Scott McCloud - De beeldhouwer
Van de man die ‘Understanding Comics’, ‘Reinventing Comics’ en ‘Making Comics’ schiep, speelse doch welgemikte analyses van het stripmedium, valt redelijkerwijs te verwachten dat hij zijn lessen in de praktijk weet om te zetten, toch? Slaak een zucht van verlichting en top ’m af met een enthousiast ‘Toch!’, want met het vuistdikke ‘De beeldhouwer’ (Scratch Books) promoveert Scott McCloud van het reserveteam naar de spelerskern.
McCloud registreert minutieus hoe zijn hoofdpersonage, de aan lager wal geraakte jonge beeldhouwer David Smith, zijn slabakkende artistieke carrière weer aanzwengelt nadat hij een deal heeft gesloten met – minor detail – een overleden oom. In ruil voor een stel wonderhanden waarmee hij zijn verbeelding moeiteloos in steen kan vertalen, krijgt hij een onherroepelijk strakke deadline opgelegd: exact tweehonderd dagen de tijd krijgt hij om door te breken, en dan valt hij steendood neer.
Smith schiet als een razende uit de startblokken, maar rijdt zich meteen vast in het drijfzand van de kunstwereld: hoe far out zijn nieuwe werk ook is, geen kat die erop zit te wachten, en naam en faam maken kost tijd. Bij wijze van complicatie wordt hij verliefd op een aspirant-actrice met een waslijst aan emotionele issues, waardoor de klok alsmaar luider gaat tikken. Pas wanneer hij met zijn werk de straat op trekt, komt er schot in de zaak. De werken die hij bij nacht en ontij uit voetpaden en betonnen pijlers tovert, als een tovenaarsleerling van Banksy, zorgen behalve voor buzz bij pers en publiek ook voor een politieklopjacht die zal uitmonden in vijftig razende slotpagina’s vol opwinding en ontroering. McCloud legt Smith en zijn geliefde citaten in de mond waarop u, mocht u er aanleg voor vertonen, moeiteloos het predikaat ‘melige shit’ kunt kleven. Ons troffen ze daarentegen, dankzij de perfecte plaatsing en dosering, meermaals midscheeps. Kortom: terminaal straffe shit.