The Stooges - The Weirdness
'Sits like a man but he smiles like a reptile,' zong Bowie ooit. En: 'He's outrageous, he screams and he bawls / Jean Genie, let yourself go.'
Wie vorig jaar de ronduit verpletterende Stooges-optredens op de Leuvense Oude Markt of op Lowlands meemaakte, kon zien dat de man die destijds de inspiratie voor 'Jean Genie' leverde, nog steeds perfect aan Bowies signalement voldeed: terwijl de Asheton-broers en de machtige Mike Watt (supersub voor de in 1975 overleden bassist Dave Alexander) achter hem een geweldige wall of sound optrokken, gleed Iggy Pop als een hagedismens over het podium en tussen het publiek - als íémand ooit rock-'n-roll uitgestraald heeft, dan hij wel.
undefined
Wat ons betreft waren de voortekenen voor de eerste Stooges-plaat in ruim dertig jaar dus uitstekend, en met het bericht dat Steve Albini (zie: Pixies, Nirvana, PJ Harvey...) meteen bereid werd gevonden alles op band te kwakken, werden die voortekenen alleen maar beter. Helaas: 'The Weirdness' is een volstrekt overbodige plaat.
Ach, 'ATM' en 'My Idea of Fun' vinden we nog wel lekker wegrocken (als we eerst zes biertjes soldaat maken, tenminste), en met 'Mexican Guy' (muzikaal het mongoloïde broertje van 'Little Doll') sluipt er bijna zelfs enige opwinding in de plaat, maar de rest kan niet verbergen wat verborgen had moeten worden: dat 'The Weirdness' volgepropt is met middelmatige en ronduit zwakke rockriffs, en dat The Stooges nu ook zélf pijnlijk duidelijk hebben gemaakt hoe het verschil tussen simpele, choquerende en opwindende oerkracht (leg 'I Wanna Be Your Dog', 'No Fun', 'TV Eye', 'Search and Destroy' of 'Loose' nog eens op, of een smerige rocker als 'Your Pretty Face Is Going to Hell') en banale, vervelende rockplatitudes (leg van deze plaat 'She Took My Money', 'Greedy Awful People', 'The End of Christianity' of 'I'm Fried' op) klinkt.
Geen adrenaline, geen kicks, geen songs: 'The Weirdness' is - helaas - no fun.