Tommy Wieringa op bezoek bij Wim Helsen in Winteruur
Zeldzaam zijn de televisionele vrijhavens waar nog oeverloos geouwehoerd mag worden op niveau. ‘Winteruur’ is er zo eentje, en daar zijn we elke weekavond weer blij om. Vanavond ontvangen Wim Helsen en zijn bijslaap Boris de auteur Tommy Wieringa.
'Tommy Wieringa: 'Als ik zou kunnen, zou ik alleen nog maar gesprekken voeren in literaire citaten.'
Dat Wieringa een pareltje van een tekst zal meebrengen, lijdt geen twijfel, net zomin als het feit dat het gesprek hond Boris weer letterlijk en figuurlijk over het hoofd zal gaan. Al is de Nederlandse schrijver al lang blij dat Wim Helsen wél een luisterend oor biedt.
Tommy Wieringa «Ik ken de reputatie van Wim natuurlijk, ook bij ons in Nederland staat hij bekend om zijn grote geestigheid. Hij doet iets wat niemand anders kan.»
HUMO U lijkt ons een gulzige lezer. Was de keuze voor één tekstfragment dan niet verschrikkelijk moeilijk?
Wieringa «Dat was een vreselijke opgave, ja, kiezen uit al die verrukkelijkheden. Mijn hele innerlijke behang bestaat uit tekstfragmenten. Als kind schreef ik al dingen op de muur die ik mooi vond. Dat ben ik blijven doen, zij het nu in aantekenboekjes. Ik beschouw mezelf als een soort citatenmachine, en die carrousel draait almaar door. Als ik zou kunnen, zou ik alleen nog maar gesprekken voeren in literaire citaten. Helaas accepteert mijn vrouw dat niet (lacht).»
HUMO De meeste kijkers kennen u van romans als ‘Joe Speedboot’ en ‘Dit zijn de namen’, maar onlangs hebt u ook uw eerste dichtbundel gepubliceerd.
Wieringa «Ja, Jeroen Kooijmans, een bevriende kunstenaar, vroeg me om teksten te schrijven bij zijn videotentoonstelling ‘The Fish Pond Song’, momenteel te zien in hetzelfde museum als de grote Jheronimus Bosch-tentoonstelling. Toen ik zijn hallucinante videoprojecties zag, wist ik dat ik ze met proza geen eer zou kunnen aandoen. Het was wel even geleden dat ik nog gedichten had geschreven, maar het beviel me uitstekend. Ooit, lang geleden, ben ik beginnen te schrijven in een dagboek, dat dan is uitgewaaierd naar gedichten en brieven. Pas veel later zijn daar kortverhalen en romans bij gekomen. De teksten voor ‘The Fish Pond Song’ zijn dus eigenlijk een terugkeer naar het begin van mijn schrijversbestaan.
»Proza moet, vind ik toch, altijd zo ongelooflijk helder zijn. En het is heel moeilijk om helder, precies en zuiver te schrijven. Met poëzie kun je dingen zeggen die je niet kunt uitdrukken met proza. Je betreedt een heel ander terrein van zeggingskracht.»
HUMO En wat te denken van de zeggingskracht van toneel? Uw roman ‘Dit zijn de namen’ is momenteel in Gent te zien als theaterstuk.
Wieringa «Wel, ik vond dat de boodschap die uit de monden en lichaamsbewegingen van de acteurs sprak, wonderwel correspondeerde met wat ik met ‘Dit zijn de namen’ voor ogen had. Het is dus een erg getrouwe adaptatie geworden, terwijl ik me aan een veel grovere mishandeling van mijn roman had verwacht. Pas op, de scenarist is volledig zijn eigen gang gegaan, er staat omzeggens geen zin meer recht op de andere. Maar het is als met een gebeurtenis en een droom over die gebeurtenis: een vervormde weergave, maar de ziel is hetzelfde.»
HUMO ‘Winteruur’ is één van die zeldzame programma’s waar literatuur nog onderdak vindt. Staan jullie er in Nederland beter voor?
Wieringa «Op zondagmorgen, goed weggestoken en waar het niemand kwaad kan doen, hebben we hier een uitstekend literair programma met Wim Brands. In populaire programma’s is er soms aandacht voor literatuur, maar het is geen dichtbebouwd televisielandschap, dat over de literatuur.»
HUMO Vindt u dat jammer?
Wieringa «Natuurlijk is die kaalslag niet fijn. Zo’n programma als ‘Winteruur’ is iets bijzonders: aandachtige, bezielde televisie op basis van één citaat en een gesprek, en daardoor enorm betekenisvol. Moeten we ook in Nederland hebben, als je ’t mij vraagt!»
HUMO En wie mag het daar dan presenteren? Ook Wim Helsen?
Wieringa «Nee, hier zal ik het wel doen (lacht).»