Santana (Sportpaleis)
Santana speelde 'Samba Pa Ti', halleluja!
Ik ben een nineties kid. Dat betekent dat ik een lange tijd in de waan was dat Santana een besnorde producer van commerciële zomerhits was. Je kunt de shock wel voorstellen toen ik voor de eerste keer naar de film ‘Woodstock’ keek. Daar stond opeens een Mexicaan alles genadeloos kapot te shredden in een onweerstaanbare rocksong met Latijns-Amerikaanse tinten. Wie was die man met de bos krullen? Waarom klonk hij als niemand anders op het ultieme festival der liefde? Sindsdien lach ik niet meer met Santana, zelfs al vind ik sommige van zijn keuzes bedenkwaardig – Pitbull, werkelijk?
Santana opende de avond met dat Woodstock-nummer: ‘Soul Sacrifice’. Boven zijn hoofd verschenen de oude beelden van Woodstock. Carlos zag er in zijn maagdelijk witte pak een pak ouder uit dan die knul in zijn zwart marcelleke, maar zijn gitaarspel klonk bij momenten even onstuimig als 49 jaar geleden. Je moet weten: een gitaar spreekt áltijd de waarheid. Carlos had er zin in en dat hoorde je.
Tijdens de eerste helft van het optreden kregen we Carlos de Geestverruimende Rocker te horen. Drie nummers van debuut ‘Santana’ uit 1969 werden gevolgd door drie nummers uit zijn misschien wel beste album ‘Abraxas’ uit 1970. Via een paar welgemikte covers – ‘Right On’ van Marvin Gaye en ‘Umi Says’ van Mos Def prachtig gezongen door ene Ray Greene – belandden we bij die andere Santana: Carlos de Feesthitmaker. Tijdens een sensueel en traag lied genaamd ‘Mona Lisa’ (aan de superfans: werd dit nummer ooit opgenomen, want ik vind nergens een studioversie?) leerde Santana de mannen hoe ze hun vrouw gelukkig moeten houden en vice versa. Waarna hij de security aanraadde om niet in te grijpen als mensen hun stoeltjes verlaten: ‘Zonder hen heb je geen job, ik ook niet. Dus zit er maar één iets op: met hen meedansen!’ En dan deed ‘Maria Maria’ de boel finaal ontploffen.
Na elk nummer leek het twee graden warmer te worden in het Sportpaleis. Aan het Santaanse strand werden cocktails geserveerd met tot de verbeelding sprekende namen. ‘Black Magic Woman/Gypsy Queen’ bestond uit Cubaanse rum, fris limoensap en een drupje vergif. ‘Jingo’ was een oud brouwsel geïmporteerd uit Nigeria. ‘Foo Foo’ was tequila recht uit de fles. En het stomende ‘Toussaint L’Overture’ was een TGV: een mengsel van tequila, gin en vodka.
En dan was er nog ‘Samba Pa Ti’. Santana bokst elk optreden een nieuwe setlist in elkaar, waardoor covers soms de voorrang krijgen boven zijn eigen klassiekers. Volgens de statistieken was de kans dan ook groter dat Santana een lied van Jimi Hendrix speelde dan ‘Samba Pa Ti’. Maar kijk, wij Belgen waren dikke gelukzakken, want hij speelde ‘Samba Pa Ti’ en nam er ook zijn tijd voor. Zelden verkondigde iemand zo overtuigend z’n liefde zonder een woord te zeggen. Harten smolten en huwelijksgeloften werden hernieuwd, vrijdagavond in het Sportpaleis. En dat terwijl zijn vrouw Cindy Blackman achter het drumstel zat.
Klachten? Een paar. Het Sportpaleis bewees nog maar eens dat het geen Muziekpaleis is: bassen dreunden waardoor de zang en het gitaarspel soms in het gerommel verdwenen. En op het einde werkte de opeenstapeling van solo’s afstompend. Santana gunde elk bandlid een moment in de spotlight: een mooi gebaar, maar dat betekende ook dat er acht individuele solo’s in het laatste kwartier werden gepropt.
Maar ah, hoor mij nu klagen over solo’s tijdens een optreden van Santana. Van alle bands op Woodstock – Sly & The Family Stone, CCR, The Band, Janis Joplin, Jimi Hendrix, Jefferson Airplane – is hij een van de allerlaatste survivors. In Antwerpen maakte hij duidelijk dat hij nog lang niet bejaard is.
Quote
‘Normale mensen maken me zenuwachtig. Ik wil dat jullie gek worden. Want als je gek wordt, ben je plots weer zeven jaar oud.’
Tweet