ReportageVerloren schooljaar
Scholen dicht, toekomst weg: Keniaanse kinderen zitten al hele jaar thuis
In Kenia ontstaat een ‘coronageneratie’. Kinderen die een heel schooljaar missen, omdat de regering de scholen rigoureus sloot toen de pandemie uitbrak. Kinderen die misschien ook hun school nooit meer afmaken, omdat hun kans is verkeken.
Toen in maart het coronavirus Kenia bereikte, nam de regering geen halve maatregelen: drie dagen na de eerste officiële besmetting gingen alle scholen dicht. Er werd een streep door het hele schooljaar gezet. In 2021 moeten leerlingen het jaar overdoen, zo luidde de boodschap. Weinig landen in de wereld gooiden hun onderwijssector zo diep in het slot.
Nu heropent Kenia toch alvast wat leslokalen, vooral voor examenkandidaten, want zelfs de virusbestrijders van de Wereldgezondheidsorganisatie waarschuwden voor de desastreuze gevolgen van de Keniaanse coronamaatregelen: door de radicale schoolsluiting dreigen meer dan 15 miljoen kinderen van hun toekomst te worden beroofd. Maar ondanks de voorzichtige heropening ontstaat er een ‘coronageneratie’: een groep van gedwongen schoolverlaters, zoals kinderen wier ouders als gevolg van de economische impact van de pandemie geen lesgeld meer kunnen betalen, van meisjes die in de tussentijd zwanger zijn geworden of zijn uitgehuwelijkt. Naar schatting één op de vijf Keniaanse kinderen verliet reeds voor corona voortijdig de lagere school, en dit percentage gaat naar verwachting flink omhoog, zo schetst Unicef een somber beeld.
De enige Kenianen aan wie de onderwijsramp tamelijk geruisloos voorbij trekt, zijn de middenklassers met genoeg middelen voor internetonderwijs in de hoofdstad Nairobi. Hun ononderbroken toegang tot particuliere educatie verdiept de kloof tussen arm en rijk, die in Kenia toch al immens is.
Duncan Maina (13): ‘Ik wil zo ontzettend graag terug naar school’
Duncan Maina zwoegt graag boven zijn schoolboeken, vooral de vakken Engels en Swahili vindt hij leuk, maar nu ploetert het frêle ventje op een akker. Sinds de scholen dichtgingen, helpt de 13-jarige Duncan zijn armlastige moeder om wat geld bijeen te schrapen. Bij beter gesitueerde dorpsgenoten wiedt hij tegen betaling het gras of draagt hij water.
Een dag werken levert me omgerekend anderhalve euro op, vertelt Duncan terwijl hij op een steile helling in de dichtbeboste hooglanden van Kenia een kruiwagen met twee jerrycans, elk gevuld met twintig liter rivierwater, omhoog duwt. Zweet druppelt van zijn gezicht en belandt op de Angry Birds, de cartoonfiguren op zijn versleten t-shirt. Als hij even stopt om uit te rusten, zegt Duncan hijgend: ‘Ik wil zo ontzettend graag terug naar school.’
Zijn moeder, Lucy Wambui (40), is bang dat Duncan nooit meer een leslokaal vanbinnen ziet. ‘Ik heb bijna geen cent meer, ik verdien nog net genoeg om af en toe wat rijst en maïsmeel te kopen,’ vertelt Wambui naast haar huisje van gedroogde modder.
Wambui krijgt sinds de corona-uitbraak minder werk als landarbeider, zegt ze. Haar man, James, is ‘elders’ in Kenia op zoek naar vergelijkbaar werk. Ze heeft hem al een poosje niet gezien. In januari betaalden ze voor het laatst schoolgeld voor Duncan: ongeveer 25 euro.
Zoals veel Keniaanse ouders had Wambui grote hoop gevestigd op haar oudste kind. Duncan zou later, met een baan, misschien zelfs ook voor zijn zusjes, Eunice en Rose, kunnen gaan zorgen. ‘Duncan wil elektricien worden, ook al hebben we in ons huis geen stroom,’ zegt Wambui met een wrange lach. Door de schooluitval en de afwezigheid van zijn vader krijgt Duncan voortijdig de rol van man des huizes toebedeeld. Wambui: ‘Het is alsof Duncan nu al volwassen is. Liever heb ik dat hij eerst teruggaat naar school. Ik ben bang voor onze toekomst als hij geen opleiding afrondt.’
Duncan probeert zich moedig van zijn nieuwe taak te kwijten, bij dorpsgenoten torst hij vandaag ook balen stro. Zijn zwarte kaplaarzen zijn een paar maten te groot. ‘Ik mis mijn vriendjes van school,’ zegt hij als zijn werkdag erop zit.
Zijn school wil hij best laten zien. Een tocht van twee kilometer voert naar drie gebouwtjes van baksteen en beton, zonder glas in de kozijnen. Op een schoolbord aan een overdekte buitenmuur staat in wit krijt nog steeds een tekst uit maart, toen de school abrupt werd gesloten. ‘Hymne 156’ verwijst naar een gezang van de Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen. De veelbetekenende titel van dit lied: ‘Zingen wij voor ’t scheiden.’
Lisa Muchiri (6): ‘Ik wil weer verder met zwemles’
Lisa Muchiri heeft flink wat kopzorgen, ze dreigt te laat te komen voor haar schoolles op de app Microsoft Teams. Zittend achter een salontafel in een ruim bemeten appartement in Nairobi tikt de 6-jarige driftig op haar touchscreen-laptop. Net op tijd verschijnt ze in het online leslokaal. ‘Jambo!’, zo groet een docente Lisa en de andere kinderen in het Swahili. ‘Jambo Mwalimu’ - hallo leraar - antwoordt een koor van hoge stemmetjes.
De vader van Lisa, Moses Muchiri (43), kijkt vanuit de open keuken – waar een grote koelkast en een waterkoker en een blender en een broodrooster staan – tevreden toe. ‘Ik ben blij dat Lisa op jonge leeftijd leert om een computer te gebruiken, want de wereld wordt steeds digitaler,’ aldus Muchiri. Hij verdient de kost als freelance-cameraman.
De vrouw van Muchiri, Maureen, is in Nairobi marketingmanager bij elektronicagigant LG, zoals ook valt te zien aan de enorme flatscreen-tv in hun appartement. Omdat Maureen elke werkdag op kantoor moet zijn – ze rijdt daarnaartoe in haar Mercedes – valt aan Muchiri de eer ten deel om thuis op de kinderen te passen. Er zijn er twee: naast Lisa zit zoon Jesse (14) over een laptop gebogen, hij draagt tijdens zijn online-les een in Londen aangeschafte koptelefoon. Muchiri draagt zelf een joggingpak: ‘Sinds de schoolsluiting ben ik een soort thuisblijf-papa geworden,’ lacht hij.
Hoewel Muchiri natuurlijk blij is met de online-scholing van zijn kinderen, beseft hij dat het exclusieve internetonderwijs de toch al gigantische tweedeling tussen arm en rijk in Kenia alleen maar vergroot. Van de in totaal ongeveer 1.500 euro schoolgeld die hij en zijn vrouw elk trimester voor hun kinderen betalen, kunnen zijn meeste landgenoten louter dromen. ‘Ik ben bezorgd over de toekomst van dit land,’ zegt Muchiri, ‘wat gaan al die kinderen die niet terug naar school kunnen in hemelsnaam doen?’
De oplossing ligt volgens Muchiri bij de overheid, al heeft hij daar geen hoge pet van op. ‘Onze regering denkt alleen maar aan zichzelf, elke dag verdwijnt er geld,’ zegt hij, doelend op de corruptie in bestuurskringen. Van de zeven jaar oude belofte van president Uhuru Kenyatta, om elk Keniaans kind een gratis laptop te geven, is ook bitter weinig terechtgekomen. ‘Zulke laptops zouden nu, met de schoolsluitingen, erg welkom zijn geweest,’ stipt Muchiri aan.
Lisa is intussen klaar met haar korte online-les. Ze klapt haar computer dicht en stort zich met een diepe zucht voorover op de sofa. Ze wil weer les volgen op school, met haar klasgenootjes. ‘Dan kan ik ook verder met zwemles!’ roept ze. ‘Voordat school dichtging, leerde ik de rugslag!’
Shayann Michere (17): ‘Een illegale abortus durfde ik niet aan’
In de krap bemeten woning van Shayann Michere (17) spat een oneindig grote droom uiteen. ‘Hoe kan ik teruggaan naar school als ik voor een kind moet zorgen? Ik wilde helemaal niet zwanger worden,’ zegt ze, terwijl de tranen over haar wangen stromen. Met een diploma op zak wilde Shayann verder studeren voor arts, ze wilde ontsnappen uit haar huisje van golfplaat in Mathare, een krottenwijk in Nairobi.
Shayann werd zwanger kort nadat in maart haar school was gesloten en zij en haar moeder, met wie ze in Mathare leeft, geen geld meer konden verdienen door bij rijkere inwoners van Nairobi kleren te wassen.
‘Toen we als gevolg van de lockdown zelfs geen eten meer hadden, ging ik in op het verzoek van mijn vriendje om voor het eerst onbeschermde seks met hem te hebben,’ vertelt Shayann. In ruil daarvoor kreeg ze 500 shilling, 4 euro.
Van haar vriendje heeft Shayann sinds de zwangerschap niks meer vernomen. Zittend op haar bed, met naast haar op de grond de plastic teilen waarmee ze het regenwater opvangt dat geregeld door het dak naar binnen komt, buigt ze haar hoofd richting de bolling onder haar T-shirt. ‘Als ik in maart kleren had kunnen wassen, dan was dít hier nooit gebeurd,’ fluistert ze.
De moeder van Shayann, Elizabeth Michere, ziet met betraande ogen toe hoe de geschiedenis zich herhaalt. ‘Ik moest zelf op mijn 15de van school omdat ik een baby op komst had,’ vertelt ze. ‘Die baby was Shayann. Voor haar wenste ik een leven dat ik zelf nooit heb gehad, ik wilde dat ze succesvol zou worden en haar vier broertjes en zusjes zou gaan helpen om een bestaan te vinden buiten Mathare.’
Shayann gaat gebukt onder schuldgevoelens, haar moeder heeft zich altijd hard voor haar ingespannen. ‘Ze is moeder en vader ineen,’ aldus Shayann, wiens vader is overleden. Hoewel ze haar baby ‘absoluut niet’ wil hebben, was een abortus voor haar geen optie: een dergelijke ingreep is in Kenia enkel toegestaan als het leven van een vrouw gevaar loopt. ‘En een illegale ingreep durfde ik niet aan, ik ken meisjes die zoiets wel hebben gedaan en nu een beschadigde baarmoeder hebben.’
Haar moeder is bereid om straks voor de baby te zorgen, zodat Shayann hopelijk tóch nog terug naar school kan, maar dan moet Shayann wel zelf ergens het inschrijfgeld vandaan halen. Moeder Michere: ‘Ik kan niet álles.’ Shayann: ‘Ik geloof dat ik met de hulp van God alsnog een kans kan krijgen, alleen weet ik niet waar ik het geld vandaan moet halen.’
(VK)