null Beeld The Sunday Times
Beeld The Sunday Times

cherchez la femmeolivia harrison, de weduwe van george harrison

‘Toen George het krot waar ik was opgegroeid een paleis noemde, wist ik: deze man laat ik nooit meer gaan’

Paul en Ringo, de twee Beatles die de tand des tijds glorieus blijven trotseren, zitten allebei op tram 8 maar rocken nog steeds eight days a week. Vatten helaas reeds een hele tijd geleden hun reis aan langs the long and winding road richting hiernamaals: John, die vandaag al langer dood is dan hij ooit heeft geleefd, en George, de ‘stille Beatle’, die in 2001 op 58-jarige leeftijd bezweek aan longkanker. Twee decennia later brengt weduwe Olivia Harrison (74) hulde aan de nagedachtenis van haar overleden man met een fonkelnieuw genre: de poëtische rockbiografie. ‘Nu pas heb ik écht het gevoel dat ik mijn man door en door ken.’

Christina Patterson

‘Het duurste cinematicket ooit,’ monkelt Olivia Harrison terwijl ze uitkijkt over Friar Park, het in-druk-wekkende landgoed in Henley-on-Thames waar ze het grootste deel van haar leven heeft doorgebracht. ‘George en ik waren nog maar net getrouwd toen zijn goeie vriend Eric Idle in paniek kwam aankloppen: Monty Python zat flink in de problemen, zei hij. De geldschieters van ‘Life of Brian’ (parodie op het leven van Jezus Christus uit 1979, red.) hadden zich teruggetrokken uit angst voor een schandaal, waardoor er geen geld meer was om de film te maken. George heeft toen het huis én alle gronden errond bij de bank in onderpand gegeven, om ’m toch maar in de zalen te krijgen. Zo was hij: als hij ergens in geloofde, was geen opoffering hem te veel. Zelfs als dat betekende dat hij dingen op het spel moest zetten die hem onvoorstelbaar dierbaar waren, zoals Friar Park.’

– Wat een opluchting dan dat ‘Life of Brian’ een regelrechte box office hit is geworden. Friar Park is heilige grond voor rockfanaten: hier is muziek-geschiedenis geschreven.

OLIVIA HARRISON (knikt) «Bijna dertig jaar lang. Na de split van The Beatles (in 1970, red.) is George z’n eigen weg gegaan door FPSHOT op te richten – Friar Park Studio, Henley-on-Thames. Zowat iedereen die indertijd enige naam en faam had in de rockmuziek, heeft hier nummers opgenomen. (Wijst) In die kleine oranjerie daar zijn de Traveling Wilburys ontstaan, geheel per toeval. George had Bob Dylan, Roy Orbison, Tom Petty en Jeff Lynne uitgenodigd voor een kleine jamsessie, en ze hadden zoveel plezier samen dat ze maar meteen een volledige plaat hebben gemaakt.

»Maar meer nog dan een plaats waar hij z’n muzikale genie de vrije teugel kon laten, was Friar Park voor George een toevluchtsoord, een veilige haven waar hij kon ontsnappen aan de drukte van de dolgedraaide buitenwereld. Hij werd niet voor niets de ‘stille Beatle’ genoemd, weet je: het liefst van al was hij hier bij mij, in de tuin, ver weg van al die gillende fans en flitsende fotocamera’s. Net voor hij stierf, vroeg ik aan George hoe hij graag herinnerd zou worden. ‘Als een tuinman,’ antwoordde hij. ‘Eentje die toevallig een paar goeie deuntjes heeft geschreven.’»

– George stond niet bepaald bekend als een tafelspringer, maar is dat niet een beetje té bescheiden?

HARRISON «Nee hoor, zo redeneerde hij echt. George wist dat hij niet zoveel talent had als Paul en John, maar hij voelde zich behoorlijk comfortabel in hun schaduw. Wanneer een legende als Frank Sinatra Georges nummer ‘Something’ het mooiste liefdeslied van de eeuw noemde, haalde hij z’n schouders op: ‘Blij dat de mensen mijn muziek leuk vinden.’ En ik denk dat hij op exact dezelfde manier zou reageren als hij wist dat ‘Here Comes the Sun’ – ook een song van zijn hand – vandaag met enige voorsprong het meest gestreamde Beatles-nummer is op Spotify.»

– Wat zou George ervan gevonden hebben dat je hem nu eert met een biografie?

HARRISON «Hij zou met zijn ogen hebben gerold, denk ik (grinnikt). Precies daarom heb ik geen klassieke rockbiografie geschreven: dat doet tegenwoordig bijna iedereen die anderhalve noot kan spelen op een gitaar. George was anders dan de anderen, dus verdient hij in mijn ogen ook een uniek eerbetoon.»

– De titel spreekt voor zich: ‘Came the Lightening: Twenty Poems for George’ is een poëzie-bundel. Waarom heb je net voor die vorm gekozen?

HARRISON «Ik heb helemaal niets gekozen: ik liet mijn gedachten gewoon uit m’n pen vloeien, en na een tijdje besefte ik dat ik poëzie aan het schrijven was. (Lachje) Tenminste, dat hoop ik. Eigenlijk ben ik wel een beetje nerveus, hoor. Poëzie is geen eenvoudig genre en ik heb nul komma nul ervaring. Ergens houd ik er rekening mee dat sommige van Georges fans – en dat zijn er na al die jaren nog steeds erg veel – zullen vinden dat ik zijn nagedachtenis onrecht aandoe.

»Poëzie is niet alleen een atypische vorm voor een rockbiografie, maar ook voor mij als persoon. George en ik zijn 27 jaar samen geweest, waarvan 23 getrouwd, en we waren ongelooflijk gelukkig, maar tegelijkertijd waren we ook elkaars tegenpolen. Mijn bedachtzame, secure en georganiseerde natuur was het ideale tegenwicht voor zijn creatieve chaos, en omgekeerd.»

– Bedachtzaam, secuur, georganiseerd: dat zijn niet meteen eigenschappen die doorgaans worden geassocieerd met dichters.

HARRISON «Zo wás ik, tot een paar jaar geleden. Ik ga liever niet in op de details, maar een tijdje terug kreeg ik te kampen met een vrij ernstig medisch probleem. Daar ben ik gelukkig volledig van hersteld, maar… (Wijst naar haar hoofd) De schok heeft hierboven wel één en ander in beweging gezet. Sindsdien lijd ik aan wat Carl Jung (de Zwitserse grondlegger van de psychoanalyse, red.) enantiodromie heeft genoemd: mijn linker- en rechterhersenhelft communiceren nu op een andere manier met elkaar. Hoewel, ‘lijden’ is misschien niet het juiste woord. Ik ben blíj dat ik het heb.»

– Je bent blij? Met een hersenaandoening?

HARRISON (lacht) «Klinkt gek, hè? Al die jaren heb ik enorm veel bewondering gehad voor de artistieke bokkensprongen die Georges brein de hele tijd maakte, maar tegelijk begreep ik er geen snars van. Nu, twee decennia later, heb ik pas écht het gevoel dat ik mijn man door en door ken. Met dank aan die kleine kortsluiting in mijn hersenen, dus. Sindsdien lukt het me ook veel beter om Dhani (de 43-jarige zoon van het koppel, red.) te doorgronden: hij lijkt niet alleen fysiek als twee druppels water op zijn vader, maar heeft ook dezelfde onvoorspelbare, creatieve geest.»

‘George en ik waren ongelooflijk gelukkig samen, maar we waren ook elkaars tegenpolen. Mijn bedachtzame, secure en georganiseerde natuur was het ideale tegenwicht voor zijn creatieve chaos.’ (Foto: Olivia en George met hun zoon Dhani.)
 Beeld CAMERA PRESS/Clive Arrowsmith
‘George en ik waren ongelooflijk gelukkig samen, maar we waren ook elkaars tegenpolen. Mijn bedachtzame, secure en georganiseerde natuur was het ideale tegenwicht voor zijn creatieve chaos.’ (Foto: Olivia en George met hun zoon Dhani.)Beeld CAMERA PRESS/Clive Arrowsmith

LAATSTE LENTE

– Eén van de gedichten in ‘Came the Lightening’ keert terug naar het prille begin: 1974, toen je George voor het eerst ontmoette.

HARRISON «Eigenlijk is het een wonder dat we elkaar überhaupt tegen het lijf zijn gelopen. Ik was toen 26 jaar en woonde in Los Angeles, waar ik een bescheiden bureaujob had op de marketing-afdeling van A&M Records, indertijd het platenlabel van grootheden als Cat Stevens en Joe Cocker. Het was best een leuke baan, maar toch zat ik niet goed in m’n vel. Ik was die luide, jachtige Amerikaanse cultuur zó moe dat ik besloot om mijn leven radicaal om te gooien: ik nam ontslag en zou in een ashram (Indiase religieuze leefgemeenschap, red.) gaan wonen.

»Net voor ik vertrok – mijn koffers waren al gepakt – kreeg ik een telefoontje van Dark Horse Records, de Amerikaanse tak van het platenbedrijf dat George eerder dat jaar had opgericht. Of ik niet voor hen wilde komen werken? Ik heb even getwijfeld, maar het vooruitzicht om mee op tournee te mogen gaan met die knappe, mysterieuze ex-Beatle gaf de doorslag. Het was de beste beslissing van mijn leven. Bij het allereerste oogcontact sprongen de vonken alle kanten uit, en na de tournee verliet ik de Verenigde Staten voorgoed. Niet om in een ashram te gaan wonen, maar om in te trekken bij George, hier in Friar Park.»

– Toen George het landgoed begin jaren 70 kocht, was het in erbarmelijke staat. Wat waren je eerste indrukken toen je hier aankwam?

HARRISON «Friar Park was een complete ruïne. De muren brokkelden af, het onkruid groeide dwars door de vloertegels heen. En toch vond ik het een betoverende plek: het contrast met de verpauperde buitenwijk van Los Angeles waar ik was opgegroeid, kon niet groter zijn. Ik heb een gelukkige jeugd gehad, maar als kind van Mexicaanse immigranten die elke dag moesten knokken om de eindjes aan elkaar te knopen, weet ik heel goed wat het betekent om in armoede te moeten leven.

»Ik herinner me hoe zenuwachtig ik was toen ik George de eerste keer mee naar huis nam, om mijn ouders te ontmoeten. Ik had hem op het hart gedrukt dat hij zich moest voorbereiden op een cultuurshock: als schatrijke ex-Beatle zou hij ongetwijfeld grote ogen opzetten als hij het schamele krot zag waar ik m’n hele leven had gewoond. Ik was zelfs bang dat hij me niet meer zou willen. Maar George voelde zich er meteen thuis en sloot mijn familie vanaf de eerste seconde in z’n hart. ‘Dit is een paleis in vergelijking met het huis waar ik ben opgegroeid,’ zei hij. (Ontroerd) Dat was het moment waarop ik wist: deze man laat ik nooit meer gaan.»

‘Friar Park was voor George een toevluchtsoord, een veilige haven waar hij kon ontsnappen aan de drukte van de dolgedraaide buitenwereld.’ Beeld Getty Images
‘Friar Park was voor George een toevluchtsoord, een veilige haven waar hij kon ontsnappen aan de drukte van de dolgedraaide buitenwereld.’Beeld Getty Images

– Had je geen twijfels? Als voormalige Beatle was George één van de meest begeerde mannen op aarde. Toen jullie in 1974 verliefd werden, was hij officieel nog samen met zijn eerste vrouw, het Engelse fotomodel Pattie Boyd. Even later vroeg zij de scheiding aan, omdat ze de buik vol had van zijn voortdurende overspel.

HARRISON «George was een erg sensuele man die, zeker in zijn Beatles-periode, volop heeft geproefd van alle moois dat de wereld te bieden heeft, ook op het vlak van vrouwelijk schoon. Maar toen ik mijn intrek nam in Friar Park, heeft hij die deur voorgoed gesloten.»

– In ‘George Harrison: Living in the Material World’, een documentaire van Martin Scorsese uit 2011, maakte je nochtans gewag van obstakels in jullie huwelijk: ‘George was erg gehecht aan z’n vrijheid en hij zag de vrouwtjes graag. Dat was niet altijd even makkelijk voor ons als koppel.’ Alludeerde je daar op ontrouw?

HARRISON «Nee, helemaal niet! (Twijfelt) We hebben onze ups en downs gehad, net als elk ander koppel. Maar George was niet de rokkenjager waarvoor hij zo vaak werd versleten in de roddelpers. Hij flirtte weleens met andere vrouwen, dat wel, maar verder is hij nooit gegaan. Elke keer opnieuw kwam hij terug naar zijn rustige leven, hier bij mij. Als we samen waren, hadden we niemand anders nodig.»

– Kwamen er na de split in 1970 geen ex-Beatles meer over de vloer?

HARRISON «George is z’n hele leven lang bevriend gebleven met Ringo, maar zijn relatie met Paul en John is na de breuk een tijdlang erg vertroebeld geweest. Dat neemt niet weg dat we totaal ondersteboven waren toen we hoorden dat John in New York was neergeschoten door een dolgedraaide fan (in 1980, red.). In ‘HE: Never Hurt No One’, één van de gedichten in de bundel, schrijf ik over het telefoontje dat we kregen tijdens die fatale nacht – ‘that call at an hour you know is bad news’.

»George was niet alleen erg verdrietig om Johns dood, hij was ook bang. ‘Wat die Mark Chapman met John heeft gedaan, kan mij ook overkomen,’ zei hij. De Beatles waren wereldsterren in een tijd toen van security nog amper sprake was: als ze op tournee waren, kon hun vliegtuig soms niet opstijgen omdat het tarmac vol krijsende fans stond. Sommigen klampten zich zelfs vast aan de vleugels van het toestel! Vandaag kunnen we ons zulke taferelen niet meer voorstellen, en dat is maar goed ook: in die joelende menigte moet maar één gek met slechte bedoelingen staan en je kunt het wel schudden.»

– Bijna twintig jaar later, op 30 december 1999, werd Georges vrees werkelijkheid: ’s nachts drong een geesteszieke man Friar Park binnen om jullie aan te vallen met een mes.

HARRISON «Dat was een erg traumatiserende ervaring. Die man had George al meer dan veertig keer gestoken toen ik eindelijk een haardpook te pakken kreeg en ’m bewusteloos kon slaan. (Stil) Als ik een paar seconden langer had getwijfeld, was George ter plekke gestorven. Eén van de messteken had zijn long doorboord: het bloed gutste uit zijn mond, hij kon nog amper ademhalen. De ambulance was er maar net op tijd.»

– In een recent interview zei jullie zoon Dhani dat zijn vader die nacht is gestorven.

HARRISON «Ik begrijp wat hij bedoelt. George was eerder dat jaar geopereerd voor een tumor in z’n keel – het spijtige gevolg van decennialang kettingroken – en had slechts een paar dagen vóór de aanval van de dokters te horen gekregen dat hij volledig kankervrij was. Ook van die aanslag op zijn leven is hij vrij vlot hersteld, maar niet veel later kwam de finale mokerslag: terminale longkanker. Dhani heeft altijd geloofd dat de schok van die verschrikkelijke nacht de kanker heeft doen terugkeren. (Twijfelt) Ik weet niet of hij gelijk heeft. Het zou best kunnen.»

– In ‘Another Spring’, het eerste gedicht in ‘Came the Lightening’, beschrijf je hoe je je voelde nadat George in 2001 was overleden: ‘Alone in winter, feeling spring will never bloom.’

HARRISON «George wist dat hij zou sterven, maar hij klampte zich vast aan het leven omdat hij nog één lente wilde meemaken – zijn favoriete seizoen, wanneer de aarde weer ontwaakt uit haar winterslaap en Friar Park prachtig frisgroen kleurt dankzij de eerste, voorzichtige zonnestralen. (Ontroerd) Ik had hem die laatste lente zó graag gegund, maar hij heeft de winter niet overleefd. Eind november begon hij plots heel snel achteruit te gaan en een paar dagen later was hij dood. Het was alsof mijn wereld instortte. Ik had meer dan een jaar de tijd gehad om me voor te bereiden op het onvermijdelijke, maar toen het zover was, had ik geen flauw idee hoe ik verder moest met mijn leven.»

‘Na Georges dood kreeg ik telefoon van Yoko Ono. ‘Hou je vast aan de takken van de bomen,’ waarschuwde ze me, ‘het wordt een hevige storm.’ (Foto: Olivia Harrison met Paul McCartney en  Yoko Ono.) Beeld Getty Images
‘Na Georges dood kreeg ik telefoon van Yoko Ono. ‘Hou je vast aan de takken van de bomen,’ waarschuwde ze me, ‘het wordt een hevige storm.’ (Foto: Olivia Harrison met Paul McCartney en Yoko Ono.)Beeld Getty Images

PERSMUSKIETEN

– Veel tijd om te rouwen kreeg je niet: je werd vrijwel onmiddellijk bedolven onder een lawine van rechtszaken.

HARRISON (zucht) «In de nood leer je je vrienden kennen, zegt het spreekwoord. Ik weet nu uit bittere ervaring dat dat níét klopt – of toch niet als je de weduwe bent van een wereldberoemde rockster. Nog vóór George zijn laatste adem had uitgeblazen, cirkelden de aasgieren al boven z’n sterfbed, en ze wilden ons álles afpakken. Ik heb moeten vechten voor de rechten op zijn muziek, voor zijn erfenis, voor Friar Park en de opnamestudio… Plots werd ik overstelpt door – al dan niet goedbedoeld – ‘advies’ van tientallen mensen die ik nog nooit eerder had gezien, maar die toch meenden dat ze de teugels van mijn leven in handen mochten nemen. Maar ze zijn van een koude kermis thuisgekomen, hoor. Ik laat niet over me heen walsen.

»(Op dreef) En breek me de bek niet open over je collega’s. In de weken en maanden na Georges dood heb ik pas echt ondervonden waarom men journalisten weleens persmuskieten noemt: ik moest ze voortdurend van me afslaan. Het ging zelfs zo ver dat sommigen me probeerden te chanteren met verzonnen roddelpraatjes. ‘Als u ons geen exclusief interview toestaat, mevrouw Harrison, publiceren we dit-en-dat over uw man.’ Wel, dat kon me hoegenaamd geen barst schelen. ‘Doe maar, jongens,’ antwoordde ik altijd. ‘Make my day, and I’ll see you in court.’

»Een paar dagen nadat George was overleden, kreeg ik een telefoontje van Yoko Ono. Zij wist natuurlijk maar al te goed wat het betekent om een Beatles-weduwe te zijn. ‘Hou je vast aan de takken van de bomen,’ waarschuwde ze me. ‘Ik weet als geen ander wat er nu op je afkomt. En geloof me: het wordt een hevige storm.’ (Lachje) Eerst dacht ik nog dat ze overdreef. Niet dus.»

– Ook toen John Lennon nog leefde, werd Yoko Ono verguisd door een aanzienlijk deel van de Beatles-fans. Was haar steun belangrijk voor jou?

HARRISON «O ja, héél belangrijk. Yoko is nu bijna 90 en de leeftijd begint jammer genoeg z’n tol te eisen. Het is dus een tijdje geleden dat ik haar heb gezien, maar onze vriendschap blijft onverwoestbaar. De manier waarop ze in het leven staat, is altijd één van mijn belangrijkste inspiratiebronnen geweest. We delen een sterke voorliefde voor oosterse filosofieën en religies, die ons onvoorstelbaar hebben geholpen om overeind te blijven in deze dolgedraaide wereld.»

‘George wist dat hij niet zoveel talent had als Paul en John, maar hij voelde zich behoorlijk comfortabel in hun schaduw.’ (Foto: Beatles Paul McCartney, Ringo Starr, George Harrison en John Lennon.) Beeld Getty Images
‘George wist dat hij niet zoveel talent had als Paul en John, maar hij voelde zich behoorlijk comfortabel in hun schaduw.’ (Foto: Beatles Paul McCartney, Ringo Starr, George Harrison en John Lennon.)Beeld Getty Images

– In de jaren 70 waren George en jij trouwe hare krisjna’s. Hoe is het bijna een halve eeuw later met je wereldbeeld gesteld, na al die nare ervaringen?

HARRISON «Ik denk dat ik gaandeweg ben opgeschoven in de richting van het boeddhisme. Hoe langer ik leef, hoe aanlokkelijker de gedachte van vergankelijkheid me in de oren klinkt. Ik kan natuurlijk niet voorspellen hoeveel tijd me nog is gegund op deze aarde – vijf jaar, tien, twintig? – maar wanneer mijn lichaam ophoudt te bestaan, hoop ik dat mijn geest hier voortleeft, samen met die van George. Mijn vurigste wens is dat er binnen duizend jaar twee mensen arm in arm door Friar Park kuieren en zachtjes tegen elkaar zeggen: ‘Kijk eens, die klaproosjes hebben George en Olivia ooit samen geplant. Wat zijn ze mooi.’»

‘Ik denk dat ik nog even een wandeling ga maken,’ zegt Olivia Harrison wanneer we afscheid nemen. Zolang het nog kan, wil ze met volle teugen genieten van alle moois dat Friar Park te bieden heeft. Sinds Georges dood heeft ze het feeërieke landgoed liefdevol onderhouden, om zijn nalatenschap te eren. Of, in poëtische bewoordingen uit ‘Came the Lightening’: ‘But of all the prized possessions, only you would think to leave / Billowing white curtains brushing over strings / In front of open windows, strummed by every breeze / Notes to break the silence, inherited by me.’

Wanneer we Friar Park in de achteruitkijkspiegel zien verdwijnen, doorbreekt George Harrison de stilte nog één keer. ‘Here Comes the Sun’ speelt op de auto-radio. Toeval bestaat niet.

© The Sunday Times Magazine

Reageren op een artikel, uw mening ventileren of een verhelderend inzicht delen met de wereld

Ga naar Open Venster

Op alle artikelen, foto's en video's op humo.be rust auteursrecht. Deeplinken kan, maar dan zonder dat onze content in een nieuw frame op uw website verschijnt. Graag enkel de titel van onze website en de titel van het artikel vermelden in de link. Indien u teksten, foto's of video's op een andere manier wenst over te nemen, mail dan naar redactie@humo.be.
DPG Media nv – Mediaplein 1, 2018 Antwerpen – RPR Antwerpen nr. 0432.306.234