Ryan Gattis - Zes dagen
In onze reeks ‘verliteratuurde zegswijzen’ zijn we toe aan ‘de katjes in het donker knijpen’, dankzij ‘Zes dagen’ (Nijgh en van Ditmar), de nieuwe van Ryan Gattis. De tijdspanne uit de titel is die van de Los Angeles-rellen van ’92. De vrijspraak van de agenten die van Rodney King een kreupele hadden gemaakt, was de vonk die een onder rassenspanningen kreunende stad in de hens zette, en waarbij officeel 53 mensen om het leven kwamen. Worden evenwel nooit meegeteld: díé moorden die in dezelfde periode elders in de stad werden gepleegd, volstrekt straffeloos vanwege een gebrek aan politie in de buurt. Volgens Gattis waren het hoogdagen voor straatbendes en wraakengelen. ‘Letterlijk alle wouten in de stad zijn nu ergens anders, het jachtseizoen is officieel geopend op elke stomme eikel die ooit ergens mee is weggekomen.’ ‘Zes dagen’ vangt aan met de beestachtige moord op Ernesto, een onschuldige taco-kok die wordt afgeslacht omdat zijn broers bendeleden zijn. Volgt: een resem fictieve, aan elkaar gesnoerde slachtpartijen.
Gattis focust voornamelijk op de latinobuurt Lynwood, maar zoomt af en toe ook uit: hij probeert de ziel en onderbuik van de stad te vatten. En mede daardoor wordt het boek wel vergeleken met de vroege films van Guy Ritchie: snelle montage, ultrageweld en de stad als extra personage.
Maar de schrijver verslikt zich in zijn ambities en vertelstandpunten. Hij tracht zó veel moordpartijen en toevallige ontmoetingen in zijn verhaal te verwerken, dat hij zich in zijn haast soms beperkt tot aan het papier klevende stereotypes en clichés. De voorbereidende research van Gattis was naar verluidt van giganteske proporties, en ironisch genoeg doet ook dat het verhaal geen goed: door te veel informatie te krampachtig in de dialogen te verwerken, gaat er een uitleggerige, blaaskakerige air hangen rond scènes die rauw en hyperrealistisch bedoeld zijn.
Kort: ‘Zes dagen’ heeft een premisse die deugt, snijdt af en toe diep, maar stijl en inhoud slaan bovengemiddeld vaak als kut op Dirk. Waarmee we bij onze volgende uitdrukking zijn beland. Volgende week weer!