Ros bloed sjot goed: Kevin De Bruyne, portret van een kampioen
Met voetbal in het hoofd geboren: anders valt de gedrevenheid van Rode Duivel Kevin De Bruyne (24) niet te verklaren. Vader Herwig: ‘Hij had als kind al een droom, en weigerde die uit handen te geven.’ Van Gent over Genk via Wolfsburg naar Manchester: op zoek naar het geheim achter de prestatiedrang van de rosharige balkunstenaar.
'Al op je 15de zeggen waar je naartoe wil, en dat dan vlekkeloos uitvoeren: ik vind dat sterk'
Het is 1997, en een kleine jongen is boos. Rood aangelopen beent hij het voetbalveld af, recht naar de kleedkamer. Daar wil hij helemaal in zijn eentje het onrecht verbijten dat hem net op de kop is gevallen: de duiveltjes van KVV Drongen hebben hun wedstrijd verloren.
Rudy Schelstraete «Meteen wisten we wie Kevin De Bruyne was: een jongen die weigerde om te verliezen. Toen al had hij die winnaarsmentaliteit, en toen al was hij verliefd op de bal.»
Rudy Schelstraete is de allereerste coach van De Bruyne. Hij traint de duiveltjes – op dat moment de jongste leeftijds-categorie.
Schelstraete «Je moet die kleine jongens natuurlijk vooral leren samenspelen. Het moet in de eerste plaats plezierig zijn, en een beetje pedagogisch verantwoord – nieuwe Pelé’s selecteren is niet wat je hoort te doen als trainer van een groepje 6-jarigen. Maar ik bleef natuurlijk ook een voetballiefhebber, en dus genoot ik wel van die kleine wittekop die al eens een dribbeltje uit z’n schoenen toverde. Als hij aan de bal kwam, gebéúrde er iets – dat zagen de andere kinderen ook. Kevin leek op zijn 6de – op zijn 5de, eigenlijk, want een half jaar voor dat strikt genomen mocht, lieten we hem al meespelen – al een kleine volwassene: tweevoetig, een heel goed schot, en snél!»
Herwig De Bruyne, de vader van Kevin, wordt al snel de ploegafgevaardigde.
Herwig De Bruyne «Mijn vrouw en ik zagen natuurlijk wel dat Kevin beter was dan de andere jongens. Maar veel belang hechtten we daar niet aan. Wij waren vooral blij dat hij zich amuseerde met zijn vriendjes. Dat hij het snel hogerop moest zoeken, kwam helemaal niet in ons op – wij dachten dat zo’n klein manneke net gebaat was bij een veilige, warme omgeving. Het waren anderen die ons erop wezen dat het niet lang zou duren voor de scouts van de grote clubs voor onze deur zouden staan. En inderdaad: aan het einde van Kevins eerste seizoen was AA Gent er al. Wij vonden een overstap nog niet nodig en lieten hem nog een jaar in Drongen voetballen. Maar de mensen van Gent stonden er al redelijk snel terug (lacht).»
Schelstraete «In dat tweede jaar trainde Kevin al één keer per week bij AA Gent. Dat vond hij zelf prima zo: de belofte van iets groters bij Gent, de warmte van zijn vriendjes bij Drongen. Maar dat was niet lang houdbaar. Het spreekt voor zich dat in Gent alles professioneler was: de accommodatie, de trainingen, de begeleiding.»
undefined
De Bruyne «En natuurlijk vraag je je dan af of dat wel de bedoeling is, zo’n kleine jongen al onderdompelen in een omgeving waarin presteren centraal staat. Maar eigenlijk was er helemaal geen probleem. Kevin was zélf helemaal gefocust op presteren. Als hij al druk voelde, kwam die van hemzelf – niet van de buitenwereld. En dat is vandaag nog altijd zo.»
Op dat moment al hebben zijn ouders de krijtlijnen duidelijk gemaakt. De Bruyne mag zijn passie achternagaan, zolang hij maar op z’n 18de met een reservesleutel thuiskomt: een diploma van de middelbare school.
De Bruyne «Kevin was een heel levendig kind. Je kon hem niet een uur voor de televisie parkeren: hij wilde buiten zijn. Fietsen, voetballen – alles waar veel beweging in zat. Het moest vooruitgaan. Eén keer heeft hij gepolst of hij geen PlayStation kreeg, want al zijn vrienden hadden er eentje. We vonden dat niet nodig, hij had per slot van rekening een computer waar hij spelletjes op kon spelen. En dat was dan dat: hij heeft het geen tweede keer gevraagd. Omdat hij eigenlijk geen PlayStation wilde: hij wilde zélf met de bal spelen.»
Puberen in Limburg
In 2005 – De Bruyne is dan 14 – klikt het niet met een trainer. En er is interesse van een ambitieuze familieclub: Racing Genk wil hem. De Bruyne trekt naar Limburg.
undefined
undefined
'AA Gent haalde Kevin weg bij Drongen, daarna ging het richting Racing Genk: het klikte niet met een trainer, en er was interesse van een ambitieuze familieclub.'
De Bruyne «Kevin koos voor de moeilijkste optie. Je wilt je zoon in zijn tienerjaren alles meegeven wat hij nodig heeft, je wil het grote baken zijn, maar hoe doe je dat als hij aan de andere kant van het land zit? We beseften dat we hem vanop afstand zouden opvoeden.»
In zijn eerste jaar bij Genk gaat De Bruyne op internaat.
De Bruyne «Daar zaten veel kinderen van zelfstandigen met een drukke zaak, en jongens met opvoedingsproblemen. Kevin viel daar wat buiten: hij leefde volgens een ander regime. School, trainen, ’s avonds laat nog snel huiswerk maken en dan slapen: dat was zijn leven. Hij had nauwelijks contact met de andere jongens. Dat klopt natuurlijk niet voor een jongen van 14: het was zijn moeilijkste jaar. Maar: hij beet door. Als we hem voorstelden om eens een weekje thuis te blijven, weigerde hij dat. Kevin had een droom, en hij weigerde die uit handen te geven.»
Willy Mraz heeft dat goed begrepen. Hij vadert op dat moment over een gastgezin waar twee andere jeugdspelers van Racing Genk in ondergebracht zijn, en voelt hoe moeilijk De Bruyne het heeft in het internaat.
Willy Mraz «Ik nam Kevin een paar keer mee naar huis, en ik voelde hoe hij genoot van die zachte, familiale sfeer. Algauw werd het een gewoonte dat ik hem elke woensdag en elke vrijdag uit het internaat ging halen. Op vrijdagavond sliep hij bij ons, want zaterdag had hij een wedstrijd – en daarna kon hij met zijn ouders mee naar huis.»
Na dat oncomfortabele jaar in het internaat wordt De Bruyne ondergebracht in een gastgezin. Niet dat van Mraz, maar hij blijft er wel kind aan huis.
undefined
Mraz «Bij mij verbleef hij als die mensen op vakantie waren, of als er even geen opvang mogelijk was. We gingen samen naar de Italiaanse en Spaanse tavernes tijdens het wereldkampioenschap van 2006. De sfeer was geweldig. Ik herinner me nog hoe hij zei, een beetje glunderend: ‘Dat wil ik ook ooit meemaken, Willy.’ (Trots) Het is hem gelukt, hè – en nog geen klein beetje.»
De Bruyne «Dat systeem met gastgezinnen werkte goed, je kunt Genk daar niet genoeg voor prijzen. Maar het is natuurlijk nooit ‘thuis’. Hoe warm ook: je komt in een gezin terecht dat anders functioneert dan je eigen nest.»
De Bruyne verblijft uiteindelijk in twee gastgezinnen – met het ene klikt het, met het andere niet.
Mraz «Het is geen exacte wiskunde, zoiets. Het gastgezin moet zich aanpassen, de jongen ook. En dan lukt het of lukt het niet. Ik heb ooit zelf een jongen in huis gehad met wie het niet klikte. Als pleegouder kun je een vervanging zijn voor de ouders, maar je wordt nooit de échte vader of moeder. Tegen heimwee, bijvoorbeeld, valt niet op te boksen. Want onderschat de grote stap niet die Kevin toen heeft gezet: in je prille tienerjaren in je eentje van Oost-Vlaanderen naar Limburg verhuizen, dat is wat, hoor.»
Na dat onwennige eerste jaar herrijst de nu 15-jarige De Bruyne: hij gaat met veel schwung voetballen, en vindt zijn schik in het dagelijkse leven.
Mraz «Kevin wist toen al heel precies wat hij wilde: voetballen, en wel zo goed mogelijk. Hij was monomaan, ook in zijn vrije tijd. Gewoon eens een film zien, dat wilde hij niet. Het moest sport zijn, en dan nog het liefst voetbal. We keken vaak samen, en dan was ik altijd weer onder de indruk. Hij legde me dingen uit over de tactiek van een team waar ik zelf nooit zou zijn opgekomen.»
De Bruyne «Ik denk dat hij geen puberteit heeft gehad. Hij zat toen al in die gekke parallelle wereld van de topsport. Op school – ook daar volgde hij topsport – moest hij voortdurend trainen, en ’s avonds bij Genk deed hij hetzelfde. Dan is er gewoon niet veel ruimte voor de twijfel en de wispelturigheid die bij een normale puberteit horen. Kevin wilde het ook niet anders: zijn hoofd stond naar voetbal, en naar voetbal alleen.»
undefined
undefined
'Vader Herwig De Bruyne: 'Kevin kon die periode bij Chelsea heel beredeneerd benaderen. 'Goed, dat zal hier niet lukken. Laat ik dan maar gewoon een andere club zoeken.''
Stijn Indeherberge «Ik denk dat hij wel een klassieke puberteit gekend heeft, hoor – met alle pijntjes, kwaaltjes en momenten van onoverwinnelijkheid die daarbij horen. Maar het is waar: altijd met de rem op. In die tijd dronk Kevin bijvoorbeeld geen alcohol.»
Stijn Indeherberge is nu het hoofd van de medische staf van Racing Genk. In 2008 maakte hij samen met De Bruyne de overstap naar de A-kern – Indeherberge als kundige arts, De Bruyne als jongen die weleens een balletje juist zou kunnen trappen voor de ploeg.
Indeherberge «Jonge gasten die bij de A-kern komen, hebben vaak de neiging om met de oudere jongens mee te gaan feesten. Maar dat interesseerde Kevin niet – hij wilde alleen voetballen met die gasten.
»Vanaf dag één bij de A-kern was hij op het veld aan het coachen. Kevin schrok er niet voor terug om gasten te corrigeren die twee keer zo oud waren als hij. Elyaniv Barda was toen de ster van Genk. Als hij die in z’n ploeg had tijdens een partijtje op training, en Barda liep niet waar hij volgens Kevin moest lopen, dan zei hij dat gewoon. Dat was geen statement van een ongeduldige rebel, of een geval van jeugdige overmoed. Nee, in het hoofd van Kevin was dat pure logica: dat partijtje winnen was op dat moment het allerbelangrijkste ter wereld, en als hij daarvoor anderen moest corrigeren, dan deed hij dat uiteraard. (Glimlacht) Hij kreeg natuurlijk veel naar z’n kop, maar dat weerhield hem er niet van om het te blijven doen.
»Ik hou wel van dat soort sterke persoonlijkheden. Op een bepaald moment werd bij Kevin klierkoorts vastgesteld. Hij moest een maand of drie aan de kant: 22 uur per dag rusten. Dat is een onmogelijke opdracht voor iemand als Kevin, hè. Maar we hadden een vertrouwensband, en hij heeft toen nauwgezet mijn advies opgevolgd.»
undefined
'Kevin leek op zijn 6de al een kleine volwassene: tweevoetig, een heel goed schot, en snél!'
Bij de profcarrière van De Bruyne hoort uiteraard een makelaar – zijn belangen worden verdedigd door Patrick De Koster.
Patrick De Koster «In ons eerste gesprek zei Kevin niets. Letterlijk: niets. Het was zijn vader die het woord voerde, en hij zat er stilletjes bij. Kevin onderging alles, en ik dacht dat ik te maken had met een heel timide jongen. Pas veel later heb ik beseft dat het iets anders was. Het interesséért hem gewoon niet, heel die zakelijke kant die bij voetballen op niveau komt kijken. Hij wil gewoon spelen.»
Ook nu nog is het de makelaar van De Bruyne die samen met zijn vader de financiële belangen behartigt.
De Koster «Het gros van de extrasportieve zaken wordt door mij geregeld. Ik doe ook de financiële onderhandelingen, maar ik geef Kevin geen advies over wat hij met zijn geld moet doen. We werden ooit benaderd door Optima: die bank had ons allerlei interessante voorstellen te doen. Ik heb dat toen afgewimpeld: ik vond het te riskant om Kevin in een bepaalde financiële richting te duwen. Je begrijpt dat ik daar vandaag héél blij om ben.»
undefined
'Als hij wat rood begon aan te lopen en er een donkere gloed in zijn ogen kwam, wist ik: het potje is aan het overkoken'
Man van de match
De echte wereld lonkt: De Bruyne wordt in 2012 ingelijfd door het grote Chelsea – hij mag het seizoen nog uitdoen bij Genk. Daarna wordt hij uitgeleend aan Werder Bremen. Wanneer De Bruyne in 2013 eindelijk mag starten in het shirt van zijn gedroomde werkgever, met José Mourinho als trainer, doet hij dat op z’n De Bruynes: punctueel.
De Koster «Hij werd meteen uitgeroepen tot man van de match – en daar wordt ginds veel belang aan gehecht. Maar de volgende wedstrijd, 0-0 op Manchester, was niet zijn beste partij. En plots verdween Kevin uit de kern, zonder uitleg. Terwijl Mourinho in de pers wel luid riep dat hij slecht trainde en te weinig inzet toonde. Maar kijk eens bij Werder Bremen, bij Wolfsburg, bij Manchester City, bij de nationale ploeg: ik denk dat het wel duidelijk is wie toen het gelijk aan zijn kant had, niet?»
Maar voor het eerst in zijn carrière loopt het dus niet zoals gepland voor De Bruyne.
De Koster «Dat gesteggel met Mourinho, dat was zijn moeilijkste periode. Ik ben toen vaak bij hem geweest en heb intensief op hem ingepraat: ‘Je moet het ongelijk van die trainer bewijzen!’ En dat heeft hij gedaan, op de manier die geheel de zijne is: niet met woorden, wel met daden.»
De Bruyne «Kevin kon dat heel beredeneerd benaderen. ‘Goed, dat zal hier niet lukken. Laat ik dan maar gewoon een andere club zoeken.’ Hij zag dat ook helemaal niet als een nederlaag.»
undefined
undefined
'Er zit geen agressie in zijn spel, en nauwelijks in zijn houding. Iemand als Marouane Fellaini deelt haast elke wedstrijd een elleboog of een kopstoot uit, hè.'
De Bruyne wordt verkocht aan het Duitse Wolfsburg, laat de zon in Duitsland wat pronter schijnen, en wordt in 2015 gulzig weggehapt door Manchester City.
Daar is intussen alle twijfel weggegomd: Kev is god – toch tenminste voor de helft van de stad. En hij moet het koninkrijk België nu maar eens leren hoe dat proeft, te veel euforie in je bloedbanen.
De Bruyne «Kevin heeft nooit gedweept. Als Jean-Marie Pfaff op twee meter van hem stond, kom hem dat niets schelen. Dan vroeg hij zich gewoon af: ligt hier ergens een bal, en is hier ook een veldje?
undefined
undefined
'In Manchester is Kevin god, of toch voor de helft van de stad.'
»Zijn eerste wedstrijd met Bremen was in Dortmund, in dat stadion van 84.000 man. Mijn vrouw en ik stonden versteld: zo imponerend. Onze zoon in dat gigantische stadion! Maar Kevin had dat nauwelijks gezien. ‘Het was een matchke voetbal, pa.’ (Peinzend) Hij kijkt alleen naar de bal.»
Mraz «Dat was al zo toen hij 15 was. Hij had toen al die ongelofelijke hang naar perfectie. Al zo jong zo nauwkeurig kunnen zeggen waar je naartoe wil, en dat vervolgens vlekkeloos uitvoeren: ik vind dat behoorlijk sterk. Er waren weleens jongens uit zijn ploeg die openlijk zeiden dat hij overdreef. Dat een beetje je best doen ook wel oké was, maar dat het allemaal niet zo maniakaal hoefde. Maar Kevin wilde die speelsheid niet. Zodra hij op een voetbalveld stond, was er alleen ernst. En kijk nu.»
undefined
Maar wat is er dan van de mythe van de boze De Bruyne – hoeveel is er nog overgebleven van het jongetje dat twee decennia geleden chagrijnig het veld van Drongen verliet?
Mraz «Hij maakte zich alleen maar boos op het voetbalveld. Op training, in de wedstrijd: daar kon hij niet verliezen. En naast het veld was hij ook vastbesloten: ja was ja, en nee was nee. En dat kreeg je niet omgebogen. Maar agressie in het dagelijkse leven? Nooit. Op het veld zag ik het wel gebeuren, natuurlijk. Ik herkende de signalen: als hij wat rood begon aan te lopen, wat stuurs begon rond te lopen, en vooral als er een donkere gloed in zijn ogen kwam, wist ik: het potje is aan het overkoken.»
undefined
De Koster «Analyseer de matchen van Kevin eens tot in de details: er zit geen agressie in zijn spel, en nauwelijks in zijn houding. Iemand als Marouane Fellaini deelt haast elke wedstrijd een elleboog of een kopstoot uit, hè.»