Steven Van Gucht
Viroloog
exclusief voor Humo trem 14/3/2023
contacteer fotograaf bij gebruik Beeld Johan Jacobs
Steven Van GuchtViroloogexclusief voor Humo trem 14/3/2023contacteer fotograaf bij gebruikBeeld Johan Jacobs

lessen uit de pandemie

Steven Van Gucht: ‘We kunnen een laboratoriumlek van het coronavirus niet uitsluiten, maar dan moet er wel een goed bewijs zijn. En dat is er niet’

Corona is nog niet helemaal van de aardbol verdwenen of er is een ander virus opgedoken dat experts grote zorgen baart. Wereldwijd waart een niet meer in te dijken vogelgriepvirus rond dat volgens virologen het potentieel heeft om de volgende pandemie te veroorzaken. Mogen de mondmaskers weer uit de mottenballen? Kunnen we binnenkort opnieuw tv-trash bingen tijdens een nieuwe lockdown? En neemt u best nu al afscheid van uw geliefde pluimvee in de achtertuin? Viroloog par excellence Steven Van Gucht schetst met zijn inmiddels welbekende deskundigheid waar we aan toe zijn.

Marc Van Springel

De ravage onder het vogelbestand kan alvast tellen. De Wereldorganisatie voor Diergezondheid telde sinds oktober 2021 al 42 miljoen besmettingen bij wilde vogels en pluimvee. Ongeveer 15 miljoen stuks pluimvee, vooral kippen, zijn aan het virus bezweken, en 193 miljoen vogels werden afgemaakt.

HUMO Het virus dat zo lelijk huishoudt onder vogels, is het H5N1-virus. Wat weten we daarover?

STEVEN VAN GUCHT «Door covid is die vogelgriep onder de radar gebleven, maar ze woedt al een jaar of twee. De klassieke griepvirussen bij mensen zijn H1-, H2- of H3-virussen. Het H5-virus is een typisch vogelgriepvirus. Het is in 1997 voor het eerst opgemerkt in China en een jaar later was er een grote uitbraak in Hongkong. Men heeft miljoenen stuks pluimvee moeten afslachten. Er zijn toen ook achttien mensen besmet geraakt. Het virus is daarna een tijdje verdwenen, tot het in 2003 weer opdook en zich vanuit China naar andere landen en continenten verspreidde. We zagen het vervolgens in Egypte, Indonesië en Zuid-Oost-Azië.

»Dat leidde tot flink wat ongerustheid, omdat af en toe ook mensen besmet raakten en het virus zeer agressief bleek te zijn. Iets meer dan de helft van de geïnfecteerden heeft het niet overleefd. Die patiënten kregen een heel zware longontsteking. Als zo’n virus zou leren hoe het zich van mens tot mens kan verspreiden en een stukje van die agressiviteit behoudt, hebben we een groot probleem.»

HUMO H5N1 veroorzaakt al langer uitbraken bij pluimvee. Nieuw bij deze uitbraak is dat het virus steeds meer wilde vogels besmet, waardoor het zich sneller en over een groter deel van de wereld kan verspreiden.

VAN GUCHT «We kunnen sinds 2020 spreken over een pandemie bij vogels. Het verschil met vroeger is dat het virus massaal circuleert en in een paar jaar tijd de hele wereld heeft veroverd. Nog een verschil is dat de vogelgriep in Europa vroeger alleen in de winter voorkwam. De laatste twee jaar is het virus echter niet meer seizoensgebonden en blijft het ook in de zomer circuleren. Dat komt wellicht omdat het om een variant gaat die zich makkelijker verspreidt.

»Geruststellend is wel dat we momenteel heel weinig gevallen bij mensen zien. Het gaat om minder dan tien mensen in de voorbije twee jaar, terwijl het virus wijdverspreid is bij wilde vogels. De meeste geïnfecteerden vertoonden milde symptomen. Recent was er wel een zwaarder geval in Ecuador, waar een besmet meisje van 9 jaar met een zeer zware longontsteking op intensive care moest worden opgenomen. En recent is in Cambodja een meisje van 11 gestorven aan een lokale variant van het H5N1-virus. De vader van het meisje testte positief zonder symptomen, maar bleek negatief in een opvolgtest. Mogelijk was dat een vals positief resultaat. De overdracht naar mensen is tot nu toe gelukkig zeer zeldzaam gebleken.»

HUMO Verontrustend is wel dat recent ook zoogdieren zoals dolfijnen, vossen, wasberen en zeehonden besmet zijn geraakt. En eind oktober vorig jaar was er een grote uitbraak in een nertsenkwekerij in Spanje, waarbij het virus zo was gemuteerd dat nertsen elkaar konden aansteken. Een gemuteerde variant die op mensen overspringt, lijkt ineens een minder ondenkbaar scenario.

VAN GUCHT «Besmettingen bij zoogdieren zijn niet volledig nieuw. Vroeger zagen we ze ook af en toe, onder andere bij grote katten in Azië. Het gebeurt nu alleen veel vaker. Een massale verspreiding bij zoogdieren zoals in die Spaanse nertsenkwekerij is wel iets wat ons alarmeert, want dan kan het virus zich ook beter aan zoogdieren aanpassen. Dat verhoogt het risico dat het zich ook beter zal aanpassen aan de mens.

»Tot nu toe is dat niet gebeurd, maar daarvoor zijn niet zo heel veel mutaties nodig. Nederlandse onderzoekers hebben enkele jaren geleden aangetoond dat er bij fretten maar vijf mutaties nodig zijn om het virus vlot te doen overgaan van fret op fret. Hoeveel mutaties er nodig zijn voor een vlotte overgang tussen mensen, weten we niet precies. Het zou kunnen dat het er niet zoveel zijn: er is dus wel degelijk een risico.»

HUMO Dat er bij fretten, die nauw verwant zijn aan nertsen, maar een paar mutaties nodig zijn, zou ook significant zijn, omdat het luchtwegsysteem van die dieren sterke gelijkenissen vertoont met dat van de mens.

VAN GUCHT «Ik zou niet beweren dat, wanneer een virus zich goed verspreidt bij fretten of nertsen, het dat ook doet bij de mens. Het is eerder omgekeerd. We weten dat fretten vrij gevoelig zijn voor menselijke griepvirussen, omdat er inderdaad gelijkenissen zijn tussen de luchtwegsystemen. Daarom worden fretten ook als proefdier gebruikt.

»Bij dat bedrijf in Spanje zijn een paar duizend nertsen besmet. De twaalf werknemers zijn daarna getest en zij bleken niet geïnfecteerd. De overdracht van dier op mens of van mens op mens is dus niet zo vanzelfsprekend. We weten alleen niet wát er precies nodig is om die overdracht mogelijk te maken. En het is zeker niet uit te sluiten dat het kan gebeuren. We moeten dus waakzaam blijven.

»Volgens het Europees Centrum voor Ziektepreventie en -Bestrijding is het risico voor de bevolking op dit moment nog altijd laag. Mensen die actief zijn in de nertsen- of pluimveesector, of die in opvangcentra met vogels werken, wordt wel aangeraden extra voorzorgen te nemen. Ze moeten zich goed beschermen als ze in contact komen met zieke vogels. Een masker en handschoenen dragen is ook altijd verstandig. En bij symptomen laten die mensen zich ook beter op vogelgriep testen.

»We adviseren die groep voorts om zich te laten vaccineren tegen de menselijke seizoensgriep. Het grootste risico is namelijk nog altijd een zogenaamde reassortering tussen een menselijk griepvirus en het H5N1-virus. Dat wil zeggen dat wanneer een persoon besmet raakt met zowel het vogelgriepvirus als de seizoensgriep, die verschillende virussen hun genen kunnen uitwisselen. Zo zou het H5N1-virus een aantal kenmerken kunnen overnemen van het menselijke griepvirus en zich daardoor beter aan mensen kunnen aanpassen. En we zitten nog altijd midden in het griepseizoen. De kans is niet onbestaande dat die twee virussen elkaar in één persoon tegenkomen, en dan krijgen we een gevaarlijke cocktail.»

HUMO Uit het verleden weten we ook dat zo pandemieën kunnen ontstaan.

VAN GUCHT «Sterker nog, zo gaat het meestal. De pandemie van 1957 is begonnen door de combinatie van een vogelgriepvirus en een menselijk griepvirus, net als die van 1968. Bij de allereerste pandemie, de Spaanse griep van 1918, had een vogelgriepvirus zich aan de mens aangepast. Dat is altijd een mogelijkheid, en daar moeten we echt wel bang voor zijn.»

'Vermijd dicht contact met wilde vogels en respecteer de handhygiëne. In parken zitten wilde eenden en ganzen, en hun uitwerpselen kunnen virus bevatten. Het is aangeraden om thuis je handen te wassen als je ermee in contact bent gekomen.' Beeld Johan Jacobs
'Vermijd dicht contact met wilde vogels en respecteer de handhygiëne. In parken zitten wilde eenden en ganzen, en hun uitwerpselen kunnen virus bevatten. Het is aangeraden om thuis je handen te wassen als je ermee in contact bent gekomen.'Beeld Johan Jacobs

EENDJES VOEREN

HUMO Kunnen we iets doen om zo’n scenario te vermijden?

VAN GUCHT «Omdat het huidige virus niet zeer besmettelijk is voor mensen, kunnen simpele voorzorgsmaatregelen al een groot verschil maken. Voor een besmetting is er zeer dicht, langdurig en intens contact nodig. Dat verklaart ook waarom het aantal gevallen tot nog toe zeer beperkt is gebleven.»

HUMO Moeten mensen die thuis vogels, kippen, eenden of andere dieren hebben, maatregelen nemen?

VAN GUCHT «Als je een plotse sterfte bij je kippen vaststelt, moet je er rekening mee houden dat het om vogelgriep kan gaan. Waarschuw dan best je dierenarts. Die kan via het Voedselagentschap een test regelen. Raak de dode kippen niet aan, en zeker niet met de blote handen.

»Probeer voorts te vermijden dat wilde vogels direct contact hebben met je kippen. Span een net en scherm de voeder- en drinkplaats goed af. En blijf zeker ook uit de buurt van andere dode vogels. Met die simpele maatregelen kun je al veel bereiken.

»Paniek is nergens voor nodig. Het virus kan zich niet zomaar via de lucht verspreiden. Ook de verspreiding via eieren of vlees is op dit moment weinig waarschijnlijk.»

HUMO In Londen en veel andere Engelse steden vragen gemeentebesturen om op te letten met het voederen van vogels in parken.

VAN GUCHT «Ik zou vooral dicht contact met wilde vogels vermijden. Brood gooien naar de eendjes op een vijver lijkt me niet zoveel kwaad te kunnen, zeker niet als je op enige afstand blijft. En respecteer de handhygiëne. In parken zitten vaak veel wilde eenden en ganzen, en hun uitwerpselen kunnen virus bevatten. Het is aangeraden om thuis je handen te wassen als je ermee in contact bent gekomen, zeker vóór je aan tafel gaat.»

HUMO H5N1 verspreidt zich niet bij mensen, omdat het virus zich diep in de longen nestelt. Volgens vogelgriepexpert Thijs Kuiken van het Erasmus MC in Rotterdam wordt het een ander verhaal als het in de hogere luchtwegen zou zitten. Dan kunnen mensen het wel via de lucht overdragen en wordt het risico op een pandemie groot. De manier waarop het virus bij de nertsen in Spanje was gemuteerd, zou in dat opzicht een reden tot bezorgdheid kunnen zijn.

VAN GUCHT «Er is heel veel blootstelling aan het vogelgriepvirus nodig voor het diep in je longen kan raken. Sinds 2003 zijn er bijna negenhonderd gevallen bij mensen gedocumenteerd. De helft daarvan was dodelijk omdat het virus veel schade diep in de longen had aangericht.

»Als het virus een aantal mutaties zou ondergaan en zich daardoor in onze neus kan nestelen, zou het besmettelijker kunnen worden. Dat is misschien gebeurd bij die nertsen, maar dat betekent niet dat het dat automatisch ook bij mensen zal doen. Ik vermoed dat de mutaties bij de mens anders zullen zijn. Het zou ook kunnen dat het virus dan wat minder agressief wordt. Als het meer in de neus zit, zal het mogelijk meer een soort griep worden en zullen de longen minder schade oplopen.

»Bij de nertsen waren er mutaties waardoor het virus zich beter bij zoogdieren kon verspreiden. Maar om zich echt goed te kunnen verspreiden, ook bij de mens, heeft het virus mutaties in het oppervlakte-eiwit nodig, en die hebben we nog niet gezien.»

HUMO Als het virus de mutaties ondergaat waar onder anderen Thijs Kuiken het over heeft, is een grote epidemie of zelfs pandemie dan onafwendbaar? Wij hebben tegen zo’n virus namelijk geen enkele immuniteit.

VAN GUCHT «Er zijn wel al enkele kandidaat-vaccins. Als het nodig is, kan men die heel snel verder ontwikkelen. Er moet dan getest worden of ze tegen het virus werken, en daarna moet de productie opgeschaald worden. We zijn beter voorbereid op een H5N1-pandemie dan dat we op de covidpandemie voorbereid waren. Toen moesten we van nul beginnen, nu staan er al mogelijke vaccins in de steigers. Ook belangrijk: griepremmers als Tamiflu werken goed tegen de vogelgriep.

»Als zo’n pandemie zou uitbreken, zal het kandidaat-vaccin wellicht aangepast moeten worden. Het prototype H5-virus dat gebruikt is voor de ontwikkeling van het vaccin, zal waarschijnlijk afwijken van de versie van het virus die zich bij mensen zal verspreiden. Maar ik vermoed dat de kandidaat die nu op het schap ligt, ons al gedeeltelijk kan beschermen. Nu, ook al zijn we beter voorbereid, laten we hopen dat het niet nodig is.»

HUMO In The New York Times merkten experts op dat de door de FDA goedgekeurde kandidaat-H5-vaccins op één na allemaal in eieren worden gekweekt. Dat neemt drie à zes maanden in beslag, een periode waarin het virus ongestoord zijn gang zou kunnen gaan.

VAN GUCHT «We weten dat die vaccins werken – die methode gebruiken we trouwens ook voor de seizoensgriepvaccins – maar het is niet vanzelfsprekend. De eieren waarin het vaccin wordt gekweekt, zijn natuurlijk afkomstig van kippen. Het is riskant om op kippen te vertrouwen voor een vaccin tegen een virus dat ook bij pluimvee kan toeslaan. In sommige landen zijn er ook tekorten aan eieren door de uitbraken in de pluimveesector.

»Het zou daarom niet slecht zijn om een mRNA-vaccin te ontwikkelen, of een vaccin dat in cellen wordt gekweekt. We weten van corona dat het met mRNA-vaccins veel sneller gaat. Daar kun je binnen de drie maanden enorme hoeveelheden van produceren.»

HUMO In de VS zijn er naar verluidt zelfs streng bewaakte geheime loodsen waar een paar honderdduizend kippen de eieren voor het kweken van vaccins moeten produceren.

VAN GUCHT «Bij ons raak je ook niet zomaar in een kippenkwekerij binnen, hoor. Pluimveeboeren hebben misschien geen security, maar wel een riek (lacht). En die zul je snel tegenkomen als je daar niks te zoeken hebt. In België zijn er heel veel besmettingen bij wilde vogels geweest, maar relatief weinig uitbraken bij pluimveehouders. Dat heeft te maken met de zeer strenge veiligheidsvoorschriften voor de pluimveesector. En die zijn nog veel strenger voor bedrijven met leghennen die voor de productie van vaccins worden ingezet. Die kippen moeten volledig vrij zijn van een hele reeks virussen en bacteriën, zodat hun eieren superzuiver zijn. Die bedrijven kun je vergelijken met hoogbeveiligde laboratoria.»

VACCINS WEGGOOIEN

HUMO De vogelgriep is een wereldwijd probleem. De Wereldgezondheidsorganisatie heeft wel surveillancenetwerken om oude en nieuwe griepvirussen te signaleren of op te volgen, maar volgens sommige experts volstaan die niet.

VAN GUCHT «Dat kaart ik al jaren aan. Er zijn nu twee parallelle surveillancesystemen. Het ene volgt de seizoensgriep bij mensen op en houdt bij hoeveel gevallen er zijn, welke griepvarianten er circuleren, enzovoort. Dat is ook wat wij bij Sciensano doen. Dat systeem werkt al decennia heel goed, maar het focust op de griepvirussen bij mensen die we al kennen. Daarnaast heb je het veterinaire systeem: dat brengt in kaart welke virussen er bij pluimvee en wilde vogels circuleren – ook dat doen wij.

»Wat we echter het liefst zouden willen weten, is hoe vaak virussen van vogels naar mensen overspringen. Dan moet je stalen nemen bij mensen die geregeld in contact komen met wilde vogels of ziek pluimvee. We zijn in samenwerking met het Agentschap Zorg en Gezondheid met een pilootproject gestart om dat in Vlaanderen te doen. Dat soort onderzoek gebeurt nog veel te weinig, ook internationaal.»

HUMO Voor pluimvee is er een vaccin tegen de vogelgriep, maar dat wordt wereldwijd maar in enkele landen gebruikt. Zou de preventieve vaccinatie van alle pluimvee geen oplossing zijn?

VAN GUCHT «Dat is een belangrijk discussiepunt. Europa laat de vaccinatie van pluimvee sinds kort onder bepaalde omstandigheden toe. In ons land gebeurt het voorlopig nog niet. Economisch heeft vaccinatie alvast grote voordelen: die uitbraken in pluimveebedrijven kosten de sector enorm veel geld.

»Het probleem is dat het vaccin er wel voor zorgt dat kippen niet meer ziek worden, maar dat het niet noodzakelijk de overdracht van het virus verhindert. Gevaccineerde kippen zouden elkaar dus kunnen blijven aansteken. Als er nu een uitbraak is, zie je dat meteen: kippen stoppen met eieren leggen, eten en drinken niet meer, krijgen ademhalingsproblemen en gaan massaal dood. Als ze gevaccineerd zijn, blijft een uitbraak misschien onder de radar en verhoogt het risico dat het virus op mensen overspringt, in de eerste plaats werknemers in pluimveebedrijven.

»Je zou natuurlijk systematisch stalen kunnen nemen bij gevaccineerde kippen om te zien of er iets circuleert. Op termijn is dat een mogelijke oplossing.»

HUMO Jeremy Farrar, die in mei chief scientist wordt bij de WHO, pleit voor een wereldwijde stock vaccins voor elke griepstam die bij dieren circuleert.

VAN GUCHT «Ik weet niet of het veel zin heeft om massale vaccinstocks aan te leggen tegen al die virussen. Er zijn achttien vogelgriepvirussen die in theorie pandemisch kunnen worden. Voor al die virussen zou je vaccinstocks moeten aanleggen. Vaccins vervallen ook: na één à twee jaar moet je alles weggooien en de hele zwik vernieuwen. En heel waarschijnlijk zul je die vaccins nooit hoeven te gebruiken. Dat is een dure operatie. Het lijkt me nuttiger om te testen of we voor die verschillende vogelgriepvirussen een goed kandidaat-vaccin kunnen maken, zodat we weten dat het technisch werkt. Bij een uitbraak moeten we die vraag dan niet meer beantwoorden.»

HUMO Onder virologen lijkt de consensus dat de kans dat het vogelgriepvirus tot een van mens op mens overdraagbare variant muteert zeer klein is, maar zeker niet nul, en dat de gevolgen in zo’n geval enorm zouden zijn. De Nederlandse topviroloog Ron Fouchier adviseerde overheden al om te checken of hun pandemieplannen nog wel voldoen.

VAN GUCHT «De kans op een voor de mens overdraagbare variant is er inderdaad. Nu, virologen zijn daar ongerust over en moeten hun werk doen. Een goed pandemieplan is er één dat inzetbaar is tegen om het even welk virus. We moeten daaraan werken, maar in de nasleep van covid hebben we al veel vooruitgang geboekt. Voor wie beroepsmatig of in zijn hobby geregeld contact heeft met zieke of wilde vogels, is het goed om op de hoogte te zijn van het risico en enkele maatregelen in acht te nemen. Maar de algemene bevolking hoeft er niet van wakker te liggen.

»Er zijn ook geruststellende elementen: de grieppandemieën werden tot nog toe altijd veroorzaakt door H1-, H2- of H3-virussen. H5 wijkt daar toch flink van af. De vraag is of het virus wel in staat is tot de gevreesde mutaties. Bij fretten is het erin geslaagd om overdraagbaar te worden. Maar over hoe het zich bij mensen gedraagt, weten we niet zoveel.

»Het zou me ook niet verbazen als de volgende pandemie door een heel ander virus veroorzaakt zou worden, één dat we niet hebben zien aankomen. Zo is het ook met covid gegaan. Ironisch genoeg dachten we toen dat de pandemie van een griepvirus zou komen. Bij de volgende zullen we wellicht wéér verrast worden. Wat niet wegneemt dat we ons zo goed mogelijk op de vogelgriep moeten voorbereiden en de zaak zeer goed moeten opvolgen. We weten intussen wat voor een enorme impact een pandemie kan hebben.»

IEDER VOOR ZICH

HUMO Het is volgende week exact drie jaar geleden dat we hier in lockdown gingen. Wat hebben we uit de coronapandemie geleerd?

VAN GUCHT «Héél veel. Ongeveer alle zwakheden in het systeem zijn naar boven gekomen. In het Westen waren we zelfgenoegzaam geworden: we dachten dat vooral Afrika en Zuid-Oost-Azië door al die rare infectieziekten werden getroffen en wij daar met ons superieure gezondheidssysteem veel beter tegen bestand waren. Dat was ook te merken aan de steeds kleinere budgetten voor onderzoek. Infectieziekten waren iets van vroeger. Maar de pandemie heeft ons geleerd dat ook wij nog altijd erg kwetsbaar zijn voor epidemieën en pandemieën. Afrika bleek verrassend genoeg beter bestand tegen covid dan wij.

»Onze gezondheidszorg is wel heel goed, maar de bevolking is kwetsbaarder geworden, omdat de gemiddelde leeftijd zo hoog is. De impact van het virus was veel groter dan in Centraal-Afrika, waar de helft van de bevolking jonger dan 18 jaar is. Sommige arme landen hebben het ook relatief beter gedaan dan wij, omdat zij gesensibiliseerd waren om vroeg op te treden. In Afrika heeft men de voorbije jaren grote ebola-uitbraken gekend en ze vechten daar dagelijks tegen infectieziekten. Daardoor reageerden ze alerter.»

HUMO Wat moet er bij ons anders en beter?

VAN GUCHT «We moeten investeren in een betere voorbereiding. De ziekenhuizen waren wel redelijk goed voorbereid. Zij hebben noodplannen – dat is trouwens verplicht – en die hebben ze meteen geactiveerd. Daar is fantastisch werk geleverd: in een mum van tijd zijn afdelingen gereorganiseerd en is er extra capaciteit gecreëerd.

»Huisartsen waren jammer genoeg niet goed voorbereid. En in de zorgsector, de woonzorgcentra en andere instellingen, hadden ze geen idee hoe ze ermee moesten omgaan. Daar hebben drama’s plaatsgevonden. Ondertussen is er wel veel veranderd.

»We hebben ook geleerd hoe belangrijk het is om heel vroeg de testcapaciteit te kunnen opschalen en te decentraliseren. Een mens heeft de neiging om in nieuwe omstandigheden alles strak te regelen, maar we moeten zeer snel zeer breed kunnen testen, zonder al te veel strenge voorwaarden.

»Een ander probleem was dat de logistieke ketens compleet verstoord raakten. Plots beseften we dat we voor het testmateriaal afhankelijk waren van andere landen. Veel beschermingsmateriaal moest uit China komen, waar men ook in een lockdown zat. In vredestijd werkt die logistieke keten perfect, maar zodra er een crisis uitbreekt, is het ieder voor zich. Elk land was op zoek naar maskers, vooral voor de zorg. Wij hadden er in Bulgarije gevonden, maar die moesten door Duitsland. Daar sloegen ze echter alles aan wat op hun grondgebied kwam. Eerst moest de Duitse markt bevoorraad worden, en dan pas mocht de rest de grens over. Zo ging het overal. Een klein land als België staat dan machteloos. Europa heeft er wel werk van gemaakt om dat in de toekomst te vermijden.»

HUMO Sommige landen hebben het merkelijk beter gedaan dan andere. Daar kunnen we wellicht ook wat van opsteken?

VAN GUCHT «Landen die eerder al met een zware uitbraak waren geconfronteerd, waren duidelijk beter voorbereid. In Zuid-Korea hadden ze al met MERS te maken gehad, een ander coronavirus. Toen hebben ze structuren op poten gezet om aan contacttracing te doen. Dat kon in de coronapandemie zeer snel worden opgeschaald. Ze zijn er ook heel snel breed beginnen te testen, net als in Singapore, Hongkong en een aantal Aziatische landen.

»Ook belangrijk is dat we data verzamelen. Denemarken, Engeland en Israël hadden heel snel analyses van bijvoorbeeld de werkzaamheid van vaccins, omdat ze hun gezondheidsgegevens in één databank verzamelen. Bij ons zat dat verspreid – nu gelukkig niet meer. Tijdens een pandemie is zo’n databank zeer nuttig, want dan kun je het effect van maatregelen beoordelen en bijsturen waar nodig.

»Misschien wel het belangrijkst is internationale samenwerking. De EU, het Europees Centrum voor Ziektepreventie en -bestrijding en de WHO moeten een veel sterker mandaat krijgen, zodat we kunnen samenwerken in plaats van elkaar tegen te werken, zoals nu te vaak is gebeurd.»

HUMO Wordt er ook werk gemaakt van al die aandachtspunten?

VAN GUCHT «Gelukkig wel. Vooral de EU heeft een quantumsprong gemaakt. Vóór de pandemie had Europa geen bevoegdheid op het vlak van volksgezondheid. Die lag bij de natiestaten. Dat is sinds de pandemie veranderd: er is onder andere een agentschap opgericht dat ervoor moet zorgen dat we in de volgende crisis snel antivirale middelen en testen ter beschikking hebben, en een vaccinprogramma kunnen opstarten.

»Ook in ons land is er veel verbeterd, zowel op federaal als op Vlaams niveau. Maar de volgende keer zullen er ongetwijfeld nieuwe hindernissen zijn en zullen er andere dingen fout lopen. Daar zullen we opnieuw van leren.»

VARKENSPEST

HUMO Recent waarde opnieuw de theorie rond dat het virus uit een onderzoekslaboratorium in Wuhan is ontsnapt. Het FBI en het Amerikaanse ministerie van Energie lijken daarvan overtuigd.

VAN GUCHT «Mijn eerste reactie was: wat kennen het FBI en dat fameuze ministerie van Energie nu van virussen? Helemaal niks! Waarom die theorie plots weer werd opgerakeld, is ook onduidelijk. Vermoedelijk spelen politieke belangen mee.

»We kunnen een laboratoriumlek niet uitsluiten, maar dan moet er wel een goed bewijs zijn. En ik zie geen enkel nieuw argument dat in die richting wijst, terwijl we wel veel goede argumenten hebben om te denken aan een natuurlijke oorsprong. In China worden op enorme schaal nertsen, vossen en wasbeerhonden gekweekt. Die dieren zijn zeer gevoelig voor het coronavirus en kunnen perfect als doorgeefluik dienen.»

Steven Van Gucht Beeld Johan Jacobs
Steven Van GuchtBeeld Johan Jacobs

HUMO Het zou wel helpen als China zich coöperatiever zou opstellen. Onderzoekers van de WHO konden tot nog toe niet op veel medewerking rekenen.

VAN GUCHT «Dat gebrek aan transparantie is zeker een probleem. Maar in de jaren vóór de pandemie was er in China een grote uitbraak van varkenspest. Ze hebben toen miljoenen varkens afgemaakt, waarna er een probleem met de aanvoer van varkensvlees ontstond. Dat heeft de lokale handel in wilde dieren een enorme boost gegeven. De omstandigheden waarin die gekweekt en verhandeld worden, zijn een ramp. Gekweekte en in het wild gevangen dieren komen in dezelfde bedrijven terecht, dat is een explosieve cocktail. Vervolgens worden die dieren levend verkocht op markten in miljoenensteden, waar ze ter plekke worden geslacht. Dat is een nachtmerrie. Vroeg of laat moest dat wel misgaan. De Chinese overheid wist nochtans dat het risico bestond, en ze had het beter moeten reguleren. Ze heeft in die zin toch boter op het hoofd. De markten werden niet goed gecontroleerd en er werden dieren verhandeld die niet verhandeld mochten worden, maar veel functionarissen hebben een oogje dichtgeknepen.

»Zelfs als de Chinese overheid volledige openheid geeft en aangetoond kan worden dat het virus niet uit een laboratorium kwam, zal wellicht blijken dat die handel met wilde dieren er iets mee te maken heeft, en zal men weer naar hen wijzen. Ze houden dat potje daarom liever gedekt, want dan kunnen ze blijven beweren dat het virus bijvoorbeeld via bevroren zalm uit het buitenland is ingevoerd, en hoeven ze geen mea culpa te slaan.

»Die gebrekkige controle is trouwens een probleem in grote delen van de wereld. Dat is ook een risico voor de toekomst. Maar als er in China een betere veterinaire controle was geweest, hadden we misschien nooit een coronapandemie meegemaakt.»

HUMO Wanneer is het einde van die pandemie in zicht?

VAN GUCHT «Ik hoop dat de WHO dat één van de komende maanden aankondigt. Ondertussen is covid van een probleem voor de hele bevolking geëvolueerd naar een probleem voor specifieke risicogroepen en -sectoren. Hoogbejaarde mensen of mensen met een zeer zwakke gezondheid zullen kwetsbaar blijven. Het virus zal niet verdwijnen, en we zullen er rekening mee moeten blijven houden. Maar het zal ons leven niet meer beheersen.

»En wat die volgende pandemie betreft: we zien wel (lacht)

Reageren op een artikel, uw mening ventileren of een verhelderend inzicht delen met de wereld

Ga naar Open Venster

Op alle artikelen, foto's en video's op humo.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar redactie@humo.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234