
Ignaas Devisch «Het valt in elk geval op hoeveel sterke emoties het debat over roken teweegbrengt. Natuurlijk is roken schadelijk – die discussie is al lang beslecht – maar waarom wordt precies dát zo sterk geviseerd? Als we in de open ruimte alle factoren zouden meten die de gezondheid van bijvoorbeeld kinderen schade toebrengt, komt luchtvervuiling volgens mij op de eerste plaats. Alleen gaan we daar op een andere manier mee om. We vinden het blijkbaar minder erg om elke dag in ellenlange files te staan, tussen duizenden auto’s die fijn stof de lucht in blazen en onze gezondheid beïnvloeden – of beter: díé discussie wordt nauwelijks gevoerd.
»Ik heb de indruk dat roken een symbooldossier is geworden, waarop alle kwaad wordt geprojecteerd. We moeten niet vervallen in de volstrekte marginalisering van de roker, alsof die alleen een sigaret opsteekt om anderen schade toe te brengen, alsof zijn verslaving één van de grootste misdaden ter wereld is. Want dat is dus al een beetje aan de gang: de roker wordt scheef bekeken.
»Ik denk dat we er goed aan hebben gedaan om roken te verbieden in cafés en restaurants – en dat de publieke opinie daar vlot in meegegaan is – maar als het over de open ruimte gaat, stel ik me de vraag: wordt dit geen heksenjacht?»
HUMO Ander voorbeeld: het Riziv besloot onlangs om het dure longfibrosemedicijn Ofev niet terug te betalen aan wie niet ophoudt met roken.
Devisch «Onze sociale zekerheid is gebouwd op het principe: ‘Iedereen heeft recht op gezondheidszorg.’ Dat betekent echter niet dat we de plicht hebben om voor onze gezondheid te zorgen. Het klinkt heel plausibel om dat laatste tegen te spreken en te eisen: we moeten wél voor onze gezondheid zorgen. Maar gaan we mensen in dat geval ook verzorging ontzeggen als ze te veel drinken? Als ze er een verkeerd voedingspatroon op nahouden, niet genoeg sporten of anderszins niet aan het perfecte gezondheidsmodel voldoen? En wat als iemand te snel met de fiets rijdt en valt: ook dát is risicogedrag. Op den duur mondt die visie uit in het principe: ‘Iedereen zorgt voor zichzelf.’ En dan dreigen we ook het kernprincipe van onze sociale zekerheid onderuit te halen.
»Natuurlijk: als medicijnen niet zouden wérken als mensen blijven roken, is dat een ander verhaal. Dan is het duidelijk: niet terugbetalen. We moeten geen geld weggooien. Maar in het geval van Ofev is dat helemaal niet bewezen.»
undefined
Julie Van den Steen de jonge generatie: ‘Niet meer sexy’
Julie Van den Steen zetelt dagelijks in de ochtendshow van Peter Van de Veire op MNM. Ze rookt zéér uitzonderlijk, zoals veel van haar generatiegenoten, tegen beter weten in.
Julie Van den Steen (23) «Ik begrijp wel dat ze roken willen verbieden in de auto met kinderen op de achterbank. Als kind vond ik het zó vervelend dat mijn moeder op weg naar school altijd een sigaret opstak. Als kind begrijp je ook niet waarom je ouders roken. Ik vroeg de mijne wel vaker naar de reden. ‘Het is te laat voor papa en mama,’ zeiden ze dan, ‘maar jij moet er nooit aan beginnen.’»
HUMO U bent opgegroeid met het idee dat roken vies is.
Van den Steen «Zoals iedereen in mijn vriendenkring, denk ik. Gaan we in de winter met z’n vijven op café, dan gaan er misschien één of twee in de loop van de avond één keer naar buiten om in de kou een sigaret te roken. De rest denkt: ‘Onnozelaars!’, en blijft lekker binnen.
»Ik rook zelf af en toe. Steek ik er eentje op, dan krijg ik wel vaker vreemde blikken: ‘Wat doe jij nu? Je weet toch dat dat slecht is!’ Bij mijn generatie zit het ingebakken dat een sigaret een kankerstok is. Wie rookt, hoort zich te schamen. Je hoort ook te weten wanneer je zult stoppen. Het zijn vaak dezelfde twee argumenten: ‘Ik stop als ik zwanger ben.’ Of: ‘Ik stop als ze de prijs van een pakje optrekken naar 6 euro.’ Ik zou zelf ook nooit een rokende mama willen zijn.»
HUMO Waarom hebt u ooit die eerste sigaret opgestoken?
Van den Steen «Omdat ik een gigantische meeloper was. Met wat vriendinnen hadden we een sigaret gepikt van papa. En dan maar proberen te inhaleren. Natuurlijk heb ik toen moeten overgeven, maar kennelijk had ik mijn lesje toch niet geleerd: niet veel later gingen we naar een fuif en daar heb ik toch weer een sigaret opgestoken, omdat ik een vuurtje wilde gaan vragen aan de knappe jongens. Stomme reden. De pubers van vandaag zien het wellicht al anders: een meisje dat rookt, is nu wellicht een gigantische afknapper. Roken is niet sexy meer.»